- 18 -
Graan of Veevoeder?
Politick ©verzagt.
26 Jan.1 Febr. 1872.
©emengde Berigten.
gestrekte landgoed in banden van een Grcminger kwam om-
dat van een landbouwer uit die provincie voor de Drenthen
nog wel wat goeds is te leeren. Naar men ons mededeelt,
zal de eindverkoop in February a. s. plaats hebben, waarbij
dan ook de perceelen in massa zullen geveild worden.
Vorg'heil28 Jan. Onlangs heeft zich uit de afdeeling
Over-Veluwe van de Qeldersche Maaischappij van Landbouw
eene onder-afdeeling gevormd van leden uit Hattem, Heerde
Yeessen en Vorghen, onder den naam van Economische Societeit.
Hare leden, overtuigd van het groote belang eener verbeterde
paardenfokkerijbragten, nu kort geledeneene associatie
tot stand tot aankoop van een duitschen hengst. Deze week
heeft zicb eene kommissie met dit doel naar de jaarlijksche
hengstenkenring te Zurich hegeven, welke uitmuntend in hare
zending is geslaagd. Zij heeft een zeer schoonen bruinen
hengst van zuiver Oldenburgsch ras, van zeer beroemde af-
komst, 3 jaar oud, (zoon van den bekenden, dikvvijls be-
kroonden Carolus) aangekocht, die in dit voorjaar bij den
heer J. Westhoff, te Marie, ter dekking zal worden gesta-
tionneerd.
Loppersum29 Jan. Dat ook in onze gemeente voor best
groenland een hooge prijs wordt besteedis ons gebleken.
De beklemming van een stuk groenland, groot 1 hectare,
81 Rren80 centiaren, doende jaarlijks op Midwinter tot
vaste huur 40is met den eigendom daarvan verkocht voor
6190 aan den heer J. Keizer qq. alliier.
In de kleislreken van Friesland neemt de longziekte onder
het rundvee zeer toe; terwijl de ziekte daarenboven een meer
kwaadaardig karakter heeft dan in den laatsten tijd het geval was.
Sedert deu 3en Januarij 1.1. is in Belgie geen nieuw geval
van runderpest voorgekomen. Zeer streng bewaakte de regering
de plaatsenwaar de ziekte ^ich vertoondeen de maatregelen
voor ontsmetting enz. bragt zij met zorg ten uitvoer. Toch
is het bij den toestand dezer ziekte in Frankrijk te vreezen
dat zich nieuwe gevallen in Belgie zullen vertoonen.
Omtrent de runderpest in Frankrijk meldt ons de Alckerbouic,
dat de toestand vooral in het Noorder-departement erbarmelijk
is. In 81 gemeenten kwamen nieuwe gevallen voor, en wel
in het arrond. Avesnes 2arrond. Kamerrijk 20 arrond. Douai
6, arrond. Duinkerken 4, arrond. Hazebroek 5, arrond.
Rijssel 16 en arrond. Valenciennes 29.
Volgens officiele opgave zijn van 21 Oct. tot 20 Dec. 11.
ruim 31,000 stuks hoornvee wegens de runderpest afgemaakt.
Wegens het heerschen van de runderpest in Frankrijk is
door de regering van den Elzas en Lotharingen de invoer van
vee verboden.
Bij de aankomst van een goederen-en veetrein te Gladbach
bleek, dat van de 90 varkens in de wagens geborgen80
waren gestikt. Daar de bevoegde autoriteit het vleesch voor
ongezond verklaarde, kon de eigenaar slechts 20 th. voor de 80
stuks bekomen. De veekoopman was een Belg en de varkens
waren voor Frankrijk bestemd.
door Dr. Otto Pitsch.
Overgenomen uit het Tydschrift: Be Volksvlijt."
Het oogmerk waarmede een eigenaar of huurder zijne boer-
derij drijft en waartoe hij haar tracht in te richtenis het
verkrijgen van een voortdurend zoo hoog mogelijke opbrengst.
Daarom heeft elke tak van den landbouw, even als iedere
werkzaamheid in de boerderijslechts in zoo verre reeht van
bestaan, als die, na korteren of langeren tijd, tot verhooging
van de zuivere opbrengst van de geheele bezitting kan bijdragen.
