WEEKSLA
1867.
Vrijdag 26 Julij.
VAN
AAN LANDBOIJW, GEMEENTE- EN POLDER-BEL AN GEN GEWIJD.
Aclitste Jaavgang.
AAN HET NEDERLANDSCHE VOLK!
Haarlcmmermeer-Polder.
GEMIDDELDE Maandelijksche Waterstanden, Water-ontlastingen en working
der Stoomtuigen in het Iloogheemraadschap van Rijnland.
t> Btfo&C'*#
HAARLEMMERMEER,
PRIJS YAM HET ABOJfNEMENT
in het Jaar. 6.
Prijs van een enkel Nommer 15 Cent.
ALLE TOEZENDINGENEEDAKTIE EN TJITGAVE BETKEFFENDE
te adresseren aan VAN BONGA C°. te Amsterdam.
(TJiterlijk Woensdag.)
J U N IJ
1867.
WAARNEMINGEN.
Vloed op het IJ
id. den IJssel.
id. de Noordzee
Ebbe het IJ
id. den IJssel
id. de Noordzee
Boezcmstanden
h M I Boezemstanden
-S.S J Yerval in de Sluizen.
o Tan '00ZInK
pi-i Hoeveelheid geloosd.
De meest heerschende wind.
i r Gewerkt gedurende
A I Opbrengst.
S b0< Uitgemalen
g 3 I Gestopt voor hoog water.
L id. voor Sluisgang.
WAARGENOMEN TE
Spaarndam.
0,16 -f A.P.
n
0,217 A.P.
0,554 A.P.
0,524 A.P.
0,022.
13.
1,514,150.
Zuid-Wcst.
Halfweg.
0,1556 A.P.
0,1948 A.P.
0,553 A.P.
0,556 A.P.
0,024.
5-45.
441,236.
Zuid-West.
Gouda.
1,224 -j- A.P.
0,11 A.P.
0,49 A.P.
Katwijk.
0,923 -J- A.P.
0,666 A.P.
0,574 A.P.
0,643 A.P.
0,048.
126.
11,115,454.
Noord.
AANTEEKENIN GEN.
Leidsehendam.
Rijnland 0.596 A.P.
Delfland
0.206
A.P.
Bodegraven.
Rijnland 0.559 A.P.
Woerden 0.045 A.P.
Van Woerden op Rijnland gedu
rende 181 uur afgevloeid.
Door de sluis van het stoomge-
maal te Goude ingelaten gedurende
40 uren 1,042,714 kub. ellen.
M Sf
CO fD
a a-
p 2
P-* 2
CO 0
Art. 177 Grondwet. „Het dragen der wapenen
tot bandhaving der onafhankelijkheid van
den Staat en tot beveiliging van zijn grond-
gebied blijft een der eersle pligten van
alle ingezetenen."
Reeds sedert lang is het door deskundigen en niet-deskun-
digen openlijk verklaard, dat onze strijdmagt, zoo als zij
door leger en schutterij gevormd wordt, niet meer voldoet
aan de eischen des tijds.
Het leger is te weinig talrijk.
De schutterij te weinig geoefend.
Die overtuiging, die in de laatste jaren vooral eene volks-
overtuiging geworden is, deed de Regering de handen slaan
aan eene nieuwe schutterijvvet.
In het begin van dit jaar werd door de Regering een ont-
werp van wet tot regeling der schutterijen bij de Tweede
Kamer ingediend. Na dagen lange discussien werd dit door
de Kamer goedgekeurd en aangenomen.
Die wet, die geroepen was, om in de bestaande en door
de Regering zelve erkende leemte in onze strijdkrachten te
voorzien, is intusschen den 9den Julij 11. door de Eerste
Kamer verworpen.
Daardoor is de Regering vooreerst buiten magte in den
bestaanden toestand verbetering te brengen.
Alleen bet Nederlandsche Volk zelf kan zulks nog.
Het kan dat, door zich allerwege tot het houden van ge-
meenschappelijke oefeningen in den wapenhandel te vereenigen.
Door zich uit eigen beweging, uit vrijen wil die strijdvaar-
digheid eigen te maken, die het anders door de kracht der
wet verkregen zou hebben.
Daardoor zal het toonen, dat het bij voortduring prijs
stelt op het behoud van die onafhankelijkheid, van die vrij-
heid, die het nu reeds zooveel eeuwen geniet en toch, zoo
menige naburige Staat kan het getuigenin een dag kan
verliezen.
En men meene niet, dat bet genoeg is indien men op bet
laatste oopenblik, wanneer de vijand reeds voor de poorten
isnaar de wapenen grijpt.
