WEEKBLAD van 1860. Vrijdag, 20 April. N°. 16. De Landbouw in Haarlemmermeer. ■aSiJ A A N LANDBOUW, GEMEENTE- EN POLDER-BELANGEN GEWIJD. HoofdredacteurC. E. DE CLERCQ. aSs HAARLEMMERMEER, Abonnementen worden aangeDomen bij de Boekhandelaara C. M. VAN GOGH. Leidschestraat, te Amsterdam J. J. VAN BREDERODE,Haarlem bij den Heer BRIEVENGAARDER te Haarlemmermeer en verder bij alle soliede BOEKHANDELAREN en POSTDIRECTEUREN in het Rijk. De Prijs is f 6,in het <Jaar. Elke 3 Maanden wordt over f 1,50 beschikt. Advebtentien van 15 regels 50 Cts.elke regel meer 10 Cts., behalve 35 Cents Zegelregt bij elke plaatsing. Alle Toezendingen moeten franco geschieden aan den Hoofdredacteur, te Amsterdam. Op het Nijverheids-Congres, in Julij 1859 te Am sterdam gehouden, gaf ik in de Vergadering der Afdeeling Landbouw eenige mededeelingen omtrent de uitkomsten die de landbouw in den Haarlemmermeer- Polder had opgeleverdter beantwoording der twee vragen van het Programmawelke nidus luidden Welke nuttige lessen voor den vaderlandschen land bouw heeft de Haarlemmermeer-Polder na zijne droog- making opgeleverd, hetzij door de vergelijking van de verschillende bouwwijzendie door landbouwersuit onderscheidene oorden van Nederland herkomstigdaar als het ware naast elkander in het werk gesteld zijn hetzij door de invoering aldaar van buitenlandsehe werktuigen (zaaituigen, dorschtuigen, hooischudders, enz.), hetzij door andere, elders hier te lande nog minder algemeene landbouw-handelwijzen? Welke is in het algemeen de tegenwoordige toestand der verschillende gronden in den Haarlemmermeer- Polderen welke zijn de uitkomsten, die zij hebben opgeleverd. Men vroeg mij later, het gesprokene op schrift te stellenten einde dit als bijlage in het verslag van het Congres op te nemen. Deze mededeelingen laat ik hier thans volgengeenszins omdat ik denk daardoor een der landbouwers of landeigenaars van Haarlemmer meer iets nieuws te leerenmaar alleen om mijne ondervinding en mijne zienswijze aan die van andere landbouwers aldaar te toetsen. Verscheidene opgaven die daarin voorkomenzijn welligt door mijne niet volledige bekendheid met den Polder min of meer onjuisten het zou mij verwonderen indien de daar gegevene beschouwingen door iedereen gedeeld werden. Die alzoo van een ander gevoelen is of juister fciten weet aan te voeren, geve ons zijne zienswijze ook eens te kennen. De verkregen ondervinding in Haar lemmermeer is zeer uiteenloopendhet oordeel van velen is dus noodig om den waren staat van zaken te leeren kennen. Met de volgende mededeeling wenschte ik te voldoen aan het vereerend verzoek van den geachten Voorzitter van de Afdeeling Landbouw van het Nijverheids- Congres, om een schriftelijk verslag te geven van hetgeen ik, ter beantwoording der vragen N°. 15 en 16, in de Vergadering van 15 Julij in het midden bragt. Het deed mij leed, dat het toen medegedeelde zoo gebrekkig en onvolledig moest zijn, daar ik slechts kon geven, wat mij in het geheugen lag of op dat oogenblik voor den geest kwam. Ik wil dus ook nu geenszins op eene volledige en grondige beantwoor ding dezer vragen aanspraak maken, maar slechts in het kort den inhoud van het gesprokene zamenvatten. Ik moet echter vooraf nog opmerkendat mij later bleekdat men uit mijne woorden eene nog al zeer gunstige beschouwing van den nieuwen Polder afleidde gunstiger dan ik meende die geschetst te hebben. Dit komt waarschijnlijk