WEEKBLA 1864. No. |B0, VAN A AN LANDBOUW, GEMEENTE- EN POLDER-BELANGEN GEWIJD VlUJDAG, 15 .11 EI. Wjf&e I aargang Laiv dbouw. Hoofdredacteur C. E. DE CLERCQ PACHT-KONTRAKTEK AV*' "1" HAARLEMMERMERR PRIJS VAN I1ET ABONNEMENT in het Jaar6. AUe Toezendingen moeten geschieden aan den Hoofdredacteur te Amsterdam, HeerengrachtKK 178. UIT N OOED-BEABAND. Zevenbebgen 9 Mei 1864. De voorbeeldelooze drooge, scbrale en koude maand April, is niet ten einde gespoed, zonder de maar al te zeer merkba- re teekenen van haar daarzijn te hebben achtergelatende vooruitzigten van den oogst voor dit jaar zijn alles behalve bemoedigend. Het overgeblevene koolzaad is weinig gegroeid en de zich niettegenstaande vertoonende bloemkuoppenwor den sterk door de aardvlooijen geteisterd; er zijn dan ook nog in den laatsten tijd veel stukken omgeploegd, welke dagelijks achteruit gingenditzelfde heeft ook met de tarwe plaats gebad die over het algemeen van dag tot dag verminderde. Het ge- zaaide vlas kvvam dunschraal en onvoordeelig te voorschijn zoodat er ook nu reeds gesproken wordt van perceelenwelke zullen moeten omgeploegd worden, het vooruitzigt van dit ge- was is ook niet gunstig, zijnde dit te drukkenderdoordien er dit jaar eene buitengewone groote oppervlakte met vlas is bezaaiddaar deze cultuur het vorige jaar zulke goede uitkom- sten heeft opgeleverd. De aanhoudende droogte na de zaai- jing van dit gewas is zeer nadeelig, daar dit onvermijdelijk eene tweewassige opkomst ten gevolge heeft, en de ondervin- ding heeft mij reeds voldingend bewezendat indien de opkomst van het vlas niet spoedig en gelijkmatig plaats heeft, dit steeds zeer nadeelig op den verderen wasdom werkt. De wei landen zagen er op 1°. Mei nog allertreurigst uit, zoodat er nog niet aan gedacht konde worden om het vee er in te bren- genen bij velen is de voorraad van hooi en ander voeder zoo goed als verteerd. In het begin dezer maand heeft weder de keuring van spring- stieren in deze provincie plaats gehad, hetwelk volgens pro vincial reglement door de leden van de commissie van landbouw geschiedt. Uit de provinciale fondsen wordt daarvoor/ 1080 jaarlijks uitgeloofd, waarvoor op ieder der 27 keuring plaat- sen twee premien, als eene van/ 25 en eene van/15 wordt toegekend aan de beste stieren; terwijl de gebrekkigen worden afgekeurd, en op verbeurte eener boete van 25 niet ter springing mogen gebruikt worden; deze maatregel heeft uitmuntend gewerkt, daar sedert de invoering van dat reglement, de stieren over het algemeen veel zijn verbeterd. Op de voorjaars paarden- en beestenmarkt, den 20 April te Zevenbergen gehoudenwaren tamelijk veel paarden en rundvee aangevoerd, doch de handel was lusteloos; paarden zijn er zeer weinige verkocht; sedert meer dan twee jaren is de paardenhandel in deze streken kwijnende, enkele beste paar den worden nog voor hooge prijzen aan dadelijke verbruikers verkocht, doch de Fransche kooplieden doen zeer weinig, zoodat het middelmatige soort zeer weinig aftrek vindt, waar- van er bij de landbouwers eene aanzienlijke hoeveelheid voor- handen zijn. De handel in vee is over het algemeen voor het tegenwoordige zeer stilde ongunstige toestand der weilanden maakt de vetweiders huiverig om te koopenalleen de goede kalfkoeijen voor Belgie en Frankrijk vinden nog geregclden aftrek, hetwelk vooral door de groote Mechelsche Mei- markt op den 6den dezer invallende den laatsten tijd nog is toegenomen; steller dezes heeft daarvoor nog eene reeds op den 19 April afgekalfde koe voor/325 verkocht, blijvende het ,voor hem, en bij eene eventueele bekrooning wordt de medaille mede zijn eigendom. Jaarlijks heeft bij voor die gelegenheid, beste koeijen en schotten voor mooije prijzen verkochthet vorige jaar nog eene koe en twee schotten voor den aanzienlijken prijs van 850. Deze tentoonstelling te Mechelen is, naar ik meen te mogen veronderstellennog te weinig bij de liefhebbers van schoon vee in Holland bekend, daar men aldaar gewoon- iyk eene keur van de beste kalfkoeijen en schotten aantreft, wel de moeite waardig om in oogenschouw genomen te worden. Er bestaat onder de Belgische kooplieden een groote naijver, om er de besten aan te brengenwaardoor zij dikwijls voor die gelegenheid voor de beste koeijen meer dan de waarde besteden. De sedert 2 dezer ingevallen regenalhoewel door koud weder opgevolgdheeft toch veel goed gedaanen beginnen de weilanden nu toch eindelijk eene eenigzins betere hoedanig- heid aan te nemen; mogt nu maar een weinig groeizamer weder invallen, zoo kon dit nog veel herstellen. PRIJS DER ADVERTENTieN 1—6 regels75 Cents. elke regel meer12% Zegelregt bij elke plaatsing 35 Cents. VAN DEN IJSSELZOOM. Mei 1864. 