- 79 - ABYEITIHTOEI. HAGEL. Landbouw. Weenslik te Koop. Aanbesteding van Krooswerk. IIA A RL E MME RM E E R7P OLD E R. Uitloting van zes Aandeelen, Uit de band te koop: DURHAM-VEE. Jtigczonbctn N°. 107, 30, 10, 63, 102 en 51. met zooveel warmte besprokendan zou de gemeente voorzeker hen daarvoor innig dankbaar zijn. Het eerste nummer der Mededeelingen en Berigten bevattende het programma van de aanstaaude tentoon- stelling te 's Gravenhage, is aan de leden verzonden. T-—- 1 Met genoegen las ik de mededeeling van den heer Amersfookdt over dit vee in N°. 15 van dit blad; deze mededeeling en een verzoek van den hoofdre- dacteur wekten mij op, om ook iets van dit ras te zeg- gen, dat ongetivijfeld zeer verre boven onze beste rundveerassen staat, en waarvan de kruising met onze rassen wel is aan te bevelenals hierdoor de melkgeving, die voor den Nederlandschen landbou- wer de eerste vereischte in een goed rund is, niet vermindert. Verschillend is het oordeel dat hierom- trent wordt geuit; sommigen die zich reeds sedert jaren op de kruising van onze rassen met Durham- stieren toeleggen hebben een goed resultant, anderen gaan weder tot de inlandsohe koeijen terug, omdat de melkgeving niet voldoende is. Ook ik heb reeds lang geaarzeld wat te doen, van de eene zijde lachtte mij het voordeelige van dat uitmuntend vee toe, van de andere zijde werd ik teruggehouden door de vreesdat de melkopbrengst van mijn rundvee zou verminderenen aangezien mijne veehouding voor een groot deel uit melkvee bestaat, zoo besloot ik niet tot kruising over te gaan, dan nadat ik de overtuiging had dat gekruist durham vee ook eene goede melkopbrengst kan geven. Na ingewonnen information bij den heer J. G. J. van den Bosch te Wilhelminadorp bleek mij, dat halfbloed durham vee doorgaans evenveel melk geeft als onze inlandsche rassendoch dat eene verdere veredeling wel eens vermindering van melkopbrengst ten gevolge heeft. In Mei 1861 ben ik de melk- koeijen van dien heer gaan zienen met eigen oogen heb ik mij overtuigddat verre de meesten eene ge- noegzame hoeveelheid melk gaven, terwijl dit vee veel vooruit had in vleeschgroei en goede vormen. Vooral de tweejarige vaarzen waren schoone dieren, beter dan de mijne die ik in het najaar van 1860 te Alkmaar voor 92 per stuk had gekocht, en deze waren tocli ook goed; in November 1861 ver- kocht ik er reeds vier van voor 215 het stuk, terwijl dit voorjaar vier f 220, twee 185 en een J 175 per stuk opbragtende laatste of twaalfde is in mijne melkerij en heb ik geschat op 200. Ik haal dit voorbeeld aan, omdat de heer van den Bosch kruist met Zeeuwsch vee, welk ras veel minder is dan onze Noordhollandscbe, Yriesche of Groninger koeijen, zoodat mijns ihziens eene kruising met deze rassenbij goede voeding en oppassing nog betere resultaten zou moeten geven. Ik kocht van dien heer een stier van 21 maandendoor wel- ken mijne melkkoeijen en de meeste vaarzen zijn gedekten waarvan ik nu de kalveren heb staan veel bijzonders kenmerkt deze kalveren nog niet, meest alien hebben echter een diepe borst, zijn vrij breed van kruis en vooral breed van schoftbekend is het evenweldat edel vee zich juist niet kenmerkt door hare zwaarte bij de geboorte, welke dan door gaans hare oorzaak heeft in grove beenderen maar wel door hare vroegtijdige ontwikkeling. Veel zal ik niet zeggen tot aanprijzing, alleen wil ik hierbij voegen de ervaring, die ik bij mijne mede- landbouwers opdeedtoen ik dezen stier had gekocht voor den bij ons onbekenden prijs van 300. Toen niemand het dier nog had gezien dat op 21 maanden leeftijd reeds zooveel kostte, werd mij door enkele landbouwers gevraagdwat ik wel als dekgeld zou eischenals zij eene enkele koe door dien stier lieten dekken. In aanmerking genomen, dat de stier ongeveer 60 koeijen van mij moest dekken en vreezende, dat