BESTE DICKENSIANS,
door Paul Ferdinandusse
LHISTOIRE
DE L'INGENIEVX,
DON- QVICHOT
Winter 2005 no. 55
ET
Dit nummer ontvangt u in december 2005, op het
moment dat onze Branch formeel 49 jaar bestaat,
met andere woorden: aan de vooravond van het
50ste jaar, en aan de vooravond van het jaar
waarin wij de 100ste International Annual
Conference organiseren. Ik houd van
vooravonden, zoals u merkt.
Anderzijds ben ik ook
geinteresseerd in het einde van
evenementen, een brede
belangstelling dus. We beleven
nu bijvoorbeeld het einde van
het Don Quijote jaar, gewijd
aan het boek dat uitkwam in
1605, dus 400 jaar geleden, en
aangekondigd als volgt:
"En 2005 se conmemora el 400
aniversario de la publicación de
El Ingenioso Hidalgo Don
Quijote de la Mancha, de Miguel
de Cervantes, considerada la
mejor novela del mundo.
Ik hoef dit niet te vertalen, hier
is geen woord Spaans bij.
Pikant is natuurlijk de stelling
dat het hier gaat om de beste
roman van de wereld. Hoe
staan Dickensians
daartegenover? f-i.aui i Pan*. lojfi
In sommige kringen is men wel
van mening dat elke grote roman op een of andere
manier schatplichtig is aan Don Quijote. Ik las een
artikel (van Mercè Potau, gevonden op internet
http://www.geocities.com/arllovet/eng.htm)
waarin wordt betoogd dat dat wel heel sterk het
geval is met de Pickwick Papers. Het duo Pickwick-
Weller en het duo Don Quijote-Sanzo Panza
hebben veel overeenkomsten (soms via het
tegendeel), en dat geldt ook voor hun
belevenissen, voor andere personen (Mrs. Bardell
en Dulcinea) en voor de opbouw van de roman.
Sanzo Panza gebruikt vaak spreekwoorden, en
Sam Weller zijn beroemde "wellerisms", maar er
wordt ook een "prewellerism" gevonden in Don
Quixote, als Panza zegt: "So, for heaven's sake, let
me have the estate, and
SECONDE PAR.TIE DE
AEDOVTABLE
Chcualicr
0E LA MANCHE.
Ctmftjiim Efidgat7i1i^atl dt Cmunttty SAmetift,
Ecaadui&c firiclement cu noflic Languc,
Far F. i Rosstt*
Oudere recensenten zouden de overeenkomst
tussen deze boeken beter gezien hebben:
"Forster (1870) valued Mr Pickwick and Sam Weller
as "the Don Quixote and Sancho Panza of
Londoners". Edgar Johnson wrote (1952): "Like
Cervantes' hero, Mr Pickwick, at first
a slapstick puppet, grew into a
'Knight of the Joyful Countenance' as
rotund as Cervantes' Knight of the
Rueful Countenance' is lean,....and as
fated for triumph as his predecessor
was for failure". Finally, the latest of
Dickens' biographers, Ackroyd, writes
his Dickens (1990), as if Cervantes,
and his Don Quixote had never
existed. In his big book (1200 pp.,
200 of them devoted to Pickwick) he
mendaciously affirms that "nothing is
known about the genesis of Dickens'
Pickwick"."
A PARIS,
ChczUvcfucUc?veï »v CioVj&Dxmxi
M o a. ijl vrueS- acaucs.abSalcnundre.
M. DC. XYIU
*4*tt 9tuutq/e R*y>
We kunnen concluderen dat de
jonge Dickens zo verstandig was om
zich niet door de eerste de beste
bron te laten inspireren, maar
meteen door la mejor novela del
mundo.
'=i>. v„i ii. r 2.v Ik hoop hiermee in onze kring de
inspiratie te hebben opgewekt voor
het houden van een lezing ("Cervantes en
Dickens").
Ik wens u een goed 2006 en ons allen een goed
jaar voor onze Branch.
then we '1 see, as one
blind man said to the
other". Het
overeenkomstige
"wellerism" is: "I see,' said
the blind man."
4
The Dutch Dickensian Volume XXV