- 178 - sc"hrijver ileze3 rapporteur was, werd aan den schrijver aan- geboden eene gratificatie van f 40mits zijn antwoord over- eenkomstig de door de commissie gemaakte bedenkingen wij- zigende, en het zoodanig voor zijne rekening d. i. zonder verder bezwaar der commissie in druk uit te geven; aan welk laatste echter niet is voldaan. St. A. P. 7 Oct. 1865. W. INTERNATIONALE TENTOONSTELLING YAN KAAS. Te Parijs zal van 1820 December, verbonden met de gewone tentoonstelling van vet gevogelteeene Internationale tentoons.telling van kaas worden gehoudenwaarvoor gouden zilveren en bronzen eerepenningen zijn uitgeloofd. Elke inzen- ding moet uit twee kazen bestaan. De aangiften moeten voor den lsten December geschieden aan den Minister van Land- bcuw, Handel en Openbare Werken. Wij hopendat onze kaasboeren voor eene waardige ver- tegenwoordiging van Nederland zullen zorg dragen. De Hol- landsche Maatschappij van Landbouw zal daarvoor .zeker wel hare tusscherikonst en hulp willen verleenen. Iu de Slants-Courant van 4 November is opgenomen het Verslag van de Commissie van Veeartsenwegens den runder typhus, aan den Minister van Binnenlandsche Zaken. Wij ontleenen daaraan het volgende Stand der ziekte. Op eenige plaatsenwaar zich verspreide gevallen voordedenheeft de ziekte tot heden opgehouden. Waar zij reeds eenigen tijd bestondbreidt zij zich verder uit, en wel het meest in de plaatsen rondom het brandpunt der besmettingSchiedam en omstreken. Zij is aldaar niet te stuiten en gaat door tot het laatste gezonde dier er aan lijdt. Daarwaar de afzondering het naauwkeurigst geschiedt gaat zij bet langzaamst voort en in kleiner getal. Er verloo- pen alzoo 22 /2 lot 3 maandeneer de kudde is doorge- ziekt; waar men achteloozer daarmede omgaat, is dit tijdperk aanmerkelijk korter. Met den nanstaanden staltijd is bet te verwachten dat de ziekte in besmette of verdachte kudden zal toenemen. Vele verliezen kunnen er door geleden wordendoch het heloop kan kofter zijn dan hij de afzondering der dieren in de weiden echter zal de wering der besmetting op nog gezonde stallen met de bekende voorzorgen eerder te bereiken zijn. Aard der ziekte. Gedurende de laatste veertien dagen is zij van een zacht karakter geweest en bleef er ongeveer 40 a 50 pet. behouden. Het schijnt, dat sedert de laatste dagen op enkele plaatsen de sterfte-verhouding weder toeneemt. Tot dien gunstigen toestand kan het zachte herfstweder veel heb- ben bijgedragen. In de vochtige warme dagen van September was het sterfgeval grooter. Het tegenwoordige ruwe weder schijnt weer een ongunstigen invloed uit te oef'enen en ook de toenemende lange nachten zijn voor de zieken niet gunstig. Op luchtige stallen was de sterfte minder dan in de weiden. Gevallen van het gelijktijdig bestaan van rundvee-typhus met longziekte kwamen veel voor. Verschijnselen. Een zachte aard der ziekte levert opper- vlakkig beschouwd de gewone verschijnselen van een alge- meenen catarrh (verkoudheid)en men zou soms twijfelen aan het bestaan van den rundvee-typhusdaar vele dieren na 3 a 4 dagen weder herstellen de oogen weder helder worden, de melk-afscheiding toeneemt en de eetlust zich hernieuwt. Als zoodanig levert de veeziekte geen droevig beeld en mis- leidt velp veehouders. Men gelooft moeijelijk aan hare kwaad- aardigheid. Anders is het bij groote hevigheid der ziekte. De angst de benaauwdheidde pijnlijkheid, de wankelende stand en gang de vrees om te liggen of te staande tranende dik- wijls etterachtige oogen de ontlasting uit de neus slijme- rige lippen en mondholte met ontvellingendezelfde verschijn selen aan kling en anus, soms tusschen de klaauwen, aan de uijers en tepels de snelle vermagering, de aanhoudende koorts de hoestde overvloedigp dunne, geel graauwe, een weinig groenachtige en stinkende afgang met bloed, bloedstre- pen en bloedstremsels yermengdalle welke verschijnselen toenemen leveren een ellendig en medelijdenswaardig schouwspel op. Alsdan ziet men eerst den echten kwaden aard van den typhus. Soms zinkt dan het dier in