1 wee zaken zijn er, die deze maandvoor den landbouwer gewis een der aangenaamstenals met eene donkere wolk over- schaduwen dit is eensdeels het schrale weder, en daardoor een schrale roggeoogst in het vooruitzigt en een oogenblik- kelijk gebrek aan veevoeder met zich brengende, en anderdeels de voorgestelde landbouw-belastir.g, die toch weldra in de Tweede Kamer getoetst worden zalmoge het zijn onbevoor- oordeeld en met kennis van zaken. Dan zou misschien aan den dag komen, wat er eigenlijk van die groote welvaart der boeren aan is, wie het meest van hooge prijzen en grooten uitvoer genoten heeft, en of de waarde der landerijen (waar- van de Staat toch ook het zijne genoten heeft) niet nog meer vooruit is gegaan dan de waarde der producten. Het zal dan misschien moeijelijk zijn vol te houden, dat landbouw wer- kelijk een zoo bovenmate winstgevend bedrijf is, dat het door zulke lasten kan gedrukt worden, en misschien geraden voor- komen voor het oogenblik af te zien van een poging, die eene in ons land pas ontluikende en zich aan de slaafsche banden en vooroordeelen ontworstelende bron van bestaan weder voor goed zou knakken. Ofschoon dit nu geene bepaalde nieuwe, aan deze streek eigenaardige mededeeling is, zoo drukken bovenstaande ge- dachten toch vrij wel de meening der in deze omstreken ge- vestigde landbouwers uit, en kan het zijn nut hebben daarover met elkander in het openbaar van gedachten te wisselen. De Haver is hier grootendeels mislukt en bevroreu, zoodat er aan andere voedergewassen moet gedacht worden. Wikken worden daartoe veel gebruikt en zijn volgens vroegere onder- vinding daartoe ook wel aan te bevelen, ofschoon het inuner eene plaatsvervanging door nood blijft, daarenboven is het zaad zeer duur, ongeveer /10 het mud. De guste beesten van goede kwaliteit zijn zeer geldig en worden tot 20 cents het halve kilo en zelfs iets meer verkocht, zoodat de prijzen van het vette vee niet tegen moeten loopen, zoo er'voldoend weigeld op zal overschieten. Over het algemeen komt in deze streken het vee echter vrij arm van de stal, hetgeen te ver- wonderen is, daar het vorig jaar de hooibouw zeer gunstig }s geweest en het voeder uitstekend is gewonnen. Behalve de boe/cweit is alles besteld. Met de manpetwor- telen, ofschoon op kleine schaal, is men nog bezig. Lang- zamerhand wordt met wieden een aanvang gemaakt en de vroege taw ligt aan de beurt. Jammer dat het onkruid zich ook niet door het koude weder laat ter ne6r zetten. Dit laatste is echter al weder een prikkel te meer om de grootst mogelijke zorg aan het bemesten en bebouwen der gronden te wijden en nooit te meenen genoeg gedaan te hebbendaar het eene ontegenzeggelijke waarheid is, dat de minste rampen en teleurstellingen te wachten zijn op de zorgvuldigst be- werkte akkers. Ook hier is het duidelijk te zien, Diet wat het beste land is, maar welke gronden toebehooren aan de beste boeren. In het weiland vangen nu de bezigheden weder aanworden de slooten herzienen van hetgeen zij uitleveren worden mest- vaalten voor het volgend jaar gemaakt. Ook wordt het land, dat geweid wordt, van gruppen of greppels voorzien of de bestaande verbeterd. Een en ander wordt aanbesteed en ver- schilt naar gelang van breedte en diepte van 1 tot 4 cents per el. Greppels van 50 Ned. duim breed en evenzoo diep, van onderen spits toeloopendeworden gemaakt voor 1 cent per Ned. el. De schapen blijven hier nog hoog in prijs. Eenjarige veluw- sche hamels van/12 a/ 14. De oorzaak daarvan ligt voor- zeker in de gunstige verwachting, die men hier heeft°van de wolprijzen. Men gelooft hier algemeenofschoon nog eenig zins zonder vaste gronden, dat het Ned. pond meer dan/°2 zal opbrengen. Al weder een nieuw bewijs zullen de voor- standers der aanstaande belasting zeggenhoe goed het toch die landbouwers gaat. De vruchiboomendie aanvankelijk zoo veel beloofdenheb ben, wat de vroege soorten aangaat, door de hevige nacht- vorsten ontzettend geleden. Ook de vroege aardappelen zijn geheel verdwenen, Zelfs zijn er haver- en ^ar.sAsoortendie de koude nachten niet zonder nadeel hebben weerstaandoch het is beter niet over het wederdan wel over het gebrekkige van onzen landbouw en over de middelen te