- 174 -
standen. De waarnemingen worden met groote naauw-
keurigheid gedaan, en de practische waarde daarvan
zoowel in den polder als daar buiten begrepen. Zoo-
wel voor den polder als voor anderen zullen de
resultaten daarvan groote waarde verkrija-en.
Met het opnemen en in teekening brengen van de
gemaakte waterberging in elk kavel, zijn de opzig-
ter Eietbergen en de tijdelijke opzigtervan den
Heuvel gedurende 9 maanden werkzaam geweest.
De uitslag daarvan is te vinden in het Weekblad
1862, N°. 9.
Het dagelijksch bestuur heeft van den machinist
Uren en van de heeren Keijser en Swertz plan-
nen ontvangen van nienwe inrigtingen voor zuigers
en hartkleppenwelke minder waterverlies zullen ver-
oorzaken. Het bestuur heeft beslotenom alvorens
tot de toepassing van een dier stelsels over te gaan
een onderzoek in te stellen en daartoe deskundigen
uit te noodigenom hun advies te geven, van welk
onderzoek een rapport aan hoofdingelanden zal wor
den ingediend.
E. A. a. Hierroor was toegestaan 4599.70er
is echter 189.72 meer uitgegeven, een gevolg van
meerdere hoeveelheid grind en arbeidsloon.
b. In 1861 zijn begrind de Vijfhuizer dwarsweg
(Oostzijde), de Bennebroeker- en Lisserdwarswegen en
1000 ellcn van den Oostelijken Hoofdweg van den
Spaarnwouderdwarsweg tot den Lynden.
Dit werk is aangenomen door C. d e J o n g Cz. Jr.
te Ameide, voor /42,9S7. De eerste en tweede
termijn hiervan zijn in 1861 voldaan elk ten bedrage
van 12,896.10. Voor zegel en legesgelden is boven-
dien aan den heer griffier der Provinciale Staten van
Noord-Holland betaald/32.7 1.
Het plan tot begrinding der zes dwarswegen en
eene zijde van den Hoofdweg is hiermede voltooid
en alzoo een jaar vroeger, dan men in 1858 zich
voorstelde.
Tlians heeft de polder aan begrinde wegenmet
inbegrip van den jaagweg, eene lengte van 142,020
ellen. Door mevrouw de wed. van der Kun, geb.
de Vogel van Aalst, en door de heeren° B.
Hartogensis en van der Beek zijn 2000 ellen
van den Sloterweg hard gemaakt. Eerstgemelde heeft
1000 ellen hard gemaakt van de brug over den Kruistogt
naar kavel 20 van sectie JJ, de laatstgemelden 1000 ellen
van den Lisserdwarsweg tot Kavel 25 van sectie PP
onder de hiertoe vastgestelde bepalingen.
c. In 1861 zijn twee aanlegplaatsen gemaakt, aan
den Vijfhuizerdwarsweg (Oostzijde) en aan den Kruis-
weg (Westzijde), aangenomen door L. Kieviet,
te Haarlemmermeer, voor/ 1975. Er is in het ge-
lieel echter 2014.81 voor uitbetaald voor iets lan-
gere steekplanken aan de aanlegplaats te Vijfliuizen
en begrinden. Het aantal aanlegplaatsen bedraa°-t
thans 12.
d. Buitengewone opzigters warenA. van den
Heuvel, A. Schouten Az., A. Ilofstee, K.
Schram Az.W. Oltman en H. H. Dansdorp.
Behalve het uitgekeerde tractement komt onder de som
van/ 1881 voor:/90 voor vergoeding van verblijf-
kosten en/22 wegens eene betaling. Van deze som
is door den aannemer C. de Jongh Cz. Jr. vol-
gens bestek terugbetaald 1080.
Uit dezen post zijn betaald het houden van toezigt
bij het lossen van steenkolenvan puin en grind aan
den jaagweg, de opzigter A. van den Heuvel,
werkzaam bij de opneming der waterberging en de
tijdelijke opzigters bij de verdiepingen en begrinding.
e. In 1861 hebben geene beplantingen plants ge-
had. Hoewel de aanbesteding der beplanting van den
Venneperdwarswegin 1861 is geschied asn J. Copijn
voor 1582, heeft de betaling in 1862 plaatsgehad
uit de begrooting van het loopende jaar.
De uitgaaf is geschied voor onderhoud der beplan
ting/44.S0, voor houthakken /SI, voor schuiten-
huur/2.50, voor eene betaling /4.40.
De uitgaaf voor het hakken van hout bij de stoom-
tuigen zijn meer dan vergoed, oradat veel van dit
hout voor nieuwe aanplanting gebezigd iszoowel als
bij het maken van de stuwdammen aan den Cruquius
en den Leegliwater en bij de verbouwing van den
Lynden.
Het maken van valschutten aan den Lynden is
aangenomen door M. Geverding, te Haarlem, voor
de uitbetaalde som.
B. a. In 1861 zijn verdiept:,de Vijfhuizerdwars-
togt (Oostzijde), lang 5000 ellen, aangenomen en
uitgevoerd door M. van Spanje, voor 6590.
