wo
29 juni 1989
69
g. luifels, mits zij bij overschrijding van de grens met de bestemming
verkeer of verblijfsgebiedwat de hoogte boven deze gronden betreft,
voldoen aan het bepaalde onder e, sub 1 en 2 van dit lid;
h. hijsinrichtingen, niet vallende onder e van lid 1, laadbruggen,
stortgoten, stort- en zuigbuizen, welke in enige stand de bebouwingsgrens
overschrijden, mits zij niet lager zijn geplaatst dan A.20 m boven de
gronden met de besteraming verkeer;
i. kelderingangen en kelderkoekoeken
j. bouwwerken, waarvan de bovenzijde niet hoger is gelegen dan:
1. de hoogte van de weg, voorzover de werken in de weg zijn gelegen;
2. de terreinhoogte bij voltooiing van de bouw, voorzover de werken
niet in de weg zijn gelegen.