26 april 1990
96
gemeenten voor koinen te staan bij schaalvergroting op bestuurlijk
niveau. Met name geldt dit. voor de relatie tussen gemeente en regio,
waarvoor we naar mijn overtuiging in de komende jaren met de Ruropese
eenwording keihard komen te sttian. Ik vertrek uit de raad met wat
spijt. Spijt, omdat ik de laatste fraktievoorzitter ben van Progressief
Heemstede. Ik heb natuurlijk stilgestaan bij de vraag of ik de
seheuring, die plaatsgevonden heeft, op mijn corito zou moeteri schrij-
ven. Van een fraktievoorzitter wordt immers gevraagd tegenstel1ingen
binnen een gecombineerde partij te overbruggen. Ik ben echter tot de
conclusie gekomen, ciat de kracliten van groepen, van politieke groe-
peringen, de krachten van een individu te boven gaan. Toch spijt, maar
ook optimisme. Er is nu vier jaar de tijd om bij de drie partijen, die
Ptl hehben gevormd, opnieuw de waarde te ontdekken van de samenwerking
Nu maakt I)'66 deel uit van het college. Zij zullen er ongetwijfeld
achter komen, dat zij binnen een wat rechts gevormd college hun ideeën
mifsschien onvoldoende kwijt kunnen. I)e PvdA buiten het college, die
daardoor de vrijheid krijgt om aan het afscheid van de nuance, dat ik
net bepleit heb, ook invulling te geven. En Groen Links gaat al een
hele hoop ervaring opdoen in samenwerking op een buitenparlementaire
wijze, die past bij de PPR."
De heer Berkelmans: "Meneer de voorzitter. Nu het. vandaag de
laatste keer is, dat ik als gemeenteraadslid hier zit, wil ik gaame
van de gelegenheid gebruik maken enkele woorden bij mijn alscheid te
zeggen. Toen ik destijds aantrad, merkte ik al gauw, dat. ik niet of
nauwelijks voorbereid was op het werk, dat mij te wachten stond en op
datgene wat van mij verwacht werd. Het zal u wellicht verbazen als ik
zeg, dat ik ook absoluut niet wist hoeveel de financiële vergoeding
was. Voor wat het laatste betreft was ik er na ontvangst van mijn
salarisstrook wel aehter. Voor het overige kon ik het nauwelijks
bijbenen. Om in een fraktie met vijf routiniers binnen te komen als
nieuweling is niet eenvoudig. Waar ik echter het meeste moeite mee had
was de vergadercultuurZowel in de fraktie als in de commissies en in
de raad. Uaarenboven bemerkte ik, dat. de nogal directe stijl van
reageren en poneren van mijn mening soms politiek niet verstandig en
dus niet gewenst ivasHet gezegde aldoende leert men en je moet er mee
leren leven hebben mij er dan ook wel doorheen geholpen. Het stond
vroegtijdig voor mij vast, dat ik ondanks het enorme t.ijdsbeslag, ook
buiten de vergaderingende rit zou uitzitten, maar zeker niet zou
bi jtekenenIk wil hier thans geen algemene beschouwingen houden over
mijn vier jaren durende ervaringen als gemeenteraadslid, doeh enkele
zaken wil ik nog wel even aanstippen. Allereerst wii ik alle collega-
raadsledenzowel scheidende als blijvende, bedanken voor de prettige
samenwerking vooral met diegenen met wie ik in verschillende commissies
heb gezeten. De blijvers wens ik veel succes en veel genoegen.
Vervolgens wil ik ook de ambtenaren bedanken voor hun inzet in het
algemeen en voor hun persoonlijke ondersteuning in het bijzonder als ik
een beroep meende te moeten doen. Tenslotte de leden van het college
onder uw voorzitterschap. Het toeval wil dat ik gezien de verdeling van
de portefeuil-les en de samenstelling van de commissies, met de
wethouders Van der Pas en Baar als coranissieiid weinig of geen kontakt
had. Onder leiding van mevrouw Beets, die wethouder Bierman halverwege
de rit opvolgde, nam ik deel in de commissie sport. Haar wil ik danken
voor de goede en sportieve leiding. De frequentie van de vergaderingen
viel na de wederopbouw van het recreatiecentrum Groenendaal erg mee.
Bovendien was u erg plooibaar in de aanvangstijden van de commissiever-
gaderingen, die altijd op woensdag waren en dus weleens samenvielen met