I - 18 ill De Kikvorschen-plaag. Maatschappij voor Gemeente-Cmliet. Politick ©verzigt. 28 Januarij 3 Februarij. ©emeng-de Berigten. mm ■HHHHHII jm Het Mayazijn voor Landbouw en Kruidkunde van Dr. J. C. Ballot, ontleent aan The Gardeners Chronicle and Agricultural Gazette het volgende Voor elk schepsel ia het al zeer ongelukkie een slechten naam geerfd te hebbenen de onschuldige kikvorsch heeft altijd in een slechten reuk gestaan sedert den tijd dat hem opgedragen werd den koning en het volk van Egypte te plagenen die slechte reuk is steeds op alle kikvorschenge- slachtendie van dien tijd tot nu toe zijn voortgebragt blijven klevenen die smet op hunnen naam zal met het Christendom op het nageslacht ovcrgaanen, even als de arme weduwe altijd voor haar penninkske in eere zal blijvenzoo zal de goede naam van den lenigen en levendigen kikvorsch altijd bezoedeld blijven door het verhaal van de kikvorschen- plaag. Onze levendige fransche naburen hebben reeds sedert lang den tegenzin overwonnendien zij soms van nature hadden tegen het vleesch van dit dier, en zy maken de kikvorsehen- hammetjes even zoo goed klaar, en koken die even zoowel als zij kleine vogels of kleine vischjes, die hun voor de hand komengereed maken. Toen ik een jongen was, hadden wij een stuk land in bezit, met een overlaat van een stroom van zuiver beekwa- ter; de overlaat was gemaakt van keijen uit het veld, waar- van de grootste beneden en de kleinste boven-op geplaatst warenterwijl de overlaat ongeveer drie voeteu diep was. De bodem van dezen overlaat geraakte verstopt door eene opeeuhooping van zand aan den mond, en wij moesten dien verscheidene ellen opbreken j en toen wij dit deden, en wel midden in den winter, waren wij zeer verwonderdongeveer een honderd kikvorschen te vinden, alle van hoog gele kleur, die zich voor den winter in dat zuivere beekwater, dat nooit bevroor, genesteld hadden, alle digt opeen gepakt tusschen de groote steenen van den overlaat. Een franschman zoude dat als een schat beschouwd hebbenen de pooten van hen alien klaar gemaakt en gebraden hebbenmaar daar dit niet in onzen smaak viel, lieten wij ze alien in vrede den stroom afzakken en eene andere schuilplaats zoeken. Wij weten alien, dat een natte kikvorsch bij vorst tot een ijsklomp zoude bevriezen, wanneer zulke voorzorgen voor hem niet genomen waren, maar daar de winterregens de vijvers en slooten gedurende den wintertijd steeds goed gevuld met water houden, vindt de kikvorsch met weinig rnoeite een toe- vlugtsoord in diep water, of in verlaten of dergelijkentegen den vorst. Ten tijde waarvan ik spreekbevond zich een heldere stroom en verscheidene poelen op de algemeene wei- dengeen steenworp van ons huis af; en uit hetgeen ik boven aanmerktebehoef ik wel niet te zeggendat er overvloed van kikvorschen gevonden werd; zij teelden voort in de poe len en eene menigte kikvorschen werden in de baarsstroomen gevonden, zoodat ik, dikwijls onder de steenen naar baars hengelende, mooi verdrietig werd niets dan kikvorschen te vinden. Ik weet niet of wij toen eenden hielden om de kik vorschen in toom te houdenof wel voor de eendeneijeren en het eendenvleeschmaar dat weet ik zeker, dat de eenden zich aan de kikvorschen te goed dedendat zij ten minste de helft van het jaar des avonds naar huis kwamen wagge- lenmet den krop opgcpropt vol met die lekkernij. Ik ben dikwijls van den dood eens kikkers getuige geweest, en heb ge- ziendat de eend den volwassen kikvorsch zoolang omkeerde, totdat die met den kop vooruit lag, en zoo ging die sparte- lende en levende naar binnen in den krop. Indien men echter aan de eenden, oude of jonge padden (Rana bufa) voorhieldzouden zij daaraan niet geraakt hebben, en deze onderscheiding bewijst voor een gedeeltedat de pad gedurende eenigen tijd van het jaar niet zonder vergift is, zoo als vele geloofwaardige getuigen verklaard hebben Zonder mij verder bij de geschiedenis