WEEKBLAD
I
I
1868.
VAN
AAN LANDBOUW, GEMEENTE- EN POLDEE-BELANGEN GEWIJD.
Mo. 12. i
vAAM/'
Vrijdag, 20 Maart.
Negende Jaargang.
(Uiterlijk Woensdag.)
Haarlemmermeer-Polder.
Haarlem iii er meer.
Bij den Burgerlijken Stand zijn aangegeven:
GEMEENTE-RAAD.
HAARLEMMERMEER.
PRIJS TAN HET ABONNEMENT
in het Jaar. f 6.-
Prijs van een enkel Nommer 15 Cent.
ALLE TOEZENDINGEN, BEDAKTIE EN UITGAVE BETBEFFENDE
te adresseren aan VAN 60NGA C°. te Amsterdam.
PRIJS DER ADVERTENTieN
van 16 regels 7 5 Centelke regel meer 12 /2 Cent.
Zegelregt bij elke plaatsing 35 Cent.
Op den eersten dag der verpachting, gehouden den 17
dezer, hebben de polderkaden en 15 perceelen ringdijk ruim
1200 meer opgebragt dan in 1867.
Agenda voor de Vergadering van Hoofd-Ingelanden
van den Haarlemmermeer-polderte houden op
Woensdag 25 Maart 1868 des morgens ten
10 ure, in het lokaal van Siaatste Haarlem.
1. Mededeelingen.
2. Eapport der commissie over den staat van af- en over-
schrijving, dienst 1867.
3. Voorstel van Dijkgraaf en Heemraden, aangaande het
overdekken van een steenkolen-bergplaats.
Idem omtrent het onderhoud van wegen.
Idem om gemagtigd te worden de te verkoopen per
ceelen veenslik te gnnnen.
Goedkeuring van den staat van ingenomen dijksgrond.
Voorstel tot goedkeuring der gedane betalingen uit
den post voor onvoorziene uitgaven.
Vernietiging van uitgelote aandeelen en betaalde
coupons der leening van 120,000.
Kapport der commissie tot onderzoek der geloofsbrie-
ven van de nieuw benoemde hoofd-ingelanden.
Goedkeuring van den staat van uitgaven boven /100,
gedurende het 4e kwartaal van 1867.
Voorstel van Dijkgraaf en Heemraden tot verhuring
van dijksgronden.
Benoeming van een Heemraadingevolge de periodieke
aftreding van den heer D. W. P. Wisboom van
Giessendam,
Benoeming van eenen Secretarismede ingevolge de
periodieke aftreding.
Benoeming van een Dijkgraaf, ook ten gevolge van
periodieke aftreding.
10.
11.
12.
13.
14.
Den 11 dezer is bij de Arrondissements-Eegtbank te Haar
lem behandeld eene zeer belangrijke regtsquaestiede ge-
meente Haarlemmermeer betreffende. De aannemer van het
nieuvvgebouwde raadhuis had tegen de gemeente eene actie in-
gesteld tot ontbinding der overeenkomst en, wegens weder-
legtelijke behandeling, vergoeding van kostenschade en in-
teressen. Voor den eischer trad op de heer mr. Ph. A. Haas,
advocaat, te Amsterdam, die in een zeer uitgebreide pleitrede
trachtte uiteen te zetten de gegrondheid van des eischers be-
werendat de verbindtenis door de gedaagde feitelijk was ver-
brokenen dat in de tweede plaats de behandeling, welke de
eischer had moeten verduren, zeer wederregtelijk wa3 en hem
enorme schade berokkend had. Voor de gedaagde trad op de
heer Hoogstraten, advocaat, te Haarlem, die trachtte te bewij-
zendat de directie bij al hare handelingen tegenover den
aannemer volkomen in haar regt was. De uitslag dezer pro
cedure wordt met spanning te gemoet gezien.
De inteekening voor plaatsen, ter gelegenheid van de uit-
voering van kerkelijke muziek, op den tweeden Paaschdag,
in de kerk te Slotenten voordeele van den bouw eener her-
vormde kerk op Abenes, bedraagt nu reeds nagenoeg 900.
Naar men verneemt zal zich eerstdaags in Haarlemmermeer
een derde geneeskundige vestigen, en wel op den huize Nieuw-
rijkSectie MM Kavel 1, alwaar vroeger de Secretarie werd
gehouden.