Dat moge vroeger, toen er noch spoorweg, noch telegraaf
bestond en een vijand zes weken tijds noodig had, om een
leger op onze grenzen bijeen te brengen, tijds genoeg geweest
zijn, tegenwoordig is bet dan te laat!
Te meer daar het bij den vooruitgang, die er ook in de
vuurwapenen heeft plaats gehad, niet meer gelijk vroeger,
om een goed soldaat te zijn voldoende is, dat men de kracht
bezit om een geweer te dragen. Neentegenwoordig
moet men dat geweer niet alleen kunnen dragen, men moet
het ook weten te gebruiken.
En de daarvoor noodige kennis kan men alleen door lang-
durige oefening verkrijgen.
Eene oefening, die u tevens dat zoo onmisbare zelfvertrou-
wen zal gevendat u alleen, wanneer ons volksbestaan ('tgeen
God verhoede), ooit daadwerkelijk bedreigd wordt, de over-
winning kan verschaffen.
Meent niet, dat wij van u vragen dat gij u uniformen aan-
schaft, dat gij u ofiicieren kiest, dat gij parades bijwoont.
Dat alles zijn slechts bijzaken, die, waar men er tijd en
geld genoeg voor bezit, haar nut kunneu hebben, maar die
even veilig achterwege kunnen blijven. De hoofdzaak is, dat
gij u tot goede scherpschutters vormt.
Want wat zal het u baten, wanneer gij voor den vijand
staat, of gij parade op parade hebt medegemaakt, of gij de
sehitterendste uniform aan hebt,'indien gij u van uw wapen
niet met zekerheid weet te bedienen?
Landgenootennog is het rustig; de Parijsche wereldten-
toonstelling heeft, als eene scbitterende zonne, de zwaar be-
laden onweersworkendie den politieken bemel dreigden te
verduisteren, uiteengejaagd. Zij zijn daarom echter niet
verdwenen; en wie staat n borg, dat, als die zonne eenmaal
is ondergegaanals de tentoonstelling is afgeloopendie wol-
ken niet op nieuw zullen opdagen en waar is dan de zon,
die ze ten tweeden male uiteenjaagt?
Bedenkt dat ook al is het op het oogenblik schijnbaar
kalmhet daarom niet aan onrustbarende teekenen ontbreekt!
Of is er een staat in geheel Europadie een enkelen soldaat
meer dan vroeger heeft afgedankt? Wapent men zich niet
overal, in alle landen, behalve in Nederland, van top
tot teen?
Jongelingen! die den leeftijd van 25 jaren nog niet be-
reikt bebt, mannendie uwen diensttijd bij de schutterij vol-
bragt hebt of daarvan vrijgesteld zijt, bedenkt dat ook op u
alien de dure verpligting rust, om den dierbaren vaderland-
schen gronddien nwe vaderen u vrij en onafhankelijk hebben
overgegeven, op uwe beurt ongescbonden en ongedeerd aan uwe
nakomelingen over te dragen.
En dat znlt gij alleen dan kunnen, indien gij u reeds nu
in staat stelt, dien grond tegen elken vijand, die bet wagen
mogt dien te betredente verdedigen.
Talmt dan niet langer! slaat dadelijk de handen aan het
werkOefent u in den wapenhandel, en vooral in het schijf-
schietenTreedt daar, waar er reeds vereenigingen tot be-
vordering van 's lands weerbaarheid bestaan, daartoe in groo-
ten getale toe! Rigtwaar zij nog niet bestaan, nieuwe op!
Dat er in elke stadin elk dorp minstens dene zij.
En verlangt gij omtrent de wijzewaarop gij zulks kunt
doenmeerdere inlicbtingenrigt u dan tot ons; wij zijn
bereid ze u ten alien tijde en zoo ruim mogelijk te ver-
strekken.
De permanente Afdeeling van het Centraal- ComitS
van den NederlandscJien Weerlaarheids-Bond
Namens haar:
TJtrecht, J. W. Schubart, President.
12 Julij 1867. A. J. Rethaan Macare, Secretaris.
NB. Op franco aanvrage kan men van deze circulaire meerdere eiem-
plaren ter verspreiding bekomen.
Bp
PRIJS DER ABYERTENTien:
van 16 regels 75 Cent, elke regel meer 12V2Cent.
•Zegelregt bij elke plaatsing 85 Cent.
Het rondgaand schrijven hiervoren afgedrukt is door mij
ontvangen. Ik heb niet beter weten te voldoen aan de be-
doeling van den beer Schubart, dan door het te plaatsen in
bet Weekblad van Uaarlemmermeer.
