■sua; 1870. Vrijdag, 11 Februarij. N<\ 0. VAN A AN LANDBOUW, GEMEENTE- EN POLDER-BELANGEN GEWIJD. Elfde Jaargang. ml# IPrijs van het Abonnement in het Jaar6. Prijs der Advertentien van 16 regels 75 Centelke regel meer 12 J/2 Cent. EtUiiland. Polderwezen. Haarlcmmermeer. Bij den Burgerlijken Stand zijn aangegeven: Land boii w. UIT HET DIEREISRIJK. Een woord vooraf. HAARLEMMERMEER. I AXLE TOEZENDINGEN, REDAKTIE EN UITGAVE BETREFFENDE te adresseren aan VAN BONGA C°.te Amsterdam. Prijs van een enkkt, Nommer 15 Cent. tliterljjk Woensdag. Groote Letters worden naar hare plaatsruimte berekend. In de Vereenigde Vergadering van Rijnland, van 9 Februarij 1870, zijn mededeelitigen ontvangen: 1°. dat de bepaalde afkoopsom voor het definitief op 15 Februarij te doen staken der vverking, door middel van instroomend IJsselwater, van den grooten Volmolen te Gouda, door de huurders van dien molen is aaugenomen 2°. dat de concessie tot heffing van doorvaartregten aan de Gouwesluis te Alplien voor 18701872 is verlengd; 3°. van de afgekondigde nieuwe verordening, door de Staten van Zuid-Holland vastgesteldter verzekering van den goeden toestand der Gouwekaden; 4°. van de goedkeuring der vastgestelde Begrooting van Rijn- land voor 1870, waarbij de omslag van het bundergeld is bepaald op 1.50 per hectare; 5°. van het afgekondigde besluit der Staten van Zuid- en Noord-Hollandtot opheffing der ambachten in Rijnland en ter regeling van de gevolgen dier opheffing, bij welke vegeling buitengewone omslagen voor eenige jaren zijn bepaalddoor Rijnland te heffen over de landen in de gemeentenwaarin de opgeheven ambachten lagen. Vooris is door de Vergadering in beginsel uitgemaakt, welke van de werken der opgeheven ambachten voortdurend in beheer en onderhoud bij Rijnland zullen blijven, en waar- over alzoo eventueel geeoe ouderhandelingen zullen worden gevoerd tot overname door andere corporation. Bergum5 Febr. Terwijl men zich liier in hooge mate met de geestelijke belangen bezig houdt, ware het wenschelijk dat ook de stoffelijke eeDS met energie wierden behartigd. waarom niet eens in behandeling genomen de ontginning van woeste heidevelden, waarvan hier in den omtrek nog eenige hektaren gevonden worden. Een dier ontginningen zou zelfs met het oog op de gezondheid der ingezetenen zeer aan te raden zijn. Thans zijn die gronden half moeras en als zoo- danig rijke bronnen voor typhuskoortsen enz.en de wonin- gen, op of in de nabijheid dezer gronden gebouwd, holen van armoede onzindelijkheid onwetendheidbijgeloof i n nog zoo veel meer. Welk een bron van welvaart zou in deze gemeente vloeijen, zoowel van zedelijken als stoffelijken aard, wanneer de ontginning eens op groote schaal wierd aangevat. De Bergumerheide is, op 15 hektaren na, dank zij wijlen den heer Ypey en arrderen, verdwenen; maar komt men achter Suameer, Garijp enz zie de Tyke (eigenlijk Taco veen), de gemeenteschorrende uitgeveende plassen en poelen rondom Eernewoude, zet den voet op den elastieken, onder u sidderenden moerasgronden beantwoord zelf de vraag, of hier nog geen gelegenheid is om door ontginning, of liever door kanalisatie, door afvoer van het overtollige water, door inpolderingdoor den aanleg van geschikte wegen. werk te verschaffen en kapitaal te scheppendoor uit moeras bouw- en woongrond te maken. Op die wijze zouden bronnen van welvaart, gezondheid en beschaving worden geopend, zou den de dorpen en de schatkist bevoordeeld worden, ja, ook de stedendie in onze landbouwende provincie