- 186
Open Brief aau Dr. Otto Pitsch,
Politick Overzigt.
17 23 November 1871.
liSemeiig'flc Herigten.
R EGTSZAK EN.
derde oorden der provincie, woonden de vergadering hij
algemeen werd er aan de discussie deelgenomen en menige
belangrijke week en opmcrking medegedeeld.
De heer Meursing, van Drouwen, deed een voorstel met
betrekking tot het programma voor de algemeene tentoonstel-
ling; bij wilde nl. aan de dekhengstendie eenmaal bekroond
werdenbij eene volgende tentoonstelling niet dezelfde of
eene mindere premie toegekend hebbenwaarmede de verga
dering zich vereenigde; terwijl voorts aan het hoofdbestuur
werd opgedragen om, bij het zamenstellen van het programma
in overweging te nemen, de namen der hengstenhoudersdie
hunne hengsten niet op de algemeene tentoonstelling brengen
en dus moeten gevekend worden geen aanbevelingswaardigen
hengst te hebben, publiek bekend te makenen om de niet
uitgereikte premien bij het bedrag der iu het volgende jaar
ait te loven premien te voegen.
De heer Flugi d' Aspremont besprak het in cultuur brengen
van de uitgestrekte veengronden en wilde de spoorwegen
dienstbaar maken tot het verbruik en het vervoer van turf,
en de kanalen en wijken vervangen door sporen. Onderschei-
dene leden wederspraken het nnttige van dit denkbeeld en
waren van oordeeldat in den regel bet graven van wijken
goedkooper en beter za! zijn dan het vervoer per spoor.
Alsriu kwam in behandeling vraagpunt 1 op welke wijze
kunnen de woeste gronden in Drenthe met het meeste voor-
deel ontgonnen worden.
Het resultaat van hetgeen hierover gesproken werd is, dat
zoowel voor afgegraven veengronden als voor heidegronden
moeijelijk algemeene regelen kunnen gesteld worden, daar zeer
veel afhangt van den aard der gronden, van de ligging enz.
Jhr. Mr. A. W. van Holthe van Echten deelde wetenswaar-
dige bijzonderheden mede over de wijze, waarop hij heide
gronden tot bouw- en weiland maakt. Hij is verzocht zijne
wijze van handelen schriftelijk mede te deelen.
De volgende vraagpunten gaven aanleiding tot langdurige
debatten en verschillende opmerkingen. Het is echter zeer
moeijelijk daaruit bepaalde resultaten te trekken. Alleen
deelen wij mede:
1°. dat men vrij algemeen van gevoelen was, dat de esch-
grouden in Drenthe veel dieper losgemaakt moeten worden
dan in den regel geschiedt;
2°. dat voor de veredeling van het inlandsche paardenras
kruising met het bovenlandsche ras minder is aan te bevelen
dan kruising met het Geldersche ras;
3°. dat het Durnbamsche rundvee-ras wel uitmunt door
spoedige vetwording, maar niet door overvloedige melkgeving;
4°. dat voor de vetmesting de kleinere soort van varkens,
waarvan thans veelal gebruik wordt gemaakt, meer is aan te
bevelen dan de vroegere grootere soort;
5°. dat, met het oog op onze heidevelden, het Drentsche
heideschaap het meest geschikt is voor den Drtentschen land-
bouw.
Bij het einde der vergadering werd de wensch aan het
hoofdbestuur kenbaar gemaakt, om wederom eene vergadering
als deze, ter bespreking van punten den laudbouw betref-
fende, te doen houdenals wanneer ook eene tentoonstelling
van landbouwwerktuigen en van landbouwzaden zou kunnen
gehouderi worden.
Vele leden vereenigden zich ten drie ure aan een vriend-
schappeljjken maaltijd."
