WEERBLAD 1864. Vrijdag, 12 Augustus. VAN A AN LANDBOUW, GEMEENTE- EN POLDER-BELANGEN GEWIJD \ijfde Jaargang Hoofdredacteur C. E. DE CLERCQ. Landbouw. HAARLEMMERMEER PRIJS VAN HET ABONNEMENT in het Jaarj> g Alle Toezendingeii de Redactie betreffendemoeten geschieden aan den Hoofdredacteurte Haarlem, Kruisstraat, Wijk 6, N°. 513. UIT GEOITINGEN. Fivelingo, Junij 1864. Ingevolge tie oude verdeeling der provincie Groningen draagt een groot deel van het noord-oostelijk gedeelte den naarn van Fivelingo, naar de Fivelstroom of het tegenwoordio- Damsterdiep. De afvvatering dezer landen geschiedt hoofdzakelijk lano-s het Damsterdiep, welk kanaal het water door eene zeesluis te Delfzijl outlast. Voor een groot gedeelte is Fivelingo hoog gelegen en kunnen de landen op eene natuurlijke wijze laag genoeg afwateren, doch de lager gelegen gronden worden door wa- termolens bemalen. Over het geheel mag men zeggen dat de afwatering vol- doende is. De gronden zijn nog al afwisselend en bestaan veelal uit zware brokkelige klei en hier en daar ook uit potklei en uit zachtere zavelgronden. De laagste gronden, die door vvatermolens droog gehouden moeten worden, zijn meestal zoogenaamde overgeloopen landen, met derrie- en kniklagen. Onder deze laatstgenoemde landen is veelal eene bij uitstek vruchtbare aardlaag gelegen, die, naar boven gebragt en met <en lovengrond vermengd wordende, allervoordeeligste uit- komsten geeft. Deze bewerkingdie ook op vele andere plaatsen in de provincie Groningen in gebruik is, wordt kleigraven of ook wel tooelen genoemd. Men heeft hierdoor een krachtig wapen gevondendat men ook steeds bij de hand heeft tegen de gevaren van den roof- bouw of uitputting van den grond. Eene schier onberekenbare massa koolzure kalk en andere voor den plantengroei hoogst nuttige anorganische stoffen, liggen daar, als het ware als eene reserve-fonds verborgenwaaruit geput kan worden zoo dikwijls men het noodig oordeelt. Wij raden meer onderzoek naar deze kleisoort aan, ook in andere provincien. Ik zelf kreeg voor eenige jaren land in het bezit, waarvan men algemeen zeide, dat er niets dan derne en zand onder zat, en bij onderzoek, door boringen, hleek het mij toch dat die schat er in de diepte verschod. Tot aan deze hoogst belangrijke ontdekking, nu ongeveer een vierde eeuw geledenmoesten vele gronden door gewone meat, van elders aangevoerd, in stand gehouden worden en nu heeft de ondervinding geleerd dat men geen mest meer noodig heeft. De wijze van uitgraven dezer vette klei verschilt veelal van ie in het Oldambt en bestaat hier gewoonlijk in het graven van groote vierkante putten, die ongeveer 10 a 15 Ned. ellen lengte en breedte hebben. Deze aardlaag zit hier en daar zeer diep soms wel tot op 8 Ned. ellen, tot op welke diepte men die dan ook uitgraaft. In vergelijking van de handelwijze, die men in het Oldambt vo gt heeft deze het nadeeldat de klei met stortkarren over het land gebragt moet worden en hierdoor belan°-rijk hooo-er in pnjs komtterwijl in het Oldambt alles op gePfegelde °af- standen en met de spade geschiedt. De koopprijzen zijnvoor de beste klei- en zavelgronden, per bunder 1000 1100 in beklemming, met eene jaarlijksche vaste huur van 8 a 9. De huurprijzen per bunder, van eene geheele boerenplaats berekend, 50, van losse stukken land 60 a 65 en van het beste weiland 100. Voor de teelt van witte kool (kabuiskool) wordt veel hooo-er huurprijs betaalden bedraagt die niet zelden van 200 tot 240 per bunder. De gemiddelde grootte der boerderijen is hier 40 bunders waarvan bouw- en groenland. Wegens de verschillende geaardheid der gronden en de groote wandering die de gronden door het kleigraven ondergaan, 13 h®t nlet mogehjk eene vaste vruchtopvolging op te geven. Hoofdzakelijk zal die zijn: 1°. roode klaver, 2°. koolzaad 3 wintergarst4°. dikke haver (doch soms ook fijne of zwarte haver), 5°. tarwe ofboonen, 6°. na tarwe weder roode klaver doch na boonen 6°. haver en daarna 7°. roode klaver. Ook zaait men op bekleide roodoorngronden: 1°. boonen in rijen2°. koolzaad, 3°. winter-garst, 4°. haver, 5°. tarwe, PRIJS DER ADVERTENTieN van 1 6 regels 75 Cents. Elke regel meer 12 /2 Cents. Zegelregt liij elke plaatsing 35 Cents. Toezending uiterlijk Woensdag. Adresvan Bonga C°.Amsterdam. 