van de pad te willen ophoudenwil ik alleen aanmerkendatdaar voor het tegenwoordige geen bekend nut van de pad tegen hare afzigtigheid opweegt, haar getal zeer gedund zou kunnen worden(daar waar zij tot last zijn), gedurende den aanstaanden paartijd; de kuit of het zaad van de pad vindt men op rijendat van den kikvorsch in rissen of op een hoop. Een jaar lang werd mijn tuin ver- pest door millioenen jonge paddennadat zij het water ver laten hadden en konden kruipenen in het volgende jaar gaf ik een jongen een penning voor elke twintig volwassen padden, die hij in den paartijd kon vindenen zoo goed zorgde hij voor het beoogde doeldat er later weinige in den tuin ge vonden werden. Maar om tot den kikvorsch terug te komen, en laat mij vooral eerst mijne lezers gerust stellen, dat ik geen advocaat ben voor het eten der kikvorschenpooten (dat is toch het eenige deel dat gegeten wordt), maar, alhoewel wij ze zelven niet willen etenis dat geene redenwaarom onze eenden ze niet zouden eten en daardoor een goedkoop en natuurlijk voedsel zouden vinden. De kikvorsch is won- derbaarlijk vruchtbaar, en de zwermen jonge kikvorschen, die jaarlijks de poelen, waarin zij paren verlatenvorrat een zoo groot leger, dat men zich verwonderen moet waar en waarmede zij onderhouden zullen worden. Het is zeer gemak- kelijk om eene kolonie van kikvorschen te vormenwanneer zy maar eene oude steengroeve, eene mergelgroeveof zelfs maar eene diepe sloot kunnen vindenom in de lente te paren; en voor de jonge kikvorschen pooten hebben, maakt men rondom den poel een lagen wal of digt staketselen de kikvorschen en hun kroost zijn ten dienste van den heer van den poel, het is dan een kikvorschen wildbaan. Men voedt jonge faisanten met miereneijeren jonge kalkoenen en kuikens met wormen en madente vergeefs zoudt gij daarover met den jagtopziener of hoenderfokker twisten, want de ondervinding heeft hun geleerd, dat voor kuikens niets beter is dan dit ver- scbe levende voedselen van weinige dingen gedijen zij zoo goed. Digt bij Torqay, in Devonshire, vond men zoo vele slakken, dat men in het voorjaar niet door het klaverveld kan gaan, zonder bij elken stap vier of vijf slakjes te vertrappenen wanneer men des morgens de jonge eenden uitliet, haastten zy zich naar hun slakken-onthaalen de patrijzen en ander gevogelte waren altijd gretig op eenige verpletterde slakken als zij die mag- tig konden worden Ik maak hier meldiQg van om aan te toonendat kruipende insecten en zaad met modder en zand besmeerd het natuurlijke en ook noodwendige voedsel voor gevogelte zynte Jreginnen met den schoonen paauw en fai- sant en te eindigen met de huishenwant de steenen in den krop van den vogel leeren ons de waarheiden ge kunt ze met gretigheid steenen en zand zien eten. Het zijn alle morsige slokkers, vooral de eend, die een gulzigen eetlust heeft, en altijd daar moest gehouden worden, waar hij naar zijn zin zich kan voeden. Cobbett zegt, dat men eenden niet bij het water moet laten komen want dat zij dan ongeschikt voor de tafel zijn, maar omtrent dezen schrijver behoef ik niets anders te zeggen, dan het woord kwakzalver." Meuig- een heeft gemeend zijn voordeel te doen met voeder voor eenden te koopenmaar het is bijna hun alien mislukt, omdat het voeder altijd te kostbaar en gemeenlijk te droog was voor dezen watervogel. Was de kikvorsch een echte visch, in plaats van tot de „reptilia" te behoorendan was mijn taak gemakkelijk, daar de kennis van de vischteelt thans in de mode is; men begint nu iu te zien dat, als men volwassen visschen wil hebben, men moet beginnen met te zorgen voor de kuit en het jonge gebroed en dat men moet maken dat de visch gemakkelijk naar den paargrond en terug naar zee kan komen. Bij den Franschman zijn kikvorschen-gebraad en kikvorschen- wildbanen bestaande daadzakenwij zoeken nog al tastende onzen weg en leenen de hulp van den eend, om eenig nut van den