Zondag 26 mei 1957. Anglicaanse dienst bijgewoond in de St Johns Church. Preek van Dr Kirk-Smith over Charles Dickens, of all people, die echter voor een gewijd spreker geen dankbaar onderwerp bleek. Zag niettemin veel moois, bewuste handelingen, die bij de katholieken tot gewoontegebaren zijn afgesleten, b.v. het collecteren, dat als een werkelijk onderdeel van de liturgie uit de bus kwam en waarvan de opbrengst ook als offergave door de bedienaar op het altaar werd neergelegd, ook het bidden en zingen was beter. Ik heb dit ook elders opgemerkt. De enorme betekenis van wat een katholiek priester aan het altaar verricht en wat hij alleen krachtens zijn wijding kan, bergt het gevaar dat de gelovigen passief kunnen blijven, zonder dat dit de gang der gebeurtenissen verstoort. Er wordt van hen slechts medeleven, dus inwendige aandacht geëist, terwijl in een protestantse kerk de aanwezigen in de handelingen voortdurend actief betrokken worden. Wie suft, is een stem minder. 's Middags met bussen naar de Snake Pass en de Derwent Dams. Magnifieke vergezichten. Merkwaardig is dat het Engelse landschap, ook in zijn perspectievisch wijde gedeelten, nooit een zekere innig heid verliest, het blijft besloten en intiem. De social evening in het Palace Hotel wasvooral dank zij Mr Greaveseen succesHij droeg het proces Bardell contra Pickwick voor, voorts een monoloog van Majoor Bagstocken een gesprek tussen Pip en Joe Gargeryalles uit het blote hoofd. Ik vind hem beter dan Emlyn Williams. Omdat ik wel voeldedat er iets van Holland verwacht werd en ik niet een derde redevoering in het Engels wilde riskeren, stelde ik een improvisatie op c-d voor, de initialen van Charles Dickens. De vleugel bleek gelukkig in goede staat en ik ging een kwartier mijn gang. Na afloop moest ik een encore geven en koos een vrije improvisatie, die niet slecht verliep en liet het daar bij. Gelukkig was er niemand, die werkelijk verstand van muziek had. - 30 -

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

The Dutch Dickensian | 1976 | | pagina 33