- 2 -
REDACTIONEEL VOORBERICHT
In 1970 verscheen Angus Wilson's The World Of Charles Dickens. De
uitgave in Nederland, verzorgd door J.H. Gottmer in Haarlem, werd
vergezeld door een bijlage van de hand van Godfried Bomansgetiteld
De tijd van Dickens. In dit stuk, twee jaar later integraal door
Michel van der Plas opgenomen in Dickens, waar zijn uw spoken?
(Amsterdam-Brussel 1972) besteedt Bomans aandacht aan "Dickens in
Nederland"Hij vermeldt hierin de weinige bijdragen die Nederlandse
publicisten geleverd hebben aan de Dickens-literatuurEveneens maakt
hij melding van het feit dat Dickens hier te lande des te meer gelezen
werd.
De redactie van de Dutch Dickensian heeft gemeend met dit nummer het
thema Dickens in Nederland op te moeten pakken. Zij wil met het
verschijnen van deze uitgave de bestudering van Dickens in Nederland
een nieuwe en krachtige impuls geven.
Met de titel Dickens in Nederland heeft de redactie een zeer brede
invalshoek gekozen. Verschillende onderwerpen die op dit thema
betrekking hebben zullen in deze uitgave de revue passeren. De hoofd
moot van dit nummer evenwel is weggelegd voor de receptie van het werk
van Dickens in Nederland en de disseminatie van zijn boeken hier te
lande. Twee leden van onze Branch, de heren Van Steynen en Luger, die
in dit onderwerp "gepokt en gemazeld" zijn, hebben hun onderzoekingen
ten behoeve van de lezer van The Dutch Dickensian op schrift gesteld.
Vooral het lijvige aandeel van Kees van Steijnen verraadt een jaren
lange studie in het onderwerp Dickens in Nederland. Samen met de
bijdrage van Bernt Luger, die als een kenner mag gelden op het gebied
van de Nederlandse letterkunde in de negentiende eeuw, vormen de twee
artikelen een goed beginpunt voor verdere studie.
Ook de geschiedenis van de Haarlem Branch heeft te maken met het thema
van dit nummer. J.C. van Kessel werkte zijn lezing uit tot een
artikel. Zijn belangrijkste drijfveer daarbij was, naar hij de
redactie vertelde, om een ouder lid van onze Branch duidelijk te maken
dat deze niet deel uitmaakte van het Wilhelm Busch gezelschap. Zo
leden van onze Branch mochten denken dat alleen in Haarlem en omstre
ken het werk van Dickens wordt bestudeerd, zij hebben bet bij het