150
Ciemeng'de ISerigten.
SH-BfflS
Vruchtbare Schapen.
Dood van frenle Alexine Tinne.
maand Junij of Julij te zijnterwijl ook de hooilandenhoe
wel onlangs voor de tweede keer gemaaidthans weder zeer
goed met gras bezet zijn. Er wordt nog steeds veel boter
gekarnd. Op de prijzen heeft dit echter weinig of geen in
vloeddaar deze steeds zeer hoog blijven.
Leeuwarden, 10 Sept. De onder het rundvee heerscheude
tongblaar is tot in de omstreken onzer gerneente doorgedron
gen; de veemarkt van heden was dientengevolge gekenmerkt
door lusteloozer stemming en Iagere prijzen dan men hier in
den laatsten tijd gewoon was.
Wijhe, 12 Sept. Ofschoon uit verschillende gemeenten
van dit gewest gemeld wordt dat het mond- en klaauwzeer
onder het vee heerschtkunnen vvij van hier mededeelendat
de veestapel in den besten welstand verkeerten dat het vee
dit jaar bij uitstek gunstig medevalt.
Windesheim 11 Sept. Men verneemt dat op het Kam
pereilandgemeente Kampenbij een landbouwerzicb het
mond- en klaauwzeer onder het vee heeft vertoond. Verschei-
dene runderen zijn er aangetast.
Op de drie-en-twintigste algemeene vergadering der Eol-
landsche Maatschappij van Landbouw kwam, na eenige andere
punten, punt VII in behandeling, waaronder de varkensziekte
en aangewende middelen daartegen. De president deelde de
vergadering mede, dat een der tegenwoordig zijnde leden reeds
drie jaren lang verschillende landbouwers een middel had aan
de hand gedaan ter voorkoming der gewone varkensziekte,
dat dat middel steeds met den besten uitslag was bekroond
in elke streek en bij ieder landbouwer die het had toegediend.
De president vroeg of iemand hieromtrent het woord verlangde,
toen na eenige oogenblikken zich de heer D. Munnikhuis be-
kend maakte als bezitter van dit voortreffelijk middelen de
gunstige uitkomsten hier en daar verkregen verhaalde; de per-
sonen door den heer D. Munnikhuis genoemdwaren bijna
bij ieder die de vergadering bijwoonde bekendook verklaarde
hij zich bereid om den leden van de afdeeling kosteloos zijn
middel te verstrekken. Door den president werd den heer D.
Munnikhuis dank gezegd voor dit zoo belangrijk berigt voor
den landbouw later werd evenwel bij den heer D. Munnikhuis
aangedrongen om voor de leden der afdeeling niet alleen, maar
voor Zuid- zoowel als voor Noord-Holland zijn middelen be-
schikbaar te stellen hetgeen door hem bereidwillig werd ge
daan; hij verzocht daarom den afgevaardigden hiervan kennis
te geven op de algemeene vergadering op Donderdag den 80
September a. s. Het doet ons evenwel genoegen dat de heer
D. Munnikhuis voor een ieder zijne middelen tegen een zeer
lagen prijs beschikbaar stelt. Wij vertrouwen dat, daar met
de nuttigheid de goedkoopte gepaard gaatieder landbouwer
dit middel even als de andere nuttige middelen in den land
bouw onontbeerlijk zal bevinden.
Haklingen, 18 Sept, In de afgeloopen week zijn van hier
o. a. uitgevoerd7439 kwart vaten boter, 6850 edammer-
en 6750 kanterkazen207 runderen, 108 kalveren363
varkens, 978 scbapen, 75 balen vlas, 33J last haver, 60
pak gezouten huiden, enz.