Men meldt ons van den RijnkantAls de bouwlieden naar
het spreekwoordmet Sinte Katrijn komen de koeijen aan de
liju, d. i. 25 November, tot zoo lang linn vee in de weide
kurinen laten loopen, zijn zij best tevreden. Werkt het weer
zoo gunstig in de hand dat het vee tot over St.-Nicolaasdag
in de weide kan blijven, dan mag dit als eene bijzonderheid
aan den balk worden geschreven. Op het een noch het ander
bestaat dit jaar veel kans, daar het vroegtijdig, somtijds
streng wintert, ten gevolge waarvan het vee, smank noch
voedsel vindende in het bevroren grashonger lijdt. Een groot
gedeelte van het vee is dan ook naar stal gehaald en weldra
zullen de weiden zijn verlatenals de winter het ernstig
mogt meenen hetgeen men zich echter nog niet voorstelt.
Men vermoedt een niet langen, maar afwisselenden winter en
men hoopt overal dat dit vermoeden niet zal tegenslaan.
Hoe later de winter komt, of beter: hoe vroeger het voorjaar
naar lente gelijkt, hoe liever. De winter kan toch lang
genoeg duren als, gelijk dit jaar, de hooibergen niet zoo ruim
gevuld zijn. En als Meizoo als die jl. zoo winterachtige
maandte vergeefs op welgestelde weilanden moest doen
hopenzou de wintervoorraad te kort komen. (L. C.)
Het volgende is ons met verzoektot plaatsing toegezonden
Leeraar aan de Landbouwschool te Warffum.
Een ouzer weekbladenwaarde heer Pitsch heeft eon ge-
schrijf bpgenomen tegen uw boekje over het landbouw-onder-
wijs, omdat gij u daarin hebt laten ontvallen, dat onze land,
bouw-letterkunde niet veel om 't lijf heeft. De schrijver is
erg boos en blaft u heftig aan; en geen wonder! Pas vijf
maanden nadat gij u bij ons hebt nedergezet en Nederland
kennen leerdetveroorloofdet gij u om ons de waarheid te
zeggen. Dit moet u niet verwonderen; want hij, die onver-
hoeds op zijn zeer geraakt wordt, laat natuurlijk een raauwen
gil hooren. Ik ken dat misbaar bij ondervinding. Ook ik heb
met hetzelfde gevolg, wel eens op zulk een exteroog getrapt
Stoor u niet aan dit keffen. Het ontneemt niets aan de.
waarde van het boekje, waarvoor ik, en alien voorzekerdie
degelijk landbouw-onderwijs voorstaan, u opregtelijk dankbaar
zijn. Alleen zij, die zoo weinig onze landbouw-letterkunde
weten te beoordeelen als hij, die u aanblaft, zullen u ten
kwade duidendat gij, zoo men dan wil, de waarheid gera-
den hebt. Op eene zee van vertalingenen van welk geiialte
dan nog! drijft hier en daar slechts een schuimpje oorsp ron-
kelijk Nederlandschwetenschappelijk werk, dat over N eder-
landschen landbouw handelt; en ons geschrijf over de 1 and-
bouw-vragen van den dag, wat is 't veel meer dan kibbelarij
over personen Wij behoeven nog vrij wat onderwijsvoor-
eerst om dit algemeen te leeren erkennen en daarna om wat
beters te levereu. Ik wensch u van harte lust en kracht toe
om ons te helpen in het verleenen van dat onderwijs aan het
opkomend geslacht. Het gebeuzel onder anderen over prak-
tisch landbouw-onderwijs, dat men ons nog dagelijks, lot
walgens toe, poogt te doen slikkenzal u reeds hebben doen
gevoelen, dat er met velen die hier thans over den landbouw
papier vuil inakenniet wetenschappelijk te redeneeren valt.
Wij handelen 't verstandigst met die lieden te laten praten.
In huu eigen vet zullen zij smoren wanneer eindelijk de
waarheid zegepraalt; en dat za! hier te lande', hoewel wat
laateven als in 't buitenland geschieden.
Laten wij dus al onze zorgen blijven wijden aan het op
komend geslacht, en daarbij de schoone spreuk indachtig
blijven: „Doe wel, en zie niet om."
Boelcliorst bij Lochem, den 17 November 1871.
