I
206 -
Omlerzoek naar de voedings- en mestwaarde van Koeken,
uit kapokpitten en katoenzaad gestagen,
Gemengde Berigten.
REGTSZAKEN.
maar de moeder- of roomsche komijn; dit gewas wa8 wel van
ondergeschikt belang, maar behoorde toch nog tot de veld-
gewassen dit zaad diende zoowel otn het brood als om andere
spijzen te kruiden.
De kornkommers uit Egvpte zijn grooter, zoeter en ligter te
verteren dan de onze; in Syrie worden ze met schil en aleven
als appelen gegeten. Dat ze ook in Palestina met zorg ge-
kweekt werdenblijkt daaruit, dat in de tuinen hutten ge-
plaatst waren voor hen die er's Dachts de wacht over hadden.
De munte was de gewone pepermuntdie nog in Griekenland
gekweekt wordt.
De dille onderscheidt zich bijna niet van onze venkelter-
wijl beide gewassen, even als de ruit of wijnruit, als toekruid
bij de spijzen gebezigd werden.
Dat deze drie laatste gewassen slechts op kleine schaal en
in de tuinen gekweekt werden bewijst het verwijt door Jezus
aan de Pharizeeen gedaan, dat ze zelfs van die onbeduidende
kruiden tiend betaalden maar het gewigtigste deel der wet over
't hoofd zagen. (Matth. XXIII vs. 23. Luk. XI vs. 42.)
De ziekten van het graan waarvan men in de H. S. melding
gemaakt vindt, waren: bet brandkoren en de honigdauw.
De eerste ontstond door den gloeijenden oostenwind, die de
aren verzengde en deed verdorrende tweede werd toegeschre-
ven aan een' zekeren wind, die in de maand November waaide
en schadelijk was voor het koren dat dan gezaaid werd; de aren
waren dan goudgeel en er zetten zich geen korrels in. Met beide
deze ziekten werden de Israelieten meermalen bedreigd tot straf
voor hunne zonden.
Dat wij onder honigdauw eene geheel andere ziekte van het
graan verstaanzal wel niet behoeven gezegd te worden.
NieuwveenWintermaand 1969.
door G. Reinders Dz.
(Overgenomen uit het Tijdschrift De Volksvlijl.")
In den winter van 1867 op 1868 werden mij door den heer
Jacob Vis Pz.fabriekant te Zaandijk, koeken gezonden, met
verzoek om daarvan eene analyse te doen en de voedings- en
mestwaarde aan te geven in vergelijking met lijnkoeken. Toen
ik later vernam dat deze koeken waren geslagen uit kapokpitten,
kwam het mij niet onbelangrijk voor om ze tevens te vergelijken
met koeken uit katoenzaad geslagen, welke tegenwoordig onder
anderen door den heer van Calcar, te Hoogezand, in den handel
worden gebragt.
De kapokpitten zijn afkomstig van den kapokboomErioden-
dron anfractuosumuit de familie Bombaceenwaartoe ook de
bekende reus uit de plantenwereldde Baobab of Apenbrood-
boomAdansonia digitata, behoort. Deze boom, die vooral op
Java inheemsch is, doch zich van daar ook verspreid heeft over
de naburige eilanden, heeft omstreeks de grootte van een noten-
boommet zeven- tot acht- en negen-tallige bladerendie aan
lange stelen gehecht zijn. De noten, die hij draagt, zijn van
binnen met wol bekleed en gevulden daartusschen bevinden
zich de zaden, die echler niet, zoo als in de gewone katoen-
vrucht, aan de katoenvezels vastgehecht zijn, maar er los
tusschen in liggen. De zaden kunnen dus gemakkelijk van de
wol gescheiden worden. Volgens Rumphius, in het Amboimche
Kruidboek, gesehiedt dit aldusMen doet de wol met korrels
en al in een vat en roert ze met een stokje, waaraan van onderen
een kruis zit, snel om. De wol vliegt dan in de gedaante van
fijne vlokken naar boven, en de korrels valien op den bodem
van het vat.
De zaden, de kapokpitten of korrels natnelijk, worden door
de inlanders hier en daar gegeten zoowel raauw als een weinig
geroosterd tot dat het buitenste omhulsel barst. De binnenste
kern is zoet en niet onaangenaam van smaak. Rumphius waar-
schuwt tegen het gebruik, omdat zij de darmen glad maken
en een' bloedloop verwekken zouden."