Als een hoogst zeldzaam voorval meldt men ons, dat bij den
landbouwer G. van Leeuwenin sectie PP, N°. 29, aan den
Sloterweg, bij den Lisserweg, in Haarlemmermeer, Vrijdag
13 Maart, door etfn schaap zes levende en welgeschapene 1am-
meren zijn geworpen. De kraamvrouw verheugt zich in de
goede gezondheid barer telgenen is zeer tevreden dat zij
haar zestal zelve kan voeden en geene min tot assisteDtie be-
hoeft te vragen. De welwillende inzender van dit berigt voegt
er tevens bijdat hij Zaturdag 11. de moeder en de kinderen
zelf gezien heeft, en dus voor de waarheid daarvan instaat.
Eenige dagen geleden zijn uit Haarlemmermeer twee krank-
zinnigen naar de daarvoor bestemde gestichten overgebragt, en
wel: Johanna Stamhuisvrouw van J. de Laat, naar het ge-
sticht Meer-en-bergonder Bloemendaal, en Hendrikus van den
Berg naar het St. Joris Gasthuis te Delft.
van 11 tot en met 17 Maart 1868.
GEB0RENJohanna, dochter van A. Kauffman en E. Zwanevelt.
Maria, dochler van C. van der Spek en L. Schipper. Simon, zoon
van P. Bakker en J. M. van der Scheer. Jan, zoon van A. Burghout
en G. Ossen. Jozina, dochter van J. Biesheuvel en J. van Gulik.
Willemzoon van D. van der Vlugt en D. van Duyn. Maria Wilhel-
mina, dochter van C. Beers en A. Tol. Maria, dochter van J.Legierse
en A. van Gellekom. Hendrikus Matlhijs, zoon van M. Franken en
M. van der Eem. Cornelis, zoon van E. Reedijk (ongehuvvd).
OVERLEDEN: Hendrikus Hermanus, oud 4 maanden, zoon van H. Eick-
hoff en F. A. de Wit. Maartje Zuidland, oud circa 28 jaren, gehuwd
met M. de Groot.
0NDERTR0UWD: C. van Looijen (weduwnaar) met J. E. Cranenburg.
J. van Balen met T. Boom. J. Kooy met M. A. Verploegh.
GEHUWD: Geene.
Zitting van Donderdag den 30 Januarij 1868.
Voorzitter: Mr. J. P. Amersfoordt.
Vervolg en slot, zie ons vorig nommer
3°. Aan de Vergadering wordt vervolgens medegedeeld:
a. Kennisgevingen van D. Huyser en W. P. van Andel, waarbij zij
bedanken voor de hetrekking van lid van het burgerlijk armbestuur, en
van A. H. Geurts van Baarskamp, welke die hetrekking aanneemt.
b. Proces-verbaal der op 25 Januarij 1868 gedane opneming van de
boeken en kas van den gemeente-ontvanger.
c. Missive van directeuren der Nederiandsche Tuinhouw-Maatschappij
iLinnaeus", ten geleide van een prospectus van het onderwijs aan boven-
genoemde Maatschappij gegeven wordende.
d. Do Staatsbladen van 1867, n°. 130, 137 tot 157, 159 tot 161
169, 170, en van 1868, n°. 1 tot 3, 7, 8, 10.
De Provinciale Bladen van 1867, n°. 91 tot 94, en van 1868, n°. 1
tot 5.
e. Dat bij de op heden gehouden aanbesteding van het opboogen van
het lerrein om het Raadhuis, laagste inschrijvcr was J. de Boer, van
Oostzaan, voor/864: doch dat Burgemeester en Wethouders het werk,
als verre boven de begrooting, niet hebben gegund.
Al deze mededeelingen worden aangenomen voor kennisgeving.
4°. De Voorzitter hrengt weder ter tafel het adres van de hoofd-
onderwijzers in deze gemeente, verzoekende eene nadere regeling hunner
jaarwedde, in hetrekking tot de 20 percent der schoolgelden.
