Of is dit alles toch maar een te misprijzend oordeel
van een lezer, die zich. niet alleen maar te goed wil doen
aan mooie 19e-eeuwse plaatjes, zoals die gisteravond ook
op het scherm te zien waren? (Trouw 24 januari 1967.)
HAAL UW „KERST-KICK" IN LONDEN! Al die kreten over
„kick" en „swinging city" zijn bedacht door publiciteits-
lieden, die thuis hel en duivel zouden aanroepen, als de
„turkey" niet op de kersttafel verscheen en de „plum-pud-
ding" niet was als Dickens hern beschrijft in zijn verhaal
over Scrooges „like a speckled cannon-ball so hard and
firm, blazing in a half of a half-a-quarter of ignited
brandy, and bedight with Christmas holly stuck into the
top." Hij (dr.Samuel Johnson) en Dickens en Fortnum en Ma
son hebben Londen dat „image" gegeven, waaraan de méé'st-
hippe snuitertjes van Kings Road toch maar liever niet
komen. (Tom Bouws in Elseviers Weekblad van 17 dec.i960).
LITTÉRATURE INDUSTRIELLÏÏ. Praet-vaeria in Elsevier
van 2 april 1966, handelend over het dagelijks feuilleton
in de dagbladen:
„Deze feuilletons waren lang niet alle van het vulgairste
soort. Er waren nu nog als zodanig her- en erkende klas
sieke meesterwerken bij. Niemand minder dan Charles Dickens
was een hunner meest succesrijke auteurs."
En verder pratend in dezelfde Praet-vaeria:
„Flaubert, Balzac, Dickens, Zola, Tolstoy, om een zeer
vlugge en zeer willekeurige greep uit velen méér te doen,
waren zéér diep vereerden in een epoche die op z'n minst
even grote behoefte had aan aanbidding-van-stralende-
sterren als de onze."
En nog verder pratend in de nog steeds dezelfde Praet-vae
ria: „Een nieuwe Dickens was het onderwerp van gesprek
zowel in de salons als in de pubs van Londen."
DICKENS' KRENTENBROOD. Harriet Freezen in De Nieuwe
Linie van 26 maart 1966:
„En deze humoristen zijn alleen tot de literatuur te reke
nen als er een bepaalde consequentie in hun gezichtspunt
312