De koeken van deze zaden die mij door den heer Vis wer
den toegezonden, hadden eene donkerbruine kleur, waren op het
gevoel tamelijk hard en niet zeer gemakkelijk stuk te hreken.
De katoenzaadkoeken worden geslagen uit het zaad van de
gewone katoenstruik of Gossypium-soorten. Sedert jaren worden
deze zaden in Engeland ingevoerd. De bieruit geperste olie
wordt meer of minder gezuiverd en tot dezelfde doeleinden
gebruikt als andere olienterwijl men de koeken tot veevoeder
aanwendt.
Sedert den amerikaanschen oorlog tusschen de Zuidelijke en
Noordelijke Statenis de aanbonw van katoen in andere stre-
ken, en vooral in Egypte, uitgebreiden van daar schijnt de
invoer van de katoenpitten vermeerderd te zijn niet alleen in
Engeland maar ook in vele andere landen van Europa en
eveneens in Nederland. De katoenkoekendoor mij onder-
zocht, waren dan ook afkomstig van Egyptisch zaad en in de
fabriek van den heer C. van Calcar te Hoogezand geslagen.
De katoen- en kapokpitten hebben veel overeenkomst met
elkander. Beiden bezitten een op het gevoel meelachtige en
oliehoudende kern in een hard omhulsel. De katoenzaden zijn
echter grooter dan de kapokpitten; want terwijl de eerste on-
geveer de grootte hebben van eene graauwe erwt, zijn de
laatste lets kleiner dan eene gele. Zoo als wij reeds gezegd
hebben, hechten de katoenvezels nan het katoenzaad vast en
kunnen er niet geheel van verwijderd wordenterwijl men de
kapokpitten daarentegen geheel vry van de vezels verkrijgt.
De zamenstelling der koeken, zoo als die door mij gevon-
deu werd, is op honderd deelen de volgende
Koeken Koeken
van kapokpitten. van katoenzaad.
Water13.28 12.6
Olie (vet)5.82 6.36
Eiwitstoffen26.34 20.62
Plantenslijm, zetmeelsuiker, enz. 19.92 35.42
Ruwe vezelstof28.12 20.36
Asch6.52 5.64
Ter vergelijking volgt hier een overzigt der gemiddelde za
menstelling van eenige andere soorten van oliekoeken bevat-
tende op honderd deelen
Lijnkoek. Raapkoek. Dederkoek.
Beukenpitkoek.
10.25
8.43
6.15
11.10
8.60
8.18
Eiwitstoffen28
31.88
26.15
24.39
Plantenslijmzetmeel
suiker, enz. .31.6
28.11
34.42
25.78
Ruwe vezelstof 11
11.83
12.56
36.50
Asch7.9
6.84
9.80
5.15
Terwijl de hoeveelheden
olie, eiwitstoffen,
plantenslijm
zetmeel, suiker, enz. grootendeels de voedingswaarde van de
eene of andere plantaardige stof bepalen, zoo kan het inzien
van dit tafeltje ons eenigzins over de betrekkelijke waarde van
de onderzochte koeken doen oordeelen. Het is toch blijkbaar
dat zij minder waard zijn dan lijn-, raap- of dederkoekenen
meer in waarde zullen overeenkomen met koeken uit beuken-
pitten geslagen doch door welke getallen de waarde van deze
koeken in vergelijking met de anderen kan uitgedrukt worden,
is moeijelijk te zeggen.
Neemt men met Grouven aan dat als
100 kilogr. gra9hooi2.52 gulden kosten, en aan
1 u eiwitstoffen 0.091
1 olie of vet0.113 u
1 f plantenslijm, zetmeel, suiker, enz. 0.034 n waarde mag gege-
ven worden, dan krijgt men voor:
100 kilograminen Kapokpitkoeken bevattende
eiwitstoffen26.34 kilogr.tegen 0.091 gulden 2.40 gulden,
olie5.82 n n 0.113 u 0.66 h
plantenslijmenz. 19.92 t, 0.034 n 0.63 u
eene waarde van 3.74 gulden.
100 kilogrammen Katoenkoeken bevattende
eiwitstoffen. 20.62 kilogr.tegen 0.091 gulden 1.88 gulden,
olie6.36 0.113 0.72
plantenslijm, enz. 35.42 h 0.034 u 1.20 u
eene waarde van 3.80 gulden.
Maakt men dezelfde berekening voor andere koeken dan zullen
100 kilogr. lijnkoeken. 4.75 gulden,
100 h ^raapkoeken 5.11 n
100 u dederkoeken. 4.52 u
100 u beukenpitkoeken. 4.01 n waarde hebben.