Zoo duidelijk deze stelling op het eerste gezicht schijnt,
zoo zeldzaam wordt zij in de praktijk opgevolgd. Daarom is
het niet overbodig te herinnerendat ieder landbouwer de
waarheid van deze stelling volkomen beseffen en daarnaar ar-
beiden moet, wil hij niet het verwijt op zich laden van naar
geene vaste beginselen te handelen. Dat dit verwijt nog aan
menig landbouwer te doen is, kan worden opgemaakt, aan
den eenen kant uit de algemeene klacht, dat het kapitaal
hetwelk de grond vertegenwoordigt, in vergelijking met dat
van andere nijverheidsondernemingeneen betrekkelijk geringe
rente oplevert; aan den anderen kant uit de dikwijls volkomene
onverschilligheid der landbouwers omtrent het boekhoudenen
ten slotte uit het verschijnseldat van een niet gering aantal
boerderijen, ofschoon zij van enkele takken uitstekende bruto-
en zelfs netto-opbrengsten geven desniettegenstaande de geheele
zuivere opbrengst geenszins beantwoordt aan het kapitaal dat
in de onderneming steekt.
Het voldoet niet, dat de landbouwer met het technische van
zijn bedrijf in alle deelen bekend is, dat hij eene naauw-
keurige kennis heeft van den grondwat aangaat zijn gehalte
aan plantenvoedsel en verdere bestanddeeleneven als van de
werkkracht der landbouwgereedschappendat hij met de be-
hoeften der verschillende landbouwgewassen met betrekking tot
grond, luchtstreek, behandeling gedurende en na hunnen groei,
volkomen vertrouwd is in een woorddat hij kan beschik-
ken over alle kennis, die vereischt wordt voor het verkrijgen
van een of ander landbouwvoortbrengsel, in de beste hoedanig-
heid en de grootste hoeveelheid; maar hij moet al die kennis zoo
weten aan te wenden, dat al zijne pogingen uitsluitend dit
doel beoogen het verhoogen der zuivere opbrengst van het
geheel. De uitstekende zorg voor dezen of genen tak van de
boerderij heeft geen waarde op zich zelve, maar slechts in
verband met elken anderen.
Ilieruit blijkt dat iedere boerderij gedreven moet worden
naar een vast, op berekeningen steunend planwaaruit, als uit
een gemeenschappelijken stamde verschillende takken ont-
spruiten en waarnaar alle handelingen geregeld worden. Van
het juiste opmaken van het plan der boerderijwanneer
wij veronderstellen dat de landbouwer verstandelijk ontwikkeld
is en kennis aan bekwaamheid paart tot het uitoefenen van
zijn bedrijf, hangt bijna uitsluitend de hoogte der zuivere
opbrengst van het geheel af, en het is daarom van het grootste
belang zich de grondslagen, voor de bepaling van dat plan,
duidelijk voor oogen te stellen. Zoo ik de vraag of graan-
of veevoederteelt?" die thans bij den landbouw op den voor-
grond staat, in hetgeen volgt tracht te onderzoeken, wensch
ik den landbouwer een der eerste grondslagen in overweging
te geven, die bij het ontwerpen van zijne boerderij in aan-
merking moeten komen.
