--
MOT(DM§li'
Weekblad van Haarlemmermeer,
wm
65 -
TOT IIET
van Vrijdag, 15 April 1864, N°. 16.
UIT PEIESLAND.
(Noorderdeel.)
Voortbrcngsclcn van den Landboun over 1863.
{Vervolg.)
KANAEIEZAAD.
Dit sedert eene reeks van jaren op vrij uitgebreide schaal
alhier verbouwd wordend voortbrengselkan men dit jaar
als zeer welgeslaagd beschouwen. Bij een Term, lang uitge-
schoten stroo, kenmerkte het zich door stevigheid van stengel,
waardoor het niet legerig werd, rnaar meerendeels eenen regtop-
staanden stand bleef behouden. Deze gunstige omstandigheid
bevorderde niet alleen het afsnijden van het kanariezaad,
maar bood tevens de gelegenheid aan dat hetzelve bij den
dorsch konde worden gerepeld, hetgeen de ervaring leert,
de beste wijze van afwerken te zijn, doch wat vele jaren,
door het dooreen vallen van het stroo niet mogelijk was.
Deze krachtige groei zal ongetwijfeld niet weinig hebben
medegewerkt tot de buitengewone ontwikkeling en bijzondere
beladenheid der knoppen, hoedanig men zelden aantreft, en
die reeds vroegtijdig hoop gaf op een billijk beschot.
Daar ook de oogst van het kanariezaad onder gunstige
weersgesteldheid plaats had, werd deze verwachting niet
teleurgesteld. Algemeep toch was het beschot niet alleen
billijk, maar van sommige perceelen zelfs buitengewoon; zoo
is op de zathe van den correspondent dit jaar 164 Nederl.
roeden met kanariezaad bebouwd geweest, waarvan de aan-
merkelijke hoeveelheid van 68j/4 mudden, of per bunder
ruim 4iy2 mudden werd gewonnen. Dit voorbeeld is echter
eene uitzondering en verre boven het gemiddeldehetwelk
men waarsehijnlijk op 30 mudden per bunder kan stellen.
De prijs van het kanariezaad is met geretireerde markten
gemiddeld 12 a/ 12,25 per mud.
K L A Y E K.
Zeer verschillend vertoonde zich iu het najaar de nieuwe
witte klaver. Sommige perceelen waren uitmuntend beloopen
en leverden zelfs eene aanzienlijke hoeveelheid veevoeder; ter
wijl andere integendeel schaarsch bezet, open en op enkele
perceelen geen plantje te vinden was. Yerschillende oorzaken
weikten hiertoe zamen. Hier was het het slechte zaaizaaddat
het ontkiemen belette. Daar het welige gewas van de vrucht
waarin het was gezaaiddie het belemmerde of later verdrukte.
Ook wa3 de drooge zomer niet voordeelig voor de ontwikke
ling der jeugdige klaverplantjes.
Van de voorjaarsche witte klaver waren niet vele bunder-
tallen overgebleven en was alzoo de witte klaver dit jaar niet
overvloedigzoodat ook slechts weinige perceelen tot zaadwin
ning besehikbaar waren. Yoor zooverre ik heb kunnen ver-
nemenzal het beschot van het wit klaverzaad goed zijn
gemiddeld misschien 5 mudden per bunder.
Naar gelang van de groote verscheidenheid der kwaliteit
zijn ook de prijzen zeer uiteenloopende, van 25 tot 40
per mud.
De overjaarsche roode of Spaansche klaver, leverde in den
zomer een overvloedig gewas en kon meestai drie malen wor-
den gesneden, hetgeen voor de zomer-stalvoedering van groot
belang was. Van deze klaversoort is mij niet bekend dat dit
jaar zaad is gewonnen, en zoo al, dan is dit voorzeker van
zoo geringe beteekenis, dat het tot geen afdoend resultaat
kau worden gerekend.
De nieuwe roode klaver, deelde in het ongunstige lot van
de witte en vertoonde zich meerendeel open. Waarlijk geen
bemoedigend uitzigt op eene ruime hoeveelheid veevoeder voor
den volgenden zomer.
den correspondent zijn in dit deel der provineie geene long-
ziekte-gevallen bekend. Ook in andere opzigten was het rund-
vee algemeen gezondmet uitzondering van enkele ongesteld-
hedendie zicli ten alien tijde voordoenzelfs waren de
runderenondanks de niet zeer ruime voedingsmiddelentierig
en in goeden toestand. Ook het zuivelfabricaat was overvloedig,
waardoor bij de tevens aanhoudende hooge prijzen van boter
en kaas, de koe-melkerijen ongetwijfeld gunstige uitkomsten
hebben opgeleverd. lletzelfile kan ook gezegd worden van
de vetweiderijenwant mogt al de prijs der vette waar eenigen
tijd in het najaar door do schaarschheid van gras en de
daardoor ruime aanvoer eenigzins gedrukt zijn geweest, te
weten 40 a 44 cents per Ned. pond, levend ter markt; gedu-
rende een groot deel des jaars was zij zeer voldoende, terwijl
zij het late najaar zich ook spoedig tot hare vroegere hoogte
hersteldepuike kwaliteit 50 a 52 cents per Ned. pond.
