Winter 2004 no.51
Vooroordelen
16
The Dutch Dickensian Volume XXIV
enkel geval helemaal niet meer bestonden
omdat het dorp in zee was gespoeld)
raakten hun vertegenwoordigers kwijt. Het
landgoed van de grootgrondbezitter bleek
niet meer van voldoende economische- en
vanaf nu ook politieke betekenis om nog in
het parlement de natie te
vertegenwoordigen. Deze zetels kwamen
nu ter beschikking aan de snel groeiende
industriesteden en aan hele counties in
plaats van kleine plattelandssteden.
Stemmers moesten zich nu voor het eerst
ook laten registreren. Later bleek dit de
eerste stap op weg te zijn naar de
vorming van partijorganisaties.
Vreemd genoeg voor ons verzette
men zich heftig tegen het houden van
geheime stemmingen (dat werd als
laffe daad gezien), en zette zo de deur
wijd open voor ongeoorloofde druk op
stemmers. We zien Dickens kritiek
leveren op de slechte kanten aan het
nieuwe kiesstelsel. Uit de
beschrijving van de Eatanswill
Elections in The Pickwick Papers
kunnen we afleiden dat hier gaat om
verkiezingen na de invoering van The
Reformbill van 1832. Er is sprake van
hoog oplopende politieke spanningen.
Stemmers uit het kamp van de
tegenpartij worden dronken gevoerd
met gratis drank terwijl de eigen
aanhangers wordt gefêteerd met
gratis maaltijden of nog meer.
Overigens bleek de angst voor de
tegenstanders van de veranderingen
dat er sprake zou zijn van een
politieke aardverschuiving
ongegrond. Na de eerste verkiezingen
volgens het nieuwe systeem was de
politieke kleur van de afgevaardigden
This 1832 cartoon by John Doyle
shows the British public helping
Earl Grey against William IV and
the Duke of Wellington
nauwelijks veranderd.
In het vijfde hoofdstuk 'Mid-Victorianism'
getiteld komt het vooroordeel aan de orde
dat veel Victorianen achteraf over zich
afriepen. Ze zouden onder het weldadige
gezag van God en hun vorstin Victoria er
massaal de mening op na hebben
gehouden dat Engeland volkomen terecht
de leidende natie op aarde was. De gouden
eeuw van het Victoriaanse Engeland
zorgde voor een niet-aflatende reeks van
met name materiële zegeningen. Zeker
