In Dickens' reisbeschrijving over Amerika vinden we de wijk te
New York, waar negers dicht op elkaar gepakt in krotten wo
nen, koken op houtskool, waar de ratten een beter heenkomen
moeten zoeken als de mensen naar bed gaan. Ik moest toen
denken aan een wandeling met een engelse gast 's avonds door
Paramaribo. Toen hij plotseling stilstond in de Domineestraat
en informeerdes "The smell.. is it I or the city?" Hij was
wel iets gewend, had jaren in India gewoond. Wij haastten
ons hem te vertellen dat het de city was, een dode rat mis
schien, ergens in een open trens...
Er waren in het begin figuren waar je geen wijs uit kon wor
den. Jongens en meisjes (meestal meisjes) die je deden den
ken aan Tom Pinch, Smike en Sissy Jupe (uit Hard Times).
Dikwijls toegewijde huisgenoten, maar te afhankelijk om familie
te wezen. Al spoedig vierden wij nader geïnformeerd. Deze kin
deren waren "kweekjes". Nog heden ten dage verrichten deze
kinderen van bosnegers en indianen, die met goedvinden van
hun ouders zijn meegegeven aan stedelingen, allerlei kleine
huishoudelijke werkzaamheden. In ruil daarvoor ontvangen zij
eten, kleding en onderwijs aan één van de scholen.Mijn jongste
dochtertje speelde in Paramaribo dikwijls met twee allerlief
ste creoolse vriendinnetjes. Er waren daar in huis, zo ver
telde zij op een keer, nóg twee kinderen. Een jongen en een
meisje, die echter nooit een snoepje kregen als zij door Me
vrouw gepresenteerd werden. "Maar", zo zei mijn 4-jarige ver
goelijkend, "zij krijgen elke week een dubbeltje, en dat is
toch veel, hé Mams?" Inderdaad is een dubbeltje om te ver
snoepen (dat was het tenminste een jaar of 10 geleden) heel
wat in Suriname. Toch voelde ik me na dat verhaal niet
happy en toen ik later hoorde, dat deze indiaanse kinderen
sliepen in "de koep" (een donkere kast onder de trap), zon
der klamboe, toen bekroop mij dezelfde huivering, die me nu
nog bekruipt, wanneer ik lees over Smike. Ook al was er geen
sprake van dat deze kinderen wat betreft voedsel of kleding
iets tekort kwamen.
Met het linkse verkeer had Suriname in onze tijd nog iets met
het Engeland van Dickens gemeen. Dat was op politiek terrein,
268