mm
WEE&BLAD
1800.
Vrijdag, 9 Februarij.
VAN
A AN LANDBOUW, GEMEENTE- EN POLDEft-BELANGEN GEWIJD
Haarlemmermeer-Polder
PLAN
SSB
333SS333S3
le\ende Jaavgang
Hoofdredacteur C. E. DE CLERCQ.
December GEMIDDELDE Maandelijksche Waterstanden, Water-ontlastingen cn werking
1865. der Stoomtuigen in het Hoogheemraadschap van Rijnland.
a a
w
g.1
HET MAKEN VAN SCHEEPSSPOORWEGEN
HAARLEMMERMEER
PRIJS VAN HEX ABONNEMENI
in het Jaar6.
Alle Toezendingende Redactie betreffende, moeten gescbieden aan
den Hoofdredacteurte Haablem, Kruisstraat, Wijk 6N°. 513.
WAARNEMINGEN.
WAARGENOMEN TE
Spaarndam.
Vloed op het IJ
id.
id.
Ebbe
id.
id.
den IJssel.
de Noordzee
het IJ
den IJssel
de Noordzee
Boezemstanden
M I Boezemstanden.
■2.0 J Verval in de Sluizen.
o3 n 1 Tijd van loozmg
o I Juuzing
IS i-< Hoeveelheid geloosd
De meest heerschende wind.
Gewerkt gedurende
Opbrengst
Uitgemalen
Gestopt voor hoog water,
id. voor Sluisgang.
s o
9 M
0,0305 -j- A.P.
0,318 A.P.
0,491 A.P.
0,542 A.P.
0,05.
71.
12,461,094.
Zuid.
Halfweg.
0,0125 A.P.
0,32 A.P.
0,5016 A.P.
0,5819 A.P.
0,0301.
84.
7,120,184.
Znid.
Gouda.
0,795 A.P.
0,506 A.P.
n
0,495 A.P.
0,564 A.P.
0,01.
66.
751,074.
Znid.
Katwijk.
0,759 A.P.
0,847 A.P.
0,547 A.P.
0,693 A.P.
0,103.
208$.
25,527,409.
AANTEEKENINGEN.
Leidschendam.
Rijnland 0.544 A.P.
Delfland
0.513
A.P.
Bodegraven.
Rijnland
Woerden
0.519 A.P.
0.472 A.P.
Van Woerden op Rijnland gedu
rende 130 uur afgevloeid.
JL
oq
fC CO
0 0J
1
1 ct-
HH
2
CO CO
rt 3
5* 3*
CT3
CO
P P
fc-»
w S
P CO
VOOR
over den Ringdijk van den Haarlemmermeerpolder.
Algemeene opmerkingen.
Dat het vervoer v»n goederen te water verrevveg voordeeli-
ger is dan het vervoer per as, zal zeker in Nederland niet
behoeven bewezen te worden.
Sedert eeuwen heeft men er zich in ons land dan ook op
toegelegd om in tallooze rigtingenwegen voor de scheepvaart
aan te leggenten einde de voortbrengselen van landbouw en
nijverheid op goedkoope wijze naar de marktplaatsen te ver-
voeren. t
De Haarlemmermeerpolder, een werk dezer eeuw, die zoo
door den aard zijner gronden, als door zijne gunstige ligging
een der meest bloeijende polders van ons Rijk staat te wor
den mist voor een groot deel het genot van een goeden
waterweg. Wei is hij door den voornaamsten waterwegvoor
de binnenlandsche vaart, omgeven, doch door zijne groote
oppervlakte heeft slechts een klein deel van den polder ge-
mak van die ringvaart.
Het was dus niet te verwonderen dat reeds in de eerste
jaren van het zelfsfandig bestaan van den polder, het plan
geopperd werd om de wateren binnen den polder door middel
van schutsluizen met de ringvaart in verbinding te brengen.
Dat dit plan niet tot uitvoering gekomen iskannaar de
ondergeteekende gelooft, geene verwondering gevenomdat de
vaarten in den polder van die afmetingen zijndat zij slechts
kleine vaartuigen kunnen doorlatenen men dus van het
groote kapitaal voor den aanleg van sluizen noodig, slechts
eene geringe rente zou hebben kunnen trekken.
Niettemin blijft voor den Haarlemmermeerpolder de behoefte
jestaan om met geladen schuiten, zij het dan ook kleine, van
den polder op de ringvaart of omgekeerd over te gaan.
Kon zulks op de een of andere wijze geschiedenzoo zou-
en veel tijd en geld kunnen worden bespaard, zoowel bij
den afvoer van de producten van den landbouw, als bij den
aanvoer van meststoffen, brandstoffen, enz.
