WEEKBLAD
1868.
Vrijda.g, 16 Mei.
VAN
A AN LAMBOUW, GEMEENTE- EN POLDER-BELANGEN GEWIJD.
Negentle Saargang.
Haarlemm ermeer.
GEMEENTE-RAAD.
HAARLEMMERMEER,
PRIJS VAN HET ABONNEMENT
in het Jaar6.—
Prijs van een enkel Nommer 15 Cent.
Wij mogen niet nalaten de lezers in deze gemeente opmerk-
zaam te maken op de hierachter geplaatste bekendmaking des
Bestuurs van het Koninklijk Zoologisch Genootschap Naiura
Artis Magislra te Amsterdam; zij zal hun voorzeker genoegen
doen. Velen toch komen van tijd tot tijd in de hoofdstad
en bezoeken de merkwaardige tuinen en de maatregel strekt
alzoo te hunnen voordeele. In eeo tijdwaarin zoovele mid-
delen worden aangewend tot algemeene beschaving en ontwik-
keling van den menschelijken geesl, meenden bestuurders niet
achterlijk te mogen blijven orn den weg gemakkelijk te ma
ken tot vermeerdering der kennis van de dierenwereld door
aanschouwing van alles, wat door het genootschap in ver-
8chillende galerijen is bijeengebragt. Het stelde dus voor,
en met schier algemeene stemmen keurden de leden goed
dat de introductie-prijs voor personen van buiten Amsterdam
met een-derde verminderd zou worden dus op slechts 50 cents
bepaald. Dat is eenc aanzienlijke opoffering, maar men on-
derstelt dat een vermeerderd bezoek het nadeelig verschil wel
in 't gelijk zal breijen. Deze nieuwe maatregel is reeds den
1 Mei jl. in werking getreden. Wij hopen dat die gunstige
besehikking door het buiten-Amsterdamsch publiek op prijs
gesteld zal worden immers hebben zij dus veel vooruit bij
de Amsterdammersdie niet leden kunnen worden en het
bestuur de opoffering weder vergoed zie.
Zitting van Donderdag den 26 Maart 1868.
Voorzilter: Mr. J. P. Amersfoordt.
De Vergadering wordt geopend des middags ten twaalf ure.
Tegenwoordig elf ledenzijnde de heerenKnaapTimmermansBuija,
Tensen, Lanser, Klapwijk, van Riessen, Verploegh, Dorbeck, van Vuuren
en Scbone.
De Voobzittee deelt mede, dat berigt is ingekomen, dat de heer't Hooft
door ongesteldheid verhinderd is de vergadering bij te wonen.
De Seceetaris leest de notulen van 27 February 1868, die met alge
meene (tien) stemmen worden goedgekeurdkebbende de heer Buijs zich
buiten stemming gehouden, als zijnde in de vorige vergadering niet tegen
woordig geweest.
1. Wordt mededeeling gedaan van de navolgende ingekomen stukken:
a. Staatsblad van 1868, n°. 21, 26, 27, 30 en 31.
b. Provinciaalblad van 1868, n°. 10, 11 en 12.
c. Brief van gedeputeerde Staten, dd. 4 Maart 1868 houdende terug-
zending van bet goedgekeurde Eaadsbesluitdd. 27 February 1858,
tot het doen van af- en overschrijving in de begrooting van 1867.
Alles aangenomen voor kennisgeving.
2. Wordt aan de vergadering voorlezing gedaan van het door het Bur-
gerlijk Armbestuur ingezonden verslag omtrent den toestand van het armwe-
zen over 1867. Wordt besloten, gemeld verslag aan te nemen voor ken
nisgeving.
3. Wordt gelezen eene missive van de Plaatselijke Schoolcommissie
waarbij wordt ingezonden het verslag nopens den toestand van het onder-
wijs in deze Gemeente over 1867. Van dat verslag wordt aan de Verga
dering voorlezing gedaan.
Na die voorlezing, zegt de Voorzittee dat verslag met genoegen te heb
ben gehoord.