praten, die het meest geschikt zijn om de invloeden van weer en wind zoo min mogelijk te gevoelen. Zaaimachines- zijn hier nog niet in gebruik, ofschoon er wel behoefte aan bestaat. De bedrijven zijn hier echter niet zoo groot, dan dat ieder zich afzonderlijk een werktuig der beste soort, zoo als b. v. van Ilormby, kan aanschaffen; combinatie blijft moeijelijk, terwijl spekulatiegeest om dergelijke werk- tuigen te verhuren en er mede rond te gaan, nog niet hier is doorgedrongen. Het is wenschelijkdat de Geldersche Maatschappij van landbouw het voorbeeld navolgezoo uitstekend door de llollandsche gegeven om in plaats van weinig beteekenende tentoonstellingen van werktuigen van allerlei aardliever wed- strijden te houden van bijzondere afdeelingen van machines waardoor dan omtrent hooibouw, graanbouw, zaaijen of dor- schen, het beste wordt aangeduid. Dan komt er iets tot stand, daar voor landbouwers het aanschouwelijke steeds aantrekkelijk is en voorbeelden voor hen die weinig reizenschaarsch zijn. Ilet huren en verhuren blijft in Haarlemmermeer aan de orde van den dag; vele boerderijen eerst door zetboeren be- heerd, worden thans verpacht; en zoo als in een nieuwen polder steeds het geval is vindt er meer verwisseling van huurders plaatsdan in streken waar alles een meer blijvende toestand heeft verkregen. Het stellen der pacht-kontrakten is dus een zaak, die dikwerf voorkomt en, vooral hier, van groot belang is. Gevestigde plaatselijke gewoonten bestaan hier niet zoodat men niet in de gelegenheid is om slechts de van ouds geijkte vorm af te schrijven, waarmede beide partijen zich zonder moeite als met de gewone wet tevreden stellen. En zelfs zoo die bestonden, zou het juist de tijd en de plaats zijn om daarvan af te wijken. Dat de landbouw wat anders geworden isdan hetgeen het vroeger wasblijkt vooral in dezen polder; hooge pachtprijzen maken het den pachter tot pligt de meest mogelijke opbrengst van het land te verkrijgen, en de grondeigenaardie bij veiling ferme prijzen bood, wist ook dat het hem aan geen goede huuraanbiedingen zou ont- brekenzoo hij slechts wat vrijheid bij de wijze van bebouwing liet. Die vrijheid behoort ook te bestaangeen binden aan een vaste vruchtopvolging, aan het niet scheuren van weiland, aan het niet verkoopen van stroo of voedergewassenaan het niet meer dan voor een gering deel verbouwen van koolzaad vlas, suikerbeetwortels of andere handelsgewassen kan zamen- gaan met het maken van den hoogsten pachtprijs en toch behoort de grondeigenaar wel toe te ziendat dit niet ge- schiede door uitputting van het landzoodat de pachter de hooge rente niet ten deele uit het kapitaal van den landheer betaalt, of hem na het verstrijkeu van den pachttermijn met uitgeput en vervuild land laat zittenwaarvoor op lange na de vroegere pachtprijs niet meer te verkrijgen is. Het is alzoo lang geen gemakkelijk zaak om het pacht- kontrakt zoo in te rigten, dat er vrijheid voor den pachter zij, zonder losbandigheid, en dat de grondeigenaar gewaarborgd zij tegen het verslechteren van zijn land, zonder dat hij door te groote angstvalligheid den boer belemmert om het land zoo te bebouwen, dat daarvoor ruime pacht betaald kan worden. Het is zeker dat de persoon van den pachter en zijne gel- delijke krachten van veel meer gewigt zijn, dan het uitmun- tendst ingerigt pacht-kontraktmet een besten boer, die men ten voile vertrouwen kanheeft men er eigenlijk geen noodig en de slechte huurder, die reeds vooruit wist hoe hij het meende aan te leggen om te halen wat er van te halen is, toen hij hooger huur dan eenig ander durfde bieden, zal men ook door de strengste bepalingen van het huurkontrakt niet kunnen beletten om zijn belang ten koste van dat van den grondeigenaar te bevorderen en een berooiden boel achter te latenterwijl de man die met een ontoereikend kapitaal zijn zaken begint, dikwerf, zonder slecht te zijn, zijn pachtheer even groot nadeel berokkenen kan. Maar juist omdat verre het meerendeel van de pachters het gewone menschelijk karakter bezittenom noch beelden van deugdzaamheidnoch bepaald slecht te wezenmaar meer zoo van het gewone tusschenslag, is eene goede overeenkomst tusschen verhuurder en huurder lang geen onverschillige zaak. Na deze inleiding zal nu meriigeen misschien verwachten dat hier het model van een uitmuntend pacht-kontrakt volgt,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Weekblad van Haarlemmermeer | 1864 | | pagina 1