177 dit materiaal is tegenstrijdig» In het ene "boek wordt Catherine Dickens tot in de wolken verheven en haar zuster Georgina ver nietigend "beoordeeld, in het andere gaat het juist andersom» Hoe was Dickens als mens? Stellig charmant, goedhartig, ijve rig, geestig, oprecht "begaan met het lot van de noodlijdende klasse, maar ooks ij del, prikkelbaar, tactloosegoi'stkortom, moeilijk in de omgang» Vrienden had hij veel, maar hij maakte zich ook veel vijanden^ hij wilde altijd zijn eigen zin doordrij ven en v/as gauw op zijn tenen getrapt» De toon, die hij aansloeg tegenover zijn uitgevers was dikwijls querulant en hij stond meestal met hen op gespannen voet» Ik heb weieens gedacht? Zou Dickens wel zuiver Engels geweest zijn? Zou hij geen zuidelijk bloed gehad hebben, of anders Iers of Schots? Zijn onbedwingbare heftigheid, zijn spontaan optre den, zijn rusteloosheid en wisselende stemmingen, maar vooral het uiten van zijn gemoedsbewegingen» Het lijken me geen typisch Engelse eigenschappen. Engelsen zijn volgens onze opvattingen nogal sentimenteelmaar we moeten niet vergeten, dat de tijd geest zoveel van de onze verschilde» De vrouwen in Dickens' romans waren tere, engelachtige wezens, die gemakkelijk flauw vielen. Onveranderlijk waren ze echte echtgenoten, liefhebben de dochters en voortreffelijke moeders. Sprongen zij wat uit de band en hielden ze er wat flinkere eigenschappen op na, dan maakte hij er dadelijk karikaturen van, zoals b.v. Betsey Trot- wood. Maar dan zijn die personen voor ons veel genietbaarder» Als Dickens iemand groot verdriet laat hebben, of sterven, kunnen we maar beter een eindje overslaan. Hijzelf en zijn vrien den moeten ook overgevoelig geweest zijn op sommige punten. Het was zijn gewoonte, als hij een roman af had, enige gedeel ten daaruit aan een aantal vrienden voor te lezen, of liever? voor te dragen. Bij de treffende gedeelten konden zijn mannelij ke toehoorders hun tranen dan niet bedwingen» Denkt u zich zo'n tafereel eens in onder Nederlandse auteurs. Dickens wan delde de hele nacht door Parijs, omdat hij niet slapen kon, na dat hij Paul Dombey had laten sterven. Nachtelijke zwerftochten maakte hij veel. Wat ik ook eigenaardig vind is dat hij zich door anderen, voor al door Porster, liet beïnvloeden in zijn werk» Als men sommige gedeelten of het slot, niet mooi vond veranderde hij daaraan.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

The Dutch Dickensian | 1964 | | pagina 11