1870.
Vrijdag, 25 Maart.
Rk 12.
V A IV
A AN LANDBOUW, GEMEENTE- EN POLDER-BELANGEN GEWIJD.
Elfde Jaargang.
H&aiiemmermeer-Polder.
Haarlem mermeer.
Landbouw.
Frijs van bet Abonnement:
in het Jaarf 6.-
Bij den Burgerlijken Stand zijn aangegeven
Prijs der Advertentidn
van 1—6 regels 75 Cent, elke regel meer 12/2 Cent.
Longziekte.
HAARLEMMERMEER
Prijs van een enkel Nommer 15 Cent.
Bij de op den 18 dezer te Amsterdam gehoudeu verkiezing
van drie Hoofd-ingelanden van den Haarlemmermeerpolder
zijn de aftredende heeren Mr. T. L. L. Prins, Mr. C. Cock
en A. Wijnands met bijna algemeene stemmen herkozen.
Naar meu verneemt hebben Hunne Mnjesteiten de Koning,
de Koningin en Z. Kon. H. prins Hendrikieder voor twee
exemplaren, ingeteekend op een boekwerk, getiteld Goud uit
Schuim, dat door Ds. van Wisselingh bij den Boekhandelaar
H. Hoveker te Amsterdam, ten voordeele der Evangelisatie
te Haarlernmerraeer zal worden uitgegeven.
A1 is bet weer nog geen lente-weer, maar strooit Maart,
naar haar oud regt, zoo tusscbenbeiden met hagelkorrels en
sneeuwvlokkentoch laten de lente-voorboden zich al in onze
nabijheid zien. Immers Maandag 21 dezer is de ooijevaar,
allerdeftigst op 6en pootwaargenomen op het Hazepaters-
veld, bij den Haarlemraerhont.
van 16 tot 22 Maart 1870.
GEBORENAdam Christiaan, zoon van A. C. Beuning en A. Goudri-
aan* Frederik Hendrik Matthijs, zoon van W. C. Spruitenburg en A.
H. Cornet. Grietje, dochter van W. Kraaij en G. Boer. Pieter, zoon
van A. Vermeulen en J. de Vogel. Willem, zoon van J. Olie en M.
Scboute. Quirinus, zoon van Q. van der Peijl en G. Ota. Brans,
zoon van J. van Gerven en M. Vreeburg. Hendrik, zoon van J. J.
Jansen en A. Persoon. Arie, zoon van A. van der Maarl en G. H.
Nieuwenhuijs. Michiel en Johannes (tweel.), zoons van C. Timmers en
M. Jansen. Johanna Barendina, dochter van Sara M. Wesseling (onge-
huwd). Marijtje, dochter van J. Zandbergen en A. Heemskerk.
Willem, zoon van Fransje Bokkers (ongehuwd). Gerlach Gerrit, zoon
van G. van Bemum en A. Hagen. Pieter, zoon van P. van Beeuwijk
en S. van der Elst. Hendrikus, zoon van G. B. van Eimpt en G. van
der Stroom. Grietje, dochter van H. Jansen en T. Boos. Adriana,
dochter van W. Schreuder en J. Los. Gerrit, zoon van G. Kuipers en
Ivan Andel. Lambertus, zoon van L. Trommel en M. van Lier
Maria Jacoba, dochter van P. Mantel en A. ter Hofstede. Boelof Pieter,
zoon van C. Koelewijn en W. Splinter. Wilhelmina, dochter van W. van
Esch en G. Biemans. Johannes, zoon van H. den Dekker en A. van
der Heijden. Maria Bertha, dochter van P. Knaap Gz. en M. B van
Dongen.
OVERLEDEN: Wilhelmina, oud 15 weken, dochter van J. Liefhebber
a? c jtan8"ont- Magdalena, oud 21 jaar, dochter van J. Leeuwrik en
■"'[uppers. Catharina, oud 4 maanden, dochter van M. J. Lamboo
Cn 'li .l" Holscher. Maria, oud 5 maanden, dochter van C. Rietveld
en P. Keizer. Hendrika, oud 11 maanden, dochter van G. van Gro-
nmgen en C. van der Mooren. Anna Lankhaar, oud 30 jarcn, gehuwd
met M. van den Heuvel. Jacob Havenaar, oud 36 jaren, gehuwd met
J. Haldveer.
LEVENLOOS AANGEGEVEN1 Kind van A. Boer en Anna van
Rind van M. van den Heuvel en Anna LankRaar.
