ren er meestal één hebben, en soms nog
slecht ook), en dat hij eigenlijk - in
combinatie bezien - het perfecte huwelijk
kreeg, ook al werd dat geleverd in twee
delen die na elkaar kwamen in plaats van
tegelijkertijd.
Samenvattend zou je "David Copper-
field" op twee manieren kunnen beschou
wen:
De eerste is gebaseerd op een (ama-
teur)psychologische verklaring: David
trouwt met Dora' omdat ze op zijn moe
der lijkt, die hij verloren heeft toen hij
nog heel jong was en nog niet via het
proces van de puberteit afstand van haar
had kunnen nemen.
Zijn huwelijk met Dora is dan een soort
"therapie" om los te komen van zijn
moeder, en uiteindelijk een vrouw te
kunnen waarderen zonder haar te verge
lijken met zijn moeder.
De tweede is meer (amateur-)sociolo
gisch van aard: David is een jonge man,
die zich opwerkt in de maatschappij, en
met Dora trouwt omdat ze qua persoon,
maar ook door haar hogere positie in de
maatschappij (een positie die er later - in
financieel opzicht althans - niet blijkt te
zijn), voor hem een ideaal vertegenwoor
digt. Dora representeert de meer traditio
nele maatschappij waarin een vrouw van
stand kon pianospelen (in haar geval
gitaar) en Frans sprak, maar niet prak
tisch werkzaam kon zijn in het huishou
den, en geen gesprekspartner was voor
haar echtgenoot als het om zijn werk
ging. David is als "self made man" een
representant van, de moderne maatschap
pij van die tijd, en hij stelt moderne
eisen aan zijn vrouw. De verschillen in
waarden en normen, waarmee ze zijn
groot geworden, vormen de belemmering
voor hun geluk.
Tot zover "David Copperfield". De titel
van dit stukje dwingt tot een meer alge
mene benadering, met als uiteindelijk
doel wellicht het beschrijven van de
ingrediënten van de "typisch Dickensi-
aanse liefdesgeschiedenis". Zover zal het
hier niet komen; de lezer zal die weg
verder zelf af moeten leggen. Als aanzet
échter nog enkele algeméne opmerkin
gen, mede gebaseerd op "Bleak House"
en "Little Dorrit".
De hoofdpersoon in de Dickensiaanse
liefdesgeschiedenis heeft een ongelukkige
jeugd gehad. Deze constatering is een
open deur, zeker nu in het spraakgebruik
"Dickensiaans" synoniem lijkt voor
kinderen die lijden onder armoede en
gebrek. Maar dat ongeluk bestaat bij
Dickens niet alleen uit armoede. Ieder
verhaal lijkt een soort psychologische
"case study":
- David - verliest zijn moeder en heeft
zeer verschillende jeugdervaringen (zijn
moeder, Murdstone, kostschool, zwer
vend, Betsey Trotwood).
- Agnes is kind van een te bezitterige
vader.
- Esther Summerson is een ongewenst
kind dat werd opgevoed door een liefde
loze stiefmoeder, die haar inprent dat ze
er eigenlijk niet hoort te zijn.
- Amy Dorrit werd grootgebracht in een
gevangenis door een slappe vader, die
haar een te grote verantwoordelijkheid
liet dragen.
- Arthur Clennam werd opgevoed door
een liefdeloze stiefmoeder, die een streng
geloof aanhing, en die het hem kwalijk
nam dat hij geboren werd uit een buiten
echtelijke Verhouding van haar man.
Geen van allen werd opgevoed door een
eigen, liefdevolle, moeder. Dit doet
denken aan het feit dat Dickens het zijn
moeder nooit heeft vergeven dat zij hem
wilde laten blijven werken in het schoen-
smeerbedrijf, ook toen de familie al weer
in betere omstandigheden was gekomen.
Dank zij zijn vader mocht hij toen echter
weer naar school.
51