daaruit voort, dat ik er niet aan dacht, dat ik hier grootendeels tot onbevooroor- deelden sprak en wat te veel onder den indruk was der publieke opinie, die in den laatsten tijd den aankoop en het exploiteren van gronden in den Haarlemmermeer-Polder als eene algemeen mislukte speculatie schijnt te beschouwen. Die algemeene opinie, welke het best uit de besteede koopprijzen voor den grond blijkt, heeft zeer verschillende phasen doorloopen. Blijkens de eerste veilingen begon men met eene veel te hoog gespannen verwachting omtrent de kwaliteit der gronden en het winstgevende van het in kultuur brengen van grond in nieuwe polders. Plotseling na de derde veiling van grondenwon eene andere meening veld, en als reaktie tegen de veel te hoog ingezette prijzen daalden deze op eens tot de helft, zoodat de gronden van eerste kwaliteit eerst tot 900 het bunder opgejaagd, thans slechs 400 konden gelden. Zijdie tot die prijzen kochten maakten goede zaken. Sommigen hunner konden zelfs uit het batig saldo van twee achtereenvolgend op stam verkochte gewassenden koopprijs voldoen. Toen het tweede oogstjaar op vele gronden een rijk gewas vertoonde, het koolzaad goed geslaagd was en bij den hoogen prijs van 18 /19 zeer goede rekening gaf, wakkerde de kooplust weder aanstegen de prijzen op nieuw van veiling tot veiling en bereikten bij de laatste weder nagenoeg de hoogte der drie eerste veilingen. Nog ruim een half jaar, nadat de laatste veiling van Eijkswege gehouden was, hield deze gunstige meening stand werd alles wat nog aangeboden werd gretig weggekocht en verscheidene perceelenin de goedkoope periode aangekocht, konden met 100 pCt. winst weder overgedaan worden. Doeh, toen nu de vrede kwam, de graanprijzen daaldende slechte kwaliteit van vele gronden bleek pachters zonder kapitaal, die tegen hoogen prijs pachtten, niet betaalden en het verkoopen der gewassen op stam niet meer opnamkwam de terugslag weder en nim- mer was de algemeene opinie zoo ongunstig omtrent den jongen polder gestemd dan toen. Slechts de puikste gronden bleven tamelijk op waarde, doch van deze kwam weinig ter markt; de slechte waren onver- koopbaar. De middelmatige daalden weder op de helft der vroeger besteede prijzen. In den laatsten tijd is er zoo al niet vooruitgang, dan toch stilstand in de daling. Er komt daarbij weinig aan de markt. Welke grond goedwelke slecht isis geblekenalgemeen wordt verbetering zigtbaar en men kan thans weder eene welligt eerst nog langzame, maar ook voortdurende en op goeden grond steunende rijzing der prijzen verwachten. De uitkomsten van de bebouwing van Haarlenimer- meer-gronden verkregen zijn alzoo zeer afhankelijk van twee voorname omstandighedenden besteeden aankoopprijs en de kwaliteit van den grond. Wat dit tweede aangaat, zoo geloof ik, dat men de Haarlemmermeerdie circa 16,800 bunders groot iskan verdeelen in drie klassen 4,800 bunders puike gronden. 