WEE Pi St L A II
1667-4867.
1807.
Vrijdag, 25 Augustus.
VAN
AAN LANDBOUW, GEMEENTE- EN POLDER-BELANGEN GEWIJD.
Aclitste Saargang.
Haarlemmermeer.
Holl. Maatschappij v. Landbouw.
Bij den Burgerlijken Stand zijn aangegeven:
van 13 tot en met 20 Augustus 1867.
HAtRLIiMMERMEER,
PRIJS TAN HET ABONNEMENT
in het Jaar. f 6.—
Prijs van een enkel Nommer 15 Cent.
ALLE TOEZENDINGEN, KEDAKTIE EN UITGAVE BETBEFFENDE
te adresseren aan VAN BONGA C°. te Amsterdam.
(Uiterlijk Woensdag.)
Heeft Haarlemmermeer tot heden veel pennen in beweging
gebragtde teeken- of graveerstift daarentegen bleef rusten
en geen kunstenaar had zijn talent nog aan eenige degelijke
voorstellingder nieuwe gemeente ontleend gewijd.
Wij maken er hun geen verwijt vanwant de stoffe ter
bearbeiding heeft aanvankelijk ontbrokenja zelfs nu nog is
zij schaarsch.
Met dubbel genoegen dus zagen wij dezer dagen een proef-
druk van eene allerkeurigste gravuredoor den heer C. Ed.
Taureleene gravure, die, behalve als kunstprodukt, ook
voor de geschiedenis eene blijvende waarde heeft, omdat zij
de werkelijkheid geheel teruggevende bovendien het verleden
door krachtige tegenstelling helder voor den geest brengt, en
twee eeuwen als in een greep vertegenwoordigt.
Wij zijn zeer met dezen arbeid van den heer Taurel inge-
nornen en ons oordeel is even gunstig over het ontwerp als
over de uitvoering. Voor hendie nog niet in de gelegen-
heid waren de proefplaat te zien willen wij hier een korte
schets er van geven hen intusschen opwekkende om vooral
zoodra mogelijk een kijkje te gaan nemen bij den heer J.
van der Poel, aan het Kruisdorp te Haarlemmermeer, of bij
de heeren J. H. G. van Heteren te Amsterdam, von Miin-
chen te Haarlem, J. Schuitemaker te Purmerende, de Zwaan
te 'sHage, Jac. Hazebroek te Leiden, en H. A. M. Eoelants
te Schiedam.
Wij klimmen bij onze beschrijving dezer allezins welgeslaagde
voorstelling met den kunstenaar op van den grond der zaak,
en doorloopen dus met hem de verschillende tijdperken en
beelden van opkomstuitbreiding en bloei. De grondslag
der prentverbeelding dan is 't Haarlemmermeervrij onstui-
mig en spokende. Door de golven schemert ons het jaar 1667
toe. De wederzijden dier voorstelling verdienen alle aandacht.
Immersterwijl men aan de linkerhand slechts vischwant en
scheepstuig zietals het eenige waartoe de stormachtige wa-
terplas nut wasaanschouwt men aan de regterzijde reeds
het alles overwinnend stoomtuig en de symbolen van landbouw
en veeteeltals gereed om den plas in bezit te nemen en
rijke vruchten te doen opleveren. En daarboven verheft zich
de welgetroffen beeldtenis van den wakkeren Jan Adriaensz.
Leeghwatereen goed sprekend portret, dat in iedere woning
binnen de gemeente Haarlemmermeer hangen moetals er
raaar een greintje hart in den bewoner zit. Als opgerezen
uit den vloedzien wij nu ter wederzijden van Leeghwater,
het Kruisdorp en Nieuw-Vennep, keurig geschetstlevendig
gestoffeerd en zich alleraangenaamst aan het oog voordoende.