Dit adres, gesteld zijnde in handen van de Plaatselijke Schoolkommissie,
wordt het advies dier Schoolkommissie voorgelezen. Dat advies strekt
om, ter vergoeding der door de onderwijzers geleden wordende nadeelen,'
ten gevolge van het kosteloos school gaan van vele kinderenaan hen
vergoeding te geven van de personele belasting, voor zooveel belreft de
eerste vier grondslagen dier belasting.
Naar aanleiding daarvan, wordt aan de Vergadering ter vaslstelling
voorgedragen het navolgende Concept-besluit:
Do Gemeenteraad van Haarlemmermeer,
Gezien het Raadsbesluit van 4 September 1860, goedgekeurd
door Heeren Gedeputeerde Staten van Noord-Holland den 17 October
1860, houdende de regeling der jaarwedden van de hoofdonderwijzers
in deze Gemeente;
•Overwegende dat bij dat besluit aan de hoofdonderwijzers is toe-
gekend o. a. eene toelage van 20 pCt. der te ontvangen schoolgel
den, na aftrek der kosten van schoolbehoeften
dat, door het verleenen van sommige vergunningen tot kosteloos
schoolgaan door onvermogenden, de onderwijzers eenig verlies lijden
te meer, wijl zij een aandeel moesten dragen in de kosten van
schoolbehoeften
dat het billijk is daaraan tegemoet te komen;
Gelet op art. 19 der wet van 13 Augustus 1857 (Stbl. n°. 103);
•Besluit:
Het Raadsbesluit van 5 September 1860 wordt ingetrokken,
Aan de hoofdonderwijzers in deze gemeente wordt toegelegd
a. eene vaste jaarwedde van zevenhonderd gulden, zegge/700;
»h. eene toelage van 20 percent der door hen te ontvangen
schoolgelden, na aftrek der kosten van schoolbehoeften;
»c. vergoeding van de door hen te betalen rijks personele
belasting, voor zooveel betreft de vier eerste grondslagen.
Dit besluit treedt in werking den 1 Mei 1868.
Gedaan te Haarlemmermeer, enz.
Nadat over deze zaak eene korte woordenwisseling had plaats gehad
tusschen de heeren Klapwijk, 'tHooft, van Riessen cn den Voorzitter,
werd het concept-besluit met algemeene stemmen vaslgesteld,
5. Nader gelezen zijnde het adres van C. Groen, verzoekende dat
mogen worden ingetrokken de aansiagen in den hoofdelijken omslag er,
de honden-belasting, dienst 1867 van W. Melz; en tevens gelezen
het daarop ingewonnen advies van den gemeente-ontvanger;
1°
2°,
3°.
Wordt besloten aan den adressant te kennen te geven: 1°. dat de ge
meente-ontvanger bij deze wordt gemagtigd, om de ingestelde vervolging,
ter zake der verschuldigde belasting van W. Metz, voorloopig te staken
2°. dat later op deze zaak zal worden leruggekomenwanneer W. Metz
zich in vrijheid zal bevinden, en hij zich alsdan wegens opgemelde aan
siagen met eigen adres tot den Raad zal hebben te wenden.
8. Komt weder in behandeling het adres van de gezamenlijke Rijks-en
Gemeente-Veldwachters, verzoekende in het genot te worden gesteld van
eene gralificatio. Tevens wordt gelezen het daarop uitgebragt praead-
vies van Burgemeester en Wethouders, en strekkende om aan den briga
dier Teeven en den rijksveldwachter C. Smelter, eene gratificatie van
10 elk, en aan den rijksveldwachter D. de Vries eene gratificatie van
f 4 te geven, voor de handhaving der gemeente-verordeningen. Ter-
wijl naar het gevoelen van Burgemeester en Wethouders, tot het geven
van zoodanige gratificatie aan de Gemeente-Veldwachters geene bijzondere
aanleiding heslaat.
Do Voorzitter deelt mede, dat de Gemeente-Veldwachters elk eene
gratificatie van 25 van het Bijk ontvangen, wegens buitengewone
dienslverrigtingen in zake do veepest.
De heer Knaap zegt, niet in te zien waarom de Gemeente-Veldwach
ters ook niet eene gratificatie van de Gemeente zouden krijgen; spreker
wil ze alien gelijk stellen en 10 geven.
De heer 'IHooft voert aan, dat de Gemeente-Veldwachters reeds f 25
van het Rijk genoten, en de Rijks-Veldwachters minder traktement heb
ben dan die der Gemeente.
