CHARLES DICKENS EN THOMAS CARLYLE
Najaar 2005 no. 54
ontwikkelen en lang niet iedereen ontwikkelt zich
in die tijd in hetzelfde tempo.
Mijn conclusie.
Maken de beschrijvingen van de jonge heldinnen
bij Dickens in de loop van de tijd een ontwikkeling
door van objecten naar subjecten? Ik denk dat dat
het geval is. Wordt dit veroorzaak door Ellen
Ternan? Ook daar moeten we volgens mij ja op
zeggen. Een relatie die zo lang heeft geduurd,
moet zijn invloed hebben gehad. Kunnen we die
invloed aanwijzen in zijn romans? Hier ben ik veel
voorzichtiger in mijn oordeel. Dickens heeft in zijn
leven zoveel meegemaakt, dat het voor mij niet
duidelijk is welke verandering in zijn schrijven
nadrukkelijk aan Ellen's invloed is toe te schrijven.
Ik zal Dickens er dus nog vaak op na moeten
slaan.
Aanvullende literatuur:
Ackroyd, Peter; Dickens (abridged edition),
London,1994.
Slater, Michael; Dickens and Women, London, 1983.
Tomalin, Claire; The Invisible Woman, The Story of
Nelly Ternan and Charles Dickens, London,
1991(1990).
Wagenknecht, Edward; Dickens and the
Scandalmongers, Essays in Criticism, Norman, 1965.
Internet-bronnen
http://www.dickens-and-london.com/Women.htm
http://www.victorianweb.org/authors/dickens/dic
kensbio5.html
door Kees Klok
Thomas Carlyle werd in 1795 geboren in
het Schotse Ecclefechan als zoon van een
streng calvinistische steenhouwer en
keuterboer. Op zijn vijftiende begon hij zijn
studie aan de Universiteit van Edinburgh
met het oogmerk opgeleid te worden tot
predikant. In 1814 kwam hij tot de
conclusie dat zijn theologische opvattingen
hem voor dat ambt ongeschikt maakten en
verliet hij de universiteit zonder af te
studeren. Later zou hij er terugkeren om
voor enige tijd colleges in de rechten te
volgen. Hij verdiende een aantal jaren de
kost met lesgeven aan middelbare scholen
en gaf daarna
privé-lessen in
Edinburgh,
waar hij zich
tegelijkertijd
met groot
succes
bekwaamde in
de Duitse taal en letteren. Hij vertaalde de
grote Duitse letterkundigen van die tijd,
waaronder Goethe en schreef een studie
over Schiller. In 1826 trouwde hij met de
intellectueel zeer begaafde doktersdochter
Jane Baillie Welsh. Carlyle was evenals
Dickens very much a selfmade man. Het
echtpaar leefde in het begin van hun
huwelijk uit financiële onzekerheid
noodgedwongen nogal afgezonderd op een
Schotse boerderij van Jane's familie. De
literaire doorbraak van Carlyle kwam met
zijn deels filosofische, deels
autobiografische boek Sartor Sartorius, dat
in 1833 en 1834 in afleveringen verscheen
in Eraser's Magazine, maar daarmee waren
de geldzorgen van Carlyle nog niet voorbij.
Dat was pas het geval toen het paar een
lijfrente ontving na de dood van Jane's
moeder in 1842. Carlyle's naam als
historicus werd definitief gevestigd met de
publicatie van zijn driedelige The French
Revolution: A History in 1837. In 1834
vestigden de Carlyles zich in de Londense
wijk Chelsea. Jane Carlyle overleed in
1866, Thomas stierf vijftien jaar later, in
1881.
Thomas Carlyle behoort ongetwijfeld tot die
vrienden waarvoor Dickens een grote bewondering
koesterde, wat alleen al mag blijken uit het feit dat
The French Revolution: A History, zoals Dickens in
The Dutch Dickensian Volume XXV
2
3