Hooger blikkende, ontmoeten wij eene fraaije afbeelding der
Badhoeve op zeer eigenaardige wijze als het ware omlijst
door vignetlen, voorstellende de school, eene oud-bollandsche
boerderij een noord-hollandsche stulpeen noord-brabandsche
tas. In de hoeken spreken ons de zinrijke wapens van pol
der en gemeente toehetGoud uit Schuim en Area uit Baren.
We zijn nu gaandeweg opgeklommen tot het bovendeel der
kunstplaat. Daar nu prijkt het nieuwe raadhuis der gemeente
in vollen glansen te midden der zonnestralen, die hun licht
er op werpen, schittert ons het jaartal 1867 tegen. Ook hier
heeft de vernuftige kunstenaar zijn taak en zijn onderwerp
beide uitmuntend goed begrepen. De voorstelling van het
raadhuis toch staat niet alleen niet op zich-zelveneenter
eene zijde is het stoomtuig de Lynden afgebeeld het onmis-
baar werktuig tot behoud tot beveiliging van den polder,
en daar tegenover aanschouwen wij het fort Schipholde
krachtigestilzwijgende vermaning tot bedachtzaamheid tot
weerbaarheidtot mannelijke verdediging van den duur ge-
kochten grond.
Ziet daar onze schets met de pen van hetgeen de teeken-
stift en graveernaald des heeren Taurel zoo schoon veraan-
schouwelijkt heeft, voltooid. Uit onze beschrijving zal, hopen
wij, voldoende blijken, dat deze kunstplaat door hetgeen zij
zoo getrouw voorstelten door hetgeen zij te denken geeft
tevens, eene wezenlijke, eene blijvende, eene dubbele waarde
heeft. Wij herbalenzij moet ten sieraad in iedere woning
worden aangetroffenmaar niet alleen juist daar. Neen, zij
moet ook een plaats erlangen in de portefeuille van iederen
verzamelaar der merkwaardigheden onzes lands en onzer ge-
schiedenis. Wie de plant ziet, zal, daar zijn wij zeker van,
zich met ons gunstig oordeel allezins vereenigen. De heer
Taurel heeft op verdienstelijke wijs een goed werk verrigt,
en wij hopendat hij er de ruimste voldoening van zal in-
oogsten.
Het Weelcblad van 16 Augustus j.l. behelsde de tijding,
(overgenomen uit de Rotterdammer Courant) dat Mr. Amers-
foordt zijn eervol ontslag had gevraagd als burgeraeester van
Haarlemmermeer.
Deze aanvrage had haren grond in het verlangente ken-
nen gegeven door ZEx. den Minister van Binnenlandsche
Zaken, (op voorstel van den Commissaris de3 Konings in
Noord-Holland)dat de Burgemeester van Haarlemmermeer
voortaan alle dagen der week ten Baadhuize zoude te spreken
zijn. Mr. Amersfoordt had te kennen gegeven, dat het hem,
om den verren afstand der Badhoeve van het Eaadhuis, niet
wel mogelijk was aan dit verlangen te voldoen.
Wij vernemen dat de Minister thans, er prijs op stellende
om Mr. Amersfoordt te behouden als burgemeester der ge
meente, genoegen heeft genomen daarmede, dat Z. E. A.
slechts meer dan twee malen 's weeks op het Eaadhuis te
spreken zij. Uit eene kenni'sgeving, in dit nommer van het
Weekblad voorkomende, is ons dan ook gebleken, dat de
Burgemeester voortaan drie malen 's weeks ten Eaadhuize zal
te spreken zijnen zijne aanvrage om ontslag heeft inge-
trokken.
Tengevolge de goedkeuring van het reglement, zal door
de Hervormde Gemeente Haarlemmermeer een kieskollegie
worden benoemd, tot het beroepen van een predikant.
Den 17 Augustus 1867 is het schip genaamd de Vier
Gebroeders, bevaren door schipper Gerrit de Vries, wonende
te Meppel, aangevaren door de stoomboot Amsterdam, kapitein
Verhoef, en koraende van Amsterdam naar Leiden, waardoor
nog al eene aanmerkelijke schade schijnt veroorzaakt te zijn.
