WEERBLAD 1864. Vrijdag, 30 December. No. 55. VAN AAN LANDBOUW, GEMEENTE- EN POLDEft-BELANGEN GEWIJD Yijf&e Saargang Hoofdredacteur C. E. DE CLERCQ. DE FRANSCH-KEIZERLIJKE BOERDERIJEN HAAftLeMMERMEEft PRIJS VAN HET ABONNEMENT in het Jaarj> g Alle Toezendingende Redactie betreffende, moeten geschieden aan den Hoofdredacteur, te Haablem, Kruisstraat, Wijk 6, N°. 513. VAN VINCENNES en POUILLEUSE. W illiam Carr, een Engelsch landbouwkundigereisde ge- durende twee jaren geheel Engeland door, voor rekening van het Engelsche dagblad the Times, tot het leveren van artike- len over den landbouwtoestand in de verschillende streken des lands. Zeker een geschikte leerschool, om een goed inzigt in landbouwzaken te verkrijgen, en juist te leeren waarnemen. Onlangs bezocht genoemde landbouwreiziger Frankrijk en aldaar de hier boven genoemde boerderijen, waarvan hij eene besehnjving in het EDgelsche Landbouw-Weekblad the Mark lane-Express leverde. Wijl daarin veel voorkomt, wat voor de landbouwers in het algemeen van werkelijk belang mag heetenzoo geven wij hier eene verkorte vertaling van dit verslag. De algemeene opmerkingen omtrent den landbouw in Frank rijk achten wij niet in alles juist, en zij kenmerken den En- gelschman, doeh een deel daarvan, kunnen wij Nederlanders ons ook aantrekken en daarmede ons voordeel trachten te doen. Alvorens met de beschrijving der beide domeinen Vincennes en ioumeuse te beginnen, is het zeker niet onbelangrijk om eerst eens te onderzoeken, waarom de Fransche landbouw met op die hoogte is, welke men zou verwachten bij een zoo gunstig klimaat en by de mate van ontwikkeling der be- volking. Ik behoef daarvoor niet de verderfelijke oorlogen aan te voeren, die dit land in de laatste zeventig jaren ge- voerd heeft, ofschoon de daardoor verloren arbeid van vier millioen Eranschen, die in genoemden tijd aan de roofzuch- tige godin de Roem geofferd werden, voldoende had kunnen zynom geheel Frankrijk tot een zorgvuldig bewerkte tuin te maken. Maar onder de oorzakendie ook nu nog nadeelio- °Pu 'a"(?bouw terugwerken daargelaten het van natuur gebrek hebben aan zin voor de werken des vredesaan het Celtische ras eigen wil ik slechts wijzen op de zware fastendie op den landbouw drukkenop de lastige accijnsen die van de meeste landbouw-voortbrengselen geheven worden mzonderheid op het vee, aan de poorten der meeste steden voorts op het gebrek aan genoegzame spoorwegenten minste in een groot gedeelte des lands, ter verbinding met de groo- tere steden; dan de bijna met verbod gelijkstaande hooge regten van invoer op de verschillende hulpmiddelen en grond- stoffen voor den landbouw, waardoor die in Engeland zoo zeer werd bevorderd, en eindelijk nog de talrijke heiligen- of feestdagen, die zonder de Zondagen jaarlijks twee maanden edragenwaarvan de nadeelige gevolgen door ieder reiziger kunnen worden opgemerktdie in Zwitserland of Ierland op het verschil let tusschen de door katholieken of door protes- tanten bewoonde streken van die landen. Van nog dieper ingnjpende gevolgen voor den landbouwtoestand in Frankrijk is de afsehaffing van het eerstgeboorteregt geweest, dat tot r r e T revolutie bij den adel in gebruik was. Sints die afsehaffing wordt nu het vaderlijk erfgoed gelijkelijk onder de kinderen verdeeld. Daardoor is eene groote versnippering der goederen en boerderijen veroorzaakt en het aantal arme grondbezitters en zwaar verhypothekeerde gronden sterk ver- meerderd.