- 150 - Een nieuwe oogst-macliinedie maait en bindt. Zwavelzure Magnesia (Bitterzout) als Bemestings-raiddel. Politick Overzigt. 1521 September 1871. Gemengdc iSerl^ten. van Benthum, van Hengelo. Een leerling van het eerste en twee leerlingen van het tweede leerjaar werden onbekwaam geacht om in een hooger leerjaar te kunnen overgaan. Wij hebben aan deze korte mededeeling nog eene bijzon- derheid toe te voegendie wij, op gevaar af van onbescheiden te zijn, niet kunnen verzwijgen. De koning, wiens warme belangstelling voor de inrigting zoo dikwijls gebleken is en die hare werkzaamheden zooveel belangstelling blijft wijden heeft op nieuw een schoon bewijs gegeven hoe zeer hij ook dezen tak van onderwijs genegen is. Z. M. naraelijk deelde onlangs den heer de Beucker mede dat de eleve, die het beste diploma bij het examen zou verwerven, onmiddellijk bij Z. M. op het Loo een goede plaatsing vinden zou. J. Wig- gers, bovenvermeldheeft zich dat voorregt door zijne studie en bekwaamheid waardig gemaakten geniet thans de eer dat Neerlands koning hem dadelijk, na zoo wel volbragte studie, een schoone loopbaan opent en bem de beste en eigenaardigste aanmoediging geeftdie een jongeling wenschen kan. Sedert de uitvinding van oogst-maaimachines in de Vereenigde Staten van Noord-Amerika heeft men kraehtige pogingen ge- daan, om een werktuig zamen testellen waardoor de schoven zonder dat menschenhanden daarbij werkzaam waren, konden gebonden worden. Volgens opgaven van het patent-bureau in Washington hebben de proefnemingen om een schovenbin- der zamen te stellenniet minder dan een half millioen gulden gekost. Er werden prijzen voor de uitvinding van zulk een schovenbinder uitgeloofd maar tevergeefs brak de Yankee zieh het hoofd er mede, tot eindelijk de steen der wijzen werd ontdekt, de schovenbinder verscheen. Er behoorde het taaie geduld van een Yankee toe, om zich niet door half mislukte proefnemingen, jaar uit jaar in, te doen afschrikken. Meer dan dertig schovenbinders werden in het patent-bureau te Washington gepatenteerd een enkele heeft zich als praktisch leeren kennen en dit is Carpenter's zelf-binder. De uitvinder, de heer Carpenter uit Madison in den staat Wis consin, thans te Milwaukee woonachtig, heeft tien jaren lang op de zamenstelling van dien schovenbinder zelf-binderge- studeerd, en heeft zijn geheele vermogen verbruikt voor de be- reiking van zijn doel. Hij beproefde een schovenbinder, aan andere reeds in gebruik zijnde maai-raachines te bevestigen en op passende wijze te verbinden, maar bevond dat, wilde de binder behoorlijk arbeiden er noodzakelijk een maaimachine in verband met of geeigend voor dezenmoest worden ge- konstrueerd. Dit geschiedde dan ook en het resultaat was, dat de maai-machine en de zelf-binder, zooals zij beiden door den heer Carpenter zijn uitgedacht, een volmaakt geheel vor- men en de verrassendste uitkomsten hebben opgeleverd. Hoe- wel zijne machine reeds verleden jaar in den handel kon worden gebragt, heeft de heer Carpenter hiermede nog een jaar gewaeht, totdat alle, zelfs de geringste gebreken waren verwijderd zoodat dit wonderwerktuig zoo volkomen en gemakkelijk arbeidt, en zoo volledig in de gevorderde diensten voorziet, als men slechts wenschen kan. Wie met den landbouw vertrouwd is, weet welk een werk en inspanning het binden van het maaisel op het veld vordert; het is de zwaarste arbeid voor den landman in de Vereenigde Staten. Verscheidene landbouw-genootschappen hebben prijzen uitgeloofd voor de uitvinding van een goed werkenden schoven binder algemeen erkende men het lastige van dit werk door menschenhanden, maar de verwezenlijking van veler hoop scheen nog verre te zijn, totdat Carpenter, die van betrekking eigenlijk journalist was, als een Bens ex machina het raadsel oploste, en aller hulp werd. Eenige dagen geleden