- 67 - geregistreerd, kenden geen vakorganisatie, adverteerden niet en hadden in veel gevallen maar een kortstondig bestaan. Van een leenbibliotheek alleen viel nauwelijks rond te komen, vandaar dat de bibliotheekhouder zijn bedrijfje vaak uitoefende in combinatie met andere activiteiten: nieuw-boekhandel, handel in schrijfwaren, gelegenheidsdrukwerk, ter wijl voor de groteren de combinatie met uitgeverij of veilingbedrijf winstgevend kon zijn. Leesinrigtingen1 en leenbibliotheken fungeerden vaak als service voor de klanten,reden waarom in adresboeken voor de boekhandel de uitoefening van deze nevenactiviteiten niet steeds ver meld werd. De gebroeders Van der Hoek staande voor hun leesbibliotheek aan de Leidse Breestraat. (Foto afkomstig uit het Gemeente Archief Leiden) Van één zo'n leesbibliotheek, en wel een grote in het vak, is wat meer bekend Het gaat hier om de leesbibliotheek van Van der Hoek aan de Breestraat te Leiden. Deze leesbibliotheek functioneerde sinds 1822 en ging van vader op zoons over. Jaarlijkse catalogi en supplementen

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

The Dutch Dickensian | 1987 | | pagina 69