^ Het platte land mist daardoor veel van den wel- dadigen invloeddie in Engeland van de aanzieniijke en beschaafde groote grondbezitters uitgaat, en door wie zooveel ter aanmoedigmg van den landbouw is geschied; een invloed die ook zeker wel door de nazaten van dien trotschen hranschen landadel, die destijds meer verdrukte dan goed deed zou zijn uitgeoefend. Deze wet van erfregt verzwakt ook den mjverheidszin van het volk. Onder zulke omstandi*- heden is het bezwaarlijk te verwachtendat de Fransche land bouw immer die hooge vlugt zal nemendaarbij kunnen zich geen welvarende en ondernemende pachters vormen, zijn geen ange pachttermijnen te bedingen, kunnen geen kostbare werk- tuigen of veredeld vee worden aangekocht. De reiziger, die van Calais of Boulogne naar Parijs reistverwondert zich over het volkomen gemis aan groote landgoederen. Zijn ooo- dwaalt over groote onbeperkte vlakten heen, die zoo bijzonder geschikt schijnen voor het gebruik van stoomploegen, maai- werktuigen en al die nieuwere landbouwwerktuigenmaar hii ontwaart slechts een bont geschakeerd geheel van kleine stuk- ken braaklandtarwe, beetwortels en wijnbergen, die aan een aantal kleine pachtertjes behooren, die gewoonlijk het land PRIJS DER ADVERTENTItiN van 16 regels 75 Cents. Elke regel meer 12'/2 Cents. Zegelbegt bij elke plaatsing 35 Cents. Toczending uiterlijk Woensdag. Adresvan Bonga C°.Amsterdam. in halfbouw hebbeneen stelsel dat voor landbouwverbetering zoo doodend is. Hij ziet houten akkerwerktuigennog weinig verbeterd bij die, welke eenmaal door de Bomeinen hier werden ingevoerd en welligt eene bespanning zooals het bij de ontaarde nakomelingen van die verlichte landbouwers in Beneden-Italie wel eens voorkomt van eene koe, een ezel en eene vrouw. Welligt is een nog grooter bezwaar voor de ontwikkeling van den landbouw in Frankrijk te zoeken in de militiewet, en de onberekenbare invloed daarvan op de landelijke bevol- king. Een groot deel van de mannelijke bevolking wordt daardoor aan een winstgevenden arbeid onttrokken, om aan gewapenden lediggang te worden gewenden ten koste van de lasten, die op den grond en de voortbrenging drukken, te worden onderhouden. Landbouw en nijverheid zijn het waarlijk toch wel in onzen tijd, die meer tot de grootheid en kracht van een volk bijdragendan de grootte van het staande leger. De keizer heeft ongeveer tweemaal zooveel man onder de wapenen, dan Borne op het toppunt zijner magt in zijn zoo wijd uitgestrekt rijksgebiedmet inbegrip van het steeds tot opstand geneigde Gallie, onderhield. Hoewel de grond van Italic zeker vruchtbaarder was en rijker opbrengst leverde, dan in het algemeen die van Frankrijk thanszoo werden de romeinsche troepen evenwel niet geheel aan den voortbrengenden arbeid onttrokken. Zoodra zij niet voor de krijgsdienst noodig waren, werden zij regelmatig tot nut van den landbouw en het aanleggen van wegen voor algemeen verkeer in dienst gesteld, op de plaats waar zij waren ingekwartierdevenzoo als thans in Noorwegen en Zweden nog heden het grootste deel der regelmatige troepen over het land verdeeld wordt, om ij de bebouwing der kroondomeinenbij aanleg van gewone en spoorwegen en bij andere werken van openbaar nut, dienst te doen. Dat de Fransche landbouw onder den druk van een zoo buitengewoon talrijk staand leger niet te gronde is gegaan, toont hoe rijk de hulpbronnen van den handel van dit land