6°. roode klaver, 7°. tarwe of haver; en op bekleide knik- gronden1°. koolzaad, 2°. winter-garst, 3°. haver of tarwe en 4°. boonen in rijen. De groenlanden komen niet voor in de opvolging der ge- wassen, omdat die hier meest vaste weiden zijn. Ook wordfn de vlasbouw en die van witte kool hierin niet genoemd, daar die niet noemenswaardig zijn en algemeen ge noeg voorkomen. Roode klaver, voor de stalvoedering en gedeeltelijk ook om hooi vai) maken en soms ook om te weiden, wordt op elke boerderij gemiddeld 5 bunders geteeld. Stalvoedering van rundvee heeft hier veel minder pleats dan van paarden. Draineren valt hier zeer in de smaak. Er worden zelfs boerderijen aangetroffen die geheel, tot op de laatste bander toe gedraineerd zijn, met de beste uitkomsten. Onderscheidene draineer-fabrieken zijn hier in de orastreken tot dat einde werkzaam en maken goede zaken. Het draineren is hier vrij algemeen geworden en men oogst er hier betere resultaten van indan ergens anders in Gro ningen. Door de groote vochthoudendheid van vele dezer gronden en de ondoorlatendheid van den ondergrond, waren deze landen veelal nat en moeijelijk te bewerken. Eene nog andere belangrijke verbetering in den landbouw is hierdoor mede ontstaannamebjk de rijenbouw. Yoor den rijenbouw, wanneer die eenigzins op groote schaal en machinaal gedreven zal worden, zijn de gewone voren en greppels toch belangrijke bezwaren en hindernissen. Deze heeft men door het draineren alien kunnen missenzoodat nu hier met zeer goede gevolgen met het bekende Engelsche, doch eenigzins gewijzigde zaaiwerktuig van Garrett 8c Sonseewerkt wordt. Men beschouwt het hier als eene uitgemaakte zaak dat het land gedraineerd dient te worden, voo'r dat men de rijenteelt met voordeel kan invoeren. Het voordeel van den rijenbouw, zegt men, bestaat vooral in een krachtigeren groei der gewassen, waardoor meer stroo en zaad verkregen wordt. Hiervooral in de omstreken van Loppersumwordt veel witte kool geteeld, door arbeiders, die daarvoor land van de landbouwers huren. Zoo als boven reeds gezegd is, geschiedt deze huring voor zeer hooge prijzendie niet alleen voordeelig is voor de ver- huurdersmaar ook voor de arbeiders doorgaans eene o-oede rekening geeft. De paarden, die men voor den landbouw noodio- heeft, worden hier ook meest aangefokt. Bovendien ook wordt hier menig fraai tuigpaard (inzonderheid zwarte merries) op- gekweekt en voor hooge prijzen verkocht. In den laatsten tijd heeft men de landbouw-paarden hier ook veel gekruist met een zwaren Engelschen hengst uit Nor folk, genoemd Farmer's glory, die tot dat einde door de commissie van laifflbouw ingevoerd is. De afstammelingen van dit zware werkpaard voidoen alle- zins aan de verwachtingenvooral wanneer de kruising met de beste en sterkste inlandsche merrien plaals heeft. De veestapel is hier over het algemeen zeer goed, doch de akkerbouw is hoofdzaak. Op vele plaatsen wordt hier van den tuinbouw nog al werk gemaakt en worden vruchten ter markt gebragt, he'tgeen tot dusver in de provincie Groningen bijna als eene uitzouderino- vermeld mag worden. In het jaar 1863 gaf de roode tarwe hier 25 mud per bunder, wegende van 72 tot 78 pond; de witte 30 mud van 70 tot io pond, op de kleine Groninger schaal. Op rijen gezaaid was de opbrengst 35 a 40 mud. De Iialletts-tarwegeheel naar het voorschrift uitgeplant, in eene kleine hoeveelheid, en als een tuingewas behandeld,' gaf, naar het bunder gerekend, 58 a 60 mud, van beste kwaliteit. Koolzaad leverde 28 a 30 mud op per bunder a /12 het mud. Wmter-garst liet veel te wenschen over en gaf een beschot van 45 mud, wegende van 46 tot 56 pond. Dikke haver gaf 50 a 60 mud van 46 pond gemiddeld gewigt. Zwarte haver van 60 tot SO mud; op rijen gezaaid was die hooger en bedroeg van 85 tot 90 mud, wegende 40 a 42 pond. Van paardenboonen oogstte men 