kikvorsch in ons buishouden te verkrijgen. De kik vorsch eet geen graan of andere eetwaar, zooals de diefach- tige muis, en is van een eenzamen aard, is altijd schoon gewasschen en verstrekt tot een lekker hapje voor rool'vo- gels, slangen enz. Een ding echter is zeker, dat wanneer onze eenden volop kikvorschen konden bekomen en op het gemeene land mogten loopen, zij eijeren zouden leggen en weinig of geen voeder noodig hebben; maar des winters, als de kikvorschen door ijs en diep water beschermd worden, zouden zij aan de deur der graanschuur moeten gevoederd worden. Al hebben de eenden dan morsige gewoontenen al hellen zij er toe over om kikvorschen te eten, zullen zij, zoowel wikle als tamme, hare plaats wel behouden; op het oogenblik gelden zij op de markt een onredelijken prijs want zij worden op de tafels der grooten als eene weelde beschouwd, en het wordt hoog tijd, dat men stappen doet om in zulk eene behoefte te voorzien. Deze manier om een den te voederen is geene nieuwigheid, want wie heeft niet gehoord of in zijne ooreu hooren trompetten van „De kik vorsch, die uit vrijen wilde gaan" en van „De leliewitte eend, die hem opslokte." Bij besluit van 19 January 1870, n°. 22, zijn, beschik- kende op het verzoekschrift van de heeren C. Becker, lid van het bankiershuis Becker Fuld, J. Focklid van het bankiershuis Determeijer, Weslingh Zoon A. C. WTertheim lid van het bankiershuis Wertheim Gompertz, te Amsterdam, en F. A. Muller, president-direkteur der Rotterdamsche Bank wonende te Rotterdam, alien domicilium hebbende gekozen ten kantore van den heer mr. J. van der Jagt, prokurenr bij den Hoogen Raad te 'sGravenhage, door den Koning goed- gekeurd de statuten eener naamlooze vennootschaponder de benaming van Maatschappij voor Gemeente-Credieten zulks overeenkomstig het bij het verzoekschrift overgelegd ontwerp der door de notarissen Claasen en Jiiger te Amsterdam opge- maakte akte van oprigting. Deze Maatschappij zal gevesligd zijn te Amsterdam, en leent aan gemeentenprovincien en waterscbappenuitsluitend in Nederland gelegen, gelden, waarvoor zij ten haren laste obli gation uitgeeft, op de wijze bij de statuten omschreven. Het maatschappelijk kapitaal bedraagt een millioen gulden, dat achtereenvolgend wordt verhoo^d tot vier millioen gulden. Daar deze instelling, welke een heilzamen invloed zal kun nen uitoefenen op het financiewezen der gemeentebesturen hetzij door conversie van bestaande schulden of het sluiten van leeningen op lange termijnen waardoor de last der af- lossiug zeer gering wordt, willen wij slechts opmerken dat, vermits de obligatien dezer Maatschappij een courant beurs- fonds zullen worden, alzoo door hare tusschenkomst het be- zwaar zal worden weggenomenhetwelk de plaatsing van in- courante obligatien der gemeenten zelve, tot nu toe, zooals bekend is, moeijelijk maakte. Redenen van gezondheid beletten de koningin van Engeland aanstaanden Dingsdag zelve de Parlementszitting te openen deze plegtige handeling zal dus, gelijk in de laatsle jaren in den regel het geval was door een van de ministers der kroon verrigt worden. Behalve de engelsche troonrede is nog een dergelijke toespraak in uitzigt, bij gelegenheid der ope ning van de noord-duitsche rijksdag-zitting tegen de helft van deze maand: de koning van Pruissenbekend als een specia- liteit in het houden van troonredenenzal dan weder als redenaar moeten optreden. In Frankrijk heeft de regering de overwinning behaald. Door het Wetgevend Ligchaam is namelijk met eene groote meerderheid van stemmen een besluit genomen, waarin niet verklaard wordt dat het handelstraktaat met Engeland moet worden opgezegd; alzoo de vertegenwoordigers der natie ver- langen die opzegging niet, en dus blijft het traktaat van kracht. De diskussie over de handelspolitiek der regering heeft de Kamer obk gedurende deze week bijna uitsluitend bezig gehou den, doch weldra zijn diskussieu