Den 19 Augustus 1867 is aan den ringdijk nabij Sloten
een ponderboom van een vlaswagen gevallen, op het hoofd
van den zoon van B. v. d. Heuvel, hetwelk geene ernstige
gevolgen schijnt gehad te hebben.
Den zelfden dag des namiddags, is aan de Kruisvaart
nabij den Yweg, een tilbury bespannen met 6ea paarden
behoorende aan de Boer, wonende te Aalsmeer, in de Kruis
vaart geraakt, waarbij het paard is verdronkenen eenige
schade is ontstaan aan het rijtuig.
De personen, die in het rijtuig waren gezeten, hebben geen
letsel bekomen,
GEBOREN: Marijlje, dochter van J. Kroes en M. Leenhecr. Johan
nes, zoon van II. Boellaards en P. Daane. Maarlje, dochter van
W. Huig Lelieveld en A. Roos. Cornelis, zoon van J. Sneek en
E. Rein. Antonia, dochter van W. Schouten en J. v. d. Zaal.
Adriana dochter van M. Spruitenhurg en P. Kok. Teunis, zoon van
J. Dekker en J. van Lempt. Margaretha Maria, dochter van J. Bos
en L. Kiskes. Nicolaas, zoon van G. Kuipers en P. van Andel.
Johanna, dochter van Herman F. Bullman en C. Ott de Vries. Arie,
zoon van G. Tates en J. Jongejan. Gesina, dochter van R. Krnk en
J. de Wit. Willem Georgezoon van A. J. G. Timmermans en J.
Streetkerk. Willemina Johanna Aartje, dochter van L. van Lier en
L. Vervoorn. Elisabeth, dochter van J. Blans en A. de Graaf.
Dirk, zoon van P. Entlioven en C. Vis. Jacob, zoon van G. Kcrman
en A. Mantel. Cornelia, dochter van J. Tanis en C. Wetten.
OVERLEDEN: Willemijntje Schaap, oud 30 jaren, gehuwd met C.
Kats. Wilhelmus Hendrik, oud 1 jaar 9 maanden, zoon van W. de
Rooij en G. H. Poldervaart. Heiltje, oud 12 weken, dochter van
M. Pellekaan en C. van Krimpen. Alida Catharina, oud 3 maanden,
dochter van W. de Graaf en E. Regtuit. Hendrik Sweersoud 53
jaren, gehuwd met M. Balk.
LEVENL00S AANGEGEVEN: 1 Kind van B. van Andel crl J. Fokker.
ONDERTROUWDJ. Lelieveld met M. Koolhaas. A. B. Lanooij met
D. Houweling.
GEHUWDII. Dekker met J. Blijleven. H. v. d. Drift met P. Bakker.
XXIc ALGEMEENE VERGADERING.
PRIJS DER ADVERTENTieiY
van 16 regels 75 Cent,
elke regel meer 12V2 Cent.
Zegelbegt bij elke plaatsing 35 Cent.
Op deze Vergadering, welkc gehouden zal worden op Vrijdag
27 September 1867, des middags ten 12 ure, in de Staten-
zaal op het Prinsenhof, te Haarlem, zullen de volgende on-
derwerpen worden behandeld:
I. Verslag van den staat der Maatschappijder handelingen
van het Hoofdbestuur en der Afdeelingen, sedert de vorige
Algemeene Vergadering. (art. 22 der wet).
II. Mededeeling van de aanwezige Afdeelingenen van het
aantal namens haar nit te brengen stemmen. (art. 23).
III. Rekening van het vorige en begrooting voor het vol
gende jaar. Aanwijzing van drie Afdeelingen tot onderzoek
der rekening en begrooting in 1868. (art. 22).