TJw hartelijk toegenegene
W. C. H. Staking.
Veel nieuws hebben wij deze week niet te vermelden be
langrijke feiten zijn niet voorgevallendooli desniettemin zijn
de politieke bladen dagelijks vol; meestal echter is de lezer,
na zich met den inhoud bekend gemaakt te hebben even wijs
als toen hij de bladen in de hand nam. Geruchten worden
elken dag in groot aantal verspreiden zij mogen nog zoo
ongegrond zijn, stof tot besehouwingen vindt men er altijd
in. Heden zijn het de gissingen naar den oorsprong, rnorgen
is het de tegenspraakde aanwijzing van de ongegrondheid
die de kolommen vullen. Frankrijk is het si uchtbaarste in zulke
verziusels; die der laatstverloopen dagen hadden betrekking 1°.
op de fusie Bourbon-Orleans, d. w. z. op de vereeniging "van
de belangen der twee verdreven fransche koningsgeslacliten
2°. op de kansen van herstel van Napoleon III op den fran-
schen troon 3°. op de voornemens van Thierspresident der
fransche republiek, en zijne ministers; 4°. op de opzegging
van het handelstraktaat met Engeland. Zeker is het dat al-
les, wat deze onderwerpen betreft, heden in denzelfden toe-
stand verkeert waarin het zich acht dagen geledeu bevond.
De prins van Wales, kroonprins van Engeland, is ziek.
In Duitscliland gaat de Itijksdag steeds met snelheid te werk.
In Italiewelks koning in de nieuwe hoofdstad van zijn
rijk is aangekomen, ziet men met gespannen verwachting de
troonrede te gemoetwaarmede Victor Emanuel de zitting van
het Parlement zal openenvoor de eerste maal te Rome. De
pans, die nog steeds op het Vatikaan verblijf lioudt, is zoo
men zegt voornemens de wijk naar Frankrijk te nemen; over
deze verhuizing moet met Thiers gekorrespondeerd zijn; Pius
IX zelf heelt over zijnen toestaud een gesprek gehad met den
f'ranschen gezant, en wat hij tot dezen zeide is onjuist over-
gebragt geworden daor Jules Favre, in zijn werk bevattende
een overzigt zijner handelingen als minister van buitenlandsche
zaken deze onjuiste raededeeling, het gevolg van eene vergis-
sing van den afschrijver, gaf natuurlijk aanleiding tot twist-
geschrijf, en dit liep nog al vrij hoog.
Oostenrijk is half verlost hit zijne kabinetskrisisdoch al-
vorens de politieke toestand aldaar volkomen in het reine zal
zijn gebragt, zal nog veel moeten gebeuren.
In Spanje zijn de Cortes onverrvachts naar huis gezonden.
Een vijnndige houding der volksvertegenwoordiging tegenover
de ministers noopte de regering tot het scborsen der parle-
mentszitting men zegt dat deze niet voor Februarij a. s.- zal
hervat worden. Het is te hopen dat de minister van financien
in dien tusschentijd tot het besef zal komen van de onregt-
vaardigheid zijner op zoo trouwelooze wijze voorgestelde rente-
belastingen van dezen maatregel zal afzien.
Ook de ministers in Belgie zitten niet op rozen. De finan-
ciele operatien van den bekende Langrand-Dumonceau en de
aan het licht gekomen schandalenhem en zijne banken en
maatschappijen betreffende, hebben door geheel het land de
gfootste verontwaardiging opgewekt en het publiek is hoogst
verbolgen op de regering, daar zij behoort tot de parlij bij
welke Langrand altoos steun vonden diens niedcstauders
begunstigt. Eene interpellatie, door een oud-minister van jus-
titie in een liberaal kabinet tot den gewezen minister van
binnenlandsche zaken gerigt, over de benoeming van een der
hoofd-agenten van Langrand tot gouverneur der provincie Lim-
burg, heeTt een zeer onstuimige zitting der kainer en volksbe-
wegingen op straat ten gevolge gehad en men is niet vreemd
aan het denkbeeld, dat het kabinet, wordt het nog eens of
meermalen even heftig aangevallenzich niet zal kunnen
staande houden.
Een der zonen van den keizer van Ruslandgrootvorst
Alexis is op dezen oogenblik de gast van den president der
Vereenigde Staten van Noord-Amerika.
