Dickens aan de Amstel of Pickwick verpotgieterd Agnes M. Zwaneveld Globale relatie tot de brontekst In The Dutch Dickensian van 1987 werd in twee artikelen, van Kees van Steijnen en Bernt Luger, aandacht besteed aan de ver diensten van Potgieter als eerste ver spreider van het werk van Dickens in Nederland. Hij verrichtte dit pionierswerk in 1837 in zijn pas opgerichte tijdschrift met de programmatische titel De Gids. In het onderstaande wil ik nagaan hoe Potgieter als - vertaler en G/'dsredacteur- Dickens aan het Nederlands publiek ge presenteerd heeft. In eerste instantie verliep de intro ductie anoniem en zonder bronvermelding, met de publicatie in maart 1837 van De aardmannetjes en de koster. Een Sprookje, een kerstverhaal uit de januari-aflevering van de Pickwick Papers.1) Een zeer snelle vertaling dus, Potgieter moet enthousiast geweest zijn. Een maand later verschijnt dan ook al een tweede tekst van Dickens in De Gids, ditmaal beter gedocumenteerd. Het was de eerste aflevering van Reis ontmoetingen der Pickwickisten, met de ondertitel Uit de nagelaten Papieren van de Pickwick-Club. Auteur Boz en tekenaar Seymour worden in een voetnoot geprezen, en dat is voorzover bekend de eerste openbare vermelding van de schrijver in Nederland.2) Informatie over de aard en de bijzondere verschijningsvorm van diens werk ontbreekt echter, terwijl de publicatie in De Gids toch een wat andere indruk geeft dan die van het origineel, de indruk namelijk van een ordelijk opgebouwd, luchthartig verhaal, met een wat vreemde opening. Maar al was de informatie summier, Potgieter trad hier toch inderdaad op als een gids die de lezers wegwijs wilde maken in de buitenlandse literatuur. Dat was één doelstelling van zijn tijdschrift, maar niet de voornaamste. Hoofddoel was de vaderlandse letterkunde op een hoger peil te brengen door beargumenteerde kritiek en het goede voorbeeld. Potgieter's vertaalwerk kan daarom mede bekeken worden als een poging om een model van goede vertaalkunst te produceren, volgens de normen van De Gids. Voor de publicatie in zijn tijdschrift heeft Potgieter uit de Nagelaten Papieren van de Pickwick-Club één episode gelicht, één Reisontmoeting, en daarvan een mooi afgerond doorlopend verhaal gemaakt. Dit verhaal berust vooral op hoofdstuk 2 van de Pickwick Papers, alleen het slot is ont leend aan hoofdstuk 3, dat grotendeels bestaat uit een ingevoegde vertelling van de Strolier 'dismal Jemmy'. Diens droeve relaas van de stervende clown is met de verteller uit de Reisontmoeting weggelaten, niet alleen om de ruimte die zij zouden -73 -

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

The Dutch Dickensian | 1989 | | pagina 79