elkander en is dood dan weder volgen stuipen en onder deze sterft heten in enkele gevallen ligt het in eenen apoplectiscben toestand en sterft zacht en als slapende ook wel plotseling, als volko- men verlamd. leefregcl en geneesktfndige behandeling. Zorgvuldige verple- :ging en weren van nadeeligen invloed zijn de hoofdzaak. Rei- ■niging op zachte wijze laten de dieren gaarue toe. Menig- vuldige voedering bij kleine hoeveelheid, die in den mond op het midden van de tong moet worden gebragtontvangen zij bij beginnende herstelling gaarne. Gras, fijn en kort, (doch geen hard hooi)lijnkoek dikke lijndrank spoeling rogge- brood gesneden wortels of knollen, zuiver dripkwater, spoe- lingen van azijn en water, carbolzuurwater voor mondneus, oogen en kling en anusbij ruime en zachte liggingeene znivere en luchtige, doch geen te koele stalzijn alien aan- bevelenswaardige voorschriften. Ook het wasschen met warm water is eene goede verfrissching voor de dieren en ontsmet ze tevens. In dq weide moeten zij tegenwoordig gedekt en des avonds en 's nachts onder dak gebragt worden. De geneeskundige behandeling blijft dezelfde als vroeger. Yele veehouders geven echter de voorkeur aan kunstmiddeltjes en nemen veelal liever den raad van onkundigeu aau. Naleving der plaatselijke verordeningen. Deze worden over het algemeen gebrekkig nagekomen en zijn daardoor niet voldoetide om de besmetting tegen te gaan. Het begraven van het vee en het vervoer van het vleesch geschiedt niet altijd met de noodige voorzorgen. Ook de keuring van het vleesch is op vele plaatsen onvoldoeade. De afzondering in de wei den tusschen zieken en gezonden geschiedt niet altijd op vol- doeuden afstand. Sommige eigenaars van doorgeziekte kudden koopen vee aanzonder hunne stallen genoegzaam ontsmet te hebben. Van deze aangekochten zijn er reeds ziek en bezweken. De zorgeloosheid is groot en dikwerf heerscht er onwil terwijl zij die aan de besmettelijkheid gelooven veelal de ziektegevallen verzwijgen. Gezondheids- en andere maatregelen. Yoor de beveiliging van gezonde stallen tegen de besmetting behoort men te zorgen dat de stalling ruim en lucjitigdoch niet togtig zij, met behoorlijke verversching van lucht door luchtkokers. Voorts is aan te bevelen het reinigen der dieren en dagelijks uit- mesten der stallen, het witten der wanden met kalk en chloorkalk volgens gelijke deelenof het besmeeren met gips en koolteer, (3 deelen koolteer op 100 deelen gips); dagelijk- sche berooking van teer of chloor, hetgeen bij zwakke beroo- king aan de dieren geen hinder doet, besprenkelen der stal met carboolznurwater, het wasschen der dieren daarmede; azijnwasschingen en dergelijke luchtzuiverende middelenchloor en kreosoothoudende stoffen zijn de besten. llerstellende dieren houde men geheel verwijderd van de gezonden, en als het eenigzins kan, moet men ze niet spoedig bij de gezonden toelatenomdat de uitvloeijingen uit mond neus en oogen nog langen tijd aanhoudende mest niet zon der gevaar is en ze door den huid nog langen tijd besmetten kunnen. Bij deze dieren zijn dagelijksche wasschingen met warm water en azijn, daarna met carbolzuurwater of chloorkalk- oplossingen ter ontsmetting zeer aan te raden. Maatregelen ter beteugeling. De Commissie is van het vol gende gevoelen Het weelderige dooden is eene verouderde slagters theorie en kan alleen zeer in het begin van toepas- sing zijn. Zoodanig een raad in de tegenwoordige omstan- digheden, die reeds bestonden toen het bekend werd, dat de runder-typhus in ons land waskan niet die van een vee- artsenijkundige zijn en wordt ook door geenen der geleerd- ste en meest practische vreemde veeartsendie deze omstre ken zelf onderzocht en gezien hebben, gedeeld. Enkele uit- gezonderd, hebben alien toegestemd, dat men voorhands niets anders en beter had kunnen handelen. Wat zij afkeurden, en wat ook het meest afkeurenswaardig is, was de achteloos- heid waarmede politie-verordeningen genomen en opgevolgd worden. Het stelsel van afzondering en geneeskundige behandeling is zachter en