over andere onderwerpen te ver- wachtendaar verscheidene leden interpellation gedaan of aangekondigd hebben. Het schijnt dat Ollivier en zijne kol- legaashoe ijverig ook, nog niet werkzaam geuoeg zijn voor een groot aantal afgevaardigden die op alle mogelijke wijze het kahinet trachten aan te sporen tot spoedbij het vol- breugen der gewigtige taak waarmede het zich heeft belast. Dat het overigens den ministers met die taak volkomen ernst is, bewijst hetgeen reeds door hen is gedaan en thans wordt voorbereid. Onder de ontwerpen van wet welke zij eerst- daags aan het Wetgevend Ligchaam zullen voorleggenis een betreffende de drukpers; deze zal ontheven worden van me- nige belemmerende bepaling. Een andere maatregeldie den Franschen niet weinig genoegen zal doenis de intrekking der zoogenaamde veiligheidswct een exceptionnele wet welke aan de regering een buitengewone en met de bestaande wetten strijdige bevoegdheid verleent tot het. onschadelijk ma ken van personen, die de openbare veiligheid van derl Staat in gevaar brengen. Oostenrijk heeft vier nieuwe ministers gekregen, de kabi- netskrisis is dus voorbij en de keizer voorloopig van een zware zorg ontheven. Met gespannen verwachting wordt nu uitgezien naar hetgeen het cisleithaansche kabinet aan den Rijksraad zal voorstellennu het vier nieuwe elementen in zich heelt opgenomen. Onze voorspellingdat Rusland krijgen zou het geld dat het heeft gevraagdis bevestigd geworden. Overal waar de inschrijving voor de leening van honderd vier-en-veertig millioen gulden was opeugesteld werd veel meer ingeschre- ven dan het vereischte bedrag; dit was het geval te Londen (alwaar de inschrijvirogen 480 millioen gulden beliepen Parijs, Frankfort en te Amsterdam; in laatstgenoemde stad zullen, naar men denkt., de inscbrijvers 3 pet. van hunne inschrij- vingen krijgen. Keizer Alexander II was met deze financiele operatie weer gelukkiger dan de direktie der Koninklijke Ne- derlandsche Stoomboolmaatschappij met de bare, dan Gede- puteerde Staten der provincie Groningen met de hunne Minder goede uitslag is te verwachten van een grieksche leening, indien deze te Amsterdam aan de markt zou gebragt worden. Griekenland heeft ook geld noodig en heeft zich dit weten te verschaffen bij een parijsch bankiershuis aan het welk echter door het te Amsterdam gevestigde Comite ter bescberming van de belangen van nederlandsche bonders van grieksche fondsen een kracluige brief is geschreven houdende waarschuwing tegen een geldopnemer als het helleensche ko- ningrijk is, en tevens herinnering van de strenge maatregelen; waartoe dit Comite, reeds eenigen tijdgeleden, besloten heeft tegen dezulken die den rnoed mogten hebben hier leeningen te willen plaatsen voor een regering, die hare verpligtingen tegenover hare buitenlandsche schuldeischers zoo ten eenenmale voorbij- ziet en de wetten van eerlijkheid en goede trouw zoo schendt als de grieksche. De plegtigheid te Brusselwaarvan wij met een enkel woord gewaagdenis eergisteren verrigt. Leopold IIkoning der Belgenheeft een officieel bezoek ontvangen van ecu paar honderd britsche heeren en flames, burgemeesters en oud-bur- geraeesters van plaatsen in het vereenigd koningrijk van ko ningin Victoria, met hunne vrouwen of dochters, die als deputatie hem kwamen aanbieden het adres van hulde en achting, aan dien vorst gezonden door al de gemeentebesturen van Groot-Brittannie. Voorzeker heeft die souverein regt fier te zijn op zulk een zeldzame eer, zulk een bijna weergalooze onderscheiding, die niet alleen als een blijk van sympathie voor zijnen persoonmaar tevens als een der krachtigste middelen tot handhaving, bevordering en uitbreiding van de innige vriendschapsbetrekkingen tusschen Engeland en Belgie is aan te merken. In Beijeren zal misschien eerstdaags de prins van Hoheulohe als minister-president moeten plaats maken voor een opvolger; althans het is bezwaarlijk aan te