ontving ik eene uitnoodiging om eene proef met het werktuig te komen bijwonen en wel bij Milwaukee, in den staat Wisconsin. Een aangeboren weetlust brengt er mij toe, om niet alleen het schoone en verhevene te beschouwen en te onderzoeken, maar overal waar ik dit mag vinden alles wa^ den mensch van praktisch nut isaan een naauwkeurig onderzoek te onderwerpen; ik nam mijn pelgrimsstaf dus op en vertrok naar het bekoorlijk gelegen Milwaukee aan het meer van Michigan. Een dag na mijn aankomst aldaar, zou de proefnemiog ge- schieden, niet ver van de stad op een korenveld. In gezelschap van den vriendelijken eigenaar van den „Meerbode" van Mil waukee, besteeg ik dus een voor ons gereed gehouden buggy, welks flinke paarden het ligte rijtuig in draf langs den zandigen meeroever deden voortrollenalsof ook zij nieuwsgierig waren, om de wondermachine in werking te zien. De heer Carpenter ontving ons allerminzaamst en na kennismaking met dien ver- nuftigen uitvinder stonden wij weldra voor de wondermachine, die dapper er op los maaide en de uitmuntend gebonden korenschoven voor onze voeten nederlegde. De vlugheid, waarmede de machine de met fijn ijzerdraad gebonden schoven „over boord" wierp, hing van de snelheid af, waarmede zich de twee muildieren, welke de oogstmachine trokkenvoort- bewogen. Menige wondermachine heb ik met verbazing aangestaard menigmaal heb ik gedacht, als ik door de patent-bureaux van Washington drentelde: Hoe is het mogelijk, dat menschen deze duizend en nogmaals duizend toestellenwaarvan men hier de modellen zietkunnen uitdenken en konstrueeren Een mensch met ietwat fantasie ziet in de tallooze modellen, die de zalen en gangen van het patent-gebouw in alle rigtingen vullen, evenzoo veel menschelijke hersensdoor wier rusteloozen ijver al die wonderen zijn ontstaan, die ons zoo ver in de moderne beschaving hebben gebragt. Maar geen der wonderen die ik in Washington vond, boeide mijn opmerkzaamheid zoo- danig als deze automatisclie maaier en binder. Ik zeide tot mijn vriendAlles heb ik voor mogelijk gehouden maar dit niet! Nimmer had ik gedacht dat een menschenhand een landbouwmachine zou uitdenken, die het koren op den akker af- snijdt, het in schoven voegten dan op de stoppels nederlegt! Nadat voldoende proefnemingen waren genoraen en ik de beyond contradictionde volmaaktheid der machine had erkend keerden wij naar Milwaukee terug, waar ik nog enkele dagen in den kring van goede vrienden zou vertoeven voor ik naar Europa terug zou gaan. De nieuwe uitvinding zal allengs alle andere oogst-machines verdringen jen daar men in Europa zich oogst-machines begint aan te schaffenmag men Carpenter's maai- en bindmachine wel een oogenblik aandacht schenken. Zij toch is onovertreffelijk zeer eenvondig van konstruktie, gemakkelijk te besturen kost geheel kompleet niet meer dan een M'Cormksche machine en wat het voornaamste is, verrigt alles wat de maaier met de zeis, de arbeider of arbeidster met de hark en de schovenbinders met handen en armen doen. De kosten voor het in elkander zetten zijn gering en voorzeker zal de Automatic reaper and grain binder, den vervaardigerdie met konlrakt ook het regt van fabrikaat in andere landen afstaat, tot een schatrijk man raaken. De zwavelzure magnesia bestaat uitwater (kristalwater) 51.2 pet., zwavelzuur 32.1 pet. en magnesia 16.7 pet. De beide laatsten zijn als voedingsmiddelen voor de planten nood zakelijk; de magnesia vooral is in de zaden der kultuurgewas- sen alzoo in de granenpeulvruchten en dergelijkenin betrekkelijk groote hoeveelheid voorhanden. De meeste akkergronden bevatten nu wel in voldoende hoeveelheid zoowel magnesia als zwavelzuurin verhouding tot de behoeften der plantenmaar niettemin geeft eene opzettelijke bemesting der planten met magnesia, namelijk met zwavelzure magnesia, volgens herhaalde