Winter 2004 no.51
4 The Dutch Dickensian Volume XXIV
leven ontdekken, leek hem op het lijf
geschreven. En toch?..afgaande op zijn
ontwikkeling in later jaren, krijgt men de
indruk, dat hij toen al poogde, de
"schaduw" zoals hij later refereerde aan
zijn jeugd, te ontvluchten door zich uit te
putten, dag in dag uit.
En dan, als roem routine wordt en de
outcast van weleer met vorsten dineert, als
zelfs Victoria haar belangstelling voor hem
laat blijken, dan blijkt geleidelijk dat het
géén sprookje is. Dat de middelbare
leeftijd nadert met lichamelijke aftakeling
en de melancholie die daarmee gepaard
gaat. Dan blijkt hij tien kinderen te hebben
en een echtgenote, die -ondanks haar
liefde voor hem- een bron van ergernis
wordt door haar eindeloos baren en de
depressies die zich na de bevallingen
voordoen. Ze is "onbenullig, traag en
onhandig en veel te dik"kortom niet de
levensgezellin voor een man die als een
god wordt aanbeden.
Er is de voortdurende- onterechte- angst,
weer arm te worden en een toenemende
rusteloosheid, die hem in de loop der jaren
door Europa jaagt, aanvankelijk met het
gezin, later alleen of met vrienden.
Het is 1853. Dickens voltooit Bleak House,
werkt enkele dagen per week aan zijn
tijdschrift Household Words
en rent van het ene evenement naar het
andere.
Tijdens een diner te zijner ere in
Birmingham, hoort hij van het plan, een
"Industrial and Literary Institute" op te
richten, ten behoeve van de ontwikkeling
van de werkende klasse. Hij biedt aan, in
december een lezing te houden om de
benodigde fondsen te vergaren; "there
would be some novelty in the thing, as I
have never done it in public, though I have
in private and (if I may say so) with a
great effect on the hearers".
Eigenlijk is het verbazingwekkend dat dit
idee pas nu- in zijn twee en veertigste jaar
bij hem opkwam; zijn grote liefde -na het
schrijven- was het theater. Talloze rollen
heeft hij gespeeld op tournees door heel
Groot-Brittannië en met veel succes.
Uiteraard werd zijn voorstel enthousiast
ontvangen en op 27 december las hij A
Christmas Carol voor een publiek van 1700
mensen, die een sneeuwstorm hadden
getrotseerd om deze eerste lezing van drie
uur bij te wonen. Een lezing die: "was
going on as easily, to all appearance, as if
we had been sitting round the fire"(de
woorden van Dickens). En zoals een
reporter van The Birmingham Journal
beschreef: "mr. Dickens twirled his
moustache, or played with his paperknife,
or laid down his book, and leant forward
confidentially"
Maar de echte triomf was de lezing voor de
"working people"op 29 december. De prijs
van de kaartjes was laag en 2000 laaiend
enthousiaste mensen begroetten hem als
hun held, want was hij niet degene die
opkwam voor hun recht op onderwijs,
gezonde levensomstandigheden en respect
van hun meer gefortuneerde medemensen?
Voor Dickens was de avond een bewijs, dat
hij niet alleen in zijn geschriften, maar ook
oog in oog met zijn
pubhek, in staat was grote massa's te
betoveren met zijn talent. Zijn manager
Wills schreef na afloop aan zijn echtgenote:
"if Dickens does turn Reader, he will make
another fortune".
Charles Dickens was klaar voor een
keerpunt in zijn carrière. Een nieuwe
periode brak aan, waarin talloze mensen
zouden lachen en huilen onder de invloed
van een kleine, door pijn en ziekte
gekwelde man, die vocht tegen de schaduw
van zijn eerste jaren. Vruchteloos
uiteraard; men kan het verleden niet
amputeren. Men kan alleen hopen, het in
te passen in het heden, zodat overleven
mogelijk wordt.
In de volgende jaren verzette Dickens -
zoals altijd - het werk van vijf mensen. Het
overweldigende succes van zijn lezingen
resulteerde in een groot aantal
voorstellingen ten behoeve van
liefdadigheidsinstellingen. Hoewel hij
uitsluitend kerstverhalen had gelezen tot
nu toe, speelde Dickens in deze periode
met de gedachte, ook ander werk te
herschrijven voor het spreekgestoelte. Zijn
roem was nog steeds groeiende; in Parijs
werd hij op straat herkend en
aangesproken en in de etalage van vrijwel
elke winkel vond men zijn portret.
Met de aankoop van Gad's Hill vervulde hij
een jongensdroom.
De zomer van 1856 is de laatste met zijn
gezin, rond wandelend op de kermis met