misschieri meer dan elders regtstreeks afhankelijk zijn van den bloei der plattelands-gemeenten Nieuw-Vennep9 Febr. De afdeeling der Maatschappij Tot Nut pan tAlgemeen" zalmet de Vereeniging: Tot Nut en^Gezettig Verkeer" eene vergadering houden op Donderdag lrf ^Februarij 's avonds ten half zeven urebij J. Winters. Als sprekers~Jzullen optreden de hh. L. Hartong en J. W. Lantzendorffer. van 2 tot 8 Februarij 1870. GEBORENHendrik, zoon van J. de Vries en W. TillMaria, ilochter van H. de Bruin en C. van Velsen. Cornelis, zoon van H. van lot en H. Maneschijn. Jacob, zoon van J. Boom en A. Smit. Hendrika Cornelia, dochter van W. C. van Arendonk en J. Pruissen. Lourens, zoon van B. de Koekkoek en A. de Groot. Maria Cornelia dochter van J. Suijdgeest en C. de Vlieger. Dirk, zoon van G. Smit en J. van Cornewal. Jacob, zoon van P. Wortel en G. van der Meii. Geertruida Maria, dochter van L. van Willigen, ongehuwd. Franciscus, zoon van J. Dokters en J. van Riet. Jan, zoon van C. Bakker en S. Uttevanger. Leendert, zoon van J. Moellaard en A. Sinon. Hnibert. zoon van M. t erbeek en A. Wegman. Anna Christina, dochter van e. Eeettang en C. Terpstra. Cornelis, zoon van "W. Brantjes en A. Konmg. Aagje Jacoba Elisabeth, dochter van A. J. Kofoed en A C Bokhoven. OVERLEDEN: Elisabeth, oud 14 dagen, dochter van C. Koning en M. olkers. Thomas, oud 1 dag, zoon van J. van Gog en D. Boon. Jeremias, oud 2 maanden, zoon van W. Schaap en J. Bouwman. retrns, ond 9 weken, zoon van J. Rnijgrok en E. van der Klei. Jan van Wijk, oud 45 jaren, gehuwd met Pietertje den Hartog. Sophia Catharina Lanser, oud 37 jaren, gehuwd met D. Klinkert. Petrus Johannes, oud 5 weken, zoon van T. de Reus en M. Hessing. Johan nes Janszen, oud 35 jaren, gehuwd met Jansje Malefijt. Johannes, oud 19 dagen, zoon van C. Koning en M. Volkers. Hendrikus, oud 5 maanden, zoon van L. Speelmans en K. van Babel. LEVENLOOS AANGEGEVEN1 kind van W. van den Berg en L. van der Bijl. ONDERTROUWD: J. A. Spigt met S. E. Nol. A. van Kerkwijk met C. Jongbloed. GEHUWDgeene. Sueek8 Febr. In de maand Jan uarij zijn op de onder- 9taande zeven Friesche markten verhandeld 5132 kwart, 2622 achtste en 108 zestiende vaten boter, ter waarde van onge- veer f 390,000 of per gemiddelden prijs voor het kwart vat f 61, waarvan de hoogste is geweest f 66, den 31sten le Woudsenden de laagste f 58. Verder 187 5 koeijen174 kalveren, 1833 schapen312 varkens, 148 biggen, Te Leeuwarden werden verhandeld 2054 kwart, 1346 achtste en 108 zestiende vaten boter, 1694 koeijen, 170 kalveren, 1168 schapen, 245 varkens, 148 biggen; te Sneek 135 5 kwart en 579 achtste vaten boter, 181 koeijen, 4 kalveren, 665 schapen en 67 biggen; te Balk 137 kwart en 199 achtste vaten boter; te Woudsend 116 kwart en 12 achtste vaten boter; te Heerenveeri 202 kwart en 254 achtste vaten bo ter; te Bolsward 812 kwart en 178 achtste vaten boter; te Joure 456 kwart en 254 achtste vaten boter. S Graveilliag'e, 7 Febr. Volgens een door den heer J A. Ahlers, rijks-veearts lste klasse, belast met het veeartsenij- kundig toezigt in Zuid-Holland, aan den Minister van Binnen- laudsche Zaken uitgebragt rapport, begint de besmettelijke longziekte onder het rundvee zich te verspreiden. Genoemden veearts schrijft dit toe aan het niet behoorlijk afzonderen en aangeven der zieke beesten, Bijna stervenden worden geslagt om het vleesch in konsumtie te brengen. Daarom heeft de Kommissaris des Konings in de provincie Zuid-Holland de burgemeesters dringend uitgenoodigd te waken voor de naleving der bepalingen van de artt. 459462 van het wetboek van strafregt, onder te kennengevingdat getrouwe aangifte der ziekte-gevallen en strenge afzondering de uitbreiding van het kwaad kunnen voorkomen. Naar men uit Leiderdorp verneemt, heerscht in die ge meente en omstreken ook de besmettelijke longziekte. De land- bouwers gaan er evenwel meer dan vroeger toe over om het vee hiertegen te doen inenten. Bij lies) uit van 19 November 1869, N°. 