proefnemingen, een gunstige uitkomst. Ten bewijze hiervan kunnen strekken de door Pincus zoo zorgvuldig genomene bemestings-proeven met bitterzout, voor klaver; hierdoor bleek hot dat een stuk land, bemest met bitterzout, meer opbragt dan een dergelijk stuk land dat met gips bemest wasen dat deze beide stuk- ken eene veel grootere opbrengst gaven dan ongemest land. De zwavelzure magnesia heeft, zoowel in hare zamenstel ling als in hare werking in den bodem en haren invloed op den wasdom der plantenzeer veel overeenkomst met de gips of zwavelzure kalk. Beiden werken vermoedeliik niet zoozeer door zelve onmiddellijk de planten te voeden5|(Ps wel daardoor dat zij andere in den bodem aanwezige voedende stoft'en geschikt maken om door de planten te kunnen worden opgenomendeze gunstige invloed kenmerkt zich voorpamelijk door epn meer weelderigen groei der bladeren en Stengels alsook van de wortelsen wel vooral bij de klaverde peul vruchten enz. Tot lieden laat het zich nog niet met zekerheid bepalen of men aan het bitterzout, als mest-middeleene grootere waarde moet toekennen dan wel aan de gips. Men heeft tot nog toe op het bitterzoutmet betrekking tot den landbouw, minder acht gegeven dan op de gipsomdat de zeer hooge prijs van de zwavelzure magnesia het gebruik als mest-middel niet raadzaam scheen te makenmen kan echter als zeker aan- nemen dat men aan het bitterzoutals mest-middeleene even groote waarde moet toekennen als aan de gipsen dat de meerdere doelmatigheid van het eene of van het andere bemes- tings-middel eigenlijk bepaald wordt door hun betrekkelijken prijs. Maar grootere waarde heeft de zwavelzure magnesia, als men haar bezigt als middel om den stalmest te conserveren zij werkt ook in dit opzigt op gelijke wijze als de gips, d. i. zij vertraagt de ontleding van den stalmest en legt de ammo- niakdie zich daaruit ontwikkeltvast. De voordeelige invloed van de gips op het conserveren van den mest is meermalen aangetoond en genoegzaam bekend; maar de zwa velzure magnesia werkt in dit opzigt veel spoediger en krach- tigerwant zij is in water zeer oplosbaarterwijl de gips daarentegen eene betrekkelijk geringe oplosbaarheid bezit. Door deze meerdere oplosbaarheid van het bitterzout, wordt het nadeel opgewogen dat genoemd zout bijna /3 gedeelte minder zwavelzuur bevat dan de gips (46.5 pet. zwavelzuur). Uit al het boven aangevoerde blijktdat de zwavelzure magnesia voor den landbouwer minstens evenveel gebruiks waarde heeft als de gips en daar nu de gipsb. v. in Ko- ningsbergen15 Sgr. per centenaar kostverdient de zwa velzure magnesia voor - den gevraagden prijs van 6 Sgr. aan de fabriek van kuost-mineraa!water van Dr. Struve en Solt- mannin Koningsbergenbepaald de voorkeur. Dit zout bevat, zoo als het tegenwoordig ten verkoop wordt aangebo- den, 67 pet. bijgemengde deelen, en is dus voor landbouw- kundig gebruik nagenoeg met het zuivere zout in waarde ge- lijk te stellen. Het gebruik van de zwavelzure magnesia is dus den land- bouwers wel aan te bevelenvooral om er de stalmest mede te overstrooijen; het is voor dit doel voldoende, als men dagelijks voor elk stuk groot vee 1 of l/2 pond, alzoo per jaar omtrent 4 a 5 centenaars, bitterzout over de mest in den stal of over de mestvaalt strooit; de kleine uitgaaf, die men daarvoor doet, wordt rijkelijk opgewogen door de meerdere waarde die de mest op deze wijze verkrijgt. Ook in kleinere hoeveelheid gebezigd, oefent dit zout reeds eene zeer gun stige werking uit; maar kan dan niet al de zich ontwikke- lende ammoniak behoorlijk vastleggeu. Herhaalde en voortgezette proeven met het bitterzout, als mest-middel, zijn allezins wenschelijk, vooral op klaver-, peul vruchten- en weide-land. Men zou het bitterzout kunnen ver- mengen met eene gelijke hoeveelheid losse aarde en dan dit mengsel uitstrooijen over de jonge planten of over de vel- den als het groen begint uit te komen. Voor peulvruchten neemt men ]/2 centenaar zwavelzure magnesia per morgenvoor klaver en weide-land 11J/2 centenaar. Vergelijk liebig Die Chemie in ihrer Anwendung auf Agricuttur und Physiologie. 