Een paar punten echter wenscht Spreker te releveren; voor eerst dat,
hetwelk betrekking heeft op het huis-onderwijswaaromtrent Spreker op-
merktdat de huis-onderwijzer van Hattem nog in de Gemeente isin den
omtrek van den Eijnden; ten tweede, betrekkehjk de schoollokalenenkele
dier lokalen zijn niet zeer zindelijk en toonen aan, dat zij slechts zelden
worden geraagdgaame zag hij, Voorzitter, dat de Eeden der Commissie
ook daaromtrent eenig toezigt hielden.
De Voorzitter stelt verder voor, om het verslag voor kennisgeving aan
te nemen. Daartoe wordt besloten.
4. Aan de Vergadering wordt als nu voorlezing gedaan van de navol
gende stukken, omtrent den afstand van dorpswegen en gronden:
a. Eene missive van den Minister van Finantien, dd. 9 Maart 1868,
waarbij wordt berigt, dat Zijne Excellentie bewilligt in den afstand
van het Perceel Grond naast het Baadhuis, zijnde Sectie D, n°. 1269
terwijl tevens wordt ingezonden het ontwerp eener overeenkomst
betreffende de overdragt aan de Gemeente van de wegen en de gronden
b. Een schrijven aan den Minister, waarbij wordt aangedrongen op
het gratis registreren en der overeenkomst
C. Een brief van gemelden Minister, waarbij het gratis registreren dier
acte wordt toegezegd.
De Voorzitter gelooft, dat het de bedoeling van den Raad zal zijn, alsnu
tot de ovemame te besluiten, en doet vooiiezen een tot dat einde ont-
worpen raadsbeslnit, luidende als volgt:
vDe Gemeentcraail van Haarlemmermeer",
»Gezien de missive van Zijne Excellentie den Heer Minister van Fi
nantien, dd. 22 January 1868, n°. 98, Kegistratie en Domeinen,
waarbij nogmaals wordt aangedrongen op de overneming door de Ge
meente van de strooken grond, bestemd voor wegen in de beide dorpen.
ALLE TOEZENDINGENBEDAKTIE EN UITGAVE BETBEFFENDE
te adresserea aan VAN BONGA C°. te Amsterdam.
(Uiterlijk Woensdag.)
PRIJS DER ADVERTENTiei*:
van 16 regels 75 Cent, elke regel meer 12/4 Cent.
Zegelregt bij elke plaatsing 35 Cent.
Gezien de missives van gemelden Heer Minister dd. 15 Februarij
en 9 Maart 1868, n°. 4 en 86, waarbij, op het dezerzijds daartoe ge
daan voorstel, ter tegemoetkoming in de kosten van het aanleggen
en onderhouden dier wegen, worden aangeboden eenige Perceelen Dorps -
grond, ter gezamenlijke grootte van 7,86.58 bunders;
Overwegende, dat het in het belang is der bewoners van de dorpen,
dat de wegen in die dorpen het eigendom worden van de gemeente,
en door haar worden onderhouden;
//Gelet op art. 137 der Gemeentewet;
Heeft besloten
//1°. Van den Staat der Nederlanden in eigendom aan te nemen de
Btrooken grond, bestemd voor wegen in de beide dorpen der gemeente,
zoo als die op bijgevoegde kaart zijn aangewezen door een vale kleur;
n 2°. Tot tegemoetkoming in de kosten van aanleg en onderhoud
dier wegen, van den Staat der Nederlanden aan te nemen de perceelen
Grond, op bijgevoegde kaart mede aangewezen door eene vale kleur, en
bij bet kadaster bekend als volgt: in sectie C, n°. 1219, groot bun
ders 0.24.66, n°. 1220, groot b. 0.24.20, n°. 1221, groot b. 0.24.20
en n°. 1222, groot b. 0.26.97; in sectie D, n°. 1259, groot bun
ders 0.35.37, n°. 1269, groot b. 0.21.25, n°. 1277, groot b. 34.06,
n°. 1278, groot b. 0.22.10 en n°. 1279, groot b. 0.22.50; in
sectie K, n°. 1324, groot bunders 0.27.96, n°. 1325, groot b. 0.27.86,