Door mevrouw de Wed. W. M. J. Haringman, geb. E. M. P. de Kem-
penaer, den 7den dezer te Leiden overleden, zijn de volgende legaten ver-
maakt: aan de landbouw-kolonie Nederl. Mettray, te Rijsselt bij Zutphen,
f 500 aan het instituut voor doofstommen te Groningen f 500 aan het
instituut voor blinden te Amsterdam f 500; aan het H. G. of armen wees-
en kinderhuis der nederd. herv. gemeente te Leiden f 1000; aan de dia-
konie-armen der nederd. herv. gemeente te Leiden f 1000 aan het minne-
huis der herv. gemeente te Leiden 500; aan de bewaarschool op de Ga-
renmarkt te Leiden 300en aan de algem. weduwenbeurs voor predi-
kanten der nederd. herv. kerk 200.
Te Ootmarsum heeft men den ongeveer 35 meter hoogen schoorsteen
van de onlangs verkochte stoomweverijwelke thans wordt geslooptin
navolging van-de Vendome-zuil, laten omvallen. De. schoorsteendie niet
minder dan 150,000 steenen bevatte, viel met zulk een geweld neder, dat
door de geheele stad de dreuning gevoeld werd, die vooral nadeelig was
voor de nabij gelegen huizen. Voorwerpeu van 20 kilo zwaarte werden
verscheidene meters van hunne ligplaats geslingerd.
In de vorige week is te Ureterp een jongentje geboren, dat reeds
toen hij ter wereld kwam de oud-oom was van een jongen van zes jaar.
Te Rotterdam is de bodem van een doctors-koets onder het rijden
ingezakt, terwijl de doctor er in zat. Gelukkig werd de koetsier door
voorbijgangers gewaarschuwdzoodat hij spoedig stilhield, anders zou de
doctor een gcforceerden hardloop in zijn eigen rijtuig hebben moeten hou
den, zoo als vroeger jaren daar nog eens gebeurd is.
Eenige landlieden reden verleden week in een wagen met twee paar-
den bespaunen van Zutphen naar Brummen. Om de .15 centen tolgeld aan
den Kanonsdijk te besparensloegen onze boeren de Bankstraat bij de Ho-
ven in, om dan lager over den grindweg van Voorstonden boven den tol
weder op den straatweg te komen. Maar toen zij op de hoogte der weide
van den heer Zegers Veeckens warengeraakten menschenpaarden en -wa
gen, alles in een diepe sloot. Na de eerste ontsteltenis en verwarring
werden de paarden met veel moeite uit het water gehaaldde wagen was
beschadigd en de menschen waren druipnatbovendien heeft een oud man
zich erg bezeerd voorzeker een heilzaine les voor al te zuinigetol-
ontwijkende lieden
Te Koog-aan-de-Zaan is eene vergadering gehouden van olie-fabrie-
kantenter bespreking van een voorstel tot verhooging van de arbeidsloo-
nen der fabriek-aroeiders. Met algenjeene stemmen is besloten tot eene
vermeerderiug van ruim 16 pet. en het maalloon van een last zaad alzoo
te brengen van f 8.10 op f 9.45. Zonder dat van wege de arbeiders
eenige vordering of aanvrage is gedaan zijn de fabriekanten uit eigen be-
weging aau de steeds hlimmende behoeften hunner werklieden te gemoet
gekomen, daarin voorgegaan door enkele houtkoopers te Zaandam.
Het midden-gebouw der nieuwe gasfabriek te Nijmegendat in aan-
bouw wasis den 17 dezer ingestort. Drie personen zijn daarbij gekwetst
en een gedood.
Bij arrest van den. Hoogen Raad van 21 November is verworpen het
beroep in kassatie, ingesteld door Johan Egly of Eglialias baron van
Liebenstein (zie ons Weekblad van 25 Aug.), tegen een arrest van het
Hof in Noord-Hollandwaarbij hij is veroordeeld tot 5 jaren tuchthuis-
straf, ter zake van valschheid en opligting.
Het te Groningen te huis behoorende schip de Zwrrver, kapt. Ates,
van Newcastle met een lading steenkolen herwaarts, is, volgens ontvangen
berigt, in het Friesche Gat verongelukt en de geheele bemanning daarbij
omgekomen.