7. Aufl. II. S. 353 a. folg. Frankrijk en Buitschland zijn in zeker opzigt te vergelijken bij twee mannen, die elkander bij de haren gehad die elk ander gestomptgeslagen en geschopt hebbenen ofschoon hun twist bijgelegd zij, ofschoon zij reeds elkander de hand gegeven en „het afgedronken" hebbenelkander toch nog nijdig, vijandig aanzienen in zulk een opgewonden toestand verkeeren dat er bitter weinig noodig is om de ruzie weder te doen uitbarsten. Na den bloedigen oorlog van 18701871 is de vrede tusschen de twee genoemde staten geslotende diplomatieke betrekkingen zijn herstelddat wilzeggen:de keizer van Duitschland heeft een vertegenwoordiger bij den president der fransche republiek, en de president der fransche republiek heeft een vertegenwoordiger bij den keizer van Duitsch land, en waren er in eenige fransche departementen geen duitsche soldaten meer, de vijand zou misschien vergeten zijn; maar toch blijft de wrok der Franschen tegen hunne over- winnaar's bestaan en behalve in de dagbladen, behalve in het maatschappelijk verkeervindt men van dien wrok, van den onverkropten spijt over het verlies van Elzas-Lotharingen blijken in de nationale vergadering. Deze toch hadalvorens uiteen te gaan zij heeft den 17 dezer vakantie genomen tot 4 December een traktaat goed te keuren, tusschen Duitsch- lhnd en Frankrijk te sluiten en betrekking" hebbende op de betaling van regten voor fabriekvoortbrengselen uit Elzas- Lotharingen ingevoerd in Frankrijk en omgekeerd. Het sprak van zelf dat, hoe mooi ook de bepaliugen zouden geweest zijn die aan de nationale vergadering wierden voorgelegd, pkere partij er niet tevreden mede zou wezen, en dat nog meer, veel meer in het belang van Frankrijk verlangd zou worden. Dit is dan ook het geval geweest, en niet dan nadat in het trak taat belangrijke veranderingen waren gebragtwaaraan Thiers meende te moeten toegeven, wat moest hij doen tegenover een troep stoute, ongezeggelijkepruilende jongenswerd het aangenomen. Maar zie, bedoelde wijzigingen valien en ook dit is zeer natuurlijk, niet in den sinaak van Duitschland; deze kontraktereride partij beweert op hare beurt dat aan Frankrijk te veel wordt ingewilligd en ten gevolge van het nieuwe verschil van meening is de onderteekening der over eenkomst vertraagd. Zijn de Franschen zoo kitteloorig, erkennen zij alleen met woorden en niet met daden hunne verschrik- kelijke nederlaag, dan voorzeker zal de definitieve bevrijding buns lands van de vreemde troepen nog lang op zich laten wachten. In Oostenrijk isom ons triviaal uit te drukkende boel erg in den war. Trouwens dat gebeurt wel eens meer in dezen keizerstaat, zamengesteld uit een zoo groot aantal lan den en gewestenwaarvan ieder voor zich zelf zijne bijzondere taal, zijne bijzondere belangen zijne bijzondere politieke ziens- wijze enz. enz. heeft. De zeventien landdagen d. i. vertegen- woordiging van al die landen en gewesten, zijn thans weder bijeen- gekomen, en al dadelijk bij den aanvang hunner werkzaamheden blijkt op nieuw, dat het, voor welk kabinet ook, een onbe- gonhen werk is al die verschillende belangen te willen vereen- zelvigen,al die verschillende rassen tevreden te stellen. Men weet dat Hongarije voor eenige jaren zijnen zin gekregen heeft, en de Staat dien ten gevolge Oostenrijksch-Hongaarsche monarchie heet; Hongarije heeft zijn eigen ininisterie, zijne eigene begrootingde keizer van Oostenrijk heeft zich tot koning van Hongarije laten kroonen; maar hiermede is wel tevreden dit land, dooh niet Gallicie, Bohemen enz. Gallicie heeft reeds dour zijn aanhoudend