51 DE EERSTE DRUK Voor een Dickensian is een eerste druk 'het beste wat hij kan bezitten, daarom doet hij alles om er een te krijgen. Om in het bezit van een eerste druk te komen moet men ten eerste alle verkopingen aflopen en op de kijkdagen je ogen de kost geven. Kijk niet wat in de catalogus staat, maar neem elk boek afzonderlijk in de hand. Elk bij elkaar gebondenpak je boeken doorsnuffelen, er kan van alles in zitten. Dat doe ik ook. Met het merkwaardige gevolg, dat ik eens in een pak ket (in de catalogus vermeld als zijnde enige engelse romans) een David Copperfield ontdekte in groenlinnen band. Deze groenlinnen band was- mij door een lid van de Dickens Fellow ship als het je-van-het aangeduid. Doorsnuffelen was hier he laas niet bij, doordat het bewust pakket zo hoog op een plank stond dat zelfs de langste mens van de wereld er niet bij had gekund. Ladder vragen was uitgesloten, maar ik kon duidelijk lezen „authentic edition". De band zag er niet fraai uit, maar het was er een, dat was de hoofdzaak. Ik prentte het nummer in mijn hoofd, streepte het met rood potlood aan en wachtte de dag van de verkoping met spanning af. Deze -kwam ten lange leste. Ik was reeds vroeg aanwezig om een goede plaats t e kunnen be machtigen. Zulks gelukte. Er waren slechts 383 nummers voor mij, want het door mij gewenste nummer was 384, Het tempo waar in de veilingmeester veilde was zeer hoog, zo hoog dat het nauwelijks was te volgen. Korte kleine hoofdknikjes van de adspirant kopers waren voor hem voldoende om de prijs te ver hogen. Dit alles bracht mij in een zeer nerveuze stemming. Ik vroeg mij telkens af of ik wel snel genoeg zou kunnen knik ken, van hardop bieden was geen sprake meer. Mijn keel was van spanning dichtgesnoerd. Enige malen probeerde ik of mijn hoofd v/el wilde knikken, met het rampzalige gevolg dat ik een pak ket boeken toegewezen kreeg dat ik in het geheel niet wilde hebben. Zwaar en omvangrijk, zonder inhoud» Ik heb het repe teren van het hoofdknikken toen maar gestaakt. Bij elk geveild nummer wat mij dichter tot het door mij begeerde bracht, steeg mijn temperatuur» Mijn hart bonsde en het koude zweet brak me uit

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

The Dutch Dickensian | 1962 | | pagina 15