zoo ik mij hield aan den gewonen prijs van 30 ct. per stuk, er te veel te zullen krijgen, zoo besloot ikom er zoo weinig mogelijk te hebbenden prijs zeer hoog te stellen en dien, in geval van dragtig- heid der koe, te bepalen op 5; ieder schrikte hiervan en toch werden, nadat men den stier gezien had, 42 koeijen van verschillende landbouwers uit mijnen omtrek door dezen gedekt. Verder strekt mijne ondervinding van het Durham vee niet; zijne voortreffelijkheid is geloof ik genoeg ■erkend wat hare vroegrijpheid betreft, van de melk geving hoop ik even als de heer van den Bosch bevredigende uitkomsten te verkrijgen. J. VAN DEB BrEGGEN Az. Het programma van het landhuishoudkundig con- gres te Middelburg is verschenen en algemeen ver zonden. Op franco aanvrage is het bij de heeren secretarissen van landbouwmaatschappijen kosteloos verkrijgbaar gesteld. Zaturdag 3 Mei Voorjaars-Koemarkt te Velsen. 3 Mei Voorjaars-Veemarkt te Bevervoijk. HEVELS. ANTWOORD AAN DEN HEEK J. OEWEL. (JVeekblad 25 April 1862, N°. 17.) De heer J. Oewel zoekt naar de vraag: „Wat of wie mij aangespoord heeft, om de peilen in den krommen togt te doen opnemenin verband „met de hevels en waterkeeringen of afdammingen." Mijn antwoord is, de vergaderingen van hoofdin- gelanden van 12 Junij 1S61 en 26 Junij 1861, waarvan versing te vinden is in de notulendie voor een ieder te koop zijnen bovendien in het JVeekblad van Eaarlemmermeer 1861N°. 24 en 26. Een belangrijk artikel over deze zaak komt voor in N°. 25, A0. 1861. Sedert 22 September 1858 trok deze zaak de op- lettendheid van het polderbestuurtoen ik daarop het eerst de aandacht vestigde in de vergadering van hoofdingelanden. De bladwijzers in de notulen toonen aandat en wanneer de zaak nog meer is ter sprake gekomen. De tegenwoordige redeneringen van den heer J. Oewel zijn dan ook niet nieuwmaar alien te vinden in die verschillende stukken; ik zal ze niet laten herdrukken, maar meen ZijnEd. daarheen te moeten verwijzen. Als die schrijver dan op de hoogte der zaak zal zijn, zal het eerst mogelijk worden hem geregeld te antwoorden. Ook anderen meen ik thans niet verder met de zaak te moeten lastig vallen. Immers in de laatste vergadering van 26 Junij 1861 is, op voorstel van den heer van Stralen, aan het dagelijksch be- stuur opgedragen eene keur te ontwerpen op het werken der hevels en de afsluiting der hooge landen. Tot het maken dier keur, waren noodig aantee- keningen omtrent de werking van hevels en dammen. Die aanteekeningen heb ik thans geleverd ten mijnen koste. Gedurehde 51 dagen heb ik op vier plaatsen pei len opgenomen en werking gadegeslagen van hevel en stuwdam; ik heb allerlei proeven doen nemen; en een of meer arbeiders betaald om dit werk te doen. Ik heb mijn verslag opgemaakt, doen over- schrijven en doen drukken, opdat elkeen daarover zijne aanmerkingen zoude kunnen maken, en het dagelijksch bestuur inlichten, voor het maken der keur. Ook de aanmerkingen van den heer J. Oewel, zullen dan dankbaar worden aangenomenhem zal daartoe eene geschikte gelegenheid worden gegeven bij het wettig ter visie leggen der keur. Slechts eene zaak meen ik daarbij met regt te mogen verzoekendat de aanmerkingen niet in drift worden geschreven. De heer Oewel spreekt van een moordeene zedelijk gepleegde misdaad (eene uitdrukking volgens hemmeermalen door eenige bewoners van de Meer gebruikt, om daarmede hunne verontwaardiging en hunne verongelijking te kennen te geven). Ik geloof dat die bewoners van de Meer met de uitdrukking moordwat te mild zijn. Men heeft b. v. goedgevouden onzen ijverigen dijkgraaf, in een naamloozen brief te dreigen, hem te vermoorden"indien hij niet zorgde dat de leng- tewegen gemaakt werden. Het is mij onbekend in hoeverre tegen den schrijver door de justitie vervol- gingen zullen worden