Met een der stoombooten van de Steam Navigation Company
werden Zaturdag jl. van Rotterdam naar Londen vervoerd
1400 schapen, 400 varkens en een aantal manden pluimge-
dierte. De behandeling die dit vee op zee rhoest ondervin-
den, was zoo slecht, dat de Times daarover in een opstel
aan zijne verbolgenheid lucht geeft, terwijl in een andere
kolom van dat blad over dit feit de zeer regtmatige klagten
van een ooggetuige voorkomen. De schapen waren zoodanig
opeengepakt, dat de matrozen over de ruggen van de dieren
liepen. De veedrijvers, wel verre van mededoogen te hebben
met het vee dat aan hunne zorgen was toevertrouwd begingen
allerlei wreedheden en scbenen er zeker vermaak in te schep-
pen de hongerende en dorstende schapen te slaan. Toen de
stoomboot ten laatste Blackwall had bereikt, werd het vee
nog erger mishandeld. De schapen toch werden met geweld
gedwongen over' een schuine plank aan wal te gaan. Vielen
zij op het vuile glibberige seheepsdekdan werden zij zoolang
met dikke stokken geslagen tot dat zij weder opstonden. Een
der matrozen vooral vond er genoegen in een hond op de
vreesachtige schapen aan te hitsenterwijl hij voor afwisse-
ling een varken met geweld door een opening trachtte te drijven,
die veel te naauw was voor het ligchaam van het dier. Van
Blackwall werden de schapen voor 24 uren in een veld ge-
dreven, om des Maandags te worden verkocht.
De Times acht het in de hoogste mate ergerlijkdat een'
groot gedeelte van het ingevoerde vee elke week op die wijze
wordt overgebragt. Als men bedenkt dat bovenstaande too-
neelen voorvielen aan boord van een passagiersbootdan zou
men mogen aannemen dat het aan boord van een veeboot nog
veel erger toegaat. De Times noemt zoodanige behandeling
van het vee niet alleen gruwelijk en onmenschelijkmaar acht
het zelfs zeer waarschijnlijk dat daardoor epidemische ziekten
zeer worden bevorderd. Dat de stoomboot-maatschappij zulk
eene handeling gedoogt wordt door het blad zeer betreurd;
zij behoorde zoodanige maatregelen te nemen dat de matrozen
niet over de ruggen der dieren konden loopen. De Times
acht dan ook de directie en de officieren der boot even schul-
dig aan het brutaal geweld op redeloos vee gepleegd als de
matrozen en de veedrijvers. Indien de directie er evenwel
geen einde aan maakt en zoodanige behandeling voortaan niet
beletdan dient de wet tusschen beide te treden. De Privy
Council toch is bij magte om maatregelen te nemenwaardoor
aan het vee op de zeereis voldoende voedsel en water verze-
kerd en het voor mishandeling gevrijwaard wordt. Het is
thans pligtzegt de Times ten slotte, dat zoodanige maatre
gelen worden toegepast.
Op eene pachthoeve te Leeds in Engeland waren twee var
kens gebeten door een dollen honddie onmiddellijk werd
afgemaakt. Het varken, dat een aanmerkelijken beet gekregen
hadgaf eenige teekenen van varkensdolheidzoodat het
denzelfden weg moest volgen als de hond en begraven werd
eerst veertien dagen geleden begon" ook het tweede varken
onrustig te worden. Te vergeefs trachtte men het te geuezen,
in zijn hok maakte het allerlei woedende bewegingenzoodat
men het arrae dier door afmaking eene weldaad bewees. De
beide varkenszeer zwaar voor zij gebeten warenwaren
sedert vbrmagerd en ontvleescht.
De heer Benjamin Thomaslandbouwerte Penbach in
Carmarthenshire, bezit eene ooi van gemengd ras, die in
Januarij 1868 vijf lammeren tegelijk wierp, en in December
laatstledenweder drie, hetgeen in den tijd van een jaar acht
lammeren uitmaakt. Een der eerstgenoemde lammeren stierf
kort na de geboorte, maar de zeven andere zijn met de moeder
gezond en in goeden staat. Deze soort van schapen schijnt
buitengewoon vruchtbaar te zijnwant een andere landbou
wer op eene hoeve in de buurtverkreeg in 1867 elf lammeren
van twee ooijen van dezelfde soort binnen een jaar, en in de
meeste gevallen krijgt men tweelingen. Deze schapen werpen
ook veel vroeger dan de edeler rassenen in dat opzigtzijn
zij dus veel waard. Zij zijn klein maar het vleesch is voor
treffelijk. Een ander voordeel isdat zij zelden door eenige
kwaal worden aangetast, en dat zij aanzienlijk veel wol geven.