De Bennebroekerdwarstogt (Oostzijde), lang 4000
ellen, aangenomen door J. Kalis Pz.voor/ 5284,
en uitgevoerd yoor /4682.
De Lisserdwarstogt (Oostzijde), lang 3000 ellen,
aangenomen door G. Pro ok, voor /4167, en uit
gevoerd voor 4132.30.
De IJtogt tussohen de Vijfhuizer- en Bennebroeker
dwarstogt, lang 6000 ellen, aangenomen door M.
van Spanje, voor 5700, en .uitgevoerd voor
5855.86.
De IJtogt tusschen den Spaarnwouderdwarstogt en
den A'eldweg, lang 2600 ellen, aangenomen door
G. Prook, voor/4587, en uitgevoerd voor/4424.50.
Voor schadevergoedingen van gewassen is uitbe
taald 239.51 y2.
Omtrent de verdiepingen vallen geene bijzonder-
heden op te merkendan dat een gedeelte van den
IJtogt tusschen den Vijfhuizerdwarstogt en de Kruis-
vaart niet door uitgraving is kunnenmaar door uit-
baggering is moeten geschieden wegens het toeloopen
van het welzand.
A Een vak Eingvaart, ter lengte van 300 ellen
nabij Halfweg, is gebragt op de diepte van 2,50 el.
Dat werk is aangenomen en uitgevoerd door C.
Holleman, te Houtrijk en Polanenvoor/1247.
G. De onvoorziene uitgaven zijna. ]/t pCt. pro-
visie van lesterende 15,000 in kas zijnde aandeelen in
de leening, groot/200.000, in 1861 te gelde gemaakt
37.50; b. loopbrug bij Abenes, aangenomen door G.
vanBijleveld, voor 699 c. verandering dier loop
brug 120.35 d. huis van arrest te Haarlem, ver-
plegingskosten/0.24; e. eene boekenkast/45;/. een
vlag met stok ll; y. tegemoetkoming aan een werk-
man van leijenoord, die in de dienst des polders twee
vingertoppen heeft verlorenen dienterigevolge eenine
weken buiten staat was om te werken,/50 K. opruimen
van een gezonken vaartuig 110i. stalling van 3
geschutte paarden 1.80; k. herstelling van de rolbrug
te Leymuiden/347.46; I. aan den lossen kolenrijder
K e e s s e ntoelage wegens vcrwonding in dienst des
polders, waardoor bij 14 dagen buiten werk is ge
weest,/12; m. erfpacht 1.62 l/2 n. een kontract
6.55 /2o. hardmaken van den uitweg over de
Greveling 40.50; p. toelage aan het ondersteunings-
fonds 144.68 q. een kagchel 23.71r. gordijnen
7.95s. smidswerk 23.95 t. rijtuighuur 3.50
u. schuitenhuur 1.75v. vervoer van riet/2 25;
w. betalingen 3.7 5 x. vergoeding aan pachters van
dijksgronden wegens van hen voor opstalregten inge-
nomen terrein /35.5SJ/,.
A1 deze uitgaven zijn bij verschillende besluiten
van de vergadering van hoofdingelanden goedgekeurd.
VEESLAG DEE COMMISSIE
BELAST HEX HET ONDERZOEK PER HEKENING.
UiUreksel.)
De commissie, bestaande uit de heeren D. W. P.
Wis boom, J. A. Beijerinck en Jhr. Mr. J. W.
II. Eutgers van Eozenburg, heeft zich, zoodra
de stukken in hare handen gesteld waren, met dit
onderzoek onledig gekouden. Onze taak", zegt zij,
„leverde ditmaal wejnig moeijeiijkheden op, daar bij
„meer en meer gevestigde organisatie van het beheer
,,des polders, ook de rekening van dat beheer min-
der gecompliceerd moet worden, en op deze niet,
gelijk op de vorige rekening, uitgaven voorkomen
,,en ontvangsten worden verantwoordwelke uit twee
begrootingen voortvloeideu. Bovendien hebbenwaar
zich enkele zwarigheden aan ons voordedende
dijkgraaf en de penningmeester zich beijverd die op
te helderenwaarvoor wij niet mogen nalaten onzen
,,dank te betuigen."
De commissie meent verder dat het overbodig is
en ook niet in de bedoeling kan liggen, dat zij een
uitvoerig relaas zou geven van alle postendie over-
schreden of beneden de raining gebleven zijn, en
herinnert, dat in de meerdere uitgaven op sommige
posten voorzien is door overschrijving uit de onvoor
ziene uitgaven, krachtens onderscheidene besluiten
der vergadering. Zij vestigt de aar.dacht daarom slechts
op enkele postenvan wier verschil de oorzaak haar
meldenswaardig voorkwam of die uit anderen hoofde
tot eenige bemerking aanleiding gaven.
1°. Op de schrijf- en bureaubehoeftendie tot een
bedrag van 400 uitgetrokkenslechts ten bedrage
van 221.16 gebruikt zijn, omdat hieruit thans geene
schrijf/oowf?! zijn betaald, waarvoor een afzonderlijke
post op de rekening voorkomt.