verstandiger. Men verpleegt zijne dieren met zorg, men geeft hun geneesmiddelenen men houdt een zeker aantal herstelden over, die te meer waarde hebben omdat zij in den regel de vatbaarheid voor de ziekte verloren hebben. Te Leiden lag Zaturdag ter onderteekening een adres van den navolgenden iuhoud: Aan Zijne Excellentie den heer Minister van Binnenlandsche Zaken, Geven met den meesten eerbied te kennen de onderge- teekendenalle landbouwers en belangstellendendat zij ken- nis genomen hebben van die maatregelenwelke van rege- ringswege genomen zijn tegen de verspreiding der gevreesde ziekte onder het rundvee, ten gevolge, waarvan geen vervoer van Runderen, Schapen, Yarkens, Bokken en Geiten over de lijn van afsluiting mag plaats hebben dat die maatregelen, hoe nuttig zij van de eene zijde ook wezen mogenechter van den anderen kant den veehandel geheel belemmeren, en aan velen, het zij met bescheidenheid gezegdonnoodig onnoemelijke schade berokkenenwaarom zij dan ook de vrijheid durven nemen Uwe Excellentie te verzoeken dat de houders van het vee, buiten den kring van afsluiting wonende of hun land hebbende, worden gemag- tigd dat vee over de afsluitingslijn te mogen vervoerenwan- neer met deugdelijke bewijzen wordt gestaafd, dat het uit eene onbesmette streek afkomstig en gezond is, dat het voor de slagtbank is bestemd, en b. v. binnen drie of vier da- zal worden gedood of naar Engeland verzonden;"" dat door het verleenen van deze magtiging 1°. de houder van vet vee voor enorme schade zal worden gevrijwaard, daar nu de prijzen van het vette vee minstens een vierde lager zijndan voor de door -de regering genome- ne maatregelenuithoofde het aantal in deze streken nog aan- wezige vette runderenschapen en varkens veel te groot is voor de plaatselijke konsumtie; 2°. het vette vee, hetwelk of geslagt of naar Engeland is vervoerd, hier geen nieuw voedsel aan de gevreesde ziekte bij onverhoopte verdere verspreiding kan gevenen 3°. daardoor zal worden voorkomen, dat het vette vee, dat thans geschikt is voor de slagtbank, door het langer bui ten blijven in dit jaargetijde, niet de geschiktheid daarvoor verlieze, in waarde vermindere, en daar hetzelve om vele redenen niet of moeijelijk zal opgestald kunnen wordenjuist eene bron worde ter meerdere verspreiding der zoo zeer ge vreesde ziekte; redenen waarom zij Uwe Excellentie eerbiedig, doch drin- gend verzoeken, dat, zoo spoedig doenlijk, de genomene maat regelen in zoo verre worden gewijzigd, dat aan de door adres- santen vermelde bezwaren worde te gemoet gekomen en des gevorderdovergangspunten of stations worden aangewe- zen, over welke, of van waar, het vette vee over de afslui tingslijn kan worden vervoerd en in alien gevalle de IIoll. ijzeren-spoorweg-maatschappij worde gemagtigdeven als vroe ger, dat vee van Leiden per spoor naar Rotterdam en tus- schengelegene stations te vervoeren." P. Jessen, een bekend Duitsch veeartsenijkundige, heeft een klein geschrift over de veepest uitgegeveninzonderheid om Sleeswijk-Holstein voor het gevaar te waarschuwen. Hij verklaart zich voor de zienswijze, dat de veepest zich uitsluitend door besmetting voortplant, en beveelt alzoo ook de krachtigste maatregelen tot de beteugeling aan. Het slotwoord van zijn werkje luidt aldus Terwijl ik met schrijven bezig was, heb ik den brief van een zaakkundige uit Holland en vele couranten-artikelen over de veepest in Engeland gelezen. Uit de eerste blijkt, dat het gebrek aan gestrenge wetsbepalingen en de konstitutioneele vormen in Holland het nemen van snellekrachtige en alge meen toegepaste maatregelen verhindert, en zich de ziekte daardoor meer en meer verbreidt. Gelijke klagt verneemt men uit Engeland, waar men er zelfs nog aan schijnt te twijfelen of het wel werkelijk de runderpest is. De waargenomen overgang van de heerschende ziekte op schapen en geiten schijnt dezen twijfel voedsel te geven. Het blijkt daaruit dat men daar niet op de hoogte der kwestie is geblevenwijl men anders zou wetendat deze overgang der besmetting sints langen