- 158 -
Itandbonw.
Herigien omtrent de Tee/Jelite.
Politfekc Kronijk.
1622 Augustus.
Bottculaub.
Oemen^de Berigten.
ann den Secretaris hunner Afdeeling, en die, buileti Zuid- of
No'oid-lfollaud woonaclitig, aan den Secretaris der Maatscliappij
op Kust-lloekbij 's Gravenhagevddr 1 September e. k.
en de bepalingen bij bet programma gevraagdnaauwkeurig
na te komen.
Ihr voorkoming tan klaglen over den gemeenschappelijken
maallijd, die op Vrijdag 27 September zal geliouden worden
worden zijdie daaraan deel verlangen te nemendringend
verzpcbt, om dit bun verlangen te kennen te geven aan den
Penningmeester der Maatscliappij, vddr of op Woensdag 25
September, des morgens vddr 12 ure.
Voor de ledrndie verlangen deel te nemen aan den rijtoer
door de Oinstreken van Haarlem, zullen op Zondag 29 Sep
tember ten 12 uur rijtuigen besehikbaar zijn, tegen betaling
van 1.50 de persoonvoor zooverre bet getal minstens
twaalf bedraagt, dat zicli bij den Secretaris der Maatsebappij
daartoe zal bebben aangerneldvddr Zaturdag avond te voren
ten 8 uur.
De I.eden der Societeiten de Vereeniging en de Eendragt
hebben de beleefdheid om gedurende de dagen der Tentoon-
stelling liunne localen en tuinen voor de Leden der Maat-
schappij open te stellentenvijl de Societeit Trouw moet blijken
gelijk regt heeft toegestaan aan Leden, buiten de stad Haar
lem woonachtig.
Uit Capelle (Langstraat) wordt van 15 Augustus geraeld
De rogge heeft door de vele regens wel veelgeleden, doch
is niet gebeel mislukt, en zal over het algemeen nog een
middelmatig beschot opleveren. Het gewas is door de felle
droogte gunstig binnengekomen. Het bederf in de vroege
aardappelen is belangrijk toegenoraen; in de late soort, en
wel bepaaldelijk in de roode, is bet aan de knol naauwelijks
merkbaar. De zomervrucbtenzoo als haver, garst, boek-
weit en erwten staan te velde zoo als men bet rnaar wen-
scben kan.
In de omsfreken van Wijhe zijn de rogge en het hooi
sedert eenige dagen reeds bijna geheel binnengekomen. De
kwaliteit van de rogge is uitmuntend en de opbrengst ruim.
De aardappelziektedie zicb in de vorige week op eene on-
rnstbarende wijze uitbreidde, is gelukkig in de laatste dagen
niet toegenomen. De ziekte is nog sleehts in bet loof, en de
knol is weinig aangetast. De opbrengst der perenboomen
is buitengewoon groot. Zij worden in menigle door de vreemde
schippers opgekocht tegen 2 het mud.
In de laatste dagen hebben de bijen veel honig gewonnen.
Men ziet nog een gunstig honigjaar te gemoet. De toestand
van bet vee is bier zeer gunstig.
In het graafschap Zufphen neemt de aardappelziekte
niet veel toe. De opbrengst der booravruchten is over het
algemeen voldoende; vooral peren treft men in rnime mate
aan, doch zij zijn dit jaar niet groot van stuk.
In de omstreken van Raalte heeft de ziekte in de aard
appelen zich tot nu zeer weinig uitgebreid. Sleehts het loof
is door het bederf aangetast. De prijzen van dit produkt zijn
zeer laag, en doordien de opbrengst zeer ruim is, verwacht
men nog goedkoopere prijzen.
Op de jaarlijksche paarden-markt te Hoorn waren 130
stuks aangevoerd, meestal van beste kwaliteit; doch de han-
del was stug.
De veldvruchten staan te Waalwijk en in het land van
Ileusden en Altena vrij goed. De oogst levert over het alge
meen een bevredigend beschot op. De aardappelen zijn goed
van smaak, en het warme weder oefent op de laten vooral
een gunstigen invloed uit.
Uit Almkerk wordt berigt, dat de vlas-industrie in onze
dagen van vooruitgang sterk voorwaarts gaat. Men zal geen
artikel kunnen aanduiden waarvan in de laatste jaren zooveel
werk gemaakt is, en dat ook zoo vele voordeelen afvvierp als
de bouw en bewerking van het vlas. Alles wat daarbij en
daaraan te verrigten is, was nog vddr weinige jaren geheel
handenarbeid. Niet alleen dat men tegenwoordig het vlas ook
daar machinaal bewerkt, ziet men thans het vervoer van het
land, waarop het is gewassen, in plaats van met kleine roei-
of trekaken, machinaal hewerkstelligen. Onze vlasbouwers ge
ven nu weder het voorbeeldter bespoediging tot het repen
bet goede weder waar te nemen, tenvijl naar wind niet meer
behoeft te worden gewacbt. Allezins loffelijk is hun onver-
moeide ijver ter bevordering eener zoo voordeelige teelt, die
aan duizenden menscben voortdurend werk en brood verschaft.
