WEGKBLAD
f
van
1861.
Vrijdag, 11 October.
Haar I emm er meer- Pol der
A A N LANDBOUW, GEMEENTE- EN POLDER-BE LANGEN GEWIJD.
HoofdredacteurC. E. DE CLERCQ.
De rekening des Polders over 18
6 0.
f
-
993.90
200.143
108.—
315.06
2.40
158.50®
171.76
409.50
533.40
92.—
116.75
80.63
21,000.—
8,437.58
2,275.10
2,255.04
1,014.20
9,428.64
94.66®
116.79
200.72
316.65
1,576.02®
6.50
65.89
150.17
120.
8503.4.0
169.90
-
HAARLEMMERMEER
Abonnementen
worden aangenomen bij dc Boekhaudelaars
C. M. VAN GOGH. Leidschestraat, te Amsterdam
J. J. VAN BREBEROX)E Haarlem
bij den Heer BRIEVENGAARDER te Ilaarlemmermeer
en verder bij alle soliede
BOEKHANDELAREN en POSTDIRECTEUREN
in bet Rijk.
1 ]D1C PQTKSrlS 6r/ ,in het, J.aar,' Elke 3 Maanden wortlt over L50 beschikt. Advebtentien van 1—5 regels 50 Cts.elke regel meer 10 Cts.,
a v0 ,j5 ^cnts Aegelregt bij elke plaatsing. Alle Toezendingen moeten franco geschieden aan den Hoofdredacteur, te Amsterdam.
Vervolg en slot van het vorig Nommer.)
Het onderhoud der werktuigen lieeft gevorderd aan den
ijzerwerk en
D. A. Schretlen C°.
herstelling zuigers.
Koninkl. Ned. grofsmederijijzerwerk en
arbeidsloon
Maatschappij de Atlasijzerwerkarbeids
loon en ketelherstelling
Messchaert Zn.klein ijzerwerk
Pasteur C0., metaalwerk
Gebr. van der Yliet, ijzer en staal
Peilglazen enz
Gutta percha en caoutchouc
Menie en loodwit
Bezems, zeep, soda, kaarsen
Borstelwerk
Lampen
Stortvloer-herstelling
Dam leggen en uitbaggeren
Maatschappij voor houtbereidingOlie
Beplanting
Hout en timmenverk
Steenkalk en metselwerk
Loodgieterswerk
Arbeidsloonen
Diversen
Leeghwater.
Cruquius.
Lijnden.
358.70
f 642.87®
941.65®
ft
5529.85
>J
978.34
9)
541.75
J»
894.24
215.55
99
30.60
ft
133.68
>1
3255.29
34.40
41.95
99
57.05
J>
29.10
99
426.80
945.11
ft
43.16
JJ
17.96®
12.—
JJ
60.—
99
69.—
79.87
JJ
480.58®
116.88
97.92
M
41.62®
ft
40.—
87.50
87.50
fi
87.50
231.21
JJ
186.29
ft
70.73
57.64
JJ
153.91
99
51.79®
164.06
it
182.70
165.20
60.48
45.64
55.84
16.75
38.77®
99
24.56
JJ
99
54.10
U
742.67®
JJ
17.50
822.63
107.74 S
174.30®
225.25
10,845.37® 4554.64 6987.53
De herstelling en verbetering van den Gruquius heeft bedragen
Wed. H. J. S ebi 1ketelgebouwf
Gebr. Nering Bogel, ijzeren leggers
Maatschappij de Atlas, 2 ketels
Idem
Idem
Idem
Idem
Idem
reparatie van 4 ketels
voeding- en spuitoestellen
roosterbarenj
gegoten ijzeren afsluiting
stoompijpkranen enz. en dagloonen
D. A. S c h r e 11 e n C°.roosterstaven vuurramen ketelstoe-
lendempers
23,678.97
6,962.27
7,935.—
10,818.—
4,625.—
29.62
695.—
6,680.28®
1,757.08
63,181.22®
Die van den Leeghwater
J. ran D ij kdagloon uitbreken der oude ketels
B i e s t aidem idem
J. Lelijveld, idem idem
Stroomatten ter bedekking der oude ketels
Ned. Stoomboot-Maatschappij5 ketels
Idem diversen en dagloonen
Maatschappij de Atlas, hydrauliquekleppakkingringen
D. A. Schretlen C°.herstelling zuigers
W. C. Pasteur C°.metalen
Wed. H. J. Se bi 1metselwerk
Toepoel, steenhouwerswerk
W. B o n d alood en dagloon
Koehaar
J. Lelijveld en C. Dobbe, dagloon en hout.
J. van Dijk, dagloonen
Hoofdopzigterbetalingen
Idem vrachten
Idem vrachtnieuwe zuiger
Huur tonmolens
J. van D ij kfundering Leeghwater
Idem klei en dagloon
56,554.05
Wij hebben getrachtmet dit overzigt uit de rekening
op te makende ingelanden een blik te doen werpen
in hetgeen ter verbetering der werktuigen is geschied
en in de zeer aanzienlijke sommen daarvoor uitgegeven.