jarameren door zijn heftig verzet tegen de centralisatiezoo veel verkregendat het een autonomie (t. w. een eigen bebeer) verwachten kan; maar zie, nog is de belofte, aan Gallicie gedaanniet vervuld, of Bohemen op zijne beurt steekt het hoofd op. „Krijgen de Hongaren en Galliciers hunnen zin, waarom moeten wij dan achteruitgezet worden?" vragen de Bohemers. En op deze vraag heeft keizer Frans Jozef voor een paar dagen een ant- woord gegeven, waaruit blijkt dat hij, ten einde raadook aan hun verlangen wil voldoen. Goedmaar zal hij het doen van zulke koncessien knnnen voortzetten, wanneer Stier- marken Karinthie, Tyrol, Moravie, Sileziede Bukowina enz. enz. hnnnerzijds met eischen voor den dag komen. Gelijke monniken, gelijke kappen. Doch dusdoende wordt de oostenrijksche keizerstaat weder verbrokkeld In Fhgeland begint men ongerust te worden over den ge- zondheidstoestand der koningin. In Zweden is thans de Kijksdag buitengewoon vergaderd, om een leger-reorganisatie tot stand te brengen. In het noorden van Italie is den 17 dezer een merkwaar- dig feest gevierd de Mont-Cenis-spoorwegtunnel werd geopend en hiermede is de Alpenweg gebaand. De gelukkig volbragte arbeid is een der bijna ongeloofelijke reuzenwerken waardoor de negentiende eeuw zich cnderscheidt. In' Buitschland woeden de kerkelijke twipten op katholiek terrein met de meeste heftigheid voortvooral in Beijeren de voorstanders van de onfeilbaarheidsleer kunnen niet op on- dersteunins: van wege'de regering bogenintegendeelvan overheidswege wordt niets ver^uimd om de verspreiding der koncilie-besluiten tegen te gaan althans te belemmeren. Ook de oostenrijksche regering gaat in deze met onkerflaauwden ijver voort; een der prelaten, die zich niet ontzien had het onfeilbaarheidsdogma af te kondigen zonder daartoe 's keizers toestemming te hebben gevraagd en gekregenwerd gedag- vaard voor den ministerraaden voor de ministers verschenen moest hij van hen vernemen dat de souverein des lands zijn gedrag scherp afkeurde. De bisschop erkende zijn onregt en beloofde beterschap. In Belgie heeft de minister van openbare werken een be- sluit genomen, waardoor hij zich tallooze vijanden op den hals baalde: de spoorwegtarieven voor het personenvervoer zijn door hem vcrhOogd vele jaren achtereen was het publiek ge- woon geraakt aan de lage vrachtprijzen, zoo als die waren vast- gesteld door de regering die aan de tegenwoordige voorafging. De lotelingen, die in dit jaar bij de troepen te paard ingelijfd en, overeenkomstig art. 57 van het kon. besluit van 8 Mei 1862, na hunne inlijving, tot nadere oproeping met verlof zijn gezonden, zullen met den 2 October a. s. in werkelijice dienst worden gesteld, ten einde te worden gekleed en geoefend. In deze provincie is de verzamelplaats 's Gravenhage. Door den burgemeester van Makkum, gesterkt door zijne politie- dienaren, zijn dezer dagen gekalangeerd twee eigenaars van vier paarden, welke het grasgewas op den openbaren weg afgraasden, welk gras door een ander was gepacht en aan wien het dus in wettigen eigendom toebehoort. De eigenaars dezer paarden, die eerlang voor de regtbank te Sneek zullen moeten gehoord worden over deze communale daden, behooren tot de inge- zetenen van het dorp Wons Men meldt uit Alkmaar, dd. 15 Sept. //Gisteren morgen, juist toen de spoortrein aan de halte te Hugowaard arriveerde, sloeg de vlam uit de boerenplaats van J. Zuurbier. De aangebragte hulp kon slechts weinig tilbare have redden, de plaats was zeer spoedig afgebrand. Het broeijen van het hooi moet oorzaak zijn. Huis en inboedel waren slechts ten deele verzekerd." De Liberte verhaalt, dat door de Pruissen op den verjaardag van den slag bij Sedan te Mantes een bal is gegeven, maar zonder danseressen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Weekblad van Haarlemmermeer | 1871 | | pagina 2