Van gemengd ras zijnde, verschillen zij in meerdere opzigten
van de inlandsche bergschapen. De slagers in Engeland
koopen ze gaarnein waarheid verkiezen zij ze boven edeler
rassen,'- een bewijs, dat hunne kalanten ze gaarne hebben.
In de Kiiln. Zeit. leest men omtrent dit feit het volgende: „Uit
een brief van den heer Rossi, den oostenrijkschen konsul te Tripoli,
blijkt, dat freule Tinne het slagtoffer is geworden van een twist tus
schen de verschillende stammen der Touaregs. Zij had zich dadelijk
bij hare aankomst te Mourzouk onder de bescherming gesteld van
Ichnonchen, het magtigste opperhoofd der Touaregs van de omstreken
van Ghat, en zij had hem eeu eskorte verzocht, om zich te begeven
naar het hoofdverblijf van zijnen stam, alwaar zij den zomer wilde
doorbrengen. Ichnonchen verleende haar zijne besehwming en zond
haar het gevraagde eskorte, hetwelk echter was zamengesteld uit
lieden, die op Ichnonchen zeer ontevreden waren, en wel ten gevolge
van een vrede, dien hij met een ander opperhoofd gesloten had,
waarbij hij hunne belangen niet genoeg in het oog had gehouden.
Zij wisten hunne vijandige gevoelens te verbergen, maar waren op
wraak bedacht, en meenden daaraan op geene schitterender wijze
te kunnen voldoen dan door het vermoorden van haar, die hun
door Ichnonchen was aanbevolen. Freule Tinne vermoedde niets van
deze twisten; wel had de turksche gouverneur van Mourzouk daar-
van kennis moeten dragen, en deze had haar behooren te waar-
schuwen zich niet op zulk een onrustig gebied te wagen. Fr;ule
Tinne vertrouwde zich onbezorgd aan de bende toe, die zij voor
een veilig geleide hield, en reisde naar Schara, drie of vier dagen
van Mourzouk verwijderd, en vervolgens naar Birgnig, alwaar zij
reeds buiten het turksche gebied was. Hier werd het moorddadige
plan volvoerd, en behalve freule Tinne werden nog twee andere Neder-
landers gedood, een matroos van het jagt, hetwelk zij verkocht had,
en een knaap, de zoon van een anderen matroos: de eenige Europe-
anen die bij haar gebleven waren. A1 hare goederen, waaronder eene
kameel-lading thalers van Maria Theresia (de meest gangbare uiunt
in de binnenlanden) werden onder de moordenaars verdeeld. Volgens
een brief van den heer Chapman, den engelschen viee-konsul te
Bengazi, zouden de Touaregs, die het eskorte uitmaakten, freule
Tinne uit den weg hebben willen ruimen, omdat zij hun hin-
derlijk was in een strooptogt, dien zij tegen een naburigen stam
wilden ondernemen. De broeder van den aanvoerder van het geleide
was door dien stam vermoord, en om dien moord te wreken, zou
die aanvoerder het plan gevormd hebben, een omweg van ongeveer
een maand te maken en op dezen strooptogt de hem toevertrouwde
reizigers mede te nemen. Toen freule Tinne zich daartegen verzette,
zich op de bevelen van Ichnonchen beriep en met diens toorn dreigde,
zou men haar geantwoord hebben, dat men zieh niet veel om
Ichnonchen bekommerde, maar integendeel gegronde redenen van
ontevredenheid tegen hem had. Volgens het berigt, zou de wensch
om zieh op Ichnonchen te wreken het eerst bij deze gelegenheid-bij
het geleide zijn opgekomen. De Touaregs droegen echter zorg
hun schandelijk plan niet te verradenzij behandelden freule
Tinne met groote oplettendheid, tot dat zij zieh buiten het turksche
gebied en geheel in hunne magt bevond. Deu dag na hare komst
te Birgnig, toen de kameelen werden beladen, werd de aanslag vol-
bragt. Er ontstond een twist tusschen de kameeldrijvers, dien de
twee Nederlanders wilden bijleggen; deze verzuimden in den haast
hunne wapenen mede te nemen. Freule Tinne bleef voor hare tent
staan, omringd door de hoofdeu der Touaregs. Toen de twist heviger
werd, wilde zij zelve zich daarheen begeven, en ging naar de
kameeldrijvers toe. Dit oogenblik werd door het opperhoofd, die
achter haar stond, gebruikt om haar met zijn zwaard te treffen.
