ik vergat te knikken, „Honderd vijf gulden, voor die meneer.,, eenmaal.,, ander maal Er werd een naam genoemd die ik me niet herinneren kan. Toen ik weer enigszins helder denken kon, hoorde ik de veiling meester zeggen; „Nummer 389een pakket boeken..." Ik wanhoop bedacht ik; „Ik heb het niet gekocht", maar ik voelde me van een zware last bevrijd. Ik kon me herinneren dat iedereen in de zaal verstomd had gestaan, en de een de ander gevraagd had; „Wat is er met dat pakket?", want geen van alle pakketten in die serie was hogér gegaan dan 8 gul den. Ook wist ik nog dat mijn tegenbieder het pakket boeken direkt bij zich had willen houden en niet zoals gebruikelijk, had laten wegleggen. Als in een droom stond ik op. Ik wilde het boek zien. Het moest toch iets heel bijzonders zijn dat ook hij er zo veel voor over had. Ik liep op hem toe, hij had het pakket losgemaakt toen ik bij hem aankwam. Schuchter vroeg ik; „Mag ik het even zien?" „Wat bedoelt U?" vroeg hij beleefd. „Het boek", zei ik. „Welk boek?" vroeg hij weer vriendelijk. „Dit", ik wees op de authentic edition. „Hè..." zei hij hoogst verwonderd; „Bood U daarop?" „Ja", zei ik, „U dan niet?" „Nee", zei hij, „Dat boek wilde ik niet hebben." In mijn ontzetting dacht ik; „Wanneer ik er niet geweest was dan had hij het hele pakket boeken voor zes gulden gehad." Datzelfde gold voor mij natuurlijk ook. Inmiddels had ik het boek in handen^ ik bekeek het en zag dat het weliswaar een mooie uitgave was, maar geen eerste druk. Toch zou ik het graag in mijn bezit willen hebben, het boek was me dierbaar geworden door de spannende momenten die ik er aan beleefd had. „Wilt U het verkopen?" vroeg ik. „Jazeker", zei de kortstondige eigenaar, „GeeftU maar vijf en twintig gulden," Ik begrijp nu nqg niet hoe ik het heb kunnen doen, maar ik zeis „Voor tien gulden wil ik het wel hebben." Hij keek me aan met ogen die veel vragen wilden, maar hij zei 53

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

The Dutch Dickensian | 1962 | | pagina 17