ONDERTROUWDWStruik met G. Gravemaker.
GEHUWD: geene.
Postkantoor van Vertrek te Haarlemmermeer.
Tweede helft der maand Pebruarij 1870.
LUST VAN BRIEVEN DIE, UITHOOFDE VAN ONBEKENDHEID DER
GEADRESSEERDEN, NIET BESTELD ZIJN KUNNEN TVORDEN.
1. K. de Jong, te Bake.
In den nacht van den 21 op 22 Maart j. 1. beeft een he-
vige brand gewoed in het dorp Nieuw-Vennep alhier. De
broodbakkenj van J. Tensen, bewoond door Pieter Mooij, met
de daarbij staande schuurwerd een prooi der vlammen.
Van de inboedel is weinig of niets kunnen gered worden
terwijl 8 paarden2 koeijen en 30 a 40 inudden graan mede
zyn verbrand. Men verneemt dat het huis en de inboedel
tegen brandschade waren verzekerd; doch het vee, een wagen,
e gereedschappen en het graan echter niet.
Agenda voor de Vergadering van den Gemeenteraad
van Haarlemmermeer, te houden op Donderdag
31 Maart 1870 ten Baadhuize.
1. Ingekomen stukken en mededeelingen. 2 Reclame
van A. de Pint tegen den hoofdelijken omslag. 3. Versla-
omtrent het onderwijs. 4. Aanvraag tot prijs-uitdeeling op
de scholen 5. Aanvraag van M. P. Boogaard om ontslag
als hulp-onderwijzer. 6. Verordening op het bouwen.
7. Voordragt tot af- en overschryving. 8. Conditien om-
trent de verhunng van wegen. 9. Schilderen van het Raad-
hms. 10. Bepaling der plaats enz. van de scholen n°. 9
en n 10. 11. Aanwyzing van te begrinden wegen.
13. Aanvragen tot verkoop van dorpsgrond.
Alblasserwaard18 Maart. Niettegenstsande het koude
weder den veldarbeid weinig begunstigd heeft, zet men dezen
/in onze streken met kracht voort. Een groot deel derbouw-
ABIjE toezendingen, redaktie en uitgave BETREFFENDE,
te adresseren aan VAX BOJIGA C°.te Amsterdam.
WTiterttfk Woenadag.
akkers is reeds gespit en hier en daar zijn vroege aardappe-
len gelegd. Behalve het leggen van erwtengroote boonen
en het zaaijen van enkele vroege moesgroentenwordt er nog
vveinig aan den tuinarbeid gedaan. De wei- en hooilanden
liggen overheerlijk droog, en de strenge vorst heeft vele scha-
dalijke insectenlarven doen verdrijven. Voor de bouwlanden
is de sterke vorst zeer weldadig, daar sedert het hooge water
in de laatste jaren de grond nog niet zoo doorvroren is ge-
worden als in dezen winter. De grond is dan ook bij uit-
nemendheid geschikt om spoedig bezaaid te worden. Allerwege
is in de knoppen der boomen en het gras de werkzaamheid
der groeikracht reeds duidelijk zigtbaar.
De heer J. Nagel Jr. te Arnbem berigt, dat zijn plan tot
oprigting van eene Nederlandsche Landbouw-vereenigingde
ontvangst van zeer vele bewijzen van adhaesie, waaronder van
aanzienlijke landeigenaren, landbouwers en bestuurders van
landbouw-maatschappijenten gevolge heeft gebad, zoodat de
voorgestelde bijeenkomst tijdens de tentoonstelling van voort-
brengselen van tuinbouw in het Paleis voor Volksvlijtin April
a. s. te Amsterdamza) gehouden worden op nader te bepalen
dag en uur.
Aan het vurig verlangen van den ijverigen en bekwamen
bloemist van Z M. op tLoo, om een bloemenkast te heb
ben, is aanvankelijk voldaan. Een gedeelte, lang 14 meter,
breed 6 en hoog 5 meteris voltooid. De geheele kast ge-
reed zijnde, zal men de planteo uit alle oorden der wereld
kunnen hebben, omdat men de verschillende warmtegraden
kan aanbrengen, die de planten behoeven. Reeds zijn zaden
uit Egypte, Japan en andere landen ontvangen en nog is men
zaden van andere oorden wachtende. Een fraaije verzamelin-
Nieuw-Hollandsche planten is reeds annwezig.
