- 59 - Ctemengcle EBerigten. Jngcjotibftu Haarlemmermeer-Polder. Hoogheemraadschap Rijnland. Dijkgraaf en Hoogheemraden van Upland IIAVELAAR DUTILIIRotterdam, hij de Erven J. R0Saan de Cruquius. VEREEIVIGING tot bevordering der Paardenteelt DEKHENGST BEHANGSELPAPIEREN. TE KG OP: als Hoofdingelanden: in het Se District J. W. S. ROELOFES 9e H. KOP, als Hoofdingelanden-Plaatsvervangers in het 4e District E. W. OEWEL, 6e J. VAN SCHIE Jr., 8e S. A. VAN HOOGSTRATEN, 9e C. VERDUIJN 13e G. VAN DER POEL Jz. PETER LAWSON ZOON, EDINBURG, KONTRAKTANTEN. De Hengsten CAPITAL en AURICH zijn, staande bij A. RUICHAYER, te Haar lemmermeer, SpieringwegSectie K, N°. 11. )EKGELD 3, bij den eersten sprong te betalen. Brie ROLRIOfiHlW, jij DIRK SCHOUTEN, te Aalsmeer bij de Rolbrug. zoo ver zijn wij gelukkig nog niet. Keizer Napoleon III heeft bij monde van zijnen minister van buitenlandsche zakenof- ficieel doen verklaren, dat de luxemburgsche kwestie nog zonder bet zwaardzonder kogelskan opgelost worden en graaf von Bismarck zijnerzijds heeft in een vertrouwelijke circulaire een gelyke zienswijze te kennen gegeven. Wij leven das nog in hoop, en hoewel wij niet kunnen of mogen ont- veinzen dat de omstandighedenwaarin Europa op dezen oogeublik verkeert, alles behalve gunstig zijnkunnen wij niet genoeg waarschuvven tegen het blind geloof slaan aan ournstbarende geruehten, die, de ondervinding heeft het maar al te dikwijls geleerdveelal verspreid worden opzettelijk met het doel een paniek in den fondsenhandel te veroorzaken, ten profijte van die verspreiders van valsche tijdingen. II. Het groote vraagstuk, dat de publieke opinie in Engeland reeds gedurende zoovele jaren bezig houdt en aan de regering van dien Staat zoo veel zorg baart, wij bedoelen de reform- kwestie, d. i. de liberale wijziging van het kiesstelsel, gaat naar het sehijnt zijne beslissing te gemoet. Eenige toenade- ring tusschen de regering en de oppositie doet zich kennen en er bestaat hoop op eene regeling die aan beide partijen zal kunnen voldoen. III. De koning van Portugal, die voornemens was met zijne gemalin een reisje naar Parijs te doen om de tentoonstelling aldaar te bezigtigenheeft vooreerst van zijn plan afgezien. Ook de koning van Beijeren, die vier weken elders dan in zijne Staten wilde vertoevenheeft geoordeeld dat het beter is nu te huis te blijven. Dat beide souvereinen hiertoe geleid zijn uit overweging van den met oorlog dreigenden toestand van ons werelddeel, houden wij voor zeker. Hierbij komt nog dat de koning van Portugal in zijn eigen land ook onaangenaamheden heeft, daar het heffen van nieuwe belastingen en het nemen van eenige nieuwe maatregelen wat het landsbestuur betreft zoo zeer het misnoegen onder het volk hebben opgewekt, dat op enkele plaatsen oproerige bewegingen zijn ontstaan, die met behulp der militaire magt moesten onderdrukt worden. Een andere souverein bevindt zich op het oogenblik niet in zijn Staten: de koning van Deuemarken, die te Londen zijne zieke dochter, de prinses van Wallisbezoekt. Zijn zoon George I koning der Hellenen, komt weldra te Kopenhagen, en ge durende zijne afwezigheid uit Griekenland zal zijn oom, prins Johann, het regentschap aldaar uitoefenen. De koning der Belgen is op dezen oogenblik de gast van den keizer der Pranscben. IV. Tusschen Spanje en Engeland bestaat sedert eenigen tijd een geschil betreffende het nemen op zee en het opbrengeu in i