Zij liet een luiden gil hooren en zonk toen levenloos ter aarde. De
twee Nederlanders wilden, bij het hooren van den kreet hunner
meesteres, spoedig hunne wapenen uit de tenten halenmaar zij
werden neergeveldvoordat zij de tenten konden bereiken. Nu
vielen de moordenaars op den buit aan. Eerst braken zij deijzereu
waterkisten open, in de meening dat deze goud of zilver inhielden;
zij zagen zich bedrogen en dreigden nu een strooptogt naar Mourzouk
te zuDen ondernemen, om de bagage te bemagtigen, die aldaar was
achtergebleven. De negers van freule Tinne, ten getale van 50 tot
70, werden niet alien tot slaven gemaakt, maar alleen dejongsten,
en van de negerinnen de schoonsteno. a. eene kleine negerin,
nog bijna een kind, die door freule Tinne altijd met groote voorliefde
behandeld werd. De overige negers, die vrijgelaten werden, hebben
het berigt van den moord te Mourzouk medegedeeld."
Bij den jl. Zondag geheersclit hebbenden slorm was in de goot van
een huis aan het Wesl-Nieuwland te Rotterdamliet lood door den fellen
wind opgerold, en daar men hevreesd was, dat daardoor ongelukken
zouden ontstaan, verzocht men een schoorsteenveger, -een jongeling van
24 jaren, daarin te voorziendoch hij werd na weinige oogenblikken,
nadat hjj zich op het dak bevond, door een rukwind opgenomen en op
de straat geworpen. Met liefde en zorg onmiddellijk ten huize waar hij
werkte opgenomen, Week hij echter weldra een lijk te zijn. De onge-
lukkige, een Italiaan, kwam juist van de godsdienstoefening en had zich
onderscheidenc jaren als ijverig in zijn vak doen kennen.
Uit Klarenbeekbij Voorst, meldt men het overlijden van de wed.
Davenesk, in den ouderdom van 79 jaren. Zij was eene marketentster
van het jaar 1812. In 1807 gehuwd, maakte zij den krijgstogt naar
nusland mede, waar al hare kinderen, op een zoon nadoor vermoeije-
nis en ontbering stierven. Den slag bij Leipzig heeft zij mede bijgewoond,
en bij die gelegenheid werd zij zoodanig gevvond, dat zij sede'rt het ge-
bruik van hare beenen miste.
Te Nieuwediep is een sloep, .vaarin vier mannen het binnenkomen
van schepen gingen afwachten, daar de zee nog al onstuimig was, onderste
boven geslagen, en de schippers zouden gewis verdronken zijn, als niet
een tweede vaartuig, met hetzelfde doel uitgezeild, zich in hunne nabij-
heid had bevondenaan wier schippers het gelukte drie hunner kamera-
den te redden, doch de vierde zonk voor hunne oogen in de diepteweg.
Deze laat vrouw en kind na.
Drie jongelieden uit Brussel hebben per velocipede den weg van
Brussel naar Parijs in twee dagen afgeiegd. Zaturdag morgen zijn zij te
Charleville aangekomen, komende van Parijs, van waar zij altijd op het
zelfde voertuigin den namiddag naar Dinant (Namen) zijn vertrokken
waar zij den nacht dachten door te brengen.