Op de gehoudene tentoonstelling, den 2Jsten en 22sten
Junij j.l., bij gelegenheid van het 18de landhuishoudkundig
congres te Leeuwarden, was het Friesche. vee, wat betreft
de melk- en kalfkoeijen zeer slecht vertegenwoordigd, niet
sleehts in getal, maar voornamelijk in hoedanigheid. Dit was
te meer te betreurenaangezien de vreemde bezoekerswelke
uit alle gewesten van ons vaderland niet alleenmaar zelfs
uit^ naburige rijken waren te zamen gevloeid, zich ongetwij
feld en met regt iets voortreffelijks van onzen Frieschen vee-
stapel, met opzigte tot de waardigheid van het Friesche
runderenras hadden voorgestelden zich bij de beschouwing van
de tentoongestelde weinige exemplaren teleurgesteld ziende,
onwillekeurig slechte indrukken moesten ontvangen; en nog-
thans konden de tentoongestelde exemplaren Friesch ras ruim-
schoots wedijveren met de gekruiste of die van elders waren
aangevoerd.
Was dit nu met de melk- en kalfkoeijen het geval, nog
duidelijker viel uit in het oog bij de tentoongestelde stieren
waarbij het Friesche ras waardig was vertegenwoordigden
die de onwedersprekelijkste bewijzen gavendat het Friesche
runderenras wel gewijzigd maar niet verbeterd kan worden.
GRASLANDEN en HOOI.
Aanvankelijk was het grasgewas niet overvloedig, zoodat
de vroegst gemaaide perceelen weinig hooi opleverden, som
mige bunders nog geene 3000 Nederlandsche ponden. Later
gevallene regens werkten echter hierop gunstigwaardoor van
de later gemaaide hooilanden eene tamelijke hoeveelheid4 a
5000 Ned. ponden werd gewonnen. Was alzoo de hoeveel
heid hooi uit de miedlanden boven de verwachting algemeen
leverden die landen, even als de oudgrazen, in het najaar
slechts weinig veevoeder. Bij sommige veehouders was het
gebrek aan gras zoo erg, dat zij zich genoodzaakt zagen hun
beslag, of een gedeelte daarvan voor den gewonen tijd te
stallenof binnens tijds te verkoopen hetwelk op de prijzen
der najaarsmarkten nadeelig influenceerde; maar daar en tegen
de prijzen der grazen, in het vooijaar reeds hoog, plus minus
52 per koeschaartot eene bijna ongekende hoogte deed
stijgen.
Ook de prijzen van het hooi waren dit jaar hoog, van f 20
tot 25 per 1000 Ned. ponden; trouwens is het hooi in de
bouwstreken van dit gewest ten alien tijde schaarsch en duur.
RUNDEREN.
Het is voorzeker een verblijdend versehijnsel voor Fries-
lands welvaart in het algemeen, als voor die van de veehouders
in het bijzonder, dat de zoo gevreesde longziekte van tijd
tot tijd afneemt, zoodat het aantal runderen', aan die ziekte
bezweken, onbeduidend is. Wat Frieslands noorderdeel betreft,
P A A R D E N.
Het Friesche paardenras, zoowel hengsten en veulendragende
merrien, als tuig- en spanpaarden, waren op de in Junij j.l.
te Leeuwarden gehoudene tentoonstelling uitmuntend vertegen
woordigd, hoewel niet in groote getallen. Hengsten en tuig-
paarden voornamelijk vond men er zeer scboone, en alhoewel
er ook tuig- en spanpaarden van uitheemsch ras waren ten
toon gestelddie men wezenlijke uitmuntende eigenschappen
in geenen deele konde ontzeggenmogt het echter, voor zoo
veel den correspondent bekend, slechts aan een dergelijk span
gelukken eene der lagere uitgeloofde premien te behalen.
Ilet geheel gaf intusschen op nieuw de ondubbelzinnigste
bewijzen van de hriesche liefhebberij en smaakmaar bovenal
van hunne kennis van die edele dieren en hunne bedrevenheid
in hen op te kweeken en te dresseeren.