De keuze, welk voortbrengsel men van zijn land moet
trachten te verkrijgenwordtbehalve door grond en lucbts-
gesteldheidalleen bepaald door de markt. Aangezien nu van
deze keuze de geheele inrichting der boerderij afhankelijk is,
zooals de grootte der te bezigen kapitalen, de vruchtopvolging
enz., zoo heeft de landbouwer alle reden en om de markt en
al wat daarop betrekking heeft naauwkeurig te bestuderen en
na te sporen, voor welke voortbrengselen de prijzen, in ver-
houding tot de kosten van voortbrenging, in het bijzonder
gunstig zijD. Wel is waar wordt in verschillende streken de
iuvloed van de markt niet altijd even sterk gevoeld. Er zijn
in Duitschland nog streken waar, ten gevolge der slechte
middelen van gemeenschap, de afzet zoo ougunstig is, datf
verschillende vruchten er niet kunnen worden verbouwd,
ofschoon grond en luchtgesteldheid bijzonder daarvoor geschikt
zijn; terwijl in de nabijheid van groote stedenin streken die
door nijverheid bloeijen bijna ieder voortbrengsel op de markt
gemakkelijk van de hand gnat. Doch zelfs in de laatstgenoemde
streken zal niemand het belang der markt uit het oog mogen
verliezen, wanneer hij slechts bedenkt dat de zeer ongelijke
prijzen van sommige voortbrengselen meestal in verschil van
geschiklheid tot vervoer haar oorzaak hebben. Zoo hebben
groenten en aardappelen wegens hun grooten omvang en andere
omstandigheden die het vervoer bezwaarlijk makeneen zeer
beperkt gebied van verkoop, terwijl dierlijke voortbrengselen
daarentegen en vooral de granen naar de grootste afstande'n
vervoerd en verkocht kunnen worden. Mogen nu de land
bouwers onmiddellijk het gewicht van de markt in meerdere of
mindere mate ondervindenoveral is de markt van invloed op
de zuivere opbrengst van eene boerderij en vereischt dus het
grondigste onderzoek. Voedergewassen hebben een zeer klein
gebied voor verkoopja vinden vaak in het geheel geen markt
weshalve men daarvan in het algemeen zelden meer verbouwt
dan voor den aanwezigen veestapel noodig is. Indien men
anders handelde, zoude, bij eeD schralen oogst van deze ge-
wassenhet voeder misschien juist voor eigen veestapel vol-
doende zijn doch bij ruimer opbrengst had men daarentegen
een aanzienlijk overschot, dat moeijelijk te gelde te maken
zou zijn. Men kan dus zeggen, dat de vraag graan of voe
der telen?" gelijk is met deze: moeten wij bij onze boerde-
derijen dierlijke voortbrengselen of graan trachten te verkrijgen?"
Het zal onnoodig zijn in het bijzonder te vemelden, dat
het antwoord op deze vraag naar de ligging der boerderij zeer
verschillend moet luiden en dus voor elke afzonderlijk over-
eenkomstig den daarvan afhankelijken toestand, gewijzigd
worden. Ons doel kan het natuurlijk niet zijn, te dezer
plaatse zulke berekeningen voor alle boerderijen afzonderlijk te
makenmaar wij zullen ons alleen bepalen tot het bespreken
van de algemeene grondslagen, waarnaar de vraag beoordeeld
dient te worden. Met het oog hierop moet het onderzoek
bewijzen
1°. Hoe verhoudt zich graan en veevoeder tot de markt;
dat wil zeggen: welke voortbrengselen, dierlijke of plantaar-
dige (graan), hebben in verhouding tot de kosten van voort
brenging de hoogste marktwaarde?
2°. Hoe verhouden zich beide takken van voortbrenging in
hun invloed, op het, vruchtbaar maken van den bodem waarvan
de zekerheid van eene voortdtirende voordeelige opbrengst
afhankelijk is?
De berekening der kosten van voortbrenging van dierlijke
voortbrengselen, even als van graan, aan de landbouwers zelve
overlatende gaan wij dadelijk tot de beschouwing van de markt-
prijzen dezer voortbrengselen over. Vervolg hierna.)
Frankrijk, gewoonlijk het land voor het nieuws, levert ook
deze week de meeste stof voor ons Politiek Overzigt,
hoe weinig dit ook bevatten zal. De nationale vergadering
heeft met een nog al vrij aanzienlijke meerderheid het ontwerp
van wet betreffende de koopvaardij aangenomenen beraad-
slaagt thans over de opzegging der handelstraktaten. De graaf
van Chambord, de pretendent naar de koningskroonheeft
een nieuw manifest uitgevaardigdwaarin hij verklaart dat hij
steeds blijft wat hij is: nl. de legitieme vorst, Hendrik V,
die nooit in een schikking zal treden, welke, op hoedanige
wijze ook, hem zou nopen zelfs in het geringste af te wijken
van zijn beginsel. Het gaat hem volstrekt niet aan of Frank
rijk en de Franschen met dit beginsel niet gediend zijn en
van hem niet willen weten hij blijft op zijn standpunten
zegt Wilt ge mij hebben zoo als ik bendan ben ik be-
reid te komen als de gelegenheid daartoe mij gegeven wordt
maar ik kan mij ten uwen believe niet anders makenafstand
van mijne regten op den troon doe ik niet; dus, nemen of
niet nemen, ik wijk geen haarbreed van mijne beginselen af."
