de geest van den oeden mar ley,
145
gen tijd in hét jaar, wanneer de menschen, als ware het bi}
algemeeno afspraakhunne toegeslotene harten voor elkander
schijnen te openen. En dat heeft mij goed gedaan, oom! al
heeft het mij-geen geld in den zak gebragt, en daarom ben
ik voornemens om ook voortaan vrolijk kersmis te honden,"
Be klerk in zijn hokje begon onwillekeurig in zijne handen
te klappen; maar zich terstond bedenkende hoe onbehoorlijk
dit was, pookte hij in het vuur, en doofde zoo de laatste
vonk geheel uit.
Laat ik u nog eens hoorenriep Scrock en gij zult
kersmis houden met het verlies van uwe plaats Gij zijt
een. knap redenaar," vervolgde hij tegen zijnen neef; )>het
verwondert mijdat gij niet in het parlement komt,"
«Wees nu niet boos, oom!" antwoordde de neef. «Kom mor
gen hij ons eten."
Scrock antwoorddedat hij hem liever wil zien Waar
lijk, dat zeide hij; zelfs het laatste leelijke woord kwam
er uit.
«Maar waarom niet?" vroeg de neef. «Waarom zijt gij
getrouwd?" was Scrocks wedervraag. «Omdat ik verliefd
was." «Omdat gij verliefd waart?" bromde Scrock, als
ware zoo iets nog grootere dwaasheid dan kersmis houden.
«Goeden avond!"«Maar, oom! gij zijt nooit bij mij geko-
men, voordat ik getrouwd Was; hoe kunt gij dat dan toteene
reden maken,, oip nu niet te komen?" «Góeden avond!"
herhaalde ScrocK. Ik heb niets van u noodighervatte
de, neef. «Ik vraag n om niets. Waarom kunnen wij geene
vrienden zijn Goeden avondherhaalde Scrock we
der. Het spijt mij in mijn hartdat gij zoo onverzettelijk
zijt. Ik vreesde het welmaar ter liefde van kersmis wilde
ik het toch beproeven, en ik blijf kersmis in eere houden.
Duseen vrolijke kersmis oom Goeden avondzeidé
Scrock nogmaals.«En een gelukkig nieuwjaar!" «Goe
den avond!" antwoordde Sorock wederom.
De neef ging echter heen ,- zonder een kwaad woord te spre
ken. In het voorbijgaan wenschte hij den klerk nog een vro
lijke kersmis, en deze, hoe kond hij ook wezen mogt, was
toch warmer dan zijn meester; want hij gaf denwensch har
telijk terug.
«Daar zit er nog een," mompelde Scrock, die dit gehoord
1844. I. 10