tijd in Rusland, Polen, Hongarije en Bohemen is waargenomen. „Dr. Fiirstenberg heeft een brief aan de Timesgerigt, waarin hij de in Engeland heerschende veeziekte voor de uit Rusland ingesleepte runderpest verklaart en zegt, dat zoowel in Engeland als in Holland de noodzakelijkste voorzorgsmaat- regelen worden verwaarloosd, en veel kostbare tijd voor de krachtige bestrijding verloren gaat. Of de runderpest nu juist uit Rusland naar Engeland is overgebragtkan ik bij het ootbreken van geloofwaardige be- rigten niet uitmaken. Maar ik ben het met Dr. Fiirstenberg eens, dat ze noch in Engeland, noch in Holland van zelf ontstaan is. Zou het niet belagehelijk zijn om aan te toonen dat op eens, na een tusschentijd van lOOjaren, in Engeland in het jaar 1865 zich de voorwaarden tot deze zelfontwikke- ling zouden hebben voorgedaan. Ik ben vast overtuigd, dat deze beide landen lang met het kwaad zullen te kampen hebbenen de aanzienlijkste verliezen zullen lijden, wanneer zij niet de meest krachtige wijze van beteugeling bij de hand nemen en daarmede blijven voortgaan. Over g.eneeswijzen heb ik in dit werkje niet gesprokendaar ik hoopdat de veepest zich wel niet zoo- zeer zal uitbreiden, dat men daarin zijn toevlugt zal gaan zoeken." IVij deelen dit Duitsch oordeel mededoch wijzen tevens op de zienswijze der Nederlandsche Commissiedie blijk- baar van een ander gevoelen is.) Volgens opgaven in de Staats-Courant blijktdat in de week van 2228 October, in de provincie Zuid-Holland door de veeziekte zijn aangetast 678, daaraan gestorven 138 afgemaakt 133, hersteld 77, en aan het einde der week nog ziek 335. Sedert het begin der ziekte zijn in het geheel aan getast 6093 aan de ziekte gestorven 2121, afgemaakt 1361, hersteld 1752. In deze week heeft weder slechts in twee gemeentenBarwoutswaarder en Rietveld, de ziekte zich voor het eerst vertoond. In elk dezer gemeenten werd 1 rund aangetast. Yan de dieren, bij welke de ziekte is afgeloopen en die niet werden afgemaakt, zijn tot nu toe 45 pet. hersteld. Blijkens eene jl. Yrijdag te Londen van regeringswege open- baar gemaakte opgave is het aantal aangegeven gevallen van runderpest in Groot-Brittannie gestegen tot 17,673; van de aangetaste runderen zijn 6866 afgemaakt, 7912 aan de ziekte bezweken, 848 hersteld en 2047 nog in behandeling. In de met 28 October geeindigde week was het aantal nieuwe ziek tegevallen 1873 tegen 1729 in de vorige. Er wordt uit Zeeland geschrevendat de runder-typhus zich heeft vertoond te 's Heer-Abtskerke op Zuid-Beveland. Dientengevolge zou het eiland verdacht worden verklaarden om de besmette hoeve een cordon worden getrokken. In de omstreken van Haarlemin het poldertje de Waard heeft zich de rundertyphus geopenbaard. Yoor 3 weken was bij een veehouder aldaar eene koe ziek geworden en ge storven, die, volgens den koeijendocterdie haar behandelde, aan het ruggebloed leed. Dezer dagen werden op nieuw drie runderen ziek, en, volgens het oordeel van een deskundige leden ze aan de rundertyphus, waarop twee werden afgemaakt en begraven, nadat een daarvan bereids was gestorven. Den 8sten dezer is besloten dit poldertjewaarin drie boerderijen gelegen zijn, voor besmet te verklaren en af te sluitennadat vrijheid gegeven washet daar nog aanwezige vee weg te voeren. De eigenaar van het zieke vee had voorleden jaar bijna al zijn koeijen aan de longziekte verloren en nieuwe uit Fries- land aangekocht, doch sedert geen ander vee aangeschaft, zoodat voor het ziek worden door besmetting geene aanleiding was te ontdekken. Op de groote veemarkt te Alkmaar, den 5den en 6den No vember gehoudenwas een ruime aanvoer van alle soorten. Ofschoon slechts enkele koopers uit andere provincien her- waarts kwamen, was de handel reeds vroeg geanimeerd, Er was naar alle soorten vraag en de handel vlug. De prijzen waren hoog, doch, vooral voor jong vee, afloopend; puike kwaliteit werd wezenlijk duur betaald. Van uitvoer naar het

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Weekblad van Haarlemmermeer | 1865 | | pagina 2