Eerlijk gesproken voorzeker maar misschien zou hij zoo eer-
lijk niet gesproken hebbenindien hij een flaauwe hoop had
eens als koning van Frankrijk den schepter te kunnen voeren.
In Duitschland, waar de beweging op het gebied van gods-
dienst steeds voortduurt, rust de politiek voor het oogenblik
en in Pruissenwaar de landdag bijeen is, loopen de beraad-
slagingen in het huis der afgevaardigden over punten niet van
algemeen europeesch belang.
Engeland zal eerlang zijne volksvertegenwoordigers weder
aan den arbeid zienen den 27 dezer maand zal in de Pauls-
kerk te Londen de plegtige officiele dankdienst gehouden wor
den ter gelegenheid van het volkomen herstel van den prins
van Wales.
In Spanje rust het Parlement; onze lezers weten dat de
Cortes 'en de Senaat ontbonden zijn. De nieuwe verkiezingen
zullen aanleiding geven tot een fellen strijd. Het is te hopen
dat deze niet bloedig zij.
Op de voordragt ter benoeming van eeri gemeente-secretaris van Zaan-
dam zijn geplaatst de heeren Mr. \V. Jager Gerlings ambtenaar aan de
secretarie te llaarlemmerliede en D. van Konijnenburg adjunct-directeur
der rijks-gestichten te Veenhuizen.
Bij dejrekking der Weerbaarheids-Loterij is op N°. 46 van de Se-
rie 549 de prijs van f 30,000.op N°. 2 van Serie 5605 de prijs van
f 20,000 en op N°. 35 van de Serie 4023 de prijs van f 3000 gevallen.
De leden van den Parijschen Gemeenteraad zullen voortaan niet meer
kosteloos gebruik mogen maken van liet buffet. Men .berekent dat dit eene
bezuiniging van 60 francs per dag zal opleveren. Suikerwater zullen zij
eehter gratis kunnen drinken zooveel zij maar lusten.
De beer V. C. de H... in de maand December jl. te Amsterdam
overleden, heeft aan vijf ouderlooze kinderen en eene beboeftige vrouw aan
den Helder elk f 1000 vermaakt, alsmede aan het algemeen weeshuis eene
som van f 2000 en even zooveel ten beboeve van de algemeene armen al-
daar gelegateerd.
Te H.eene gemeente in Noord-Brabant, had dezer dagen het vol-
gende kluchtige voorval plaatsEen jongeling verkeerde met een meisje
doch hij kreeg spijt en verkocht haar beimelijk voor f 12 aan een ander,
die bet zoo ver bragt dat bij met haar zou trouwen. Op het raadhuis ge-
komen, waren echter zijne papieren niet in orde en moest hij ze dus eerst
laten veranieren. Neen," zeide hij, //als het zooveel moeite tost, schei
ik er uiten hij deed zijne bruid present aan haar eersten vrijer, die haar
weer teruggenomen heeft. Op dit oogenblik zijn ze in ondertrouw mis
schien komt de liefde later.
Het is een bekend feit, dat de witte olifant in Siam in groot aan-
zien staatde oorzaak hiervan ligt in het geloofdat de zielen van vroe-
gere hclden en koningen in witte olifanten zijn overgegaan. De hooge -
vereering van dit dier, dat nooit geheel wit, maar hoogstens isabelle-klenrig
of licht-rood isblijkt onder anderen daaruitdat het Siamesche gezant-
schap, hetwelk in 1867 Engeland bezocht, k'oningin Victoria wegens hare
gestaltehekoo-rlijkheid en koninklijke majesteitvergeleek bij een witten
olifant.
