25-27). Deze verheven mededeling wordt kortweg weergegeven met 'toen zij [nl. de menigte] hoorde, dat de Pickwickisten verklikkers waren, was zij gereed partij te kiezen' (157: 34/5). Een plechtige en ironische formulering als 'were the intelligible sentences which issued from his (nl. Jingles) lips' (P 90: 1/2) wordt nuchter weergegeven met 'klonk het van zijne lippen' (273: 13/4). Wel zeer kort en krachtig is 'Helaas, ja!' (273: 43) als vertaling voor 'He looked again, and was under the painful necessity of admitting the veracity of his optics' (P 90: 26/7). Zoals hierboven al opgemerkt, wordt ook Pickwick zelf gecorrigeerd als hij zich naar de smaak van de vertaler te geleerd uitdrukt. In zijn aantekeningen over Rochester bijvoorbeeld bericht hij dat 'The consumption of tobacco in these towns must be very great: and the smell which pervades the streets must be exceedingly delicious to those who are extremely fond of smoking' (P 83/4). Dit wordt weerge geven met: 'Er moet in die steden ontzettend veel tabak gebruikt worden; want alle straten rieken er naar' (267: 35/6), mooi kort, maar met een wijziging in de retoriek en een verlies aan ironie. Conclusie: een-Ietsje te?-serieuze vertaling Potgieter vertoont in zijn oorspronke lijke werk een zeer retorische stijl. In zoverre was hij de aangewezen man om Dickens' proza te vertalen, maar hij nam het schrijven te ernstig en kon niet vol doende meegaan in het satirisch spel dat Dickens speelde met plechtstatige vormen van taalgebruik. Door diezelfde ernst was hij ook bang dat de lezer iets van het verhaal zou ontgaan en bedierf hij soms het verrassingseffect van een pregnante formulering door expliciet te maken wat Dickens impliciet gelaten had. Zo wordt bijv. 'The stranger filled, and emptied' (P 84: 9/10 v.o.) aangevuld tot: 'De vreemdeling vulde en leêgde het zijne in hetzelfde oogenblik' (268: 29). Potgieter bewandelde de retorische middenweg en deed daarmee afbreuk aan het uitbundige hilarisch karakter van de Pickwick Papers. Toch is het werk daardoor niet onherkenbaar vervormd. Ook de Reisontmoetingen vormen hoogst amusante lectuur en zij zullen de lezer zeker nieuwsgierig gemaakt hebben naar het verdere werk van die nieuwe schrijver Boz. In zoverre lijkt de tekst me, naar de eisen van zijn tijd, een redelijk goede vertaling. Het enige slechte eraan vind ik sommige dialoogfragmentjes, waarin de vertaler haspelt met de werkwoordstijden, en het Engels "did" letterlijk overneemt!5) Vanuit onze tijd gezien lijkt het natuurlijk onverantwoord om zoveel aan andermans tekst te veranderen als Potgieter hier gedaan heeft, maar in zijn tijd gold het literaire kunstwerk nog niet zozeer als een onaantastbare eenheid en het onvervreemdbaar geestelijk eigendom van zijn auteur als tegenwoordig. Ook vertaalde Potgieter geen gecanoniseerd klassiek meesterwerk, maar een hoogst actueel werk, dat nog niet voltooid was en in de loop van zijn verschijnen geleidelijk -83 -

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

The Dutch Dickensian | 1989 | | pagina 89