In een kolenmijn bij Plymouth in Pensylvania is een brand uitge-
barstenwaardoor 202 mijnwerkers gestikt zijn. Deze lieden waren pas
denzelfden morgen, na een langdurige werkstaking, tot den arbeid terug-
gekeerd.
In het Crossener Wochenblatt leest men de volgende advertentie:
»Heden rood, morgen dood. Zoo ging het mijne vrouw, die voor acht
dagen nog over stoelen en tafels sprong en gisteren reeds begraven werd,
ten minste haar stoffclijk deel. Gedurcnde ons huwelijk was zij een vro-
lijk wijfje, dat zich evenwel geen knollen voor citroenen liet verkoopen.
Daarom kan ieder mijn smart begrijpen. Zoo jong en levenslustig en nu
reeds begraven»Wat is het menschelijk leven!" zeide ik dezer dagen,
ook gisteren nog, op het kerkhof, toen ik den doodgraver betaalde die
mij beloofd heeft het graf in orde te zullen houden. Zoo'n vrolijke vrouw
vind ik nooit terug. Ik hoop dat de genadige hemel ieder voor zulk
een verlies beware en bedank vriendelijk voor de toezending derbloeinen
en den heer cantor voor zijn graflieddat mij door merg en been ging
het werd heel goed gezongen. Ackermann, mr. Slotenmaker."
In hot Victoria-Theater, te Beriijn is een verschrikkelijk ongeluk
gebeurd. Toen men bezig was het derde bedrijf van het tooneelspel
Reichsgrafin Gisela te speien geraakte het gazen kleed van mej. Fricke,
een jeugdige danseuse, in vlam, ten gevolge van hare onvoorzigtigheid, dat
zij op den grond had geworpen een door haar aan het gaslicht ontstoken
papier. De vlam deelde zich ook mede aan het gazen kleed van mej.
Ella Tomniel, en de twee korislen werden zoodanig met brandwonden
overdekt, dat eerstgenoemde eenige uren later, ten huize harer ouders,
stierf en mej. Tommel in hopeloozen toestand naar het ziekenhuis ver
voerd werd, alwaar zij, naar men verwacht, ook wel zalsterven.
De volgende anekdote vindt men in den Gaulois »De zoon van
een rijk koopman van Parijs was op eene figurante van het theater ver-
liefd geworden. De vader, die het spel van zijnen zoon met een wakend
oog gadesloeg, vond weldra dat dit niet kon blijven duren. Hij deed den
verliefden jongeling bij zich komen gebood hem alle betrekking met die
juffer af te breken, en om meer zekerheid hiervan te hebben, zond hij
hem in de omstreken van Versaillesbij een priester. De jongeling was
beleefd en in weinige dagen had hij zich de vriendschap van den goeden
man verworven. Hij wist zich zoo stii en zoo goed te gedragen, dat hij
weldra vergunning verkreeg een zijner makkers van Parijs bij zich te
noodigen. Den volgenden dag kwam er inderdaad een fraai jongeling bij
den priester aan. Hij wierp zich in de armen van zijnen rnakker, en
den ganschen dag hadden zij elkander zoo omhelsddat de pastoor zich
de handen van tevredenheid wreef. En dit was zoo alle dagenDe
jongeling was weldra liet kind van den huize en onze geestelijke maakte
er een misdienaar van. Eenigen tijd later kwam de koopman zijnen ouden
vriend den pastoor en zijnen zoon bezoeken. Niemand was te huis. Hij
treedt in de kerk. De priester was aan het lezen van de mis. Verbeeldt
u de verwondering van den koopman, toen hij in den misdienaar de
kleine figurante van het tooneel, de minnares van zijnen zoon herkende!"