25 a 28 mud en van groote waalsche boonen 35 mud. Aardappelen waren algemeen goed van smaak en gaven een matig beschot, pi. m. 100 tot 150 mud per bunder. De soortendie hier geteeld worden, zijn alle voor de keuken bestemd en alzoo fijne eetaardappelen. Het melkvee naar Holland bestemdgold goede prijzen en werd verkocht voor/120 tot/150 Ten enkele zelfs voor 200 per stuk. De tool kostte 1.50 a 1.60 per Ned. pond, d e lammeren van/3 tot 4 eh de vette schapen 18 a 20 cent het halve Ned. pond. De bolerprijzen wisselden af van 70 cent tot 1 het stuk of Ned. pond. Voor Fivelingo, zoo in de onniiddellijke nabijheid van een der beste zeehavens van Nederlaud gelegenzou eene gere- gelde stoombootvaart, tusschen Delfzijl en Londen, groot voordeel geven. Wy wenschen zeer dat de pogingendie dezer dagen tot dat einde in het werk gesteld worden, tot gunstige uitkom sten mogen leiden. Voor den landbouw in deze en vele nabij gelegen hoogst produktieve streken, is het zeer te betreurendat deze zoo ver van den spoorweg verwijderd zullen blijven en genoemde spoorweg een gedeelte der provincie zal doorsnijden, van af Groningen naar Winschotendat onder de improduktiefste gronden gerekend mag' worden. HIT NOORD-HOLLAND. Augustus 1864. De hooimaand is met zijn lief en ieed ten einde gespoed en geeft den landbouwer en veehouder billijke reden tot kla- gen over het weinigje hooi dat er gewonnen is, of nog ver- zameld moet worden; gelukkig en verblijdend was het echter dat dit weinigje, door droogend weder begunstigdkon binnen gehaald worden. Ook de latere hooi-oogst heeft veel kans van uitmuntend gewonnen te worden en zeker is het krachti- ger en voedzamer dan andere jarenals het in vochtig weder gegroeid is. Het is thans duidelijk aan gras en klaver te zien dat er veel voedsel in is, daar toch hier en daar de weiden zoo dor en schraal zijndat men zich moet verwonderen de dieren nog rustig te zien grazen en daarbij tieren. De prijs van het vee heeft zich sedert den laatsten tijd staande ge houden doch als de droogte nog eenigen tijd aanhoudt, is het te voorziendat het vee dit najaar goedkoop zal worden daar overal het wintervoeder duur en sehaarsch is, algemeen wordt er dan ook naar eenen verkwikkenden regen verlangd. De graangewassen zijn boven verwachting gegroeid en "eenige vroeg gezaaide stukken herinneren den landman dat de oog^t- maand daar is. Het overgebleven koolzaad is reeds gesned°en; het is in den laatsten tijd veel bijgekomen, en kan nog een mid- delmatig beschot opleveren. Het vlas is overal geplukt en kan met eenige dagen van het land gereden worden, groote druk- te en bedrijvigheid is dus in Snellen aantogt. De twee- en drie- jarige meekrap geeft ook aan het loof te kennendat de tijd van delven spoedig daar zal zijn, en naar ik verneem, wordt er in den Anna-Paulownapolder reeds een aanvang met delven ge maakt. Naar mijne gedachten begint de meekrap te vroeg"te stervenen ik heb wel eenige vrees dat ze van den voorgaan. den winter geleden heeft (lioewel de kiemen overvloedig waren en het loof goed gegroeid is)want als men de wortels aan- dachtig beschouwt, bemerkt men al aanstonds in de buiten- kant der beddendat de bast of schil los om de wortels zit, even alsof ze in vriezend weder (ongedekt) buiten had gelegen ik houd het er voor dat zulke wortels niet veel in gewigt zijn aangewonnenen dat het raadzaam zou zijn de twee- jarige, geen driejarige te laten worden. In de oude meekrap vindt men ook enkele stukken alwaar het loof bij plekken verandert, geiijkende veel op ziek aardappelenloof, dit was voorleden najaar ook het geval, doch onder het delven kon men niet ontdekken dat zulke plaatsen minder waren. In de jonge meekrap is tot heden geen kwaad te zienen deze is den laatsten tijd naar wensch gegroeid. Zieke aardappelen ont- dekt men heden nog niet; de aanhoudende droogte heeft zeker gunstig voor dit gewas gewerkt en er bestaat alle hoop, dat ze gezond en smakelijk zullen zijn.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Weekblad van Haarlemmermeer | 1864 | | pagina 1