spaansche havens van twee britsche schepen door spaansche oorlogsbodems. De genomen schepen zijn de Tornado en de Queen Victoria. Op dezen oogenblik is de zaak nog niet door de diplomaten opgegeven, dat wil zeggende kabinetten van Londen en Madrid korresponderen nog, doeh naar het sehijnt zal de wisseling van notaas niet bij magte zijn de zaak in het reine te brengenen reeds worden van den kant der britsche regering aanstalten gemaakt, om, als de onderhandelingen mogten afspringen en er geen kans op minnelijke schikklng meer overblijft, met geweld te gaan handelen. V. In Italic heeft het kabinet Ricasoli plaats gemaakt voor een kabinet Rattazzi. Het afgetreden ministerie was pruis- sischgezind; het opgetreden ministerie is franscbgezind. VI. De turksch-grieksche kwestie is, sedert wij ons vorig overzigt schreven, in denzelfden toestand gebleven. VII. De noord-duitsche rijksdag heeft de behandeling der ontwerp-konstitutie van den Noord-Duitschen Bond nog niet ten einde gebragt; die taak zal echter weldra afgesponnen zijn en dan volgt dadelijk de opening van den pruissischen landdag. VIII. In zake de Schelde-afdamming, waarover Nederland en Belgie in twist zijn, hebben, gelijk men weet, drie vreemde ingenienrs, een fransche, een engelsche en een pruissische, een onderzoek in loco ingesteld; uit de rapporten der twee laatstgenoemden blijkt dat zij de door Nederland voorgenomen werken nadeelig voor de Scheldevaart achten. IX. Het keizerrijk Mexiko bestaat nog, doch of het zich zal kunnen handhaven is een vraag aan wier bevestigende beantwoording wij ons niet widen wagenofschoon ook de jongste berigten uit Mexiko de zaak van Maximiliaan minder hagchelijk doen voorkornen dan zij nog kort geleden is ge- weest. De Eranschen zijn nit dat land vertrokken, en nu moet de keizer van Mexiko op eigen krachten steunen in den fellen stryd dien de liberalen of republiekeinen (ook Juaristen genoemd, naar Juarez, Maximiliaans sterksten en voornaamsten tegenstander) tegen hem voeren. Wij twijfelen of de vorst op den duur hiertoe bij magte zal zijn. Bij de regering der Vereemgde Staten van Noord-Amerika staat Maximiliaan noo- steeds in geen goed blaadje; een nieuw bewijs hiervan vinden wij in het feit dat de heer Seward, de minister van buiten landsche zaken van president Johnson, in een aan Juarez geschreven brief verklaard heeft, dat Maximiliaanwanneer hij iu anden der liberalen mogt vallen, als krijgsgevangene be- hoort aangemerkt en behandeld te wordenMoest de breeder van den keizer van Oostenrijk daarvoor zijn schoon Miramar verlaten De heer Gerbrand Swart, te Woubrugge, Wethouder dier gemeente, heeft dezer dagen het feest mogen vieren van zijn 50-jarig lidmaatschap van den gemeenteraad en bij die gelegenheid vele en hartelijke blijken van belangstellin^ en waardeenng ontvangen. B Aan den Minister van Binnenlandsche Zaken is door sommige ingezetenen van stad Vollenhove, Biankenkam en Kuinre een adres ingezonden, waarin wordt gewezen op de vele bezwaren voortvloeijende uit den gestremden handel in rundveeterwijl de Minister verzocht wordt even als ten vorigen jare gedurende eenigen tijd, tegen het begin van den weigang, een uitweg voor het melkvee open te stellen. Na een langdurig lijden is te Haarlem op 60jarigen leeftijd de bercemde pikeur Arie Houtman gestorveu. De dood heeft dezer dagen te Stolwijk een huwelijk ontbondendat reeds in de vorige eeuw, namelijk 12 Mei 