n°. 1326, groot b. 0.21.44, en n°. 1327, groot b. 0.23.92; in
sectie L, n°. 1197, groot bunders 0.31.24, en n°. 1198, groot
b. 0.34.06; in sectie E, n°. 642, groot bunders 0.22.68, n°. 643,
groot b. 0.26.45, n°. 644, groot b. 0.31.95, eu n°. 645, groot
b. 0.28.25; in sectie F, n°. 654, groot bunders 0.31.30; in
sectie M, n°. 1006, groot bunders 0,28.78, n°. 1007, groot b. 0.27.55,
n°. 1008, groot b. 0.29.72, n°. 1009, groot b. 0.30.38, n°. 1010,
groot b. 0.27.90, en n°. 1011, groot b. 0.27.25; in sectie N,
n°. 774, groot bunders 0.26.12, n°. 775, groot b. 0.14.48, en
n°. 776, groot b. 0.31.48; te zamer groot bunders 7.86.58;
n 3°. Door deze overeenkomst wordt te niet gedaan de acte van den
1 September 1866, houdende aankoop van gronden voor begraafplaats
in het Venneperdorp en voor een erf van bet Baadhuis in het Kruis-
dorp, aangegaan krachtens raadsbesluit van den 27 Julij 1866, goed
gekeurd bij besluit van Heeren Gedeputeerde Staten van Noord-Holland,
dd. 1 Augustus 1866, n°. 58;
//4°. Deze eigendoms-overgang geschiedt verder onder de voorwaar-
den, opgenomeu in de ontwerp-overeenkomst, bij dit besluit gevoegd;
n 5°. Dit besluit zal worden onderworpen aan de goedkeuring van
Heeren Gedeputeerde Staten van Noord-Holland.
u Gedaan te Haarlemmermeer, ter openbare Raads vergadering
van den 26 Maart 1868."
De Voorzitter stelt voor om dat besluit goed te keuren. Daartoe
wordt zonder boofdelijke stemming besloten.
5. De Voorzitter zegt, dat de Leden van den Raad, door de bijwoning
van bet in de vorige week gehouden examen over de leerlingen der Teeken-
school, over hunne vorderingen bebben kunnen oordeelendaaromtrent
wenscht hij Voorzitter alsnu te bebandelen de vraag: of men bet onderwijs
ook gedurende de zes zomermaanden zal voortzettenhetwelk aan bet Bestuur
der Teekenschool zeer wenschelijk is voorgekomen en door de leerlingen
wordt gewenscht. De behoeften voor de Teekenschool zijn voor een groot
gedeelte aangeschaft; nog enkele voorwerpen zijn echter noodig; daarvoor
en om bet onderwijs gedurende den zomer te kunnen voortzetten zou nog
ongeveer f 300 noodig zijndaartoe wordt dus door de Commissie voor
de school aan vraag gedaan. De Voorzitter opent de beraadslaging daar
omtrent.
De heer Verploegh vraagt, of bet onderwijs niet kan worden voortgezet
buiten den beer Funckler, en dus met minder kosten.
De Voorzitter antwoordt, dat de beer Buijn geene instrumenten bezit;
ook is er, zoo veel hij weet, geen hulp-onderwijzer in deze Gemeente, die in
de natuurkunde onderwijs kan geven.
Het is zeker wenschelijk daarop bij eene volgende vacature tc letten.
De heer Schone vraagt, boe groot het aantal leerlingen is.
De Voorzitter antwoordt 20.
De beer Schone vraagt of de aanvraag van f 300 alleen strekt tot voort-
zetting van het teeken-onderwijs dan wel om ook bet onderwijs in de na
tuurkunde voort te zetten.
Na dat die vraag, door den Voorzitter in laatstgemelden zin was be-
antwoord, zegt de beer Schone, dat bij het niet verantwoord zou achten
voor het andere deel der Gemeente om f 600 in dit jaar uit te geven alleen
voor bet gedeelte der Gemeente waaruit de leerlingen komen, zijnde het
Kruisdorp en omtrek.
De Voorzitter merkt aan, dat op de teekenschool ook leerlingen zijn
die aan bet Venneperdorp, den Lijnden, den Cruquius en den Sloterweg wonen.
