bordeel van Londen was. Mr.Williams was bi] eeri miskraam geroepen in een kamer, waar de vrouw met haar man in één bed sliep, in een ander bed sliepen ook een man en een vrouw. Volgens Zinkhan klopt Mr.Pickwick's beschrijving van de Fleet Prison met die in de Chronicles of the Fleet van Charles Rowcroft uit 1846. Veronderstellend, dat 'Your Committee' van 1815 en de Commissioners van 1818 voor gevangenen andere maatstaven aanhielden f.a.v. leefomstandigheden, dan voor zichzelf, en gezien de toen nog steeds heersende onverschilligheid f.a.v. liet lot van gevangenen, mogen de waarnemingen van Mr.Pickwick, resp. diens schepper, ais juist worden aanvaard. Er zijn zelfs redenen om aan te nemen, dat de situatie nog slechter was. De Marshal van de King's Bench Prison b.v, moest uit zijn inkomsten de hele gevangenis in goede staat houden, maar gaf daarvoor de laatste jaren slechts £75 per jaar uit. Ook de Warden van de Fleet Prison moest uit eigen middelen alle nodige reparaties laten uitvoeren. De Marshalsea werd eens per jaar 'whitewashed' en door de 'Board of Works', vallend onder de Treasury, onderhouden, behalve kleinigheden. Die laatste verzorgde de under-marshall. Hij kon dit declareren bij de Treasury. Desondanks was kennelijk hef onderhoud slecht. De deputy marshal, Jenkins getuigde in 1811, dat na de dood van Thomas Culver de overheid een en ander had gerepareerd, wat veel eerder had moeten geschieden. Deze reparatie, zei de gevangene William Hammenton bestond slechts in het inzetten van een ruit. Er zat daarvoor geen glas in, toen Culver er verbleef "there were a few panes, but very few; my Wife took them all out, and covered the Casement with oiled Paper. En de jury-leden waren bang van de moeilijke trappen te vallen, in de winter van 1826 had de King's Bench Prison nagenoeg geen ruiten. 8. The 'Poor Side'. Wij volgen mr.Pickwick op zijn verdere tocht, maar slaan even de chancery gevangene eri diens langdurige gevangenschap over. Mr.Pickwick komt mei de "poor side" in aanraking, omdat hij een boodschapper zoekt, die zich buiten de gevangenis kan begeven. Ook hierop wordt later teruggekomen. a. levensonderhoud. Wij kwamen de 'Poor Side' van de Marshalsea Prison al tegen in de inquisition on the Death of Thomas Culver. Het verschil tussen de 'Poor Side' en de 'Master Side' zat in de 'Allowances'. Aan de Master Side was er geen 'Allowance'. Om aan de Poor Side te komen, moest men een eed afleggen, dat meri niet meer bezat dan 40s. Deze eed werd afgelegd voor een "Officer of the court". Hij luidde als volgt: In the Palace Court, now Prisoners in the Prison of this Honourable Court, severally make Oath and say, That they are not in Possession of Money, Goods, or other Effects, to the Amount of Forty Shillings, nor have nor hath any Person or Persons Money, Goods, or other Effects, to that Amount in Possession for them, that they or either of them can command; and these Deponents further make Oath and say,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

The Dutch Dickensian | 2003 | | pagina 10