In den avond van 17 dezer is in de gemeente Rheden (in de heide
onder Velp) eene afgrijselijke misdaad gepleegd. De ijverige en tronwe
jagtopziener Grauderhorst is aldaar met ingeslagen hersenpan op den weg
gevonden. De dadcr, de zoon van een bekend strooper, die op dit oogen
blik met verlof was uit de militaire dienst, heeft zich zelven in hechtenis
gesteld en zijn misdrijf beleden.
Door de engelsche //Vereeniging der vrienden" tot ondersteuning van
de fransche landbouwers, die door den oorlog geleden hebben, is in de
maand October 4,055,071 francs uitgedeeld.
Majoor von Codenstern heeft een met groote zorg bewerkt boek uit-
gegeven, waarin het totaal verlies van het noord-duitsche bondsleger in den
jougsten oorlog tegen Frankrijk volgendenvijze wordt opgegeven: 5198 offi-
cieren, waaronder 500 vaandrigs, 98,618 man, 68 artsen, 2 veldpredikers,
3 betaalmcesters. Hiervan dood: 1587 oflicieren, 18,253 man, 9 artsen,
1 veldprediker, 1 betaalmeestergewond: 3539 oflicieren, 73,463 man,
51 artsen, 1 veldprediker, 1 betaalmeester; vermist: 72 oflicieren, 6909
man, 8 artsen, 1 betaalmeester.
Prins Pierre Bonaparte heeft ten tweeden male met dezelfde vrouw
eene huwelijksverbindtenis gesloten. Geruimen tijd geleden, trad hij in
Belgisch-Luxemburg met mej. Riflon in den echt. Keizer Napoleon keurde
dit huwelijk af en gaf zijne door de grondwet des rijks vereischte toe-
stemming niet. De echtgenooten bleven niettemin bij elkandertwee kin-
deren werden bun geboren. De val van het fransche keizerrijk onttrok den
prins aan het toezigt van Napoleon III, en nu kwam hij tot het besluit
een tweedc huwelijk met zijne vrouw aan te gaan, waardoor dan hare
positie en die der kiuderen voor goed zou zijn gewettigd. De echtverbind-
tenis is verleden Zaturdag in het hotel der fransche ambassade te Brussel
voltrokken door een der ambtenaren van den burgerlijken stand.
Voor het provinciaal geregtshof in Noord-Holland is behandeld de
zaak van Richard Lloyd, oud 27 jaren, matroos, geboren te Londen,
beschuldigd van poging tot moord, gepleegd op den koopman A. J.
Groen, wonende te Nieuwediep, op Zaturdag 5 Augustus 11. te Amster
dam. Acht getuigen werden in deze gehoord. Uit de afgelegde ge-
tuigenissen bleek o. a., dat de bescbuldigde een gescbil had gekregen
met voormelden koopman, over den hoogtn prijs van door dezen aan
hem geleverde kleedingstukken, dat hij dientengevolge dien koopman
niet bad willen b talen, dat deze zich daarop bad gewend tot den kon-
sul van Groot-Brittannie te dezer stede, tot verkrijging van betaling
uit gemelden matroos toekomerde gage, en dat beschuldigde hem als-
toen voor het huis van den konsul, op de Heerengracht bij deHarten-
straat, had opgewaciit en op klaar licbten dag, des namiddags
ten half twee ure, ongeveer voor dat huis, had aangegrepen en met
hem te water was geraakt. Beschuldigde erkende dat hij den getuige
Groen in het water had geworpen, maar beweerde dit alleen te hebben
gedaan om hem een lesje te geven, geenszins om hem van het leven te
Berooven. De adv.-gen., jhr. mr. C. H. Backer wees evenwel daar-
tegenover o. a. op de verklaringen van driegetuigen, die op verschil
lende tijdstippen voor het plegen van het feit hem (besch.) hadden
hooren zeggen dat hij den koopman zou verdrinken als hij hem ont-
moette, en verder o. a. op de verklarmg van den getuige die dezen
uit het water had gered, dat besch. getracht had zijn hoofd onder water
te houden. Hij meende intusschen hierdat uit aan de handelwijze
voorafgegane feiten verzachtende omstandigheden vielen af te lei-
den, weshalve hij wel veroordeeling rekwireerde ter zake van poging
tot moord, maar deswege tegen hem slechts een cellulaire gevan-
genisstraf van een jaar vroeg.