De ondergeteekende wenscht te beproeven of dit doel te
ereiken is, zonder tot het bouwen van kostbare sluizen over
te gaan, en wenscht daartoe overtomen te maken.
De overtomen, bier te lande bestaande, geven daartoe het
\oorbeeld; doch zijn voor de behoeften van den tegenwoordi-
gen tijd niet voldoeDde. Zij dienen daarom te worden ingerigt
op de wijze als zulks hier en daar in het buitenland plaats
gehad heeft, en wel bepaaldelijk op de wijze als op het be-
kende Elbingkanaal in Noord-Duitschland is geschied.
p dat kanaal worden de schepen overgebragt op een wa-
gen, loopende over een spoor, dat aan de beide einden tot
beneden water genoegzaam is verlengdom den wagen onder
de schepen te kunnen brengen. De ondervinding heeft daar
geleerd dat zwaar geladen vaartuigen, zonder hinder, op die
wijze, met weinig moeite, uit het water kunnen worden ge-
ligt en over eene hoogte gereden, om in het water achter die
hoogte weder te worden afgelaten.
Hetgeen elders met vrucht wordt toegepastkan ook in den
Haarlemmermeerpolder gunstig werkente eerder omdat hier
niet zulke zware lasten behoeven te worden overgebragt als
over de hellende vlakte van het Elbingkanaal.
De wagens die op dat kanaal tot het overvoeren van sche
pen gebruikt worden, wegen 26,000 ned. pond en op die
wagens worden lasten van 60,000 ned. pond overgebragt.
Voor den Haarlemmermeerpolder zou het voldoende zijn
indien men schuiten met eene lading van 12,000 ned. ponden
kon overbrengen, waarbij dan de over te voeren last, met
inbegrip van het gewigt van het vaartuig, op ongeveer 25,000
pond kon worden gesteld. Voor het overbrengen van grooter
vaartuigen bestaatalthans vooreerst, geene behoefte, omdat
geen der poldervaarten schuiten van meer dan 0.90 el diep-
gang kan doorlaten.
De ondergeteekende zou wenschen te beginnen met het
maken van een hellend vlak aan het einde van den kruistogt
bij Aalsmeer, om spoedig daarna, wanneer hij eenige onder
vinding heeft verkregen, een tweede vlak te maken nabij den
Cruquius, en later, wanneer de behoefte daaraan grooter wordt,
nog twee vlakken aan de eindpunten der hoofdvaart.
Op de drie laatstgenoemde punten zou het dan misschien
nuttig zijn te rekenen op het overvoeren van zwaarder vaar
tuigen dan over het vlak bij Aalsmeer.
Flan voor de hellende vlakken.
De vlakkenzooals de ondergeteekende die wenscht te ma
ken zouden zijn ingerigt volgens het hierbij gevoegde plan
voor het vlak bij Aalsmeer (teekening letter A).
Op dat plan is een dubbel spoor gesteld. De ondergetee
kende wenscht echter het tweede spoor vooreerst weg te laten
en dit niet te leggen dan nadat de behoefte daaraan gebleken
is. Het aardwerk en de overige werken zouden echter zoo
worden ingerigt, dat deze bij het leggen van het tweede spoor
niet veranderd behoefden te worden.
Aan het buiteneinde van het hellende vlak moet eene vaste
brug in den jaagweg worden gemaakt, die zoo hoog boven
den hoogsten waterstand in de ringvaart ligt, als de polder-
bruggen boven den hoogsten polder-waterstand gelegen zijn.
Yerder moeten aan de beide einden van het vlak hoofden
gemaakt worden die dienen tot steun voor de leiwielen van
de kabels, waarbij tevens eene inrigting dient te zijn om de
einden der hellingen gemakkelijk te kunnen afdammen en
droogmaken.
Voor de beweging der wagens wenscht de ondergeteekende
te plaatsen eene locomobile van 10 paardenkracht. Aan de
houten loods voor dat stoomwerktuig, zou verbonden worden
eene woning voor den machinist.
PRIJS DER ADVERTENTieN
van 16 regels 7 5 Cents. Elke regel meer 12 /2 Cents.
Zegelkegt bij elke plaatsing 35 Cents.
Toezending uiterlijk Woensdag. Adresvan Bonga C°.Amsterdam.
Op de teekening letter B is eene brug in den jaagweg van
5 el wijdte en 4 el breedte voorgesteldte zamengesteld uit
eiken palen met tusschenmetselingen van 2 steen en liggers
van balkijzer. Verder geeft die teekening aan het buiten-
hoofd in metselwerk.