1799, gesloten was. De man, nog in leven, heet Abraham van Neck, is 88 jaar oud, en zijne nu overleden vrouw Jannigje Baas, had den leeftijd van 89 jaren bereikt. Voor- beelden van eene 68-jarige echtvereeniging zijn hoogst zeldzaam. Op Texel is de lammerenteelt dit jaar buitengewoon voordeelig. De meeste schapen werpen 2sommige zelfs 5 lammeren. Verleden jaar was het daarentegen zeer ongunstig. - De Engelsehe regering zal eene voordragt indienen lot regeling van den invoer van buitenlandsch vee. Heemstede, 30 Maart. Welligt (schijft men van hier) wordt bij de vele maatregelen tegen de veeziekte, welke in de laatste dagen zijn beraamd en voorbereid, niet genoeg gelet op de noodzakelijkheid om het overbrengen der smetstof door memchen, te beletten. Sedert November staat het vee op stal, in besloten ge bouwen, alien meer of minder van elkander verwijderd; men is niet gewoon, die gebouwen anders dan door het openstel- len van enkele kleine vensters, of van het bovengedeelte eener deur, te luchten; derhalve is sedert November de smetstof niet overgebragt van koe op koe, maar is, meer dan waarschijnlijk, de ziekte gedurende den staltijd blijven voortwoeden ten gevolge van het verkeer van menschen tus schen gezonde en zieke stallen. Het doodslaan tegen schadevergoeding is in beginsel goed voor zoo ver men daarmede het vernietigen der smetstof ten doel heeft; wil men echter het afmaken op breede schaal gaan toepassen, dan moet er ten minste groote waarschijnlijkheid bestaan (zekerheid is a. priori niet te verkrijgen)dat de vee- pest daardoor zal worden vernietigd. Die waarschijnlijkheid nu ontbreekt in de eerste plaats hierom, omdat de geheele boerenstand, hoe onbegrijpelijk en betreurenswaardig het ook wezen moge, zich tegen elken maatregel tot wering der ziekte verzet. Zonder al die voorzorgen en belemmeringen (zeggen zij) zijn wij de longziekte wel te boven gekomen^en zoo zullen wij, indien men ons slechts vrij laat, ook den veetyphus wel te boven komen." Deze redenering is valsch, aangezien de veepest veel verderfelijker is dan de longziekte terwijl de boeren, toen laatstgenoemde ziekte twintig jaren geleden uitbrak, op kleine huur of lage koopprijzen hunner landerijen zittende, door de sedert gestegen prijzen van boter en kaas zijn kunnen blijven, die zij waren. Doch het voor- oordeel bestaat nu eenmaal, en op medewerking van de zijde van den boerenstand valt niet te rekenen. „In de tweede plaats zal het afmaken op groote schaal ten gevolge van de hooge schadevergoeding (en deze is noo- dig, ten einde spoedig te kunnen afmaken en langwijlige ge- regtelijke taxatien te voorkornen) aanleiding geven tot vele kwade praktijken. Sommige veehouders zullen minder moeite nemen om zich tegen besmetting te vrij warener op reke- nende, dat, bij het ontstaan der ziekte, huune schade ruim vergoed zal worden. Hier en daar zal dit laakbare specula tion in het leven roepen. „In de derde plaats zal het afmakenop nog grooter schaal dan dit tot hiertoe het geval geweest isvan de zijde der landlieden toenemend verzet doen geboren worden. Thans reeds, nu zij nog vee bezitten, afkeerig van alle maatrege len van voorzorg en afzondering, zullen zij, na het verlies van hunnen veestapel, door nijd gedreven, die voorzorgs- maatregelen nog veel meer dan voorheen nutteloos helpen maken. „De kans, om door doodslaan op groote schaal het ver- spreiden der smetstof te voorkornen, is derhalve