kwamen en maar meteen, waar wij al sinds jaar en dag een
grondige opleiding plachten te genieten,.omdat hij er vroeg
of laat toch achter gekomen zou zijn. Dickens' "belangstel
ling voor dit instituut was onmiddellijk gewekt en hij "be
gon zichzelf al de heerlijkste visioenen voor te schotelen
van een tweede Dotheboys Hall, de plaats waar de oude
Squeers, "bijgestaan door zijn "behulpzame vrouw en door de
naar zijn vader aardende zoon Wackford, op gruwelijke wijze
een meelijwekkende groep jongelieden enig onderwijs tracht
te op te dringen.
Wij haastten ons hem te verzekeren dat het Bonaventura-Ly-
ceum niet helemaal congruent is met Dotheboys Hall, doch
desondanks stond hij erop, zo gauw mogelijk met deze verhe
ven instelling kennis te maken.
Hoog bezoek in Mariënpoelstraat
Twee dagen later gingen de heer Charles Dickens en wij aan
boord van het edele, snelzeilende vrachtschip„De Schroef",
hetzelfde vaartuig als waarop Martin Chuzzlewit en Mark
Tapley vertrokken, om hun geluk in het verre westen te be
proeven. Weldra arriveerden wij in de overbekende zeehaven
van Katwijk aan Zee (niet te verwarren met de nog grotere
haven van Katwijk-Binnen
Toen wij, een dag later in gezelschap van de vermaarde au
teur de Mariënpoel straat binnenschreden, voelden wij ons
enigszins opgelaten. (Deze gesteltenis vloeide voorname
lijk voort uit het feit, dat Dickens allereerst met alle
Leidse pubs en inns had willen kennismaken, aan welk ver
langen - dit moeten wij bekennen - wij niet zonder genoegen
hebben voldaan).
Dreunende Bonaventuriaanse gewelven
De school werd betreden via de zgn. „nieuwe ingang" (die
pal op het westen gelegen is en van waaruit men een prach
tig uitzicht op de zonsondergang zou kunnen hebben, ware
het niet dat men het in vroeger dagen nodig had gevonden
er een geweldig klooster dwars voor te plaatsen - (wij
hebben niets tegen kloosters, mits deze hun plaats maar
317