De betrekkelijke handelsprijzen komen echter hierrnede geens-
zins overeen. Niet alleen is dit het geval met den prijs van
grashooi in vergelijking met dien der koeken, maar ook met
de prijzen der koeken onderling. In de provincie Groningen
althans wordt voor de lijnkoeken altijd veel meer betaald dan
voor de raapkoeken, terwijl, volgens de berekening naar Dr.
Grouven, voor de raapkoeken meer besteed zoude moeten worden.
Vervolg en Slot hierna.)
Uit Pasoeroean wordt van 30 Oktober het volgende gerneld: Op
de reede alhier is eergisteren des avonds ten 5 ure een treurig
ongeluk gebeurd. De ligtmatroos Siebrand Oosterloo, oud 18 jaren,
van het nederlandsch schip Koning Willem II, gezagvoerder Besseling,
na de werkzaamheden zich willende baden, sprong over boord. Kort
daarop hoorde men een schri euwde bootsman dit hoorende, was
op het punt over boord te springen, denkende dat de matroos kramp
had gekregen, doch ontwaarde twee groote haaijen, die den ongeluk -
kige naar de diepte trokkenweinige oogenblikken later zag men
het verminkte lijk weder boven drijven, dat men onmiddellijk met
de grootste inspanning ophaalde en bevond dat een been met een
gedeelte der ingewanden en een arm er aan ontbraken.
Uit de omstreken van Kaijoe-Tanam schrijft men van Oktober 11.:
„In de groote en uitgestrekte bosschen van Loeboeh-Along en om
streken worden geheele troepen van apen aangetroffen, die veel sehade
doen aan de arrne bewoners dier bosschen, welke zich bezig houden
met het planten van groenten enz., en alzoo een moestuin (ladang)
aanleggen, welker opbrengst zij verkoopen, om zoo doende in hun
dagelijksch onderhoud te voorzien. De ladangs worden meestal
in groote bosschen aangetroffen, alwaar de grond beter en meer
vruchtbaar is. In de maand September jl. werd de ladang van een
maleier, beplant met padie en djagoeng, door een troep apen (baroek's)
verwoest. De man, zijn ladang zoo verwoest ziende, bedacht een
list, maakte een val en vond den volgenden dag twee van de dieven,
die hij uit den val haalde en levend den kop vdde. Daarna liet hij
de beesten los, die zich terstond uit de voeten maakten en naar
hunne kameraden in het bosch gingen. Toen deze de twee vrienden
zoo gehavend zagen terugkomen, nam de geheele troep de vlugt,
en na dien tijd hebben de bovenbedoelde man en de andere bosch-
bewoners geen last meer gehad van die lastige dagdieven."
De hevige orkaan die onlangs woedde, heeft op vele plaatsen zeer
veel sehade aangerigtzoo is te Texel zelfs een landbouwerswoning in-
gestort, en de hewoner, een grijsaard van 87 jaren, raakte onder het
puin bedolven, doch door spoedige hulp is het gelukt hem van den dood
te bewaren. In de nabijheid van Bolsward is een watermolen tegen den
grond geslagen terwijl in Tjalhuizum de kap van een boerenwoning is
weggerukt. De barometerstand was builengewoon laag en teekende zelfs
hevigen storm.
De boogste prijs van 250,000 florijnen is op den 1 dezer, bij de
trekking der oostenrijksche loten 1864, ten deel gevallen aan den heer
Weiner, makelaar in paarden, die het lot, het eenige dat hij kocht,
daags voor de trekking gekocht had.
T. J. Rijgersberg, te 'sHage, heeft op den onvergetelijken dag van
17 November, ter viering van het voor hem dubbele feest, zijn verjaar-
dag en de herinnering aan het herstel van de onafhankelijkheid zijns
vaderlandsden koning en Zijnen familieleden een morgendronk aange-
boden in zijne kwaliteit van melkboer Het glaswaaruit Z. M. dezen
dronk bad genoten werd den olijken melkboer, minzaam als aandenken
aangeboden, nadat Z. M. den wensch had te kennen gegeven dateenige
woorden, naar aanleiding van die schenking, op het glas zouden worden
gegrift. Niet weinig getroffen en vereerd door dit bewijs van vorstelijke
ingenomenheid met eene eenvoudige hulde van een onderdaan, kwam
onze melkboer op het denkbeeld, 's konings beeldtenis op het glas te
laten overbrengen. Den 16 dezer mogt hij de bijzondere onderscheiding
genieten persoonlijk bij den koning te worden toegelaten, om Z. M. het
nu geheel voltooide glas te laten zien en zijn nederigen dank te betuigen
voor de hoogst vereerende onderscheiding, hern van' wege zijn vorst ten
deel gevallen.