De ziekte, die in het voorgaande jaar in het noord-oostelijk
deel dezer provineie heeft geheerscht en waaraan toen in
betrekkelijk korten tijd een veertigtal stiervenheeft zich ge-
lukkig niet verder uitgebreidnoch zich dit jaar herhaald.
Ofschoon deze ongesteldheid zich in vroegere jaren meermalen
zoo hier als elders heeft geopenbaardschijnt hare oorzaak
en haren aard tot nog toe niet met zekerheid bekend te zijn.
Behalve eene vrij erge keeldrc^s, die in het late najaar op
verschillende stallen heerschte, doch waaraan slechts zeer
enkelen bezwekenzijn mij geene ziekte-gevallen van eenig
aanbelang bekend.
SCHAPEN en WOL.
Ook dit jaar was de handel in schapen voortdurend levendig,
voornamelijk de vette waar was, uithoofde de gestadige sterke
verzending naar Engeland, zeer gezocht, en dientengevolge
de prijzen hoog zijnde, levend ter markt 40 a 44 cents per
Ned. pond, schoon aan de haak ongeveer 49 a 50 cents per
Ned.^ pond. De melk- en guste schapen waren echter in het
vooojaar beterkoop dan andere jaren. Schaarschheid van
veevoeder en een ruime aanvoer was hiervan ongetwijfeld
oorzaak. Op de plaats mijner inwoning, alwaar jaarlijks in
de maand Mei eene vrij aanzienlijke hoeveelheid schapen wordt
ter markt gebragt, die als zeer gezocht zijnde, in den regel
gereede koopers vindenkocht men een best eenjarig melk-
schaap voor 7 a 8, een dito gust, goed in staat voor f 8
a f 9 zonder wol.
De zeer goede kwaliteit, de buitengewone hooge prijzen
van de wol, zijnde van goede waar 1,60 a 1,70 per Ned.
pond, gevoegd bij een redelijk gewigt der vachten, werkten
mede dat het houden van schapen dit jaar billijke uitkomsten
opleverde.
VARKENS.
Eenigzins bevreemdend was het, dat de magere varkens
zoo wel jongen als overjaarsche, dit jaar, in verhouding tot
de vetgemestenduurkoop waren, te meer vreemd, als men
opmerktdat het houden en zelf mesten van varkens in deze
omstreken, ten gevolge der bekende ziekte, het gevaar van
verlies en de daardoor ontstane geringe kans van welslagen
bijua geheel heeft opgehouden. Dat daarenboven de verzen
ding van vette varkens geregehl plaats heeft en de mageren
daarentegen weinig worden getrokkenalthans niet meer dan
in vorige jaren. Ln eindelijk dat bij koeijen en schapen dit
juist het tegenovergestelde was.
Ook dit jaar eischte de bekende varkensziekte eene me-
nigte offersalhoewel de gezond geblevenen voorspoedig
gedijden.
De prijs der vette varkens was van 40 tot 50 cents per
Ned. pond, levend ter markt, naar gelang der hoedanigheid.
V R U C II T B O O M E N. V
Bij de boomgaarden van eenigen omvanghofrdauigen
echter in dit gedeelte der provineie, slechts enkelen gevoiiRert
worden, koste het dit jaar eene naauwlettendo zorg en eene
onafgebrokene inspanning, om de vernieliug van het menig-
vuldige ongedierte, met name de rupste bewerken. Dit
maakte het den hoveniers moeijelijk en kostbaar tevens. Daar,
waar deze voorzorgsmaatregelen, hetzij uit eene verkeerd toe-
gepaste zuinigheid, hetzij uit traagheidhetzij eindelijk uit
uit achteloosheid of te weinige belangstelling, niet of niet
genoegzaam werden in adit genomen, ondervond men later
maar al te zeer de schadelijke gevolgen dezer nalatigheld.
Voornamelijk waren de bessen (aal- en kruis-bessen) teii
prooi aan dezen alles vernielenden vijand.
Miriaden kleine rupsendoor de hoveniers wolf geheten
overvielen de bessenboomen en verteerden in een zeer kort
tijdsbestek niet alleen de bloei- en vruchtknopmaar ook
letterlijk de bladeren en bladstengels, zoodat zij niets overig
lieten dan de kale naakte stam en takken.
Ook de bessenboomen van correspondent leden geweldig van
dien vijand en daar hij dezelve eerst in Mei en dus te laat
ter voorkoming, onder zijn beheer had gekregen, besloot hij
eene proef te nemen met het elders aangeprezen middelom
namelijk de boomen met eene oplossing van chloorkalk te
begieten. Doch hetzij de aanwending niet naar behooren ge-
sehiede, hetzij het reeds te laat was, het middel bleek on-
voldoende, het kwaad bleef voortwerken; ondanks de begieting
bij herhaling plaats had en sommige boomen er letterlijk mede
overgoten werden, er stierf geene enkele rups; en welhaast
was dan ook aan deze boomen, geen enkel blad, veel minder
eenige vruchtknoppen te vinden.