De korenoogst, in de omstreken van Ambt-Ommen, is
nog minder uitgevallen dan men verwacht had. De kwaliteit
is echter nog wel tamelijk doch de kwantiteit is zeer gering.
Het honiggewin is sedert eenige dagen voortreffelijkzoo-
dat men hiervan nog een vrij gunstigen uitslag verwacht.
De uitvoer van vlas uit Harlingen naar Holland duurt
voort; het blijkt, dat dit jaar eene buitengewone groote hoe-
veelheid vlas is verbouwd.
Het verslag omtrent de verwachtingen van den oogst
in de provincie Utrecht laat zich als volgt zaraenvatten
Aauvaukelijk liet zich de oogst vrij gunstig aanzien,
daar, hoewel de" rogge en larwe op eenige plantsen wat
schraal stondenhet winter-koren eene goede opbrengst beloofde
en ook het zomer-koren een voordeeligen wasdom had.
Ten gevolge echter van het aanboudende natte weder in
de laatste weken heeft het hooidat niet vroeg binnengehaald
was, veel geledcnen doet zich het uitzigt op den oogst
van het zomer-koren niet zoo gunstig aanzien terwijl ook de
rogge, die reeds gemaaid is, daarvan scfiade lijdt.
Ook de aardappelziekte, die aanvankelijk zicb sleehts in
geringe male vertoonde, heeft in de laatsle weken groote
vorderingen gemaakteen gewoon gevolg der natte weers-
gesteldkeid."
1 '1
In de week van 1117 Augustus hebben zich in ons rijk
2 gevallen van veetyphus voorgedaanbeide gevallen kwamen
voor in de gemeente Loosduinen. Ter voorkoming van uit-
breiding der ziekte, zijn 15 stuks vee, als ziek of verdacht
onteigend en afgemaakt.
De burgemeester van Amsterdam, gevolg gevende aan eene
aanschrijving van den Commissaris des Konings in de prov.
Noord-Holland van 16 dezer, heeft ter kennis van belangheb-
benden gebragtdat vervoer van vee per spoortrein of met
andere gelegenheidvan Amsterdam naar het gedeelte van
Noord-Holland benoorden het Y, niet geoorloofd is.
Door Gedeputeerde Staten der provincie Utrecht is de
in- en doorvoer van veeenz. in die provincie weder open-
gesteld.
De regering in Engeland heeft bepaald dat al bet vee
hetwelk van het buitenland wordt ingevoerdop de plaats
van aankomst moet worden geslagt. Men berekent dat ge-
noemde bepaling de verhooging van een stuiver op het pond
vleesch aldaar zal veroorzaken.
Op Salzburg hebben zich thans aller oogen gevestigd. In
deze oostenrijksche stad zijn keizer Napoleon III en zijne
gemalin keizerin Eugenia de gasten van keizer Fraus Jozef
en zijne gemalin keizerin Elizabeth. Hartelijkheidvoorkomend-
beidvredelievendheidvriendscbapsbewijzen kenmerken het
kondoleantie-bezoek van den franschen souverein aan den oosten-
rijkschen souvereindie nog geen tien jaar geleden elkander
vijandig tegenover stonden. Maar de tijden kunnen veranderen
en zijn veranderd. De politiek vooral levert tallooze voor-
beelden van plotselingen ommekeer van zaken en toestanden
en niemand verwondert zich meer daarover. Het kondoleren
is iets dat uit den aard der zaak van zeer korten duur is
betuiging van leedgevoel, hoop en wenseh vooreerst van ramp-,
slagen bevrijd te blijvenherinnering der deugden en goede
eigenschappen van den of de overledene, en men is klaar;
ook dit vorsten-rouwbeklag zal, ofschoon Napoleon nu mis-
schien nog wat meer gesproken zal hebben dan in een gewoon
geval, daar hadde hij Maximiliaan niet verlokt tot het
aannemen der kroon van Mexiko de ongelukkige aartshertog
niet te Queretaro zou zijn doodgeschoten gewordenniet
heel lang hebben kunnen durenware het niet dat de twee
keizers, van welke Pruissen een doom in het oog is en blijft,
ook politieke onderwerpen te behandelen hadden. Wat men
ook moge zeggende hoofden van den franschen keizerstaat
en van den oostenrijkschen keizerstaat hebben wel degelijk
de hangende groote europesche kwestien behandeld, en dat
hierbij de naleving door Pruissen van het te Praag in 1866
gesloten vredestraktaat op den voorgrond stond, mag buiten
alien twijfel geacht worden. Yolgens berigten uit Salzburg
zijn de twee keizers het over alle door hen besproken pun-
ten volkomen eens, en moeten hunne bijeenkomsten en de
gevolge welke deze zullen hebben in alle opzigten strekken
tot bestendiging van den vrede van ons werelddeel. Onze
lezers gelieven wel in het oog te houden dat wijredaktie van
het Weekblad van Haarlemmermeermaar vertellen wat ons
van elders berigt wordt, doch dat wij volstrekt geen reden
zien om aan het behoud des vredes zoo onvoorwaardelijk
geloof te hechten. Immers er is zoo veel onafgedaan ge-
bleven dat stoomis kan te weeg brengendat oorlog kan ver
oorzakenen tenzij wij door onwederlegbare bewijzen tot een
ander gevoelen worden gebragt, houden wij het er voor dat
de twee souvereinen wel zeer veel gesprokenbesproken en
afgesproken kunnen en zullen hebben, maar dat zij met hun
beiden, zonder raadpleging met hunne kollegaas die op andere
troonen zetelenb. v. te Berlijnte St. Petersburg, te Flo
rence, om van de britsche regering en van de spaansche
regering niet te gevvagen niet bij magte zijn zulke schik-
kiugen te maken waardoor Europa van den geesel des krijgs
bevrijd kan blijven.