Een zeer hoogen ouderdom, van 102 en 105 jaar, hebben twee
bewoners van het district f'uebla in Mexiko bereikt, onlangs aldaar over-
leden een grijsaard van 102 jaar, aldaar woonachtigis nog zoo krach-
tig, dat bij een last van 100 pond, zonder merkbare inspanning van
krachten, gedurende een uur kan dragen.
-r- In de kas van een persoon, onlangs te Jersey City overleden, die
voor arm gehouden werd, is eene waarde van 600,000 aan effecten
gevonden.
Drie timmermansknechts te Saint-Omer (Frankrijk), die den 22 April
en den 7 Mei jl. geweigerd hadden het schavot np le slaan voor een
openbare uitvoering van een doodvonnis, werden deswege korrekfionneel
vervolgddoch door de regtbank vrijgesproken. Het openbaar ministerie
is echter van deze uitspraak in hooger beroep gekomeu.
De regisseur van het Thedtre d' Alcazar te Angouleme heeft onder
de voorstelling de eerste zangeres met een pistool doodgeschoten. De
machinist, die tot hulp aansnelde, doodde hij met een tweede schot. De
machinist was onmiddellijk zielloosde zangeres stierf na verloop van
eenige oogenblikken.
Sir Curtis Lampsom een der exekuteuren testamentair van Peabody
verliet op zijnen terugkeer van Portsmouth zijn rijtuig, terwijl de koetsier
de paarden vaslhield gedurende het voorbijgaan van een spoortrein. De
paarden verschrikten echter, wierpen den koetsier op den grond, braken
het hek waarmede de spoorweg afgescheiden was en holden den trein
achterna. Op een half uur afstand ontmoetten zij een ledigen terugkee-
renden trein, doch zij geraakten in tijds op zijde o»i die le laten voor-
bijstoomenhet rijtuig vloog echter aan splinters. Al voorthollende
sprong het span over een dijk bij het station Three Bridges, welke 40
voet hoog is, in een stroom, alwaar men hen onbeschadigd naast elkander
tot aan de knieen in het water vond staan. De koetsier is slechts lig-
telijk bezeerd.
Het Staatsblad deelt een koninklijk bcsluit mede, inhoudende de
vaststelling van den vorm van het plakzegel voor handelspapier, dat met
1 January 1870 in gebruik wordt gebragt. Het is van regthoekigen vorm
en heeft eene lengte van vier-en-veertig millimeters, bij eene breedte
van twinting millimeters. Het is parelkleurig en voert in het midden een
medaillonbevattende op een witten grond 's rijks wapen, omgeven van
een eiken- en een oranjetak, onder het wapen met elkander vereenigd.
Het wapen met de takkeri is van eene blaauwe kleur voor de zegels van
5, in hoofdsom en minder, en van eene roode kleur voor de zegels
boven f 5, in hoofdsom. Zoowel boven als onder het genoemde medaillon
is het bedrag van het zegelregt in hoofdsom in zwarte kleur uitgedrukt
op een grondwaarop in mikroskopische letters eltelyke malen het woord
plakzegel voorkomt. De buitenrand van het zegel bevat de woorden:
Plakzegel. Koningryk der Nederlanden.
Volgens brief van kaptein Drenlhgevoerd hebbende bet schip
Penna Schettens, is hij, na in zee vreeselijke stormen te hebben door-
gestaan, den 16 dezer in de Weser gearriveerd. 's Morgens van den 17
onder zeil gegaan zijnde, om zijne reis naar Geestcmunde te bevorderen,
wierd hij door een orkaan overvallentengevolge waarvan het schip
binnen de tonnen dreef en hevig stootle. Onmiddellijk daarop was het
schip vol water en trachlte men, door de boot uit te zetten, het leven
te redden. De boot verhrijzelde bij de eerste poging en was men ge-
noodzaakt in bet want le vlugten. 24 uur heeft de equipage zich in
het want opgehouden, ieder oogenhlik vreezende dat de mast zou neer-
storten. Eindelijk werd hun door een Bremer loodskotter hulp toegezon
den en gelukkigna veel worstelens, alien gered. De equipage is door
de felle koude en ontberingen uitgepul en wordt te Bremerhaven ver-
pleegd. Van schip en inventaris is niets geborgen kunnen worden, even-
min van de have der opvarenden.