-Een brief uit Cherbourg, door het officiele regeringsblad en andere
dagbladen van Parijs opgenomen, meldt het volgende: »Tien dagen lag
het amerikaansche fregat Sabine op onze reede. Een scheepsjongendoor
een officier met eene taak in het ruim belast zijnde, vond er eene lont,
aan het eene eind aangestoken en met het andere einde in de kruidkamer
reikend. De lont werd tijdig gebluscht; eenige minuten later zou het
schip in de lucht gevlogen zijn Bij onderzoek bleek dat eene zamen-
zwering bestond tot vernieling van het vaartuig; de zamengezworenen
wilden wraak oefenen ten koste ook van hun eigen leven. Deswege wer
den 22 matrozen in boeijen geslagen, en 7 hunner veroordeeld om dadelijk
te worden opgeknoopt. De bevelhebber van het fregat vroeg van de
overheid te Cherbourg vergunning om dit vonnis binnen'het franschezee-
gebied uit te voerendeze werd geweigerd. De Sabine ligtte toen het'
anker; en naauwelijks was zij buiten de reede of er hingen zeven matro
zen aan de ra Van deze strenge slrafoefening zijn eenige hier te huis
behoorende schippers getuigen geweest."
Een voornaam personaadje, een prins, stond bekend als een man
van middeleeuwschen trots. Op zekeren dag wandelde hij door het dorp,
in welks nabijheid zijn uitgeslrekte eigendommen gelegen waren, en op
die wandeling ontmoette hij een boer, die veel werk had om een varken
voort te drijven. Toen de landman den hoogen heer zag aankomen bleef
hij staan en keek hem aan zonder te groeten. Kent gij mij niet? -
vroeg de prins. - Jawel,. - antwoordde de andere. - Hoe heet ik dan?~
Gij zijt mijnheer de prins. - Zoo, en waarom neemt gij dan uw pet niet
af als gij mij ziet? - Dat wilde ik juist doen, mijnheer - zeide do boer -
als gij maar zoo goed wilt zijn om even mijn varken vast te houden,
want dat dier is mij reeds tweemaal weggeloopen.
To Parijs is onlangs ter aarde besteld het stoffelijk overschot van
den honing der voddenrapers"bekend geweest onder den naam van
»pere I'Epingle." Meer dan twaalf honderd voddenrapers volgden het
lijk, en door drie hunner werden toespraken gehouden op het graf van
hunnen kollega. Niemand heeft ooit kunnen vernemen wie »pere 1' E-
pingle" was en van waar hij was gekomen. Onder de peluw van zijn bed
vond men eenige papieren met het opschriftuna mijnen dood te ver-
brandenj" dit geschiedde. Om zijnen hals droeg hij een medaillon met
het miniatuurportret van de treurspelspeelster Rachel. Hij woonde op
het »ApeneiIand", en wanneer soms een der bewoners van die huurt in
nood verkeerde, verwijderde »pere I'Epingle" zich, en na verloop van
eenige uren kwam hij met geld .terug. Hij was inderdaad de konirig van
zijne wijken zijne onderdanen eerden en achtten hem. Hij regelde hunne
zaken legde hunne geschillen bij en strafte hen voor hunne misdrijven.
Een dief werd dadelijk vervallen verklaard als lid van de voddenfapers-
vereeniging en voor altoos verhannen. Hij bereidde zelf de geneesmidde-
len welke hij noodig had, en gaf ze kosteloos aan anderen. De boeken
welke hij hezat leende hij uit, en 's avonds leerde hij de kinderen lezen.
Een Mexicaan heeft, uit dankbaarheid voor de afschafflng der sla-
vernij in de Vereenigde Staten van Noord-Amerika, incognito aan president
Grant, generaal Sherman, den ex-minister Seward, en de weduwe van
president Lincoln zeer kostbare geschenken in zilver gezonden. Onder de
geschenken voor don president is een koffijservies uit 36 stukken be-
staande en voortreffelijk bearbeid.
Te Chicago werd op een avond, in een duistere en cenzame straat,
een burger aangesproken door iemand, die hem een stuk papier voor
den neus hield, met verzoek hem den inhoud bij de naaste lantaarn voor
te lezen. De aangesprokene voldoet daaraan en leest bet volgende: »Wan-