Op de teekening van letter C is voorgesteld eene brug in
den jaagweg, op gelijke wijze te zamengesteld als die op de
teekening B; doch sleChts van 3.50 el breedte en 4.20 el
wijdte; aan welke brug tevens verbonden is de inrigting lot
afdamming. Verder zijn op die teekening voorgesteld de hoof
den of paalwerken voor de buitenleiwielengeheel uit hout
bestaande.
Het hoofd en de inrigting tot afdamming aan de binnenzijde
zijn op geen der beide laatstgenoemde teekeningen voorgesteld
omdat deze geheel overeenkomstig de overeenkomstige werken
aan de buitenzijde moeten zijn en dus genoegzaam uit de
teekeningen kunnen worden beoordeeld.
Eindelijk geven de teekeningen D en Ede inrigting van
het spoor en van den wagen aan. Voor elken wagen heeft
men een spoor, dat van het eene einde tot het andere over
de geheele lengte doorloopt. Om echter aan den wagen be
neden water een horizontalen stand te gevenis aan de bui-
tenhelling, buiten het doorloopende spoor, een tweede hooger
liggend spoor aangebragt, op welk het voorste stel wielen
beneden water moet loopen. Op de binnenhelling ligt een
eveneens verhoogd spoordoch aan de binnenzijde van de
doorloopende sporen. De wielen van den wagen zijn verder
zoodanig ingerigt dat het stel wielen dat boven het laagste
punt der hellingen isop het verhoogde spoor looptterwijl
het andere stel op het doorloopende spoor blijft.
De kosten voor een hellend vlak met enkel spoor en met
inbegrip van onteigeningskosteneene locomobile, woning en
verder toebehoorenworden door den ondergeteekende ge*
raamd, als volgt
1°. Met brug in den jaagweg van 5,el breedte en met
gemetseld'e hoofdenf 50,000.
2°. Met brug in den jaagweg van 3,50 el breedte en met
hoofden van paalwerkf 45,000.
De ondergeteekende meent aan het laatste plan de voor-
keur te moeten gevenalthans voor het hellende vlak bij
Aalsmeer; doch onderwerpt zich daaromtrent aan het gevoelen
van het Bestuur van den Haarlemmermeerpolder.
Tarief voor den Overlogt.
Bij de bepaling van het tarief voor den overtogt, kunnen
de verschilleude tarieven voor de sluisregtenhier te lande
bestaande, niet tot maatstaf worden genomen, omdat die reg-
ten te laag zijn om voldoende rente van het vereischte kapi
taal te verzekeren. Ook moet niet uit het oog verlorcn wor
den, dat de hellende vlakken weinig anders zullen worden
gebruikt, dan ten behoeve van het vervoer naar en van den polder,
Om tot eene billijke vaststelling der regten van overtogt te
gerakenheeft de ondergeteekende nagegaan wat verschillende
artikelen thans geraiddeld aan vervoer van de Ringvaart naar
de nabij gelegen marktplaatsen kosten.
Zoo wordt bijv. voor het vervoer van een zak (mud) tarwe
van de Ringvaart bij Aalsmeer naar Amsterdam of Leijden
10 Cent betaald. Kan men nu voor een vijfde van die som
den overtogt per vaartuig over den Ringdijk doenzoo zal
daarin voor den polder groot voordeel zijn gelegen.
De schuiten die den ptjlder kunnen bevaren, kunnen ge-
middeld gerekend worden 12,000 Ned. pond of ongeveer 160
mud tarwe te laden. Van zoodanigen last zou men dus veilig
3.20 kunnen vorderen.
Daar even wel de schuit gerekend moet worden om eene
vracht te doen, eens ledig te moeten overgaanzou de on
dergeteekende als maximum willen stellen twee gulden voor
eene geladen schuit en een gulden voor eene ledige schuit.
Vermoedelijke jaarlijksche opbrengst der vlakken.
Het is zeker moeijelijk om op goede gronden eene bereko-
ning van de vermoedelijke opbrengst der hellende vlakken te
maken daar geene statistieken bestaanwaaruit met zekcr-
heid iets omtrent de handelsbeweging der gemeente Haarlem-
mermeer te putten is en zelfs zoo daaromtrent thans eenige
zekerheid bestondzou men daaruit thans geene vaste uit-
komsten voor de toekomst kuune»afleiden omdat de gemeente
Haarlemmermeer jaarlijks nog gedurende geruimen tijd voor-
uit moet gaan.