Veel meer dan een blik is het echter niet. Wij
waardeeren de zorg en uitvoerigheid, waarmede de
rekening is opgemaakt; maar toch is zij niets anders
dan de rekening en veranlwoording van den penning-
meester, en daarmede is natuurlijk slechts gejustifi-
eerdwat door hem is ontvangen en uitgegeven. Zelfs
als zoodanig laat de omschrijving van elke uitgaaf nog
wel wat te wenschen over. Indien men uit den spe-
cifieken staat b. v. omtrent de uitgaven voor de stoom-
tuigen rekenschap wil vragendan kost het reeds vrij
wat moeite en raadpleging van andere stukken, om
daaruit het vrij onvoldoende overzigt op te maken,
dat wij hierboven hebben medegedeeld.
Bene andere vraag is echter of de uitgaven tot
het bedrag, waartoe zij geklommen zijn, werkelijk
benoodigd zijn geweest en of hetzelfde niet op minder
kostbare wijze even deugdelijk kon zijn verkregen.
Wij erkennen dat het niet van den penningmeester
kan worden verlangd, hiervan bij zijne rekening te
doen blijkenmaar voor de ingelanden is daaraan
toch te veel gelegen bij zulke aanzienlijke uitgaven
als geschied zijndan dat zij daarvan niet op andere
wijze de zekerheid zouden verkrijgen en alle twijfel
zou worden opgeheven.
Naar het schijnt heeft tot en met het jaar 1860
het geheele beheer der stoomtuigen bijna uitsluitend
bij den hoofdopzigter berust, en in elk geval draagt
hij, als eerste ambtenaar des polders onder het be-
stuureen zeer groot deel van de verantwoordelijkheid
voor het nuttig gebruik der aanzienlijke sommenvoor
de stoomtuigen en buitengewone werken bovenal uit
gegeven.
In navolging van hetgeen bij het Rijk geschiedt
door den Minister van binnenlandsche zakenzou in
het bezwaar kunnen worden voorzien, indien bij de
rekening en verantwoording een door den hoofdop
zigter bewerkt en door het dagelijksch bestuur goed-
gekeurd verslag werd gevoegdomtrent het gebruik
dat van de toegestane gelden is gemaakt. Daarmede
zou alle twijfel omtrent de nuttige uitgaaf der aan
zienlijke geldsommen kunnen worden weggenomen.
Phans blijft die ook met den besten wil en het
grootste vertrouwen onwillekeurig bestaan. Wanneer
men slechts nagaat, wat de nieuwe wegen aan onder
houd hebben gekost, welke aanzienlijke sommen voor
de nieuw aangelegde grindwegen boven de aanneem-
som zijn uitbetaalddat er bijna geen werkhoe
eenvoudig ook van aard, is uitgevoerd, of er zijn
nog aanzienlijke sommen boven de aanneemsom uit
gegeven, dan rijst onwillekeurig de vraag, of
het opmaken der bestekken door den hoofdopzigter
met de noodige zorg is geschieddan wel of hij
hoe verdienstelijk ook in vele opzigtenberekend is
voor de zware taak, die op hem rust, en of hij niet
te veel op zijne schouders neemt, indien hij, behalve
het beheer der aanzienlijke werken ten behoeve des
polders en ten laste der ingelandenzich nog boven-
dien met dat over het bouwen van kerken en scho-
len en het aanleggen van wegen ten behoeve van
anderen belast.
Dergelijke twijfel mag noeh voor den hoofdopzig
ter noch voor de ingelanden blijven bestaanen wij
gelooven dat die ook gemakkelijk genoeg is op te
heffen. Wanneer door den hoofdopzigter in dezen
winter een beredeneerd en uitvoerig verslag omtrent
alle uitgevoerde werken van Junij 1856 tot en met
1860 werd opgemaakt, zou zich daaraan voor het
vervolg zijn jaarlijks verslag kunnen aansluitenen
die verslagen zouden zeker ook later met zeer veel
vrucht door het bestuur en de hoofdingelanden kunnen
worden geraadpleegd. Wij verzwijgen daarbij echter
niet, dat zulk een verslag over de afgeloopene jaren,
die wij gaarne als een gesloten tijdperk in de ge-
schiedenis des polders aanmerkenvooral dan leerrijk
zal zijn, als het met waardeering van het goede,
tevens zonder overdrijvingmaar toch openhartig het
gebrekkige aanwijstdat aan alle menschelijke daden
en derhalve ook wel aan die van het bestuur des
polders tot en met 1860 en aan die des hoofd-
opzigters zal kleven.