Een verschrikkelijk ongeluk is gebeurd op den spoorweg Marseille-
Eyon. De brug van Braque tusschen Cagne en Antibes was door den
hoogen vloed der rivier weggespoeldterwijl een spoortrein van Mentoua
naar Cannes die over deze brug stoomen moestin aantogt was. Tele-
graferen kon men niet, daar de overstrodmingen ook de telegraafpalen bad-
den doen verdwijnen mogelijkheid om den trein te gemoet te gaan was
er nietdaar de geheele weg hoog onder water stond. Eenige personen
zochten nu digt bij de brug door gewone seinen den muchinist te waar-
schuwen. Of de trein echter reeds te nabij was, dan of de seinen, wegens
het donkere weder, niet gezien werden zooveel is zeker dat de wagens in
voile vaart in de rivier stortteu. Er werd onmiddellijk alles aangewend
om hulp te verleenen. De machinist en de stoker, benevens 4 passagiers
zijn dood en 12 personen zwaar gewond uit de rivier opgehaald. Men ge-
looft dat het aantal slagtoffers in het geheel 30 a 40 bedraagt.
Een wijnkooper in Salisbury (Engeland) werd in November j. 1. tot
burgemcester van die plaats benoemd. De man bedankte ephter voor die
eer maar de regtbank vergaderde en veroordeelde hem tot eene boete van
1200 gulden. Dit mag toch wel als een bewijs gelden dat er in het
Ingelsche wetboek uiterst malle artikelen zijn. Hoe menigeen gevoelt niet
den minsten lust om een openbare betrekking te bekleeden, of weet dat hij
de bekwaamheden daarvoor geheel en al mistofwat het leelijkste voor
hem is hij is een arme drommel die met zijne toelage als burgemeester
zijn stand niet behoorlijk kan ophouden. In het eerste geval koopt hij
dan met de boete zijn lastpost afIn het tweede geval krijgt hij straf oni-
dat hij zoo eerlijk is een betrekking niet aan te nemen waartoe hij de
noodige kennis mist, en in het laatste geval moet hij hetalen dat hem de
tranen over de oogen loopen orndat hij fatsoenlijke armoede lijdt.
Het drijveud paardenspel, dat in de Duitsche steden aan den Rijn
zooveel opgang maaktzal ook Nederland hezoeken.
Aan de uitstekende dramatische kunsteneres, mevr. Jachman-Wagner,
is een zeer bijzondere onderscheiding te bcurt gevallen. Toen zij dezer
dagen voor de laatste maal in den koninklijken sehouwburg te Berlijn op-
trad, begaf de keizer-koning zich, na afloop van het eerste bedrijf, op het
tooneel, alwaar hij aan de beroemde kunstenares de gouden medaille voor
kunst en wetenschap, op de meest vereerende wijze, zelf ter hand stelde.
Als een bewijs van achting en hulde ontving mevr. Jachman-Wagner vati
de keizerin een kostbaren armband, vergezeld van een vleijenden brief.
De groothertog van Saksen-Weimar schonk haar de versierselen der orde
van de Valk -en de groothertog van Mecklenburg die van de orde der
Wendische Kroon.
Figaro herinnert de volgende kuriositeit uit de dagen toen de heer
Thiers onder de regering van Lodewijk Filips, den oorlog predikte. Een
der Afgevaardigden de heer Fulchiron, zeide, met eenige zijner kollegaas
sprekeude//Die Thiers is onbegrijpelijk stoutmoedig. Niet dat hij zoo
een held is maar hij ziet nergens gevaar." Thiers, die juist op dat
gezegde aankwam, antwoordde //Ieder zijnaa'rd. Mr. Fulchironbij voor-
bee.ldis zoo bedeesddat men er wanhopig onder zou worden. Niet dat
hij zoo een lafaard is maar, hij ziet overal gevaar."
De liefhebberij gedekoreerd te zijnis in Frankrijk onder de republiek
en de lens: gelijkheid, alles behalve afgenomen. In November 11. waren
bij de kanselarij van het legioen van eeren bij de ministerienniet meer
of minder dan 62,000 aanvragen om benoemd te wordenaanwezig.