Breda, 20 Maart. De 6de afdeeling der Maatschappij van
Landbouw Tuinhouw en Veeteelt in het arrondissement Breda
waarvan het bestuur te Zevenbergen is gevestigd, heeft be-
sloten in die gemeente den 21 en 22 Junij a s. eene ten
toonstelling van paarden, vee, tuigen landbouw- vverktuigen
gereedschappen enz. te houdenbij gelegenheid der alsdan
te houden algemeene vergadering van de verschillende afdee-
lingen. Onderscbeidene feesten zullen daarbij tot opluistering
gegeven worden, waaronder een harddraverij en tevens zal
er een verloting van paardenveetuigen enz.tegen 1
het lotworden gehouden.
De tijd is aanstaande (210 April), wnarop de jaarlijk-
sche bloemen-lentoonstelling in het Paleis voor Volksvlijl te
Amsterdam weder zal worden geopend. De steeds toenemen-
de bijval, welke deze bloemen-tentoonstellingen moo-ten ver-
werven, was oorzaak dat zij voortdurend in belangrijkheid
toenemen, en, indien men mag afgaan op de groote toebe-
reidselen die gemaakt worden, dan laat het zich" aanzien dat
de nu te houden tentoonstelling de vrocgere zal overtrelfen
en toonen dat de tuinbouw werkelyk gebaat wordt door de
pogingenwelke raanuen van zaakkennis en ervaring aanwen-
den om zijne voortbrengselen hoe langer hoe mee°r te doen
waardeeren. Reeds du toont een overzigt der opgaven van
inzending dat het aan keur van Azaliaas, Cameliaas, Rhodo
dendrons, rozen en andere van de schoonste bloeijende plan-
ten niet zal ontbrekenen men is er zeker van dat het als
voor bloemen gebouwde Paleis voor Volksvlijtdoor de krach-
tige zamenwerking der directie met de afdeeling Amsterdam
der Hollandsche Maatschappij van Landbouw en der Maatschap-
pij Linnaeus, op nieuw een even schoon en leerrijk in bijzon-
derheden, als in het geheel indrukwekkend schouwspel zal
opleveren.
Hailingen, 18 Maart. Van hier zijn per engelsche stoom-
booten weder naar Engeland uitgevoerd2302 kwart vaten
boter, 5200 edammer- en 1825 kanter-kazen 999 balen vlns,
116 balen katoen, 165 balen cichoreiwortelen80 pakken
heede 4 manden wild, 14 balen spek, enz.
Olst, 22 Maart. Als een buitengewone zeldzaamheid dee-
len wij mede dat door den vleeschhouwer en spekslager A.
M. Zendijk alhier een varken is gekocht voor de som van
f 144.36. Dit varken had het buitengewone gewigt van 265
kilogrammen (ruw) en was gemest op den stal van de Wed.
Bredenoordte Welsum.
Middelbnrg19 Maart. De Staten dezer provincie zullen
op 4 April a. s. in een buitengewone vergadering de volgende
zaken behandelen: 1°. oprigting van een waterschap, be-
staande uit de landen in bet voormalig vierde district dezer
provincie, voor welke door het rijk eene nieuwe uitwatering
zal worden gemaakt; 2°. vaststelling van een reglement voor
dat waterschap; 3°. idem voor den polder Walcheren en 4°.
beraadslaging omtrent de grensscheiding tusschen Noord-Bra-
bant en Zeeland.
Groote Letters worden naar hare plaatsruimte berekend.
In de Purmerender Courant leest men het volgende omtrent
De afdeeling Medemblik en omstrekeu van de Hollandsche
Maatschappij van Landbouw heeft in hare vergadering van 14
1" ebruarij II. keunis genomen van een schrijven van den heer
D. Vetman te Aalsmeer, waarin deze op haar verzoek mede-
deelt, hoe en met welke uitkomst tot heden door hem gehan-
deld is met betrekking tot de longziekte.
De afdeeling heeft het, uithoofde van het groot belang der
zaak, niet ondienstig geacht de bedoelde mededeeling meer
algemeen bekend te makenter overweging van alle belan--
stellenden.
De heer V. deelt het volgende mede:
„In het laatst der maand December des vorigen jaars ont-
ving ik eene vriendelijke uitnoodiging van de afdeeling Me
demblik der Maatschappij van Landbouw, om mededeeling te
doen van den uitslag van den door mij genomen maatregel bif het
bespeuren van longziekte onder het rundvee.
