28 september 1989
168
daar op dit nwmont verre van. Zij heeft beluisterd dat een ieder met
het voorstel kan instenmenDe boodsehap, die het bestuur van de
peuterspee1zaa1 en de ouders, die zich nog zelfs voordat ze in de
desbetreffende wijk wonen, in georganiseerd verband hebben laten
horen, is duideiijk overgekomenDat betekent ook dat de democratie,
het luisteren naar de bevolking, hier in Heemstede goed funktioneert en
dat de gemeente daar ook snel op reageert.
De heer Berkelmans meentdat de heer Van 't Hof niet goed
geluisterd heeft als hij zegt, dat de fraktie het geld ergens anders
wil halen. Ook de wethouder heeft in haar toeiichting duidelijk
gezegd, dat we hier niet het budget voor 1990 vaststellen. Er is
gezegd, dat we er uiteraard vanuit gaan dat dit bedrag meegenomen word
in de begroting 1990. Daar zal niet aan geknibbeld worden. Maar de
begroting van 1990 zal alsnog moeten worden vastgesteld. Men mag er
niet vanuit gaan dat dat er zonder roeer bovenop komt..
De heer Van 't Hof: "Ik denk dat het een verschil van mening
is. U praat over het budget en de wethouder over de begroting in zijn
totaliteit. En wij zijn van mening dat de consequentie van deze aktie
in ieder geval zal inhouden, dat het welzijnsbudget een verhoging te
dragen krijgt."
De heer Geels merkt op, dat de WD-fraktie bij de behandeling
van de begroting en waar het gaat om het totale twdget van het sooiaal
cultureel werk de handen vrij wil houden cm dan te doen wat er dan moet
gebeuren. Dat kan op dit moment nog niet worden overzien.
De heer Van 't Hof: "En dat is nu precies waarom ik u die
spiegel wil voorhouden, want dat zag ik aankomen.
Wethouder mevrouw Noorman: "Ik zie verlangend uit naar de
debatten in de begrotingsraad omdat ik denk dat we hierover nog een
stevig robbertje zullen stoeien.
steld.
zingenr
Het ontwerp-besluit wordt zonder hoofdelijke stemning vastge
Vervanging geluidsinstallatles en vemieuwing verlichting in
rnnHvHsl en burgerzaal (volgnr. 89)
De heer De Bruijn: "Voorzitter, verstaat u mij?"
De voorzitter"Ik dacht het wel
De heer De Bruljn: "Weet u het helemaai zeker? Hoort u niet
De voorzitter: "Ik hoor rondzingen."
De heer De Bruijn merkt op dit te vragen omdat de geluids-
installatie, volgens het raadsvoorstelemstige gebreken vertoont en
bij een geringe vo1 v*ne-aanpassing zelfs gaat rondzingen. Spreker heeft
dat zingen nog nooit gehoord, terwijl hij toch wel enigszins muzikaai
is. Maar misschien ligt dat aan zijn gehoorSpreker merkt op in de
raad al enige malen te hebben gezongen, maar hij denkt niet dat dat
bedoeld wordt met het woord rondzingen.
Spreker zegt dat de raad heel zorgvuldig met beleidsplanning bezig is.