Iedere aanvrage moet vergezeld gaan van een dossier, houdende opgave van
redenen op grond waarvan de aanvrage geschiedt, met de justifikative be-
scheiden. Aannemende dat gemiddeld tien aanvragen per dag kunnen
worden onderzocht en tot beslissing komen dan volgt daaruit dat de laatste
vrager over 17 jaren het vurig begeerde ridderkruis zal kunnen krijgen,
of - nnl op zijn rekest.
De Opinion Nationale verhaalt, dat dezer dagen uit de Marne
een lijk werd opgevischt, geheel op de zonderlingste wijze en met
de meest zamengestelde figuren getatoueerd, hoofd en hals alleen
uitgezonderd. Het werd dadelijk door alle aanwezige zeelieden ker-
kend als het stoffelijk overschot van een.... eio-minister van
oorlog, en die de vreemdsoortigste lotgevallen had gehad.
De verdronkene namelijk was Pierre Carteron, oud-matroos
der fransche zeemagt. Op eene expeditie naar Nieuw-Zeeland,
was hij met een kameraad, Nikolaas Rabut genaamd, ter sluik van
boord en aan wal gegaan. Toen zij naar het schip wilden terug-
keeren, was het vertrokken. Zij zagen zich derhalve genoodzaakt
onder de inboorlingen te blijven, en schikten zich zooveel niogelijk
naar de zeden en gebrniken des lands. Iu een oorlog, die kort na
hun komst uitbrak, onderscheidden zij zich zoozeer, en wisten zij
zoo meesterlijk partij te trekken van hunne europesche krijgskunst
en taktiek, dat het opperhoofd van het volk, waaronder zij yer-
zeild waren geraakt, hen in blakende gunst aannam. Ilij had twee
dochters en stelde hun voor die te trouwen. Die hooge eer hun
toegedacht, en waarvan zij niet afkeerig waren, had echter een
zeer bedenkeltjke scbaduwzijde. De aanstaande braide»oms name
lijk moesten zich de pijniijke operatic, van het moko, anders gezegd
tatouecren, laten welgevallen. In Nieuw-Zeeland namelijk is het
moko een teeken van hooge onderscheiding, streng ontzegd aan de
koukis of slaven, en alleen den lieden van hooge afkomst geoor-
loofd, zoo mede aan ben die zich in den krijg bijzonder verdienste-
lijk gemaakt hebben. Weigering van de eer getatoueerd te worden
zou voor beide matrozen een schandelijken dood ten gevolge gehad
hebben. Zij bedachten zich dus niet lang. Zij zaten eenmaal in
het schuitje en lieten zich door den nooddwang medevoeren. Zij
kwamen er lang niet gemakkelijk af; want het opperhoofd, dat hen
tot zonen aangenomen had, was van den hoogst.en adel des lands,
en daarom moesten de iukervingen zoowel veel dieper als veel
talrijker zijn dan gewoonlijk. Met de grootste moeite en door een
Ian" relaas te doen van eene door hen afgelegde gelofte, gelukte
het° hun hoofd en hals vrij van moko te houden. Hun geheele
ligchaam werd overigens monsterachtig toegetakeld.
Het dnbbel huwelijk werd gesloten. Eenigen tijd daarna overleed
het opperhoofd en r,n moest een der twee aangenomen zonen hem
als koning van het geheele land opvolgen. Daar beide zich echter
evenzeer onderscheiden en verdienstelijk jegens den lande gemaakt
haddeu, moest de hoogepriester uitmaken wie hunner koning wooden
zou, en die beslissing kon eerst in eene groote plegtigheid, met dan
na eenige maanden, genomen worden. Intusschen zouden de twee
oud-matrozen het rijk regerenRabut als minister van marine,
Casteron als minister van oorlog. Onze helden hadden inmiddels,
ondanks hunne hooge positie en buitengewoon geluk, reeds menigen
aanval van heimwee gehad, en toen er tijdens hun interimair bewind
een fransck schip in de nabijheid kwam, won het vooruitzigt van
weer onder de fransche vlag te varen het verre van de hoop op
het dragen eener Nieuw-Zeelandsche kroon. Zij namen hun kans