145 29 juni 1989 is een goede zaak. Voorts vergt de aanleg van plantsoenen meestal niet zo ontzettend veel kosten. Deze zijn eerder aan renovatie of verbetering toe, dan bijvoorbeeld de aanleg van wegen. Dus waarom af te schrijven in 50 jaar? Spreker stelt de raad voor de afschrijvingstermijn bij plantsoenaanleg van 50 te veranderen in 30. Dit is een persoonlijk voorstel van spreker. Met de sportterreinen is het precies andersom gegaan. Hier zijn de termijnen verlengd. Het was 10 en 5 en dat is nu 40 en 15 jaar geworden. Van spreker had die 40 jaar ook 30 jaar mogen zijn, maar dat laat spreker aan de wijsheid van het college over. Voor het overige gaat sprekers fraktie met het voorstel akkoord, met de aantekening van spreker, dat hij persoonlijk de afschrijvingstermijn bij plantsoenaanleg gewijzigd wil zien van 50 in 30 jaar. De heer Divendal"Niet persoonlijk maar namens de fraktie kan ik zeggen, dat we ons na de commissie financiën en de nieuwe gegevens die u hierin heeft verwerkt goed in kunnen vinden". Mevrouw IJsselmuidenî "De CDA-fraktie gaat mee met het voorstel van de heer De Bruijn om de afschrijvingstermijn van de plantsoenen op 30 jaar te stelien." De heer Mulder refereert aan de behandeling die in de commlssie financiën aan de orde is geweest. Daar is gediscussieerd over de vraag of de gehanteerde termijnen reëel zijn. Daar waren enkele punten die nog om verduidelijking vroegen. Het college heeft op de valreep van de behandeling van dit punt daarin voorzien. Sprekers fraktie vindt het niet opportuun om op dit ogenblik verder aan deze lijst te rommelen. Spreker geeft er dan ook de voorkeur aan dit nog een keer 1n de commissie te behandelen. De heer Divendal merkt op, dat het opnieuw doen behandeien 1n de commissie hem niet nodig lijkt, gezien de toegevoegde nota bene op bladzijde 4 van het raadsvoorstelwaarin de heer De Bruijn zich wel moet kunnen vinden. Daarbij is de aanleg van plantsoenen terecht gekoppeld aan de aanleg van rioleringen e.d. Mocht het nu een keer afwijken in een bepaalde situatie, dan voorziet deze nota bene gelukkig in het enkele gevai dat de heer De Bruijn misschien zijn gelijk zal krljgen. De heer Mulder: "Voorzitter, mocht dit een brug zijn dan kan ik mij daaraan conformeren." De voorzitter merkt op, dat de heer De Bruijn waarschijnl1jk doelt °P die groenverbeteringen, die samenvielen met de reconstructies in de Raadhuisstraat en de beplanting van de Havenstraat en de Indische Wijk. Tot dusver heeft het college deze werkzaamheden aangemerkt als verbeteringen. En dus ook consequent volgens de voorliggende verordening op 30 jaar gesteld. Nu het college voorstelt de zaak verder uit elkaar te trekken, dus de echte aanleg op 50 jaar te houden en de verbetering op 15 jaar, zou het weleens zo kunnen zijn, dat men in de toekomst voor de afweging komt te staan, of niet een reconstructie - een groenverbetering in een reconstructieplan - zal moeten worden

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1989 | | pagina 32