Omtrent de zaak zelve veroorloof ik mij twee opmerkingen
welke ik onder de aaudacbt van den Weerbaarheidsbond wenscb
te brengen.
1°. Men wenscht de jongelingschap te oefenen in het schijf-
schieten. Zoude dat schijfsehieten alleen wel genoegzaam zijn
Zoude het niet veel beter zijn hen te leeren schieten op de
jagt? Deze toch is het beste beeld des oorlogs, de snelle
haas of de snorrende patrijs zijn moeijelijker doel dan de
stilstaande scbijf, en 6en halve dag oefening in het springen
over grep en sloot, het doorstaan van regen en wind is als
oefening beter dan een geheelen dag in de scbietbaan.
Maar nu is het jagen belast met 21.21, de kosten der
jagtactedit is te veel voor een boer.
2°. Men zoude der jongelingschap, die ten oorlog moet uit-
trekkenzeker met goed gevolg ook het beoefenen der rijkunst
kunnen aanbevelen. Uaarlemmermeer heeft 2000 paarden voor
den oorlog geschikt, en er zouden daar missobien wel 100
jongelingen (boerenzoons en boerenknecbts) gevonden worden,
geschikt en bereid om als schutterij te paard te worden ge
oefend.
Maar bet gebruik van den zadel is bij de wet op het
personeel zwaar belast, ja onmogelijk gemaakt voor gewone
laudlieden.
Indien het dus der regering ernst is om bet volk weerbaar
te makenbehoort zij te verleenen eene vrije jagtacte en het
vrij gebruik van een gezadeld paardaan alien die zich als
vrijwilligers aangeven bij den Weerbaarheidsbond. Ik geloof
dat bet centraal-comite goed zoude doen op deze vrijdommen
bij de Hooge Regering aan te dringen.
Ingeval bet daarin mogt slagen, ben ik bereid te beproeven
of er in Haarlemmermeer een korps vrijwilligers te voet of te
paard kan worden opgerigt, en wil ik aan de infanteristen
voor eenen dag tot oefening mijn jagtveld, aan de kavaleris-
ten voor eenen dag een stoppelveld ten beste geven, in de
hoop dat dit mijn voorbeeld door andere eigenaren zoude
worden gevolgd.
Als ik met een korps vrijwilligers (beboorlijk aangevoerd)
in een jagtsaizoen tienmaal gejaagd bad, zoude ik mij sterk
makendat, als ik ben de elfde maal als tirailleurs rondom
eenen dijk plaatste in de drooge slootenzij den vijand al
vrij wat afbreuk zouden doenzoo ik er al niet in mogt
slagen om vrijwilligers in twaalf oefeningen tot goede kavale-
risten te doen vormenzij zouden tot ^claireurs en estafetten-
dienst, na die oefeningen, zeker te gebruiken zijn.
Kavaleriedienst zoude voor de uitgestrekte gemeente Haar
lemmermeer al ligt verkieslijk zijn, omdat het gaan en
komen naar bet exerceerveld in eene zoo uitgestrekte gemeente
voor infauterie wel altijd moeijelijk zal blijven. Daaraan zijn
echter kosten verbondendie door bovenmatige belasting niet
behooren te worden verzwaard.
Badhoeve, De Burgemeester van Haarlemmermeer,
21 Julij 1867. Amersfoordt.
Bij de aanbesteding van het onderhoud der gebouwen
bruggen beschoeijingen duikers, rol-, mijl- en zeilpalen, den
22 Julij te Haarlem in het lokaal van Staats gehouden was
de uitslag dat werd ingeschrevenvoor Perceel 1door M.
van Essen, te Kaag, voor/ 1436, en door Corstiaan Bos,
te Haarlemmermeer, voor 1750 voor Perceel 2, door
J. Bruin, te Haarlemmermeer, voor 1530, en door A. Munk
en Zn., te Heemstede, voor /1300; voor Perceel 3, door
Corstiaan Bos, voor 1340; door J. Boers, te Houtrijk en
Polanen, voor /1195; door G. van der Starrete Sloten, voor
1295, en door Joh. Hendr. Ilulscher, te Haarlemmerttleer
voor 1617.21; voor Perceel 4, door Jac. Guldemond
te Hillegom, voor950; door Corstiaan Bos, voor /1150,
en door M. van Essen, te Kaag, voor/ 850; voor Per
ceel 5, door L. Kieviet, te Haarlemmermeer, voor 1590;
door S. Guldemond, te Hillegom, voor 1345; door Jac.
Guldemond, voor 843; door Corstiaan Bos, voor f 1025
en door A. Biemond, te Hillegom, voor 1648; voor