IV. Mededeeling van het hoofdbestuur omtrent de Holland-
sche boerderij voor zuivelbereiding op de wereldtentoonstelling
te Parijs. (Med. en Ber. 1866, biz. 207 en volg.).
V. Besluiten over de drie ingekomen antwoorden op de
prijsvraag over de verbetering van het paardenras in Nederland.
(Med. en Ber. 1863, biz. 241. 1865, biz. 215). 1. Equus
animal nobile est. 2. Een onvermoeide arbeid komt alles
te boven. 3. Met weinig kosten, groote winsten.
VI. Besluiten omtrent het al dan niet weder uitschrijven
der prijsvraag omtrent taaije schapenvachten of pelsen. (Med.
en Ber. 1865, biz. 246 en volg.).
VII. Berigten der Afdeelingen en der leden omtrent: de
gezondheidstoestand der paardende rundveeziekte en aan-
gewende middelen daartegende longziekte en gedane in-
entingen van het hoornvee; de tongblaar en het klaauw-
zeer; de wormziekte onder de schapen; de varkensziekte
en aangewende middelen daartegen j proeven met verschil
lende hulp- of kunstmesten.
VIII. Voorstellen der Afdeelingen. (art. 11).
a. Van de Afdeeling Velsen en Omstreken
Aangezien in deze Afdeeling de treurige ondervinding leert,
dat edns'tammige berken voor het eerst tot struikwording ge-
hakt, of berkenstruiken zelve veelvnldig doodbloeijen daarom
stelt de Afdeeling Velsen en Omstreken de volgende vraag
ter beantwoording voor:
Waardoor ontstaat het doodbloeijen van bovengenoemden
berk of bedoelde berkenstruikenen welke middelen kunnen
aangewend worden, om dit tegen te gaan?
IX. Voorstel tot het aannemen van Leden van verdiensten.
(art. 3).
X. Mededeeling omtrent de Boekerij der Maatschappij.
XI. Bepaling van de plaats en de maand tot het bouden
der twee-en-twintigsle Algemeene Vergadering in 1868 in
Zuid-Holland. (art. 17.)
XII. Benoeming van een Lid van het Hoofdbestuur (art. 22)
uit Zuid-Holland, ter vervanging van Jonkheer J. E. van Vre-
denburch te 's Gravenhage, die met 31 December 1867 moet
aftreden, waartoe, ingevolge art. 26 der wet, in alphabetische
ordeaanbevolen worden de Heeren:
A. H. van Tienhoven, Voorzitter der Afdeeling Vijfheeren-
landen, te Gorinchem.
W. A. Viruly, Voorzitter der Afdeeling RotterdamSchie
dam en Omstrekente Rotterdam.
Mr. M. A. Wijnaendts Secretaris der Afdeeling Delft en
Omstreken, te Delft.
Naar aanleiding van art. 17 der wet, kunnen er ook af-
zonderlijke bijeenkomsten gehouden worden, ter behandeling
van bijzondere takken van Landbouw en Veeteelt.
De Leden, die aan deze bijeenkomsten verlangen deel te
nemenworden verzocht hunne namen te teekenen op de lijsten,
daartoe op de Algemeene Vergadering ter tafel liggende.
De Leden worden uitgenoodigd door ruime en belangrijke
inzending naar de Tentoonstelling, van hunne belangstelling
te doen blijken.
Zij worden herinnerddat de paardendaags voor de Ten
toonstelling aankomende, voor rekening der Maatschappij
worden gestald of geweidwanneer de inzenders daarvan
melding maken op het getuigschriftdat voor 1 September
1867 ingezonden moet zijn. (Zie art. 7 van 't Programma
Med. en Ber. 1867 biz. 96).
De inzenders worden beleefd verzocht de opgaven hunner
inzending te doenmet bijvoeging der bij art. 3 (Med. en
Ber. 1867 biz. 93) van het Programma bepaalde inleggelden,