21, heeft Z M. beschikkende op het verzoekschrift van L. van Son van Geili- cum en B. A. van der Crab, als kommissarissen der naamlooze vennootschap Arnhemsche Beetwortelsuikerfabriek, gevestigd te Arnhem, 11 Ds. bewilliging verleend op de akte, houdende wijzigingen in de statuten dezer naamlooze vennootschap. Deveilter, 9 Febr. In de laatste dagen was de doorvoer van Hougaarsche varkens hier buitengewoon groot. Zij zijn echler veelal bestemd voor Drenthe, Noord- en Zuid-Holland. Men zegt dat ook in deze omstreken de konsumtie zeer toe- neemt, wijl zij weinig inslagten en fijn van beenderen zijn, terwijl ook de smaak van het vleesch zeer lekker moet wczen. Leiden, 9 Febr. Dat onze wekelijksche veemarkt voortdurend in bloeijenden toestand verkeert, ja zeer belangrijk is te achten kan blijken uit de opgave van hetgeen in 1869 ter markt werd aangevoerd zijnde 120 paarden 34 veulens14,200 runderen 4209 kalveren, 49,348 schapen, 34,977 lammeren, 1518 varkens en 6122 biggen, naar den gemiddelden prijs van het vee berekendvertegenwoordigende eene gezamenlijke waarde van meer dan 4,064,000. Harlingen5 Febr. De uitvoer met engelsche stoombooten naar Engeland beliep in de week, eindigende 2 Februarij o. a. 2666 kwart vaten boter, 5500 edammer- en 810 kanterkazen 1210 balen vlas, 107 balen cichoreiwortelen67 balen katoen, 42 balen lompen108 pakken huiden, 100 hammen, 55 kisten schapenvleesch9 manden wild, 313 runderen, 29 kalveren en 5 varkens. Onder het vele goede, waavdoor onze eeuw zich kenmerkt, mag voorzeker ook wel genoemd worden de oprigting van maatscbappijen en vereenigingen vau allerlei aard, die, ge- dachtig aau de gulden spreuk der vaderen, dat eendragt magt maakt, gezamenlijk trachten tot stand te brengen, wat voor eukelen niet mogelijk is. Van die vele vereenigingen is er missebien geene, die meer aan miskenning, ja! zelfs aan bespotting blootstaatdan die tot bescherming der dieren; en toch is haar streven schoon, is haar bestaan noodig. Noodig, omdat er helaas! nog maar al te veel menschen gevonden worden die meenendat het ons vrij zou staan de dieren te kwellen, te mishandelen en te doodenen toch is niets minder waar dan dit. We zijn door het bezit der rededie ons hoven alle dieren doet uitmuntenjaaan het hoofd der aardsche schepping geplaatst, doch dit verheven standpunt geeft ons nog geens- zins het regt, om van dien voorrang misbruik te maken; integendeel, juist het bezit dier rede legt ons de dure ver- pligting op, om niet met roekelooze hand de zoo schoone orde te verbrekendie in de gansche schepping heerscht dat schoone kunnen we overal rondom ons opmerkenals we ods slechts de moeite willen geveu om de natuur in hare werkingen gade te slaan. Evenzeer b. v. als de eene kracht door de andere wordt opgewogen en zoo het noodige evenwigt bewaard,evenzeer dient b. v. de schijnbaar te sterke vermenigvuldiging van de eene of andere diersoortom deze of gene schadelijke oor- zaak uit den weg te ruimenen eerst dan wordt dit een ramp, als wij in onze waanwijsheid