zijn, zoolang de vrede verzekerd is, en hoe buitengewoon party men onder de regering van dezen keizer van die hulp middelen heeft weten te trekken. De keizer erkent duidelijk oe voordeelen van eenen verbeterden landbouw, daar deze een veel zekerder grondslag voor de volkswelvaart vormt, dan de meer wisselvallige baten van den handel, die steeds door het bloeyen der nijverheid moet worden gevoed, hetgeen zoo ligt eene storing ondervindt en dan tot groote ellende leidt, zoo als de geschiedenis van den laatsten tijd zulks weder in Nor- mandije en Lancashire heeft getoond. De keizer heeft, juist op de wijs zoo als dit voor Frankrijk noodig was, een glansrijk voorbeeld gegeven, door als het ware zelf als landbouwer op te tredenen de wetenschappe- lyke bebouwing van den grond tot een eervol beroep te maken. Onder al zijne scheppingen ter bereiking van dit doel, neemt de modelboerderij te Vincennes een eerste plaats in. De vestiging dezer landbouw-onderneming dagteekent van het jaar 1858. Het doel was om eene groote uitgestrektheid woesten en zandigen grond, die tot nu toe ongebruikt lag, met stee- nen en struiken bedekt, tot voordeelgevende kultuur te bren- gen, en den landbouwers daardoor het bewijs te leveren van de mogelijkheid om grondendie men tot heden voor alle kultuur ongeschikt achtevruchtbaar te makenen daartoe eene navolgenswaardige modelboerderijwaarbij het maken van winst hoofddoel bleef, tot stand te brengen. De vereischte voorwaarden om aan den naam van modelboerderij te kunnen beantwoordenwerden zorgvuldig overwogen en merkwaardig goed ten uitvoer gelegdzoowel bij de inrigting en ligging der gebouwenin verband met het stelsel van kultuurals bij de keuze van den veestapelvoorts door het aanwenden van die hulpmiddelenwelke dienen konden om de opbreng- sten te verhoogen, en de kultuurkosten zoo laag mogelijk te houdenzoo door het kiezen van den voor dezen grond meest geschikten vruchtenloopals door de economische inrigting en goede verdeeling van den arbeid; en eindelijk door de gemale en weloverlegde toepassing van de gegevens van weten- schap en praktijk. Het terrein waarop de boerderij is geplaatst, diende vroe- ger tot kampement voor de troepen en zal daartoe ook blijven dienen. Het was een eerst vereischte om den grond gelijk te makenvast te maken en daarop eene graszode te doen ont- staan. Het in weide leggen werd daarom als hoofdstelsel aangenomen, maar bij een zoo droog en warm klimaat, kon daarby niet genoeg voeder voor het vee worden gewonnen, zonder de ondersteuning door de teelt van groenvoederge- wassen.^ Er werden daarom een vijftiglal bunders, in de on- middellijke nabijheid der gebouwen gelegen, bestemd voor de kultuur van lucerne, mais, sorgho, wortelgewassen en granen, terwijl het overige ter uitgestrektheid van ongeveer 250 bun ders gezuiverd, gelijk gemaakt en gemest, en daarna totwei- land werd aangelegd. De gebouwendie in het vierkant een open erf omsluiten beslaan ongeveer een kwart bunder en hebben 70,000 ge- kost. De koe- en schaapstallen zijn zeer uitgestrekt. Er is een stal voor ziek of van ziekte verdacht veeeen varkens- stal, een stal voor de werkpaardenboxes voor de hengsten, een kookhuis, eene uitstekende melkerij en eene bergplaats vooi de gereedschappen. Boven deze laatste is de graanzolder. Boven de koestal is geen zolder, daar men van oordeel was, dat het optassen van hooi of voeder het gevaar van brand vergroothet