Wat de spaansche regering betreftdeze zal overigens te
veel met de binnenlandsche aangelegenheden te doen hebben
om zich met buiteulandsche kwestien bezig te houden. In
Spanje toch, het land der kabinetsomverwerpingen en der militaire
oproerenzijn in de noordelijke provincien weder opstandelin-
gen verschenendie vrijheid eischen en te regt van
oordeel zijn dat het wanbestuur, het schrikbewind van Narvaez
lang genoeg geduurd heeft. Naar het schijnt is deze poging
weder te vroeg gedaan, en moet het land nog niet rijp zijn
voor een omwenteling. Generaal Prim heeft vermoedelijk de
hand in de nieuwe beweging, want twee proklamatien door
hem onderteekend zijn verspreidwaarin hij zijne landgenooten
te wapen roept om een einde te maken aan de tirannij waar-
onder zij gebukt gaan. Het is intusschen mogelijk dat bedoelde
proklamatien valsch zijn. Het verspreiden van valsche stukken
is toch niet vreemd. Wij weten echter niet of het waar is
gelijk de franscbe regering olficieel heeft doen verklaren dat
de toespraak die aan generaal Dumont in den mond gclegd is,
bij gelegenheid dat hij het romeinschc legioen van Antilles te
"Rome inspekteerdedoor een nieuwskramer uit den duim is
gczogeu. Zooveel is zeker, dat toen die onechtverklaring door
de fransche regering gedaan waseen brief openbaar gemaakt
werd, door maarschalk Niel, minister van oorlog, aan den kom-
mandant van bedoeld legioen geschrevenen waarin precies
hetzelfde voorkomt wat Dumont aan de soldaten gezegd zou
hebben. Is nu deze brief ook valsch? De italiaansche regering
heeft, zoo wordt reeds verteld, aan de fransche regering ophel-
dering over deze zaak gevraagd; en die opheldering is noo-
dig, want zijn de feiten werkelijk gebeurd zoo als de dagbla-
den ze hebben vermelddan heeft Frankrijk zich tegenover
Italie schuldig gemaakt aan schennis van de zoogenaamde
September-konventiekrachtens welke een einde is gekomeu
aan alle inmenging van Frankrijk in de italiaansche aangele
genheden met name in de romeinsche kwestie.
De Moniteur, die den 15 Augustus, NapoleonsdagEuropa
teleurstelde in de verwachting, waarin dit werelddeel ver-
keerde ten gevolge van de weidsche aankondiging van het
bekend maken van liberale maatregelen enz. (tie ons vorig
overzigt)heeft eenige dagen later het groote geheirn geopen-
baardde geheele zaak is niets anders dan een brief
van Napoleon III aan zijnen minister van binnenlandsche zaken,
houdende aanbeveling tot verbetering en uitbreiding der ge
meente- en buurtwegen
Over den brand te Frankfort werd van daar onder dag-
teekening van 15 Augustus het volgende gemeldIn den
afgeloopen nacht omstreeks 1 ure verkondigden de alarmsignalen
van de torens, het roffelen der trommen en het schetteren
der trompetten in de straten dat een hevige brand was uit-
gebarsten. In het huis van den bierbrouwer Muller, op den
hoek der Fahrgasse en van de Garkiiehenplatz, aan welks
westelijke zijde de Domkerk staatwas de brand uitgebarsten
de vlammen verhieven zich reeds zeer hoog alvorens de spoe-
dig toesnellende brandspuiten hulp konden bieden. Weldra
echter, omstreeks l/2 ure, ontstond een vreeselijk tooneel.