„In het belang der zaak, en meenende dat de uitslag,
dien ik mogt yerkrijgen, tot heden gunstig mag geuoemd
worden, voldoe ik gaarne aan dit verzoek, in het vertrouwen
dat hetgeen ik heb mede te deelen door velen met belang-
stelling zal worden overwogen, al mag ik niet verwachten dat
alien het met mij eens zullen zijn.
„In de maand Augustus van het jaar 1868 vertoonde zich
de ziekte bij het rundvee van mijn bunrman. Terstond werd
ieder beestdat aangetast werd, afgezonderd; men hoopte
herstelling.^ De epidemie ging voort tot Augustus van het
volgende jaar. Een rond jaar heerschte de ziekte op deze
plaats.
„In den loop van den zomer van het jaar 1869, werd
ook het vee van den aan den eerstgenoemden buurman gren-
zende aangetast: ook daar werd het zieke vee afo-ezonderd
en aan de ziekte haar loop gelaten. Op deze twee plaat
sen, waar 90 stuks vee aanwezig warenbezweken omstreeks
53 pet.; 20 pet. hersteldenen de overigen bleven onaan-
getast. Dat de schade groot was beboeft geen betoog.
r°l de maaBcl April 1869 mogt ik my dankbaar verheu-
gen van deze ramp nog verschoondte blijventerwijl de
ziekte van Augustus 1868 af reeds naast mij bad geheerscbt.
By het in de weide gaan nam ik maatregelen, opdat mijn
vee met in aanraking met dat van mijn buren mogt komen.
Maar wat gebeurt er?
„Daar ik voor de vetweiderij nog aan enkele koeijen be-
llad- kocht ik te Purmerend drie vare koeijen, die
terstond in de weide gebragt werden. Nadat deze dieren
vier dagen in het land geweest waren, werd e'en daarvan on-
gesteld. Ik bet het beest terstond uit het land halen en in
een schuur plaatsen, waar zich nog twee fokkalveren bevonden
en nog vijf anderenbestemd om gemest te worden. De
ovenge fokkalveren waren gelukkig reeds in de weide.
Nadat het ongestelde beest daar twee dagen gestaan had
zonder dat ik nog aan longziekte had gedachtbegon ik toch
ernstig daarover te denkenen besloot den volgenden da-
my te overtuigen door het beest te laten slagten. Mijn ver-
moedeii werd bevestigddaar het werkelijk aan longziekte
bad geleden.
„loen achtte ik het niet raadzaam de fokkalveren die
zich in de schuur bevonden, in het land te zenden en liet
ze by de mestkalveren staan. Veertien dagen daarna werd
een van die fokkalveren ongesteld. Terstond liet ik het sla-ten.
twee daSen werd ook het tweede ziek, spoedig daarna
een mestkalf, welke alien terstond geslagt werden "waarbij
net bleek, dat zij aan longziekte geleden hadden.
„Ten einde nu, kon het zijn, zoo spoedig mogelijk uit
deze omstandigheid te geraken, liet ik ook de vier overi-e
mestkalveren slagten, hopende door die handelwijze de ve°r-
dere verspreiding van smetstof te voorkomen, daar mij uit
het verhaalde gebleken was hoe besmettelijk de ziekte is.
„Dat de koe te lang gestaan had, eer ik tot slagten was
overgegaan, dat daardoor het eerste tijdperk der ziekte was
yoorbygegaanen deze dien grand van ontwikkeling had ver-
kregen, dat zij op de kalveren was overgeplantzal, dunkt
my, uit het volgende blijken, hetwelk, naar ik meen, tevens
bewyst, dat de ziekte in haar eerste tijdperk niet besmet.
"De twee volgende maanden, Mei en Junij, gingen zonder
eenige openbanng der ziekte lot het verledene.
„Na dien tijd werd de tweede der door mij te Purmerende
gekochte koeijen ongesteld. Deze liep onder een koppel
weidkoeijenen 's avoDds te voren had ik juist dit beest nog
met genoegeu betrachtzonder eenig teeken van ongesteldbeid
te bespeuren. Den volgenden morgen zagen wij dat de koe
ongesteld was. Terstond liet ik ze uit bet land halen en in
de schuur plaatsen, en daar ik longziekte vermoedde, liet ik
de koe den volgenden dag slagtenbij welke gelegenheid mijn
gevoelen bevestigd werd.
„Dit had geene verdere gevolgentot dat in het laatst van