De beer Dorbeck zegt vemomen te hebben, dat een groot gedeelte der
leerlingen van de teekenschool geen lust heeft in het onderwijs in de na
tuurkunde; maar wel in bet teekenen. Andere leden bevestigen zulks.
De beer van Riessen raadt aan, omhet onderwijs gedurende dezen zomer
in zijn geheel te behouden, zoo als het tot hiertoe werd gegeven, in afwach-
ting of zicb welligt later gelegenheid zal voordoen om het natuurkundig
gedeelte van bet onderwijs te geven op eene voor de kinderen meer duide-
lijke wijze.
De beer Dorbeck berbaalt, dat de leerlingen daarin geen lust bebben.
De Voorzitter meent, dat men niet moet vragen, waarin de leerlingen
lust bebben, maar wat nuttig is. Spreker zegt, dat ook bet Bestuur er op-
merkzaam op is geweest dat het natuurkundig onderwijs niet bevattelijk
genoeg was, maar men kan dan tocb trachten daarvoor iemand anders te vinden.
De beer Verploegh wil ook het natuurkundig onderwijs gedurende den
zomer laten rusten.
De Voorzitter zou wenschen bet te kunnen behouden ook om bet ver-
band niet te verbreken.
D§ heer Tensen acht de kosten van f 600 voor -20 leerlingen te groot
de Gemeente is er te weinig door gebaatvoor velen is de afstand te ver,
en deze kunnen dus bet onderwijs niet bij wonen.
De Voorzitter meent, dat bet getal leerlingen welligt kon vermeerderd
worden, en is er niet voor om de zaak nu weder in te trekken. De Ge
meente heeft meer dan 10,000 zielen; men kon er anders wel eens toe ver-
pligt worden.
De Heer van Riessen spreekt in gelijken zin, en gelooft dat aan de be-
zwaren van den beer Tensen kon worden tegemoet gekomen, door in bet
volgend jaar ook in Venneperdorp gelijkc gelegenheid open te stellen.
De beer Klapwijk stelt voor, om gedurende den zomer alleen onderwijs
in bet teekenen te doen geven, en dan geen natuurkunde te onderwijzen.
De beer van Riessen stelt voor, om bet onderwijs, zoo als tot hiertoe
werd gegeven, bet geheele jaar te doen voortzetten, en daartoe nog f 300
toe te staan.
Over beide voorstellen beraadslaagd wordende, zegt de beer Buijs te mec-
nen dat bet onderwijs' van den beer Funckler te boog is, en de leerlingen
het niet kunnen begrijpen, hetgeen door den Voorzitter, althans wat som-
mige leerlingen aangaat, wordt betwijfeld.
De beer Knaap vraagt, of de leerlingen de instrumenten later kunnen
missen, zoo neen, dan zullen ze die later zich tocb niet kunnen aanschaffen.
Spreker is het eens met den beer Klapwijk en is er tegen, om het natuur
kundig onderwijs voort te zetten; en gelooft ook niet dat het verpligtend
is om eene Teekenschool te bebben deze Gemeente maakt eene uitzondering.
De heer Schone zegt, dat hij na al hetgeen hij over deze zaak heeft ge
hoord, zal stemmen voor bet voorstel van den beer van Riessen, en zulks
omdat het voorstel slechts f 100 zijn eal voor de zes zomermaanden en
dan de proef voor een jaar genomen is.
De Voorzitter brengt als nu bet eerst in stemming bet voorstel van
den heer van Riessen om namelijk nog f 300 beschikbaar te stellen tot het
voortzetten van het onderwijs in teekenen en natuurkunde. Dit voorstel
wordt verworpen met zes tegen vijf stemmen.
Voor stemden de heeren: Buijs, Timmermans, van Riessen, Scbone en
van Vuuren.
Tegen de heeren: KnaapKlapwijkVerploeghDorbeckLanser en Tensen
Alsnu is aan de orde het voorstel van den heer Klapwijk om gedurende de
zomermaanden alleen onderwijs te geven in bet teekenenen niet in
natuurkunde.
De heer Dorbeck wenscht het voorstel van den beer Klapwijk aangevuld
te zien met de bepaling, dat daartoe f 150 zal worden beschikbaar gesteld.