De wind, die vrij hevig uit het oosten woei, dreef de vonken
op de daken der naburige huizenen vooral op het dak der
Domkerk, dat in een oogenblik in lichtelaaije vlam stond;
de brand deelde zich mede aan de katholieke school, welke
tegen de Domkerk is gebouwd. De vlammen breidden zich
nog verder uit en tastten den bijna 400 voet hoogen toren
aan, die aan de westzijde van de kerk staat, en binnen
weinige oogenblikken stond de toren tot aan de spits in vollen
brand. Toen nu ook de langs de westzijde van deu toren
loopende rij huizen door den brand werden aangetaststond
de uit alle openingen vlammen brakende toren als eene reus-
achtige brandende zuil te midden van een vuurzee. Het was
een verschrikkelijkmaar fraai gezigttoen plotseling de roode
gloed van deze vlammenzuil eenige minuten groen gekleurd
werd de groote klokkenwaaronder vooral de zware Caro-
lusklok, waren gesmolten en het sissende metaal kleurde de
opstijgende vlammen. De brandweer, ondersteund door deta-
chementen van het garnizoen wendde alle pogingen aan om
eene verdere verspreiding van den brand, welke het aan de
Hollgasse uit zeer naauwe stegen bestaande slagterkwartier
bedreigdetegen te gaan. De wind dreef de vonken over
het geheele westelijke gedeelte der stad tot aan de promenade
voor de Bockenheimerpoort; het dak der beurs en dat van
Braunfels Haus en van den Gouden Leeuw vatten vuur, het-
geen men echter spoedig bluschte. Omstreeks 4 ure (de wind
was sedert geheel gaan liggen) was het grootste gevaar voorbij
het dak der Domkerk was ingestort; den brand in de Hollgasse
was men meester; de vlammen in den toren werden gedurig
zwakker en doofden eindelijk uittoen al het houtwerk was
verteerd. Van de Domkerk, welke geheel van haar dak is
beroofdstaan de muren nog onbeschadigd. De krooningskapel
is ongedeerd gebleven. Het nieuwe orgel der Domkerk is
vernield. De schade in het binnenste der kerk is intusschen
niet zoo groot als men had gevreesd. De toren is geheel
uitgebrand, maar naar het oordeel van deskundigen is het
bestaan van dit trotsche gebouwop welks spits nog de rijks-
lantaarn zich verheft, door het ongeluk geenszins in gevaar
gebragt. Men heeft echter het verlies van verseheidene men-
schenlevens te betreurentwee vrouwen, die uit de tweede
verdieping van een der brandende huizen sprongenvielen
dood op de plaats neder; vier andere vrouwen konden sleehts
zwaar gekwetst gered worden; een wachter eener bierbrouwerij
vond den dood in de vlammen; verseheidene personen der
brandweer en der bezetting werden door neervallende balken
gewond; drie soldaten zijn ook, naar men verneemt, omge-
komen. De toreuwachterwien de weg langs den trap door
de vlammen versperd was, redde zich gelukkig, doordien hij
moedig genoeg was om zich langs het touw, waarmede de
klokken geluid werden van den top des torens te laten
neerglijden."
Den 14, 15 en 16 September a. s. zal in het Koninklijk Bataafscli
genootschap van accliniatatie, te 's Gravenhageeene tentoonstclling van
pluimgedierte worden geliouden. In de verleden week zijn te Harlin
gen niet minder dan 3605 stuks vee uitgevoerd, te weten: 310 runde-
ren 220 kalveren 1060 varkens, 2015 scliapen en lammeren. Boven-
dien hebben de Engelsche stoombooten uitgevoerd7035 vierde-vaten
boter3575 kanter- en 1000 edammer-kazen90 ton en 620 balen
cichorciwortelen105 balen vlas, enz. In den oehtend vail den 16
Augustus heeft zich de sergeant B.van bet 2de bat. 7de reg. infanterie,
in garnizoen te Hoorn, door een geweerschot van bet leven beroofd; de
reden tot deze ongelukkige daad is nog onbekend. Eenige visschers
hebben te Texel eene versche caehelot aangebragt, hetwelk nog al een
aardig voordeeltje voor de vindors is, door de hoeveellieid Iraan die men
daarvan verkrijgt. Den 15 Augustus mogt mejufvr. de Wed. Evers, te
Meppelharen 10Osten verjaardag vieren. De oude vrouw is nog in het
voile bczit harcr zintuigen en mag zich in redelijken welstand verhen-
gen. Twee arbeiders, W. van der Laan en H. G. Jager werkzaani
aan de fabriek van den beer Scholten te Zuidbroek, begaven zich den 8