In verband hiermede merkt de commissie opzal
volgens het nieuw vastgestelde bijzonder reglement
voortaan slechts 250 voor die behoefte op de be
grooting worden uitgetrokken.
2°. Omtrent het druk- en bindwerk en het onder-
houd van bruggen en duikers merkt zij op, dat bij
de aangevraagde verhoogingen op de eerste post /9,
op de tweede 600 meer z'iju aangevraagddan
werkelijk is uitgegeven.
3°. Omtrent het belangrijk bedrag van/5980.66,
waarmede voor het onderhoud der bemalingswerk-.
tuigende oorspronkelijke raming is overschreden
deelt zij mede, dat dit meerendeels voortspruit nit
het onverwacht herstel der pompharten en zuigers aaa
den Cruquius.
4°. estigt de commissie de .aandacht op den
post voor brandstojfenwaarop ruim 10,000 door
minder verbruik van steenkolen zijn bespaard.
5°. Op de kosten van regtskundig of technisoh
onderzoek. Hieromtrent is bij haar de vraag gerezen
welk gevolg aan het bcslujt van de vergadering van
de vergadering van hoofdingelanden van 2 October
1861 is gegevenstrekkende om aan den machinist
A. Uren eene gratifikatie te geven van 50, by'al-
dien zeker door hem aanbevolen stelsel van pomphar
ten niet, en van 1000 indien het wel toegepast
werd en goed werkte.
Vervolgens merkt zij op, dat uit dezen post de
kosten der opneming van en schouw over de water
berging zijn voldaan.
In de derde plants trok hare aandacht een post
van 100, betaald aan Keijser en Swertz voor
een technisch advies. Hoewel zij het dngelyksch be
stuur niet verlangt te beperken. in, zijne keuze van
deskundigen, met wie het wenscht te rade te gaan,
bevreemde het haar tocli dat die kcuze op de genoera-
de heeren agenten gevallen was, om tot voorlichting
te dienen van technici als onze Dijkgraaf en deu
hoofdopzigter. De vraag rees dus of die heeren be
taling gevorderd hadden voor hetgeen zij tot aan-
prijzing der voorwerpen van hunnen handel of in de
hoop van met deze of geene bestelling te worden
begunstigd en dus in hun eigenbelang hadden gemeend
te moeten voordragen en verrigten en of soms zoo-
danig onredelijke vordering met te veel inschikke-
lijkheid ware opgenomen.
Omtrent de buitengewone uitgaven geraamd op
72,459.merkt zij op, dat slechts/65.414.01J
is uitgegeven, omdat de begrinding van wegen, de
beplantingen en verdiepingen beneden de raming zijn
gebleventerwijl daarentegen voor buitengewoon op-
zigt en voor de valschutten aan den Lijnden meer is
uitgegeven.
De onvoorziene uitgaven hebben voor werkelijk on
voorziene behoeften plaats gehad.
Omtrent de ontvangsten deelt de commissie mede
lu. dat zij de raming hebben overtroffen wat betreft
a. het restant van vroegere dienstenb. wegens renten
van voorgeschoten gelden, c. voor huur van landen
en gebouwen, d. voor verpacht grasgewas, e. voor
boeten en/, voor onvoorziene ontvangstenterwijl daar
entegen beneden de raming zijn gebleven de opbrengst
van jagt en visscherijde opstalregten en uitwegen
het verkochte veenslik en de opbrengst van verkochte
roerende goederen, welke laatste niets heeft bedragen.
Tot slotte wordt opgemerkt, dat de rekening sluit
met een batig saldo van 20,496.36 J/2welke uit-
komst voornamelijk is te danken aan de besparing op
de steenkolen, de buitengewone uitgaven tot begrinding
van wegen en verdieping van togtenalsmede aan de
hoogere opbrengst van grasgewas en onroerende goe
deren, aan de renten van beleende gelden en aan
onvoorziene ontvangsten, en welke uitkomst nog te
meer opmerking verdient, wanneer men bedenkt, dat
het onderhoud der stoomtuigen nagenoeg 6000 bo-
ven de raming gekost heeftdat een bedrag van
11,879.65 wegens steenkolen van de dienst 1S60
op de rekening van 1861 gebragt zijn en dat de
opbrengst van verkocht veenslik ruim 6000 be
neden de raming gebleven is.
Zoo de commissie zich verpligt rekende de boven
omsohrevene opmerkirigen te makenbestaat er naar
hare meening noglans geene reden tot wijziging der
rekening in eenig opzigt.
Met de mededeeling, dat de rekening behoorlijk
ter visie heeft gelegen en dat daar- tegen geene be-
zwaten.ziju ingebragt stelt zij voor:
1°. Het dagelijksch bestuur dank te zeggen voor
het gehouden beheer;
2°. De ontvangsten der dienst 1861 vast te stellen
op 239,150.46
De uitgaven op218,654.09^
Batig saldo 20,496.361
onder gehoudenheidom de restanten dezer dienst
in de eerstvolgende rekening te verantwoordenterwijl
het batig saldo als eerste post van ontvangst op de
begrooting van 1863 zal behooren gebragt te worden.
Drukkerij van Bonqa C°. Amsterdam,