De heer Verploegh wil ze alien gelijk stellen en elk 5 geven.
De heer Duis merkt aan, dat de Rijks-Veldwachters ook buitengewone
inkomsten hebben.
De heer van Riessen stelt voorom den brigadier Teeven en den
Rijks-Veldwachter Smelter elk 10, en al de overige Veldwachtersook
Lcgel, elk 5 gratificatie te geven.
De heer Tensen vereenigt zich met het voorstel van den heer van
Riessen.
Het voorstel van den heer van Riessen wordt in stemming gebragt en
aangenomen met algemeene stemmen.
7. Alsnu worden aan de goedkeuring der Vergadering onderworpen
de navolgende concept-besluitenals;
•De Raad der Gemeente Haarlemmermeer,
Hceft besloten: uit den post voor onvoorziene uitgaven der be-
grooting voor 1868, te voldoen de uitgaven hierna vermeld:
Gratificalien aan de Rijks- en Gemeente-Veldwachters, voor be-
wezen buitengewone diensten, als: aan den brigadier J. If. Teeven
10, aan de rijksveldwacliters C. Smelter 10, D. de Vries
5, aan de gemeente-veldwachters J. de Vries, II. G. Danens,
P. Flipsen en T. Tit, elk 5, en aan den veldwachter J. G.
Legel 5; te zamen 50.
En zal dit besluit aan Gedeputeerde Staten der provineie Noord-
Holland worden toegezonden, met verzoek om het voldoen der
daarin vermelde uitgaven uit den post voor onvoorziene uitgaven
de vereiscbte magliging te verleenen.
Gedaan te Haarlemmermeer, enz."
En:
De Raad der Gemeente Haarlemmermeer,
heeft besloten: Op de begrooting van uitgaven voor de dienst
1867 te doen de navolgende af- en overschrijvingen:
tAfschnjving.
Onvoorziene Uitgavenf 122.65$
tOverschrijving
Briefportenvrachtloonen enz. f 10.
Onderhoud der scholen en onderwijzers-woningen. 100.
Kosten van Advertentien12.65$
122.651
zamen.
Gedaan te Haarlemmermeer, enz."
Beide besluiten worden na te zijn voorgelezenzonder hoofdelijke stem
ming vastgesteld.
8. Gelezen een adres van G. J. Th. Ducelliee Mutter te Haarlem
verzoekende terruggaaf van den door hem betaalden hoofdelijken omslag over
1866, en intrekking van zijnen aanslag over 1867 respectivelijk ten
bedrage van/ 5 en 10, en zulks op grond van het 4e lid van Art. 6
der wet van 7 Julij 1865, (Staatsbl. n°. 79.)
Overwegende dat, toen adressant in 1866 en 1867 in deze Gemeente
het bevel voerde over de detachemenlen Hulp-marechaussee alhier ge-
stationeerd tot bewaking der lijn van afsluiling tegen de veepestzijn
verblijf alhier niet was van tijdelijken aard zoo als de aangehaalde wcts-
bepaling dat wil; daar toch de lijn, door adressant bewaaktniet aan
gcdurige verlegging onderhevig was, zoo als andere lijnen maar integen-
deel bestemd, om lijn van afsluiling te blijven zoolang de veepest heerschte;
Dat de adressant zich bij zijn aankomst in de gemeente in het be-
volkingsregister heeft doen inschrijvenonder overlegging van een ge-
tuigschrift van woonplaats-verandering, en bij zijn vertrek weder heeft
doen afschrijven, terwijl adressant alhier van 25 Juoij 1866 tot 26 Junij
1867 dus meer dan een jaar heeft gewoond;
Dat zijne vordoring om teruggave der over 1866 betaalde belasting
hovendien is verjaardkrachtens art. 228 dor gemeentewet
Dat echtcr de reclamant ten gevolge van zijn vertrek uit de gemeente
op 26 Junij 1867 regt heeft op afschrijving van zijnen aanslag over 1867,
voor zes-twaalfdc gedeelten;
Is besloten:
1°. Aan den adressant te kennen te geven dat aan zijne vordering
om teruggave van den door hem over 1866 betaalden hoofdelijken omslag
en tot intrekking van zijnen aanslag in die belasting over 1867 niet kan wor-