den loop der natuur stremmen. Zeg mijhoe zouden we den man wel noemen, die zoo dwaas was zijn kat te dooden, omdat zij nu en dan eens snoepte; of'schoon hij bekennen moestdat ze de muizen goed wegving, en die zich dan later over het vele onge- dierte beklaagde? Welnu, handelen wij anders, handelen wij wijzer, als we de op insecten asende dieren trachten uit te roeijen omdat ze wel eens wat schade aanrigten, om dan later over de ont- zettende hoeveelheid schadelijke insecten, die veld- en boom- vruchteu vernielente jammeren? Ziedaar wat ik noem de orde in de natuur te verstoren ziedaar een misbruik maken van magt, dat noodwendig moet uitloopen tot onze schade. Wij, die ons zoo gaarne kinderen der verlichte 19de eeuw noemenmoesten ons diep schamen voor de onbeschaafde volken van vroeger en later tijd, die de dieren, van welke zij weten dat ze bun nuttig zijngodsdienstige eer bewijzen en hem, die zulk een dier doodt, streng, soms met den dood straffen. Dan, niet alleen ons verstand moest ons terughouden zoo dwaas, ook onze zedelijkheid moest er tegen opkomen zoo wreed te handelen. Reeds Mozes toch nam de dieren in bescherming; daarvan getuigt niet alleen het vierde gebodwaarin bevolen wordt dat ook het vee in de Sabbathsruste zal deelen terwijl in het Sabbathsjaar bet wild op de velden die dan braak moes ten liggen, vrij zijn voedsel mogt zoekenmaar ook vooral zijn „den dorschenden os zult ge niet muilbanden." Verder gebood hij den Israelietendat zij het lastdier van hunnen vijand, 't welk onder zijnen last bezweken was, moes ten ophelpenverbood hij hun de dieren te ontmannen de koe en haar kalf, bet schaap en zijn lamde geit en haar jong, op eenen dag te slagten of het lam in boter, bereid uit de melk zyner moeder, te bradenook mogten ze bij het vinden van een vogelnest, de moeder en de jongen beiden niet medenemen, maar moesten de eerste weder laten vliegen. Na hem bebben de Profeten en Psalmisten als om strijd hunne schoone beelden uit de natuur gegrepenen wel heeft de groote Stichter van het Christendom geen bepaalde voor- schriiten nagelaten omtrent onze verhouding tot de dieren maar als we ook Hem telkens hooren spreken van de vogelen des hemels en de bloemen des velds hooren bovenal, hoe Hij in roerende taalzijn belangstelling in het lot van Je- ruzalem vergelijkt met de koesterende zorg eener hendie hare kuikens onder hare vleugels verzamelt, zie! dan bebben we die ook niet noodig; terwjjl een liefdezoo on- begrensddat ze gebiedt zelfs onze vijanden lief te hebben ook wel de dieren zal omvatten. Vroeg men mij nu waarom ikdie toch geen lid van ge- noemde vereeniging ben, zoo voor de belangen der dieren ijver, dan zou ik antwoorden: omdat het mijn pligt is. De roeping van deQ veearts toch bestaat niet alleen in het genezen der zieke dieren, maar ook en vooral daarin om die ziekten voor te komen door op alles te wijzen wat ze kan doen ontstaan. En ook onze huisdieren worden niet altijd goed behandehl, en dat ook daaruit ziekten kunnen geboren worden, wie zal het betwijfelen; maar al te vaak vorderen we te veel van hunne krachtenof eischen houdingen en bewegingendie ze onmogelijk kunnen ten uitvoer brengen, omdat hun ligchaamsbouw ze niet toelaatdan worden we verstoord en kastijden ze op onverstandige wijze, zoodat on- willekeurig de vraag oprijst, welk van beide schepselen hier het redeloozewelk het met rede begaafde is.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Weekblad van Haarlemmermeer | 1870 | | pagina 1