De advokaat mr. P. Pet betwistte dat kewezen was dat besch. het
voornemen had gehad den getuige te dooden. Hij gaf o. a. te kennen
dat de mogelijkbeid niet was uitgesloten dat de in de engelsche taal
geuite woorden, die sommige getuigen als gesproken hadden opgegeven,
niet de beteekenis hadden dat besch. den getuige wilde verdrinken,
maar dat besch. slechts een indompeling bij wijze van les aan den
getuige had op het ong gehad. Die mogelijkbeid werd volgens pleiter
een hooge waarschijnlijkheid als men lette op het feit dat besch.,
des namiddags te half twee ure, in een volkriike buurt van Amsterdam,
den getuige in het water had geworpen. Daarbij kwam nu nog dat
de getuige, die den koopman gered had, beide in het water liggende
personen niet zoo lang daarin had zieu liggeu, als een andere getuige,
die, in strijd met diens verklaring, pertinent beweerde dat besch. den
ander slechts met het hoofd door het water op en neer had gehaald en
dat geenszins onder water had gehouden. Hij konkludeerde dus tot
vrijsp raak.
Het hof heeft den 21 dezer de zaak hervat, en alstoen bewezen
verklaard dat de bescbuldigde op 5 Augustus 11. dien koopman op
de Heerengracht bij de Hartenstraat heeft aangegrepen en met hem
in het water is geraakt, doch zich niet vereenigd met de boven-
gemeldc door het openbaar ministerie daaraau gegeven kwaliiikatie.
Het heeft den beschuldigde schuldig verklaard aan het voorbedach-
t'elijk moedwillig toebrengen van slagen en stooten, waardoor geen
ziekte of beletsel om te werken van meer dan 20 dagen is ont-
staan, en hem te dier zake veroordeeld tot een cellulaire gevan-
genisstraf van een jaar.
In het laatst van Oktober is te Potenza, de hoofdplaats der
napelsche provincie Basilicata, uitsproak gedaan in het lang aan-
hangige geding der rooverbende van Egides Floro. De behandeling
dezer zaak, waarin 41 personen betrokken waren, heeft 39 dagen
lang voor het eerste hof van assises van genoemd gewestgeduurd.
Uit de akte van bescbuldiging is gebleken, dat door deze be-
ruchte bende meer dan honderd moorden, verscheidene honder-
den gewapende aanrandingen, rooverijen en brandstichtingen, als-
mede talrijke opligtingen van personen, zijn gepleegd; aan de slagt-
offers werden niet zelden neus en ooren afgesneden of de oogen
uit.gegraven. De afscbuw en verontwaardiging, welke dit proces
opwekte, was oubeschrijfelijk en gaf zich vooral lucht toen de
voorzitter de punten van bescbuldiging, ten geiale van 199, voor-
las, en verklaarde dat van de 41 beklaagden 31 zich aan moord
hadden schuldig gemaakt en dat een kunner niet minder dan 20
en een ander 18 personen om het leven bad gebragt. Verscheidene
moorden gingen van de gruwzaamste omstandigheden vergezeld. Zoo
hebben deze onmenschen- eens een herder gedwougen een diepen
graf kuil te graven, en toen de ongelukkige met dezen arbeid gereed
was, waren zij wreed genoeg om er den graver zelven levend in
te bedelven. Op een anderen tijd ligtten zij twee jongelieden op,
en toen de familie van den een met bij magte was den hoogen
losprijs, welken zij eischten, te betalen, ontstaken zij een groote
houtmijt en wierpen den knaap in de vlammen. Toen het dezen,
half geroosterd, gelukte zich los te wringen en op de vlugt te
gaan, acbterhaalden de kannibalen hem en wierpen hem op nieuw op
den brandstapel. Op zijne verkoolde beenderen braaddenzij vervol-