5,500 middelmatige 6,500 slechte De puike gronden zijn eensdeels kleigrondenander- deels baggergronden. De goede kleigronden zijn tevens meestal hoogge- legen; 3.80 tot 4.00 el beneden A. P. De klei is vruchtbaar, doch niet buitengewoon zwaar, daar ze alleen bij zware zomerhitte scheurt en bijna nimmer grofkluitig wordt. Dit laatste komt welligt uit het gehalte aan kalk voort, dat in vele gronden nog al aanmerkelijk sehijnt te zijn. De kleilaag is 1 el tot 1.25 el dik; daaronder vindt men overal zand; de grond was vooral in de eerste jaren zeer doorlatend. De baggergronden zijn die waar op eenen meer zandigen of veenacbtigen ondergrond eene laag vette slib rust van 35 palm zwaar. Deze slib is bij uitstek vruchtbaar en vormt eenen kostelijken teelgrond die zieh zeer gemakkelijk laat bewerken, zeer vocht- houdend en tevens doorlatend is. In de eerste jaren was deze soort van grond nog ruim zoo vruchtbaar als de kleidaar ze warmer is dan deze. Zulk eene dunne laag is echter voor spoediger uitputting vatbaar dan bij kleigrond het geval is. Deze geheele klasse van gronden heeft zeer voldoende opbrengsten geleverd. Beste koolzaadgewassensoms zelfs tot 40 mud toe, tarwe en rogge van ruim 30 mud, in enkele gevallen zelfs 40 mud; haver van 5060 mud, enz. De roode klaver groeit er ook bijzonder welig; het weiland slaat op de klei niet zoo spoedig aanmaar is bijzonder zuivelrijk. Het graan is blank en zwaar. De kultuur op deze gronden is zeer loonend geweest en grootendeels althans zullen zij wel op den duur onder den ploeg gehouden worden. Voor dergelijke gronden is dan ook in den laatsten tijd nog dikwerf f 800 tot f 900 het bunder te vergeefs geboden. De gemiddelde pachtprijs kan op 45 tot 50 gesteld worden. De tweede klasse zijn de middelmatige gronden. Dit zijn voornamelijk de zoogenaamde zwarte gronden; de bovengrond is hier vecnachtig, met zand en slib gemengd, van 4 tot 10 palm zwaar en meestal rus- tende op eenen ondergrond van klei. Naar het meer schrale of vette van hunnen aard wisselen zij nog al in vruchtbaarheid af. Deze gronden eigenen zich vooral voor weilander vormt zich spoedig eene goede graszode; het gras is voedzaam en geeft veel zuivel. De meerderheid dier gronden is of wordt dan ook in gras nedergelegd. In de eerste jaren heeft men dikwijls goede oogsten van deze gronden verkregendoch zij raken spoedig uitge- put, zoo men niet voor bemesting zorg kan dragen. Het gewas op deze gronden is echtervooral in het voorjaarbedriegelijk van aanziendaar de bladgroei zeer welig is, maar het beschot gemeenlijk daaraan niet beantwoordt. De kwaliteit van het graan is ook in den regel minder dan op klei; de kleur is niet altijd blank en het gewigt zelden hoog. In den zomer droogt deze grond spoedig en sterk uit. In 1857 en en 1858 zijn dan ook de zomergranen daarop bijna geheel mislukt. De pachtprijs van deze gronden wisselt tusschen 3040. In de derde plaats heeft men de slechte gronden. Het zijn tevens de lage van 4.10 el tot 4.50 el beneden A. P. Voor het grootste gedeelte zijn het kleigrondenwaarvan vele tot nu toe nog volkomen onvruchtbaar zijn. Vooral in de eerste jaren zag men geheele oppervlaktenwaar het gezaaide graan of niet opkwam of spoedig rood werd en stierf en zelfs geen onkruidplantje groeijen wilde. Het scheikundig onder- zoek heeft in dien grond een groot gehalte aan oplos- bare ijzerzouten aangetoondwelke de voorname oorzaak van die onvruchtbaarheid schijnen te zijn. De onder vinding van andere polders heeft geleerd, dat deze grondenhoewel langzaamtoch door den tijd veel verbeteren. Uitwassching door regen helpt veel, doch daar die meeste gronden laag liggen en dikwerf slechts 2 tot 3 palm boord hebbenzijn zij van ditj verstoken. Het draineren zou hier anders voftjjekei zeer gunstig werken. De kalkbemesting tjt^Bprz£l0|fe ;jSL

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Weekblad van Haarlemmermeer | 1860 | | pagina 1