nemendat hij hoofd van het kabinet en minister van buitenlandsche zaken zal kunnen blijvennu zoowel de tweede als fie eerste kamer onbewin- peld verklaard hebben dat zij in hem en zijne ambtgenooten geen vertrouwen hebben; duidelijker kan men waarlijk niet spreken; doch de koning wil van zijnen eersten minister maar volstrek( niet scheiden, en hoe meer de Kamers tegen van Hohenlohe zijnhoe meer de koning voor hem is. Te Rome is voor eenige dagen in bijna 73jarigen ouderdom overleden Leopold II, gewezen groothertog van Toskanen, die, na van de regering afstand te hebben gedaan ten behoeve van zijnen zoon, dezen eenige maanden later zag onttroonen door Victor Emanuelkoning van Italic. Eergisteren is te Kairo de zitting der Staten-Generaal van Egypte geopend. Of dit ligchaam een regterzijde een linker- zijdeeen centrum, en nog meer van zulke afdeelingen bezit, weten wij niet, maar wel kunnen wij berigten dat de onder- koning die eigeniijk meer doet en laat dan men lettende op zijnen titel, zou veronderstellen de zitting geopend heeft met een troonredewelke een gunstig tafereel levert van 's lands toestand. Door mejufvrouw Hieke Piers Jellemaweduwe J. A. van der Mey den 21 Januarij onder Huizum overleden, is onder bezwaar van vrucht- gebruik, gelegateerd aan het nieuw stads-weeshuis te Leeuwarden ongeveer 13 pondeinaat (4 hekt. 78 aren)en aan het Nederl. Zendeling-genootschap ongeveer 1 hekt. 47 aren (4 pondemaat) uitmuntend greidland. Te Boyl heeft men een aardig middeltje tegen het schoolverzuim. Men geeft den armen schoolkomenden kinderen des middags boterhammen, en dat bevalt uitmuntend. Uit Haarlem wordt gemeld dat, toen op een der Stads Singels, in de nabijheid van het Vrouwenhek, drie personen, broeder, zuster en vriend, zich met schaatsenrijden vermaakten, zij onverwachts op een gevaarlijke plaats kwamen en alien door het ijs zakten, met het ongelukkig gevolg, dat het meisje er onder geraakte en het leven verloor. Broeder en vriend zijn gered. Zoo is ook te Dalfsen M. G., boerenmeid, terwijl zij zich met schaatsen rijden vermaakte, er doorgezakt, en vddr dat hulp kwam opdagen, verdronken, In het Politieblad wordt thans gesignaleerd als zwerfster en opligtster zekere Machtilde Maria Benina de Witte van Haemstede. Treurig lot voor de afstammeling uit een geslacht dat vijf eeuwen telt en eenmaal tot de aanzienlijkste des lands behoorde. Dat een paat kregele boerenjongens met elkander vechten om een meisjehetwelk zij beiden teeder beminnenis niet zoo vreemd; maar dat een paar meisjes, vriendinnen nog wel, om de liefde van een jongeling duelleeren, is zeldzaam. Het geschiedde in Twente, gemeente Lonneker, in een herberg aan den straatweg naar de Glanerbrug. Het voorwerp van beider zin beschouwde met anderen den hevigen strijd en toen die geeindigd was ging hij alleen naar huis. Yoor het provinciaal geregtshof in Gelderland stond 27 Januarij te- regt P. F., beschuldigd van aanranding der eerbaarheid gepleegd op een meisje beneden 15 jaren, nadat hij reeds in 1859, door het genoemde geregtshof wegens een dergelijk misdrijf was veroordeeld tot 10 jaren tucht- huisstraf. De beschuldigde ontkende thans alle schuld aan het hem ten laste gelegde. De verklaringen, zoowel van zijn slagtoffer als van eenige andere getuigen, kwamen echter den advokaat-generaal zoo voldoende voor, dat hij een tuchthuisstraf van 15 jaren rekwireerde. Jhr. mr. L. van Nispen, den besch. als verdediger toegevoegd, trachtte aan te toonen dat de verschillende afgelegde getuigenissen het misdrijf niet wettig en overtuigend hadden be- wezen, en konkludeerde mitsdien tot vrijspraak. Na beraadslaging heeft het hof den besch. echter veroordeeld tot een tuchthuisstraf van 12 achtereen- volgende jaren. Te Rotterdam werd Dingsdag jl. namiddag ten drie ure van de stoep MM

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Weekblad van Haarlemmermeer | 1870 | | pagina 2