APZ 30 augustus 1990 nr81
3E WIJZIGING BEZOLDIGINGSVERORDENING AMBTENAREN 1988;
EENMALIGE UITKERING
Heemstede, 24 juli 1990
Aan de raad,
Bij zijn circulaire d.d. 23 maart jl., kenmerk AB89/76/U79,
heeft de minister van Binnenlandse Zaken mededeling gedaan van
de arbeidsvoorwaardenmaatregelen voor het overheidspersonee1 in
1990.
De minister heeft met een meerderheid van de centrales van
overheidspersoneel overeenstemming bereikt over een pakket
maatregelen. Per 1 april 1990 vindt een algemene
salarisverhoging plaats van 2,6», alsmede een semi-generieke
verhoging per die datum vanaf BBRA-regelnummer 26. Verder wordt
in 1990 een eenmalige uitkering van 250, toegekend, waarbij
de peildatum 1 april is.
Centrale overeenkomsten zullen voortaan een looptijd hebben van
1 april tot 1 april.
De minister heeft verzocht de maatregelen op overeenkomstlge
wijze van toepassing te verklaren op het gemeentepersoneel
Het College voor Arbeidszaken heeft bij zijn circulaire van
9 maart jl., kenmerk OPZ/62532, de gemeentebesturen in kennis
gesteld van het akkoord. Plaatselijk overleg over de maatregelen
is niet nodig.
Gelet op het vorenstaande stellen wij u voor de
Bezoldigingsverordening Ambtenaren 1988 te wijzigen en te
besluiten tot het toekennen van een eenmalige uitkering, een en
ander conform bijgevoegd ontwerp-besluit.
Burgemeester en wethouders van HEEMSTEDE.
De secretaris, De burgemeester
W. van den Berg. O.R. van den Bosch.
N
1