naar me toe kwam van ontroering. En dat is
het enige van theater.
'We zijn soms helemaal vergeten wat
eigenlijk theater is, door al die rotzooi op
de telvisie. Sommige mensen vinden alles
prachtig, omdat ze niet willen weten dat ze
het ook niet snappen. Ik bedoel: we hebben
teveel van dat soort dingen. Ik heb best
bewondering voor André van Duin, maar ik
houd zelf van hele kleine en fijne humor.
Voorbeelden? Vroeger heb ik Cor Ruys
gezien, om maar wat te noemen. Die had een
bepaalde manier van kijken, een oogopslag.'
Bij de vertellingen wordt gebruikt
gemaakt van op band opgenomen stemmen.
De acteur Jules Croiset leest het verhaal De
Mantel van Gogol. Voor Scrooge maakt Van
Reijn gebruik van de stem van Wim Bijmoer.
'Jan Willem Holsbergen heeft de tekst
bewerkt en de essentie eruit gehaald. Ik
vond het wel belangrijk om tekst te
gebruiken. Dan hoeft het publiek niet te
raden. Ik houd niet van 'gemimel'. De
Rob van Reijn als Scrooge
combinatie van tekst en beweging is heel
moeilijk. Door de intonatie van een woord
geef je al een sfeer weer. Als je alleen al
het woordje 'ja' neemt dan kun je al op
zoveel manieren zeggen met eindeloos veel
variaties, dat moet ook mimisch kunnen. Je
weet wat achter het woord 'ja' zit. Daarom
gebruiken we ook vaak taal!'
Tot slot praten we over zijn
internationale carriere en waarom de
Dickens-produkties nooit in Engeland zijn
opgevoerd.
'Ik heb geen idee. Het Engelse woord
pantomime is natuurlijk weer anders. Be
tekent meer een soort van spektakel, maar
dan is het meer mime. Het verbaast me wel.
We komen wel veel in Duitsland, maar nooit
in Engeland. Je komt ook het land niet in
met die labour-permits en dergelijke. Ik had
vroeger veel BBC-uitzendingen, maar je gage
ging op aan de vakbonden.'
Rob van Reijn vraagt me na het
gesprek of Dickens een kort armpje had en
verbaast zich er vervolgens over hoe hij aan
die onzin komt. Hij laat zich dan uitgebreid
informeren over de Haarlem Branch. Op zijn
kantoor overlaadt hij me met prachtige
foto's van de twee voorstellingen. Van Reijn
als Fagin en als Scrooge. Te veel om in dit
nummer te kunnen plaatsen. Bij de voordeur
zegt hij twee kaarten voor me reserveren
voor de voorstelling Démasqué, die op dat
moment loopt. Met zijn vergeetachtigheid in
gedachten bel ik die middag nog maar even
naar de kassa van het theater om te
informeren of die plaatsen inderdaad
gereserveerd zijn. 'Rob is het zeker ver
geten,' klinkt het aan de andere kant van de
lijn.