NIEUWE PRODUCTEN en PROEFNEMINGEN.
Behalve ongeveer 12 Nederl. vierkante roeden met karwei-
zaad bebouwd, (*j waarvan het gewas gering was; doch in
verhouding waarvan het resultaat nog al wel uitviel; zijnde
bet beschot ongeveer 4/2 mudden, geldende 30 de 100
Ned. ponden; werd ook in dit jaar in deze gemeente (het
Bild) eene proef genomen met den bouw van dederzaad. De
juiste uitkomsten van dezen proefbouw zijn evenwel nog niet
bekend, doch het gewas is uitmuntend geweest;
Door eenen landbouwer in deze gemeente werd sedert twee
jaren meekrap gebouwd; er is echter tot nu toe niets van
gerooid en zal nu voor de derde zomer blijven staan. Het
gewas hiervan was den vorigen zomer uitmuntendterwijl de
wortels, blijkens een aan de vergadering der 3de afdeeling
van de Friesche Maatschappij van Landbouw en Veeteelt ter
bezigtiging aangeboden monster, zeer goed en reeds vrij wel
ontwikkeld bleken te zijn. De juiste uitkomsten zullen echter
eerst in het najaar bij de rooijing moeten blijken.
Overigens ontving correspondent in het vorige voorjaar van
eenen vriend te Raed-Lan, in de nabijheid van Port-Natal in
Afrika de navolgende zaden
1°. Eene soort van graszaad, aangeduid onder den naam
van Afrikaansch Rielgraszekerlijk alzoo genaamd, omdat het
wanneer men het tot zijne voile lengte laat opschieten, de
lengte van ons dekriet bekomt, en ook daar ter plaatse tot
dekking van gebouwen gebezigd wordt, maar dat niettemin
een uitmuntend en overvloedig veevoeder opleverthetzij door
het te doen beweidenhetzij het bij herhaling te snijden.
Of het zaad nu gedureride de lange reis te veel was uit-
gedroogd, of dat het te laat (in het midden der maand Mei)
werd gezaaid, of dat de drooge grond het ontkiemen belette,
zeker is het dat er geen enkel spruitje is te voorschijn ge-
komen.
2°. Een aldaar geteeld wordend tabakszaadvolgens ver-
zekeringuitmuntende in Snellen wasdomfijnlieid van blad
en geurigheid van fabriekaat. Ook dit zaad scheen of te hebben
geleden, of te laat in den grond te zijn gebragt; althans er
ontkiemden slechts een gering aantal korrelen en dan nog
zeer langzaam en zulks ondanks hetzelve in gematigd warme
bakken werd gezaaid, terwijl ook de verdere ontwikkeling
bijna niets vorderde, zoodat er eigenlijk ook van deze bouw-
proef niets teregt kwam. En
3°. Eenige korrelen van het zoogenaamde bosch- of kaffer-
koornwaarvan de vrucht, een uitmuntend volksvoedings-
middel, en het loof een zeer geschikt veevoeder oplevert. Bij
het openen van dit pakje zaadvond ik daarin eene menigte
vreemdsoortige maden of knobben en tevens een aantal kor
relen die blijkbaar hoi en uitgeknaagd waren; zoodat ik
vreesde dat zij alle ontkiemingsvermogen, alle levensbeginselen
zouden hebben verloren. Dit viel echter mededaar de meeste
korrelen ontkiemden, doch zeer langzaam, zoodat er weken
verliepen voor men eenigen vooruitgang bespeurde. Eenige
volgende dagen bragten daarin wel is waar eene aanmerkelijke
verandering, zoodat de planten in het najaar een welig, forsch
en vrij hoog opgeschoten gewas vertoonden, doch er was bij
geene enkele plant eenig beginsel van bloei- of vruchtknop
te ontdekken.
Blijkbaar was het alzoodat de planten te weinig tijd hadden
tot eene volkomene ontwikkeling en vruchtzetting; doch het
was te gelijk geblekendat zij hier zeer goed tierden en zeer
waarsehijnlijk bij eene vroegere zaaijing van frisch onbeschadigd
zaad, wel zullen slagen.
St. A.-P. W.
UIT GEONINGEN.
't OldambtMaart 1864.
Dit voor den landbouw hoogst belangrijk deel der provineie
Voor 2 jaren was door correspondent eene eerste proef met den
bouw van dit product genomen, op ongeveer 19 Ned. roeden, en zulks
met een gunstig gevolg.