ingesteld, waartoe, mijns in- ziens, allezins aanleiding is. Maar wat hiervan moge gebeuren, ik wenschte dat men het moorden overliet aan hendie de Pontijn- sche moerassen en de Abruzzen thans onveilig ma ken gerugsteund door den paus en den ex-koning van Napels; in Nederland, in de Ilaarleramermeer wensch ik liever een strijd te zien met bedaarde redeneringengegrond op het onderzoek van het vroeger gebeurde, en niet in de lucht schermende. Daardoor is reeds verkregen, dat in den afgeloo- pen winter ook het laagste land behoorlijk is droog gehouden, en het vooruitzigt bestaat, dat men daar mede zal kunnen voortgaan, en zelfs nog in beter toestand geraken. Laat men elkander overreden, maar niet vermoorden. Bad/weve, 27 April 1862. Mr. J.P. Amersfoordt. DRUKFOUT. In het vorig nommerpag. 7 2staat in de tabel van vetmesting van rundvee, aan het hoofd der 3de kolom verkoop dit moet zijnvoeding. DIJKGEAAE en HEEMBADEN van den Uaar- lemmermeer-Polder In aanmerking nemende, dat zieh zoovele mededin- gers hebben opgedaan voor den onderhandschen aan- koop van eenige bij de Openbare Yeilingen van den lOden en llden dezer maand opgehouden Perceelen Veenslik; Noodigen mits deze de Gegadigden voor bovenbe- doelde Perceelen uit, om met franco Brieven voor den 7 den Mei aanstaande, aan de Secretarie van den Polder, in de Groote Houtstraat, te Haarlemte willen opgeven voor welk bedrag zij die Perceelen Veenslik zouden willen koopenten einde Dijkgraaf en Heemraden in staat te stelleningevolge de op hen verstrekte magtiging, die Perceelen aan de hoogst- biedenden te gunnen. Haarlem, 29 April 1862. Dijkgraaf en Heemraden voornoemd, J. W. M. VAN" DE POLL, Voonitter. E. W. VAN BREDERODE, Secrelaris. DIJKGEAAE en HEEMEADEN van den Hoar- Icmmermeer-Polder Zullen op Vrijdag 9 Mei 1862, des morgens ten 10 ure, ten huize van den Logementhouder J. G. Legel, aan het kruispunt van dien Polder overgaan tot de openbare aanbesteding bij opbod van 1°. Het TVVEEMAAL KEOOZEN der SLOOTEN langs de DWAESWEGEN en 2°. Het TVVEEMAAL KEOOZEN der VAABTEN en TOGTEN. De Bestekken en Voorwaarden zijn op franco aan vrage aan de Secretarie van den Polder te Haarlem gratis verkrijgbaar en liggen op de gebruikelijke plaatsen ter lezing- Ilaarlem 30 April 1862. Dijkgraaf en Heemraden voornoemd, J. "W. M. VAN DE POLL Voorzilter. E. W. VAN BREDERODE, Secretaris. DIJKGEAAE en HEEMEADEN van den Haar- lemmermeer-Polder Brengen bij deze ter kennis van belanghebbenden dat blijkens Proces-Yerbaal der op den 25sten dezer plants gehad hebbende in de Geldleening, groot 120,000, ten lasten des Polders van 1860 de navolgende Aandeelen, ieder groot 1000, zijn UITGELOOTals: Overeenkomstig de Voorwaarden voor gemelde Geld leening, zal de aflossing van bovengenoemde uitge- loote Aandeelen den Isten Augustus aanstaande plants hebben, met aanzuivering der Eente, tot op den dag der aflossing, tegen teruggave der uitgeloote Aandeelen, met de daarbij behoorende niet verschenen Coupons. Haarlem, 29 April 1862. Dijkgraaf en Heemraden voornoemd, J. W. M. VAN DE POLL, Voorzilter. E. W. VAN BREDERODE, Secrelaris. De Nederlandsche Algemeene Verzekerings- Maatschappij gevestigd te Tiel, verzekert voortdu- rend alle GraanZaden en Gewassen tegen HAGEL- SCHADE, en is de eenigste Binnenlandsche Maat schappij die deze risico's tegen vaste Premie in eens of zonder inleggelden overneernt. Belanghebbenden kunnen omtrent Premien en Con dition alle mogelijke inlichtingen bekomen bij de Ondergeteekenden en voorts bij alle Agenten en Cor- respondenten der Nederlandsche Maatschappij van Brand- verzekerinrt. Hillegom, Mei 1862. P. VAN "VVAVEREN Jzn. ZOON. Agenten ran gen. Maatschappij. EENE SCHUIT of BOK. Adres Hofstede Ter Lamen, Sectie J, N°. 1.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Weekblad van Haarlemmermeer | 1862 | | pagina 3