- 64 - Frankrijk voor grote oplagecijfers van kranten zorgde, genoot ook daar voorliefde. Onderzoek wees uit dat tussen 1836 en 1840 alleen al in Gent werk van Alex. Dumas in 827 afleveringen verscheen. Dickens bleef daar met 429 afleveringen verre bij achter, maar nog altijd vóór 14) Eugène Sue, die de derde plaats bezette met 357 afleveringen. Nee, voor ware, opbouwende en zedekundig verantwoorde romans, zochten wij het vooral bij de Engelsen. 'Scott, Bulwer, Cooper, Dickens, Blessinghton, Warren zijn alle namen die u onwillekeurig de hand aan den hoed doen slaan, en dus roept men een Engelschen roman, hier vertaald, ligt een goede reis toe, terwijl we de Franschen het liefst op den rug zien, verder niet, aldus een recensent in het tijdschrift Nederland (1851). Toch hadden ook die Engelsen wel hun gebreken, uitvloeisel van hun 'meestmogelijke nauwkeurigheid', die leidde 'tot inventariseren en catalogiseren'. En juist aan die klachten van langwijligheideen tonigheid en gerektheid' en dat er in Engelse romans 'te veel betoogd, geredeneerd, gemediteerd, bijna schreven wij - gepreekt' wordt, zal de verschijning van Dickens een abrupt einde gemaakt hebben. Maar wat de recensenten vanuit welke zedelijke of letterkundige op vatting dan ook mochten hebben aan te merken, het lezende publiek ging eigen wegen en trok zich van de betweters niets aan. Frijlinks Lees kabinet bevatte regelmatig bijdragen van Dickens en anderen, ja ook van de wufte en 'volatieve' Franse auteurs. Wie streeft naar het vervaardigen van een volledige bibliografie van alle Nederlandse Dickens-vertalingen heeft dan ook een niet onaanzienlijke taak. Naast afzonderlijke drukken en herdrukken moet hij ook een groot aantal tijdschriften, almanakken en jaarboekjes ter hand nemen. Vooral de 'kersverhalen' vonden gretig aftrek; in afleveringen brachten zij de lezers rond de jaarwisseling in de juiste stemming. De burgerlijke ge zelligheid, bij ons zo in aanzien, vond een pendant in de 'cosiness' die Dickens zo ruimschoots bood. Tussen 1844, toen Het Leeskabinet kwam met 'Een kerssprookje' en 1867/68 toen de Huisbibliotheek Lectuur voor den beschaafden stand 'Mugby Junction' en 'Zonder uitweg' bracht, moet zo heel wat een weg naar Nederlandse lezers gevonden hebben. Maar... Het Leeskabinet en de Huisbibliotheek kostten respec tievelijk ƒ10,50 en ƒ9,per jaargang en de toevoegingen 'beschaafde kringen' en 'beschaafde stand' zeggen genoeg.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

The Dutch Dickensian | 1987 | | pagina 66