gering. Ook staat het vast, dat die verspreiding in den afgeloopen winter grootelyks bevorderd is door het verkeer van menschen. Dit kwaad nu zou kunnen worden bestredenindien, met sta king van het onteigenen en afmaken van pestziek vee tegen schadevergoeding, elke woning en erf, waar zich een geval van pestziekte voordoetomsingeld en tot een vast te stellen tijdstip buiten elk verkeer gehouden werd. Het zou verboden moeten zijn, dat erf of die woning uit- of in te gaan; de dagelijkscbe behoeften der bewoners moesten hundesverkie- zende, van buiten worden verstrekt, en alleen geneeskundige hulp zou, in geval van nood, toegelaten moeten worden. Tien dagen, nadat het laatste ziektegeval had plaats gehad en nadat de stalling van Rykswege door deskundigen ontsmet was, zou de afsluiting kunnen worden opgeheven. Op het verzuim van onmiddellijke aangifte van een ziektegeval zouden gestren- gere straffenin den vorm van gevangenis en geldboete, moeten worden gestelddan tot hiertoe gedaan isterwijl vooral ook toegezien zou moeten worden op grooter activiteit van de zijde van velen, die met de uitvoering der wetten belast zijn. Op deze wijze zou een aanzienlijk getal voor herstel vat- bare runderen in het leven kunnen blijven, eu zou het ver- spillen van ettelijke millioenen voor onteigening kunnen wor den voorkornen." v. W. C. DIJKGRAAE en HEEMRADEN van den Ihiarlemmermeer- polder roepen bij deze op aldegenen die zouden willen staan naar de betrekking van HOOPDOPZIGTER bij dien Polder, waaraan eene jaarwedde i3 verbonden van 2000.ver- goeding van reis- en verblijfkosten, benevens eene toelage van 250.voor gemis van vrije woning. De gevorderde vereischten zijndat men zij toegerust met theoretische en praktiache kennis van Stoomwerkluigenkunsl- aarde-en waterbouickundige werken. Zij, die hiervoor in aanmerking verlangen te komen, wor den verzocht zich, met vrachlvrije Brievenaan te melden bij den Dijkgraaf van genoemden Polder, te Eaarlem. Haarlem, 9 April 1867. Dijkgraaf en Heemraden voornoemd J. W. M. VAN DE POLL, Dijkgraaf. J. C. VAN DE BLOCQUERY, Secretaris. DIJKGRAAE en 1IOOGHEEMRADEN van Rijnland bren gen bij deze ter kennisse van de Ingelanden: dat bij de op 4 April 1.1. gehouden Verkiezingen van 3 Hoofdingelanden en 5 Hoofdingelanden-Plaatsvervangersmet volstrekte raeerderheid van stemmen, gekozen zijn de vol- gende Heeren 13e Mr. P. L. F. BLUSSE; Leiden, 6 April 1867. Dijkgraaf en Hoogheemraden van Rijnland, H. C. J. HOOG, Dijkgraaf. W. G. DE BRUIJN KOPS, Secretaris. berigten, dat, blijkens aangeplakte Publicatie, de REKENING over 1866, ter Secretarie van Rijnland, te Leiden, ter inzage zal liggen en verkrijgbaar zijn van den 9den tot den 23sten dezer. In kennisse van mij, Leiden, De Secretaris van Rijnland, 6 April 1 867. W. G. DE BRUIJN KOPS. HOOED-AGENTEN. Steeds verkrijgbaar aan liet Depot te Haarlemmermeer te HAARLEMMERMEER. op de bekende voorwaardenbeschikbaar op de Bouwerij van den Heer T. KLAARE, Sloterweg, HH, N°. 7. De Secretaris der Vereeniging HERMAN P. BULTMAN. J. B. KRAMER, AnegangN°. 26, te Haarlem, berigt zijne geeerde begunstigers, dat hij ontvangen heeft eene groote h oeveelheid BEHANGSELPAPIERENGORDIJNPAPIEREN en GORDIJNDOEK, WASDOEKEN, SCHOORSTEEISISTUK- KEN, enz.enz.hetwelk door voordeeligen Inkooptot zeer lage Prijzen wordt verkocht.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Weekblad van Haarlemmermeer | 1867 | | pagina 3