Het voorstel van den beer Klapwijk, aangevuld zoo als door den beer
Dorbeck is voorgesteld, wordt bij stemming aangenomen met tien stemmen
tegen een. Tegen stemde de heer Tensen.
0. De Voorzitter zegt, dat bet reglement voor bet Burgerlijk Armbe
stuur, volgens art. 27 van bet reglement, voor den 1 Mei 1868 aan eene herzic-
ning moet worden onderworpen, dat hij deze zaak in de onlangs gehouden
Vergadering van het Armbestuur heeft ter sprake gebragt, docb dat gemeld
Bestuur geene veranderingen in dat reglement heeft voor te stellen; en
wenscht thans bet oordeel van de leden dezer Vergadering te verncmen.
Na dat eene korte gedachtenwisseling had plaats gebad omtrent het al of
niet wenschelijke van het herzien van het reglement, thans nu bet Armbe
stuur geene verandering wenscht, en nadat de Voorzitter enkele inlichtin-
gen, die gevraagd warcn, bad gegeven, stelt de Voorzitter voor bet regle
ment niet te wijzigen. Dienovereenkomstig wordt besloten zonder boofde
lijke stemming.
7- Nader gelezen het adres van mejufvrouw C. C. Besijn, vroedvrouw,
in het Kruisdorp woneude, verzoekende dat haar eenige tegemoetkoming
moge worden gegeven voor hulp, die door haar wordt verleend aan armen.
en tevens gelezen het daarop uitgebragt praeadvies van Burgemeester en
Wethouders, strekkende om op dat adres afwijzend te beschikken, omdat
voor de armen, die daartoe in de terrnen vielen, altijd consent is ge
geven door bet Burgerlijk Armbestuur en het bezoldigen van eene vroed
vrouw daarenboven dubbel nadeelig zou werken op de Finantien der Ge
meente, dewijl bet Burgerlijk Armbestuur dan niet zou kunnen teragvorde-
ren van andere Gemeenten de verloskundige hulp, aan elders armlastigen
vcrstrekt wordende.
Wordt overeenkomstig bet praeadvies van Burgemeester en Wethouders
afwijzend op gemeld Request beschikt.
8. Komt in behandeling eene missive van Dijkgraaf en Heemraden van
den Llaarlemmermeer-polder, waarbij wordt kennis gegeven dat de herstellin-
gen, die te doen zijn aan de brug over de Hoofdvaart bij Abbenes, zullen
bedragen f 810, terwijl, met het oog op dat belangrijk cijfer, in overwe-
ging wordt gegeven om tot geene herstelling over te gaan, maar de brug
te doen afbreken en de afbraak in het openbaar te verkoopen.
De Voorzitter deelt daarbij mede, dat de brug nieuw heeft gekost/699.
Na korte deliberate, wordt besloten de behandeling dezer zaak te verda-
gen tot de volgende Vergadering.
9- De Voorzitter betoogt in korte woorden bet wenschelijke van het
niet maken van strooijen of rieten daken op de gebouwen in de dorpen, en
dat daartegen door den Raad eene Verordening werd vastgesteld.
De Voorzitter legt tevens over een zoodanige ontworpen Verordening,
en stelt voor de verdere behandeling dezer zaak te verdagen tot de volgen-
de Vergadering. Daartoe wordt besloten.
10- De beer Knaap vraagt, boe bet staat met het proces omtrent bet
Raadhuis.
De Voorzitter antwoordt, dat beden morgen van den Procureur Kist
de mededeeling is ontvangen, dat door den Officier in zake contra de Heij,
is geconcludeerd tot toewijzing van zijnen eisch, en de uitspraak is bepaald
op 14 April.
De beer Knaap wenschte dat den Raadsleden werd berigt wannecr de
zaak werd behandeld; dan kan men zicb daarheen begeven.
De Voorzitter zegt, dat ook bij daarmede niet bekend is.
11. De heer Verploegh vraagt, of de heer Buijn vast traktement heeft
of op andere wijze wordt beloond.
De Voorzitter antwoordt, dat de belooning van den beer Buijn wordt
bepaald telkens bij de bestekken van aanbesteding.