Charles Dickens's "Frauds on the Fairies" (1
October 1853) citaat1:
Winter 2005 no. 55
met wat hij aan ellende bij arbeidersgezinnen zag
en wat hij bij zijn vader had gezien zette hem aan
het denken. Deze ervaringen gecombineerd met
zijn afkeer voor de veranderende samenleving
leidde ertoe dat hij de oorzaak van de diepe
armoede en ellende zag in drankmisbruik. Zo
werd hij overtuigd aanhanger van de Temperence
Society en stelde zich hoe langer hoe meer op als
een fanatieke geheelonthouder. Voor Dickens was
dit de wereld op zijn kop zetten. Niet het
drankmisbruik leidde tot armoede, maar de
armoede leidde tot drankmisbruik. Dickens zag
daarom geen enkel bezwaar in matig
drankgebruik. Dit meningsverschil zette na verloop
van tijd de relatie tussen beide heren steeds meer
onderdruk.
Daarvoor was er echter een vruchtbare
samenwerking geweest. In het begin van zijn
carrière werkte Cruikshank nog in de tijd dat
uitgevers, nadat zijn een tekenaar de opdracht
voor een aantal tekeningen hadden gegeven, een
schrijver de opdracht gaven hier bijschriften of een
verhaal bij te schrijven. Bij een talent als Dickens
was er sprake van de omgekeerde volgorde en
kreeg Cruikshank de opdracht om Dickens werk te
illustreren.
In 1836 leerden de schrijver en de tekenaar elkaar
kennen doordat de uitgever van Sketches by Boz
aan Cruikshank vroeg hier de illustraties bij te
maken. Het feit dat men zo'n bekende tekenaar
vroeg voor het boek van Dickens geeft wel aan
welke achting men voor het werk van de jonge
schrijver had. Of George ook zo blij met deze
opdracht is geweest blijft de vraag. Hij verkeerde
niet in een positie om werk te weigeren, want
hoewel hij een enorme productie heeft gehad heeft
hij zijn hele leven geldzorgen gehad. Terwijl
Dickens hem al gauw in populariteit
voorbijstreefde en het hem ook in financieel
opzicht veel beter af ging. Vinden we hier
misschien de oorsprong van het verhaal dat
Cruikshank later ophing dat hij degene was
geweest die Dickens aan het idee van Oliver Twist
had geholpen? Forster geloofde niets van dit
verhaal en aan Dickens kon men het niet meer
vragen want die was inmiddels al overleden. Na
Oliver Twist treedt Cruikshank niet meer op als
illustrator van Dickens' romans. Contractuele
verplichtingen waren hier de voornaamste oorzaak
van, maar ik denk dat de beide kunstenaars
inmiddels zover uit elkaar waren gegroeid dat ze
dat ook niet echt betreurd zullen hebben. In 1841
zien we nog werk van hem in: The Lamplighter's
Story" maar daarna verdwijnt zijn naam uit de
agenda van Charles Dickens. In 1853 kan Dicken
het niet laten om in zijn Household Words de draak
te steken met Cruikshank's publicatie van
Fairytales die naar zijn smaak veel te moraliserend
waren. Hij heeft het dan over Frauds on the
Fairies.
We have lately observed, with pain, intrusion of
a Whole Hog of unwieldy dimensions into the fairy
flower garden. The rooting of the animal among the
roses would in itself have awakened in us nothing
but indignation; our pain arises from his being
violently driven in by a man of genius, our own
beloved friend, MR. GEORGE CRUIIKSHANK. That
incomparable artist is, of all men, the last who
should lay his exquisite hand on fairy text. In his
own art he understands it so perfectly, and
illustrates it so beautifully, so humorously, so wisely,
that he should never lay down his etching needle to
"edit" the Ogre, to whom with that little instrument
he can render such extraordinary justice. But, to
"editing" Ogres, and Hop o'-my-thumbs, and their
families, our dear moralist has in a rash moment
taken, as a means of propagating the doctrines of
Total Abstinence, Prohibition of the sale of spirituous
liquors, Free Trade, and Popular Education. For the
introduction of these topics he has altered the text of
a fairy story; and against his right to do any such
thing we protest with all our might and main. Of his
likewise altering it to advertise that excellent series
of plates, "The Bottle," we say nothing more than
that we foresee a new and improved edition of
Goody Two Shoes, edited by E. Moses and Son; of the
Dervish with the box of ointment, edited by Professor
Holloway; and of Jack and the Beanstalk edited by
Mary Wedlake, the popular authoress of Do you
bruise your oats yet
George Cruikshank sterft in 1878.
1 Bron: http://www.victoriaweg.org/authors/dickens/pva/pva239.html
The Dutch Dickensian Volume XXV
1 5