behoorlijk luchten der stallen moeijelijk maakt en dat het in elk geval geen geschikte plaats voor voeder- berging is. Het hooi wordt daarom buiten de gebouwen aan schelften opgetast en met wagens over spoorstaven naar de koestal vervoerdwaar men de voorraad voor drie tot vier dagen bergen kan. Het vee is naar zijne verschillende soorten in afzonderlijke. stallen, die rondom het erf geplaatst zijn, verdeeld. Midden op het erf is het gebouw, waarin het eten voor de arbeiders bereid wordt en de woning voor den opzigter, met de verschil lende hulpmiddelendie voor een goed beheer en naauwkeurige boekhouding noodig zijn. Stroo wordt weinig gewonnenen daarvan nog het meeste verkocht, daar het voor het kampe ment noodig iszoodat men daarmede zeer spaarzaam is en de inrigting gemaakt heeft om de aalt en gier zoo zorgvuldig mogelijk in putten te verzamelen. Het afleiden der gier en het luchten der stallen, welke naar gelang van het jaargetijde kan worden geregeld, zyn zoo goed ingerigt, dat de bezoeker het niet aan de reuk bemerken kan dat hij zich in een stal met honderd koeijen bevindt. De koestal, waarin de beesten op aubbelde rij staan, is 225 voet lang; en daarin stonden 80 koeijen van Schwijtzer ras. Het is eene soort koeijen, met een goed uijer die rijkelijk melk en boter leveren en, naar men voorgaf, zich gemakkelyk laten vetmesten. Zij zijn daarbij tevens uitnemend voor melkvee geschikt, en dagelijks werden er afwisselend vier daartoe gebruikt, voor het wegrijden van den mest en het aanhalen van het voeder; terwijl de aan de uiteinde van de stal geplaatsten springbullen, afwisselend voor- en namiddags moeten werken. De koeijen geven, als zij verschmelkend zijn, 18 tot 25 kan melk; wanneer de melk op de plaats zelf versch verkocht kan worden, brengt deze dagelijks 200 tot/275 op. Wat de melkopbrengst betreft, komt deze soort van vee het naast aan de hoogbeenige, smal gebouwde Vlaamsche koeijen, waarvan een veertiental voorhanden waren. In tegenstelling met het Schwijtzer vee, dat alle voeder graag vreet, zijn de Ylaamsche koeijen daarop zeer keurig; ook zijn zij voor het vetmesten zeer weinig geschikt. Hun prys is dan ook zeer laag 40 kf 75 per stuk. (1) Buitendien waren er nog vier koeijen van het ras van Lorraine, die met weinig tevreden, maar ook slechte melkgeefsters zyn. De hoeveelheid en de vetheid der melk van ieder ras wordt dagelijks onderzocht en in een dagboek opgeschreven. Digt bij de koestallen is een landelijk paviljoen in oosterschen smaak gebouwdmet gras- en bloemperken omringd. Het is een geliefkoosd plekje voor de bewoners van de oostelijke kwartieren van Parijswaar zijvooral op Zon- en feestdagen, in groote scharen heentrekken, om een kan melk voor 25 cents te drinken, terwijl de hoogste prijs in Parijs slechts 15 cents bedraagt. Van half Mei tot half September zijn de koeijen in de weide, waar zij getuurd worden, d. i.aan palen gebonden die men van tijd tot tijd verzet. Als op het einde van den zomer de weide kaal en verdroogd is, zoo worden versch gemaaide lucerne, mais en sorgho op de weide uitgestrooid. Deze wijze (1) De schrijver verwart vermoedelijk Bretonsche met Vlaamsche koei jen, of het moet al een zeer verbasterd soort van Vlaamsche zijn, daar deze in het Departenient van het Noorden zoowel als melk- en mestvee uitmunten.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Weekblad van Haarlemmermeer | 1864 | | pagina 1