Bij vonnis der arrond.-regtbank te Tiel is J. v. d. P., te Culenborg,
wegens het als ambtenaar van den burgerlijken stand onwettig voltrekken
van een huwelijkveroordeeld in eene geldboete van/100, of, bij wan-
betaling, tot eene gevangenisstraf van 14 dagen.
Uit Uitgeest wordt gemeld dat de persoondie op den St.-Nikolaas-
avond werd aangevallen en in den onderbuik verwond, (zie ons vorig
nommer) sedert is overleden. De wond deed in de laatste dagen op beter-
schap hopen, maar nu schijnt er longverlamming bijgekomen te zijn. Het
lijk is terstond naar eene kamer in het gemeentehuis vervoerd, waar nu
eene lijkschouwing zal geschieden om te onderzoeken wat de ware oor-
zaak van den dood geweest is. Zooveel is echter zeker dat het mesniet
alleen de buikspierenmaar ook de ingewanden getroffen heeft. De onge-
lukkige was hier niet woonachtig, maar slechts hierheen gekomen om den
St.-Nikolaas-avond te vieren.
Uit Konstantinopel wordt berigt, dat de stad Oula in het distrikt
Aidin (Klein-Azie), na drie hevige aardschokken, van de oppervlakte der
aarde verdwenen is. De inwoners hebben het leven kunnen redden
maar alles verloren dat zij bezaten. Twee andere steden, Marmaritza en
Mulla zijn door de aardbeving half vernield geworden.
Een landbouwer uit de omstreken van Utrecht, zoo verhaalt men,
kocht onlangs op eene publieke verkooping een oud rommeltje, waaronder
een kistje, met verschillende kleine voorwerpen henevens een halsketen;
deze laatsie deed de landman om den hals van zijn dochtertje; een koop-
mandie dikvverf de woonplaats van den boer bezocht, om handel te
drijven, maakte de opmerking dat de kelen te kostbaar was ora door het
kind gedragen te worden daar deze zeer veel waarde bezatde vader
gaf echter gevat te kennen, dat hij dit wel wist; en gebruik makende
van de eerlijkbeid van den koopman, verkocbt hij den volgenden dag de
halsketen, zijnde een paarlsnoer, voor de som van/450 aan een goudsmid.
Te VVartenburg is een doodgravcr tot 18 maanden gevangenis ver
oordeeld, omdat bij zijne varkens voerde met lijken.
Op 8 en 9 dezer stond voor het provinciaal geregtshof in Over-
ijssel te regt Aleide Morsink, huisvrouw van Gradus Assink, beschul-
digd van brandstichting, ter zake waarvan het O. M. eene gevan
genisstraf van 5 jaren rekwireerde. Den 16 heeft het hof tegen die
beklaagde arrest gewezen, en daarhij als wettig en overtuigend bewezen
aangenomen, dat zij op 3 Julij jl. in het huis, alleen door haaren
baar gezin bewoond, in de nabijheid vao den schoorsteen heeft aan-
gebragt twee hoopen van 20 a 30 turven, en na die door middel
van doovekoolen en vuur te hebben aangestoken, omstreeks 9 ure
in den voormiddag het huis verlaten heeftdat zij, toen haar gezegd
werd dat er brand ten harent was, zich in het minste niet gehaast
heeft derwaarts te gaan dat zij voor het verlaten barer woning,
alle papieren van waarde bij zich gestoken heeft; dat haar inboedet,
die voor 950 tegen brandschade was verzekerd, geenszins die waarde
bezatdat zij veel schulden moest betalen en dientengevolge in
zorgelijke omstandigheden verkeerde; dat het voor en na door haar
ter barer verontschuldiging opgegevene in strijd met elkaar en met
de waarheid was dat de brand, tijdens hare afwezigheid geblu9cht,
zieh reeds aan den schoorsteen had medegedeeld en, zonder de aan-
gebragte hulp, veel uitgebreider zoude zijn geworden, hoewel het
echter niet was te voorzien, dat daardoor menschenlevens in gevaar
gebragt zouden kunnen worden, en haar veroordeeld tot eene ge
vangenisstraf van zeven jaar. De veroordeelde, eene nog jeugdige
vrouw, bleef zeer kalm bij het lezen van het arrest.
op
de
Het provinciaal geregtshof in Zuid-Holland heeft de 24-jarige